561.306 naaimachines
W. V. BRUINVIS.
VISSGHERS EN VISGHHANDELAREN.
DE CONCURRENT,
HOEK KRUISWEG,
GUST. BUHSE, Horlogiemaker.
HOEK KRUISWEG, miM EASSDOACHT.
SCHILLING, Hoofdgracht.
25 Kalverstraat A1STERDAB Kalverstraat 25.
Mapzijn van Porcelein-, Glas-, Kristal-, Graniet- en poon Aardewerk,
1?
ca-. os.
ZOMER-KLEEDINGSTOFFEN,
IQEIKMIÜ.
prachtige onveranderlijke
ÉÉN GULDEN.
J. SWftftB, van Alkmaar.
ADELAIDE,
voorheen BasSingracHt
Groote keuze in alle soorten PENDULES, REGULATEURS,
HUIS- en SCHEEPSKLOKKEN, Gouden en Zilveren HORO-
LOGIEN voor Dames en Heeren, bijzonder voordeelige
UURWERKEN voor den Werkman.
Ten einde in de nieuwe zaak een groot debiet te verwerven,
zijn de prijzen zoo laag mogelijk, terwijl het steeds mijne
grootste zorg blijft, uitsluitend goede, deugdelijke Uurwerken
te leveren.
Voor REPARATIËN blijf ik mij bijzonder aanbevelen en worden alle
werkzaamheden door daarvoor geschikte handen ten spoedigste uitgevoerd.
Klokken en Pendules in reparatie worden desverkiezende binnen den
HELDER en NIEUWEDIEP gehaald en thuis gebracht zonder verhooging
der prijzen.
Voor extra visites gedurende den guarantietijd wordt niets in rekening
gebracht. Onder beleefde aanbeveling,
voor Geepzegen
voor SoïLepnetten.
voor Kornetten
voor Gramalennetten
voor Ansjovisnotten
voor SclaaKelnetten
voor Rognetten
voor VlscïLmanden.
of meer dan een derde
gedeelte der gebeele
productie in Naaima-
chines werden door The Singer Manufacturing Company in het vorige jaar verkocht en de verkoopen
van deze fabriek bedroegen alléén in de laatste 10 jareu ruim 3 MILLIOEN MACHINES.
Dit buitengewone succes geeft het beste bewijs voor de deugdelijkheid der Origineele Singer Naai
machines, die dan ook feitelijk door aanhoudende verbeteringen en nieuwe uitvindingen een vol
maaktheid als geen ander fabrikaat bereikt hebben, zoodat er dan ook overal de voorkeur aan
gegeven wordt. Deze Machines zijn uitsluitend in de bekende Depots der Singer Maatschappij
verkrijgbaar en worden desverkiezende ook tegen kleine termijnbetalingen geleverd.
Het Generaal-Depöt voor het Koningrijk der Nederlanden:
EENIG DEP6T TE NIEUWEDIEP:
ANAAL W £3 Gr
42.
Weststraat L 87. Weststraat L 88
voor huishoudelijk gebruik en luxe.
Groote sorteering complete stellen Wijn-, Madera-, Likeur-
Bier- en Punsch-Glazen en Karaffen.
WlnKeliers genieten rabat.
op Dinsdag 13 Juni 1883, voormid-
dags elf ure, ten huize van den Heer
Jb. DEN DAS, aan het N.-H. Kanaal,
nabij het Sluisje, in de gemeente
Callanïsoog, OM' CONTANT «EED,
van
een KABINET, TAFELS, STOELEN,
STOVEN ,HAARDGOED,SPIEGELS
KACHEL, SCHILDERIJEN, KO
PER-, TIN- en BLIKWERK, BOE
RENWAGEN, PORCELEIN, BED
DEN, GODDEN OORIJZER, OOR
HANGERS, RINGEN, ZILVEREN
EETLEPELS, THEELEEPELTJES,
TABAKSDOOS, BLOEDKORALEN,
GRANATEN HALSKETTING,
MESJES es FLACON met Zilver
en hetgeen verder zal worden ge
presenteerd.
Alles behoorende tot de nalaten
schappen van C. DEN DAS en C.
H. KRANS SIEWERS.
Notaris te Zijpe.
GEDURENDE DEZE MAAND
de jaarlijksche OPRUIMING van
voor Dames, Heeren en Kinderen.
Door te grooten voorraad spotgoedkoop.
Wekelijks gevarieerde uitstalling,
met de minste prjjzen
in de winkelkasten.
Zondag aanstaande
uitstellend.
Muziek voor den Dans.
Aanvang 7 ure.
J. F. VOLKERING.
6
8TD1-5- S
aan buste, of ten voete uit, voor
Op algemeen verlangen
Zondags en Maandags
van iedere weekna aankomst
van den lsten trein tot des namiddags
6 ure werkzaam, in het daartoe net
ingerichte Photographisch - Atelier
hoek Spoor en Koningstraat alhier.
Men wordt verzocht op naam en
standplaats te letten, daar J. SWAAB,
niet in connectie staat met andere
Photographen alhier.
FEUILLETON.
Een verhaal van Claba Ckon.
Uit het Hoogduitsch vertaald door
(21.) J. W. BEVERSEN.
„Neen, nu breng ik je heelemaal thuis
en zeg je besten papa even goeden avond,
maar dan moet je voortaan wat beter op
passen en wat meer geduld hebben."
Dankbaar drukte zij zijn arm en zei schuch
ter „Ernestine zinspeelde er heden weer
op, dat je dat je vader
„Nu, kom er maar mee voor den dag,"
lachte Theodoor „dat mijn vader dolgraag
mij morgen al met de freule von Siegwart
zag trouwen P"
„Wèl zekerDaarin heeft je lieve zus
nu eindelijk eens gelijk gehad
„Maar wat mijn vader wil, wil ik daarom
nog nietIk heb juist heden ons goud-
viscbje een lokaas gebracht en ik hoop
maar, dat ze wil bijten."
„Maar wat meen je daar toch mee P"
„Ik meen, dat ik aan Adelaïde een
heer heb voorgesteld, die haar bijzonder
bevalt, juist dien dokter ïïermsdorf, die bij
u is geweest
„Maar Theodoor, is je dat werkelijk ernst P"
vroeg ze innerlijk zeer gelukkig.
„Zeer zekerdie twee passen pn-chtig
bij elkander. Hij is een mooie kerel, wel
wat pedant, maar dat is zij door de oude
juffrouw Mohnhaupt ook al zóó geworden,
dat het haar nog al bevalt. Ze zullen in
alle gevalle een voorbeeldig paar worden
en dan krijgen ze een troep model-kiuder-
tjes, nu, wat scheelt je, kleine zottin P
Je behoeft je arm niet weg te trekken
„Ik weet niet, maar je praat zoo won
derlijk zei ze beschroomd.
„Zoo wonderlijk Och, ik ben wat op
gewonden In mijn schrik, dat je vader
ziek was, heb ik maar een paar glazen
Bowle wat spoedig achter elkaar leeg ge
dronken. „Maar, daar zijn we een oogen-
blik ga ik mee naar boven."
De oude heer Berndt zette groote oogen
op en wilde zich eerst boos maken, toen
die twee met elkander binnen kwamen,
maar het gelaat van zijn kind, dat straalde
van geluk en de onbeschroomde hartelijkheid,
waarmee de assessor zijn hand greep en
uitriep „Maar Papa, wat moet ik nu van
je hooren P je moet nu niet ziek gaan
worden overwon alle wantrouwen en toorn
al spoedig lachte hij weer even goedig en
vriendelijk als vroeger en antwoordde,
terwijl hij het hoofd schudde„Och't
is de ouderdom en de zwakte; en daar is
geen kruid voor gewassen
„Wat, zwakte P" schertste Theodoor. „Ge
moet U maar flink voeden en versterken.
Als ik nu weer eens kom, breng ik een
flesch Tokaier mee, een fijn meik, en dan,
oude heer, zult ge eens zien, hoe sterk ge
zult worden Denk er omge moet nog
op onzen bruiloft dansen, hoor!"
„God gave, dat ik het beleefdezei
Berndt en was al spoedig evenzeer verzoend
met den lichtzinnigen man van de wereld,
wien 't er in zijn opgewonden stemming
niet veel op aankwam, wat hij zei, als
Marianne, die, weer volkomen gerust gesteld,
op nieuw geloofde aan geluk en liefde.
Vleit u ter ruste neer in dat geloof, gij
beide goede zielen, die u spoedig laat te
vreden stellenBlijde en troostvolle ge
dachten mogen u bijblijven in den slaap,
die in zoo menigen nacht uw moede oogen
ontweken isAch deze ééne enkele hel
dere ure zal nog een tijd lang haar rozen-
kleurigen gloed verspreiden over iederen
droeven dag, die volgen zei. Och er is
zoo weinig toe noodig om menschen, die
bescheiden zijn in hun wenschen, om een
liefhebbend vrouwenhart gelukkig te maken.
Een kleine oplettendheid, een teeder woord,
ja, al is 't maar een enkele vriendelijke
blik, maakt dikwijls voor een arme fcruis-
draagster den geheelen dag helder en dra
gelijk, maar hoe dikwijls gebeurt 't belaas
dat baar bloedverwanten, haar man of
broeder of vader of vriend onverschillig
hun weg gaan en dit beseheiden deel der
liefde voor haar niet over hebben of er niet
aan denken om 't haar aan te bieden
Theodoor Madling keerde naar het vader
lijk buis terug; maar een weinig tijda te
voren had reeds een oude heer, die bij
allen bekend scheen te zijn, zich reeds bij
bet gezelschap gevoegd. De heer Sijlvius,
de meermalen vermelden vriend van den
heer des huizes, was dan ook een persoon,
wien men niet spoedig over het hoofd zag.
Zijn gang en zijn houding had altijd iets
afgemetens, zijn lange, schrale figuur stak
het buitengewoon kleine hoofd altijd iets
vooruit, even alsof hij steeds naar iets lui
sterde en de trekken van het aristokratisch
gevormd gelaat waren misschien in vroeger
jaren schoon geweest, wanneer ze niet iets
loerends hadden gehad en niet in dien half
spottenden, half welluBtigen lach, die om
den mond speelde, een geestesgelijkenis
met den ouden Madling verraden hadden.
De oude vrijer werd door de meeste
menschen voor zeer ondeugend gehouden.
Wanneer er een bijtend puntdicht in omloop
was of een goede naam verdacht gemaakt
werd, dan heette 't„dat heeft Sijlvius
zeker weer gezegdDes al niet te min
verkeerde hij overal, ja, was ais 't ware
een onmisbare figuur in de eerste kringen,
en vele mannen en vrouwen waren uiterst
beleefd tegenover hem, omdat ze bang voor
hem waren, 't Was hem een groot genot
dat te bemerken en hoe sluw hij in zijn
spreken en doen ook was en wist op te pas
sen om zich zeiven niet te vergeten, zoo
open en ongeveinsd liet hij toch ook zijn
genoegen blijken, wanneer er een slechte
streek of de val van een mensch verteld werd.
Wat er toe bijdroeg om hem znlk een
overwegenden invloed te schenken en tot
een man te maken, wiens gezelschap gezocht
werd, dat waren zijn uiterst bedaarde ma
nieren en de wijze, waarop hij steeds allen
wist aan te hooren en nooit over zich zeiven
te spreken. Men wist bijna niets anders
van hem, dan wat men van hem zag. Zijn
woning was keurig ingericht, geheel en al
naar de behoeften van een ouden jongen
heer, terwijl de zorg daarvoor aan de vrouw
des huizes was opgedrageneigen dienst
boden hield hij er niet op na en zelfs wan
neer hij enkele avondpartijtjes hield met
eenige vertrouwde vrienden, huurde hij altijd
vreemde bedienden. Hij at in het voor
naamste logement, leefde buitendien op
grooten voet en wanneer iemand meende,
dat die Sjlvius toch vrij wat geld moest
verspillen, zei men altijd„och, hij kan 't
doen, hij heeft ook voor geen huisgezin
zorgen
Als man van zaken ging hij door voor
een model van nauwgezetheid en dat getuig
de zelfs Lingner, die een bepaalde afkeer
van hem koesterde en wanneer hij met hem
in gozelsehap was, hem met koude beleefd
heid ontweek. Als man van zaken werd hij
het meest geroemd door den geheimraad
Madling en deze kon 't zeker wel het best
weten. Sedert een reeks van jaren toch
stond hij, wat zaken betreft, met hem in
voortdurende betrekking, vooral nadat Mad
ling de jonge weduwe van den kamerheer
von Siegwart gehuwd en Sjlvius tot voogd
over Adelaïde had voorgesteld.
In verloop van tijd was de betrekking
van dis beide mannen tot elkander hoe
langer zoo vertrouwelijker gewordenbeiden
speelden en vrij hoog.
En al was 't ook een feit, dat Madling
meestal ongelukkig, de andere daarentegen
met des te meer voordeel speelde, toch
maakte 't geen inbreuk op de onderlinge
goede verstandhouding en als Madling ver
loor, zei de wereld alweer: „och, hij kan
't lijden, hij heeft toch geld genoeg
Adelaïde gedroeg zich op eigenaardige
wijze tegenover haar voogd. Toen ze nog
maar een kind was, kon men er haar maar
niet toe bewegen om hem een hand te geven;
zoodra hij in de kamer kwam liep zij er uit
en toen zij een volwassen meisje was ge
worden, toonde ze haar onoverwinnelijken
afkeer van hem, door de meest koude be
leefdheid. Hij wreekte zich door onderda
nige manieren, die nauw aan bespotting
grensden, terwijl hij Dina Lingner bijna het
hof maakte, gelijk deze dan ook tot diegenen
behoorde, welke Sylvius zeer amnsant von
den en terstond naar hem zochten, wanneer
hij in een gezelschap ontbrak.
Toen de geheimraad in haar nabijheid
kwam, had ze dan ook op den bewusten
avond terstond gevraagd „Waar blijft van
avond toch uw vriend Sylvius?"
En terstond daarop antwoordde een stem
achter haar„Ik wacht slechts op uw be
velen, schoone dame!"
„Ach, waarlijkgy zijt toch overal eu
nergens riep ze half verschrikt uit. „Men
zou haast bang voor u worden
„Zeer vleiend antwoordde hij, van zins
om het gesprek in dien toon te vervolgen,
maar eerst wendde hij zich nog tot Mad
ling en vroeg hem: „Weet ge ook, waar
uw zoon ia
De geheimraad keek verbaasd op. „Wèl,
hij is denkelijk in een der vertrekken I"
antwoordde hij vervolgens op onverschilligen
toon, toen hij Theodoor niet in de zaal zag.
„Wèl, neenik ontmoette hem, toen ik
herwaarts ging, ver van hier in een tegen
overgestelde richting en in allerliefst ge
zelschap."
„Och, kom, Sylvius, ge zijt in de war!"
En tot Dina Lingner zich wendende,
die met haar danser terugkeerde, zei hij
„Mijn waarde damehebt gij niet met
mijn zoon gedanst f"
„Ik smaakte tweemalen dat genoegen,"
antwoordde ze.
„En toch," fluisterde Sylvius hem weer
in, „zag ik hem met een jonge dame aan
zijn arm, die ik toevallig ken."
„Welnu, voor den duiveldan heeft die
toevallige bekende je in de war gebracht,
of wat wil je toch eigenlijk met dat alles
zeggen P" vroeg de geheimraad ongeduldig.
„Dat een ernstig engagement Theodoor
verhindert om den weg in te slaan, dien
gij toch zoo dringend moet wenschen, dat
hij inslaat."
„Maak gij 't maar niet dringender dan
noodig is, Sylviuszei Madling op ken
nelijk verbitterden toon. „Je schijnt op
eens behagen te vinden in de rol van aan
brenger en ongeluksprofeet. Maar zie, daar
is Theodoorvervolgde hij, op een zijdeur
wijzende. De assessor trad juist binnen,
naar het scheen uit de kamer der meer
bejaarde dames komende.
(Wordt vervolgd.)
Gedrukt bij C. DE BOER Jr.