'T VLIEGEND BLAADJE.
KLEINTE COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL
Dinsdag 22 Maart 1881.
Negende Jaargang.
No. 845.
Atoonnervi ent
per 3 maanden binnen de gemeente 50 Gent.
>3 franco per post75
Afaonderlijke nummers 2
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
UitgeversBERKHOUT Co. te Helder.
Bureau!SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJÜAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
NI EU WSTIJ DINGEN.
HELDElf, 22 Maart 1881.
Bij Min. beschikking is de
zeilmaker lekl. op 's Rijkswerf alhier,
F. W. Badart, gesteld ter beschik
king van den Gouverneur-Generaal
van Ned.-Indië, om te worden over
geplaatst als baas zeilmaker bij een
der marine-etablissementen daar te
lande.
Texel, 20 Maart. Den 9 April
a. s. vertrekken van hier via Rotter
dam (agentschap Koning Co., te
Texel) ruim 30 passagiers naar New-
York. Alle passagiers, die door
tusschenkomst van de firma Koning
Co. de reis naar New-York maak
ten, zijn eenstemmig in hun lof om
trent de goede inrichting der booten
en de flinke behandeling aan boord.
Van den Gouverneur-Generaal
van Nederl. Indië is het telegrafiisch
bericht ontvangen dat, ingevolge de
Koninklijke machtiging, verleend in
Oct.' 1879, het burgerlijk bestuur in
Atjéh is ingevoerd, dat onder nadere
goedkeuring van het opperbestuur
een volledige gewestelijke organisatie
en een regeling van het rechtswezen
zijn vastgesteld en dat tot Gouverneur
vau Atjek en onderhoorigheden i3
benoemd de Heer Pruis van der
Hoeven.
Door het provinciaal bestuur
van N. Holland is aanbesteed: het
aanleggen van werken tot verdediging
van het straud benoorden Petten,
behooreude tot de zeewerken in
Noord-Holland (raming f 77,000).
Minste inschrijver de Heer J. Giltjes,
te Helder, voor de som van f 65,600.
Vrijdagnacht is in den Biu-
nenamstel bi] de Hoogsluis te Am
sterdam een zandschuit gezonken.
De opvarenden, man, vrouw en drie
kinderen zijn verdronken. Vermoe
delijk hadden ze geen tijd hulp te
roepen en ze zijn zelfs niet uit den
slaap ontwaakt, wantdeongelukkigen
werden in de slaapplaatsen gevonden
In de bank der beschuldigden
voor het gerechtshof te 's-Graveu-
hage, verschenen in de zitting van
Donderdag jl., M. G., oud 39 jaren,
koopman, en zijne dienstbode C. V.,
oud 23 jaren, beiden wonende te
Ovezande.
Volgens de akte van beschuldiging
wordt den beschuldigden ten laste
gelegd, dat zij de vrouw van den
eersten besch., toen zij in December
1879 uit het krankzinnigengesticht
te Delft was teruggekeerd, hebben
opgesloten in een klein kamertje met
steenen vloer in zijne woning, en haar
daar tot November 1880 in bewaring
hebben gehouden ten prooi aan al
lerlei ellende, met onthouding van
het noodige voedsel, kleediug en rei
niging, zoodat zij eindelijk, door de
buren verlost, zeer vermagerd, slechts
met een vuil hemd aan het ljjf en
geheel met ongedierte bedekt, be
vonden werd.
Een aantal getuigen en deskundi
gen werden in deze zaak gehoord
maar daaraan ging een kort verhoor
der beide beschuldigden vooraf', waar
uit de voorz. resulteerde, dat de man
20 jaren met zijn nu ongelukkkige
vrouw was gehuwd en van een twaalf
tal kinderen uit dien echt nog zeven
in het leven zijn, waarvan het oudste
negentien en het jongste vier jaren
is. Reeds eenige jaren geleden gaf
de vrouw blijken, dat haar verstand
niet goed was, zoodat hare verple
ging iri een krankzinnigen-gesticht
gevorderd werd. Bes«h. bewoonde te
Ovezande een huis met groote schuur,
maar had slechts één woonkamer
met het bewuste achterkamertje.
Toen de vrouw in Maart 1879 uit
het krankzinnigen-gesticht te Delft
terugkeerde, werd zij niet in de huis
houdkamer, maar in het afzonderlij
ke kamertje ontvangen, en in over
leg met de meid tot aan den reeds
medegedeelden tijd opgesloten gehou
den, zonder dat daartoe eenig verlof
of machtiging was verkregen. De
opsluiting had aanvankelijk slechts
plaats bij nacht en wanneer de man
afwezig was, maar weldra werd het
kamertje ook bij dag voortdurend
met een ketting gesloten gehouden,
terwijl het venster werd dichtgespij
kerd om het opschuiven er van te
beletten.
De eerste besch. beweerde naar
zijn vermogen zijn vrouw van al
het noodige tot haar onderhond te
hebben voorzien. Hij had haar alleen
opgesloten, om haar het wegloopen
te beletten, daar haar geestvermogens
nog niet, goed waren en omdat zij
vrijwillig afzondering wenschte en
niet in de huishouding wilde komen.
De tweede besch., de dienstmeid,
aartegeu de vrouw, en terecht, een
afschuw had, hield vol dat zij met
de waarneming der huishouding be
last, steeds goed voor de vrouw ge
zorgd had en haar zelve van tijd
tot tijd reinigde, hetgeen even wei-
niet overeenkwam met het gebleken
feit dat de vrouw in een hoogst on-
reiuen toestand verkeerde.
Behalve deze omstandigheden kwam
ook aan het licht, en werd door de
besch. niet tegengesproken, dat tus-
schen hen een zeer intieme verstand
houding bestond en de meid zelfs
voor eenigen tijd naar haar moeder
is moeten gaan om te bevallen. Zij
heeft toen een dood kind ter wereld
gebracht.
De Adv.-Gon. Mr. Gregory stelde
de afschuwelijkheid van de door beide
beschuldigden bedreven feiten in het
licht en sprak zijne verontwaardiging
over hunne handelingen uit. Hij
oordeelde beiden hoogst schuldig en
was vau meening dat de artikelen
341, 342 en 344 van den Code Pénal
ten volle vau toepassing waren. Z.
E. G. A. requireerde mitsdien voor
den eersten beschuldigde een veroor
deeling tot 10 en voor de tweede
beschuldigde eene veroordeeling tot
8 jaar tuchthuisstraf.
De verdediger van beide besch.,
Mr. van der Kun, bestreed de reques-
stratie eu de béide verzwarende om
standigheden van opsluiting langer
dan éen maand en mishandeling enz,
Hij concludeerde ten slotte tot vrij
spraak zijner cliënten.
Na re- en dupliek werd te 5 uren
de uitspraak bepaald op aanstaanden
Donderdag.
Men meldt ons uit Ylissingen
19 Maart:
Heden was het vijftig jaren gele
den, dat Jacob Hobein, bij gelegen
heid van vijandelijkheden bij Philip-
pine in 1831de Nederlandsche vlag
uit een aan den grond geraakte
sloep, die beschoten werd, ongeschon
den aan boord van ds kanonneerboot
terugbracht. Yoor dit feit werd hij
tot ridder der Millitaire Willems
orde benoemd. Laten* is bij broeder
van den Nederlandscben Leeuw ge
worden on als opperstuurman der
marine gepensioneerd. Ylissingen's
ingezetenen lieten heden de driekleur
wapperen. Ten tien- ure werd hem
op 'de aanlegplaats van de stoomka-
nonneerboot Hydra door den koni-
mandant De Kauter namens Z. M.
den Koning de zilveren medaille der
orde van de Eikenkroon op de
borst gespeld, waaruit de komrnan-
dant in zijn toespraak aanleiding nam
tot een opwekkend woord aan de
schepelingen. De militaire autori
teiten en do gemeenteraad waren
hierbij tegenwoordig. Aan boord
werd den jubilaris door mevrouw De
Kauter een prachtig bouquet en
door den kominaudant de eerewijn
aangeboden.
Tegen twee uren werd de jubilaris
door de beeren De Kanter en Forbes
Wels in een open rijtuig afgehaald
en geleid ter plaatse, waar het
standbeeld van de Ruyter zich be
vindt. Hier stond, behalve het ge-
heele loodspersoneel, i&t muziekkorps
enz. geschaard.
Door den heer Spanjaard, inspec
teur vau het loodswezen, werd Ho
bein toegesproken, waarna zich een
driewerf hoef ah en de fanfares der
muziek deden hooren. Een treffend
oogenblik was het, toen daarop tal
van burgers deu grijsaard de hand
drukten.
Na deze plechtigheid trokken de
feestvierenden naar het raadhuis, waar
iu de rijk versierde trouwzaal eeu
der wethouders, de heer Van Uije
Pieterse, in plaats van den wegens
ambtsbezigheden afwezigen burge
meester, aae Hobein eeu welsprekende
hulde bracht. Herinnerende aan
de woordenHet vaderland getrouwe
blijf ik tot in deu dood, sprak hij
ongeveer aldus: Die oud-vader-
landsche leus moet u bezield hebben,
toen gij uw heldenfeit hebt verricht.
Nog herrinner ik mij levendig, hoe
onder zooveel andere namen, ook uw
naam in de scholen en op straat
weerklonk, als van den dapperen
schepeling, die met verachting van
doodsgevaar, de eer had gered van
Neêrlands vlag. En nu, na een halve
eeuw, bieden wij u op dezen ge-
denkwaardigon dag den eerewijn aan
en verzoeken u dezen beker te behouden
tot een aandenken tot in lengte van
dagen."
Op den zilveren voet waren de
woorden gegraveerd: Jaeob Hobein,
19 Maart 1831 1881. Ingezetenen
van Ylissingen."
Luide toejuickiogen weerklonken
door de zaal. Allen dronken daarna
een glas op de gezondheid van den
jubilaris.
Hierop nam Jacob Hobein het
woord en stortte zijn dankbaar hart
in eenvoudige taal uit.
Ten slotte werd den jubilaris inde
zaal der sociëteit »de Unie," door den
voorzitter, den heer Jos. Van Raalte,
namens de leden met een warm en
welsprekend woord het eerelidmaat
schap aangeboden.
Na de aanvaarding vau het eere-
liinaatschap sprat Hobein een kort
enW^tehtig woord, om aan zijn ge
voel lucht te geven, en daverend
klonk daarop een lang leve Hobein
De majoor Van Hille, die den jubi
laris wees op den nauweu band, welke
landmacht en marine steeds verbond,
bracht namens het leger een diepge
voelde hulde aan den held van den dag.
Hedenavond zal den waardigen man
door Yiissings muziekkorps »Ons
Genoegen" een luisterrijke serenade
worden gebracht en zal er een prach
tige gas-illuminatio worden ontstoken
met een reusachtig marineankeren daar
onder de voorletters van Jacob Hobein.
Dinsdag 1.1. is nog eens een
schok van aardbeving te Casamicciola
gevoeld, waardoor weer eenige reeds
bouwvallige huizen naar den grond
gingen.
Het wegruimen der puinhoopen
te Casamicciola, die door de aardbe
vingen veroorzaakt zijn, wordt met
allen ijver voortgezet en nog steeds
worden er de lij keu van de ongeluk
kige inwoners, ouder de puinhoopen
uit opgehaald. Dagelijks wordt het
getal dooden grooter en volgens zeggen
zijn er nog slechts duizend iu woners
van wier bestaan men zeker is. Overal
worden inschrijvingen geopend om
de geleden schade nog zooveel mogelijk
te herstellen
Dertig maal, zegge dertig maal
was Zatormorgen om twee uur de
nieuwe Fransche leening van een
milliard volteekend, waarvan alleen
te Parijs tienmaal. Nu is het
zeker waar dat zeer velen, wel wetende
hoe het gewoonlijk met die leeningen
gaat, voor veel meer zulleu hebben
geteekend dan ze konden of wilden
plaatsen, maar het gebeurde is toch
weer een schitterend bewijs hoe
prachtig Frankrijk er weer bovenop
komt, hoe ijverig men er werkt en
hoeveel geld er iu 't land is en ook
hoeveel vertrouwen men stelt in de
tegenwoordige Staat3-iustelliugen.
Londen, 18 Maart. Nadere
bijzonderheden omtrent den beraamden
aanslag op Mansion House" melden,
dat tegen middernacht een agent vau
politie aan de oostzijde van het ge
bouw, waar weinig verkeer is, uit
een raam een brandende lont zag
hangen. Een nader onderzoek bracht
aan het licht, dat in een kamer onder
de slaapkamer van den lord mayor
een dennehouten kist was met ijzeren
banden beslagen. In die kist bevond
zich twintig pond buskruit. Zonder
tusschenkomst van den agent zou
volgens het oordeel van deskundigen
eene verschrikkelijke verwoesting in
de slaapkamer zonder twijfel gevolgd
zijn.
De tegenwoordige lord mayor Mac
Athur is een liberaal lid van het
'Parlement en Ier van geboorte. Hjj
vermoedt dat de aanslag een poging
tot wraak was, daar zijn Iersche
kiezers in Lambeth, een voorstad van
Londen, ontevreden zijn dat hij vóór
de dwangwetten gestemd heeft.
Op de plaats waar de kruitkist
gevonden werd is het venster slechts
drie voet hoog van de straat verwijderd,
't Was gisteren St.-Patricksdag, de
grootste feestdag voor de Ieren.
De schandaad herinnert aan het
in de lucht springen van de Clerk-
welgevangenisiu 1867 doordeFeniaus.
Ook ditmaal worden de Fenians ernstig
verdacht. Verschillende personen zijn
reeds in hechtenis genomen.
Petersburg, 18 Maart. Prinses
Dolgoroucki gaat na de begrafenis
van den Czaar met hare kinderen
naar Italië. Voorloopig is de nieuwe
Czaar daartegen, om niet den schijn
op zich te laden dat hij de echtgeuoote
zijns Yader9 verjaagt. Ook wil de
Czaar nu nog het huwelijk van
den overledene met Dolgoroucki of-
ficeel laten afkondigen, om de maat
schappelijke positie van de prinses,
met wie men hier zeer veel medelijden
heeft, in een zuiver daglicht te stellen.
St. Petersbnrg, 18 Maart. De
Agence Russe zegt, dat de regeering
heden besloten heeft Roussakoff en
de overige beschuldigden terecht te
stellen voor den Senaat geconstitueerd
als speciaal crimineel Hof, overeen
komstig de wet dientengevolge samen
gesteld uit senatoren en vertegen
woordigers der electieve colleges.
Het senaatslid Fuchs zal voorzitter zijn.
Petersburg, 19 Maart. Heden
is te llVs uur Let stoffelijk overschot
van Alexander II met groote plechtig
heid uit bet winterpaleis naar de
Peter- en Paulskerk overgebracht. De
optocht was zeer indrukwekkend. In
de stad is alles rustig.
Petersburg, 20 Maart. De
voorloopige instructie, ingesteld tegen
de personen betrokken in den jo agaten
moordaanslag tegen den Keizer, is
gisterenavond laat ten einde gebracht.
Het resultaat vau dit onderzoek is
in banden gesteld van den procureur-
generaal Murajeff, die als zoodanig
zal optreden bij hetspeciaalgerechtshof,
voor 't welk de zaak zal worden be
handeld. Volgens het voorloopig
onderzoek zijn vier personen wegens
den aanslag iu staat van beschuldiging
gesteld, aan wie het bedrijven van
vier misdaden wordt te laste gelegd.
De beschuldigden zijnNicolai Rous-
ikoff, die bekend heeft granaten naar
den Keizer te hebben geworpen
Andrei Jelsaboff, die op 11 Maart jl.
iu verzekerde bewaring is genomen
die bekent aaudeel te hebben ge
had in de voorbereidingen voor den
aanslag, op 13 dezer gepleegd; Timofei
Michailoff, die zich verzette bij de
pogingen om hem to arresteeren, door
het lossen van verscheiden revolver
schoten op de agenten van politie,
met die taak belast, en een vrouw,
genaamd Hesse Helfman, als mede
plichtige van Naffrotzky, die zich van
t leven heeft beroofd.
In het huis in de Jadowaja-straat,
waar de mijn ontdekt is, zijn 87
pond dynamiet gevonden. Bij een
der laatstelijk gearresteerde personen
is de plattegrond gevonden van het
gedeelte der stad, waartoe de Sado-
waja-straat, het Ratharine-kanaal
eu het Michaels-plein behooren; op
elk dezer wegen toonde een zwarte
stip de plaats der uitvoering van
den aanslag. Daarom zoekt men
thans ook op het Michaels-plein
naar een mijn, hoewel dit niet waar
schijnlijk is en dit punt wel voor
het werpen van handgranaten aan
gewezen zal zijn.
De naam van den medeplichtige
van Rysakow, die in het hospitaal
aan zijn wonden is gestorven, is
Fomine. Men zegt dat het dezelfde
persoon is, die vroeger als gendarme
verkleed zich toegang verschafte tot
de gevangenis te Kieuw, om een
staatkundig gevangene de vrijheid
te verschaffen.