HAN6LAHF1N. IMKflMAT. P. WIJTZES MARINE-GROEN. BEDDENWINKELHOOFDGRACHT. G0EDK00PE VOLKSTREIN DEN HAAG EN ROTTERDAM Specialiteit in machinaal gebreide Tricot-Ondergoederen ONTVANGEN: een groots tae tos ie nieuwste soorten TREURIARSGH VOOR PIANO, „D E T IJ D G E E S T." BEEKHOUT O». EÉN GULDEN. J. SWAAB, van Alkmaar. WOLLEN DEKENS worden machinaal gewasschen en gekamd. van Helder, Anna-Paulowna, Behagen, Koord Scharwoude, Hugowaard, Alkmaar, Castricum, Zaandam, Koog-Zaandijk, Wormerveer, Krom menie, Uitgeest en Beverwijk naar op WOENSDAG 30 AUGUSTUS 1882. A D E L A I D E. I uitsluitend solide fatorlcaat en do beste modellen vindt men in ONGEBLEEKTE^KATOENEN GOEDEREN uitsluitend goede kwaliteit voor Kinderen, le grootte Borstrokken 20 Cts. opvolgende grootte 25 Cents en grooter B21/2 Cents. Voorf Kinderen van 5 jaar 40 Cents, 7 jaar 50 Ceuts, 9 jaar 60 Cents, 12 jaar 70 Cents, 15 jaar 80 Cents; voor Vrouwen 90 Cents en extra grootte 100 Cents. Voor Jongens alle afmetiu-f gen tot voor de zwaarste Qeeren in MACHINAAL GEBREIDE BORSTROKKEN en BROEKEN, liet sterkste wat bestaat en prachtige modellen. Ook braille TRICOT-ONDERGOE-t DEREN in verschillende grootten. Witte, grijze en bruine Lamswollen en Sajet, Tricot Heeren CALECONS en GILETS in verschillende tailles. Gekleurde Flanellen Overhemden en Fransche witte Flanellen Onder-[ hemden, Wollen Tricot Jongeheeren en Heeren Ondervesten in alle afmetingen. Handgebreide Bosscher en Leidsche wollen Borstrokken, van de kleinste tot de grootste nummers, zoowel in fijne, middelsoort als zware kwaliteit voor Kinderen, Meisjes! en Vrouwen, zeer voordeelig. De meest uitgebreide collectie in alle soorten Kinder- en Dames-Kousen, vooral in witte en gekleurde machinaal gebreide Katoenen Kousen, het soliedste wat gefabriceerd wordtj De grootste keuze in HEEREN SOKKEN, ongebleekt en wit, geweven en machinaal gebreid, zoowel dunne als zware soorten, van 91/3 tot 12 inches. Gekleurde Katoenen Sokken, Vigonia Sokken, Bratwollen Sokken, Sajet-Wol Sokken, Lamswol Sokken, uitsluitend het soliedste fabricaat, in de nieuwste kleuren. Verwacht de volgende week de eerste bezending nieuwe wollen NAJAARS-ARTIKELEN, als gehaakte en andere soorten Overdoeken en Avond-j doeken, Dames wollen Mutsjes, Fanchons en aanverwante artikelen. De overgebleven soorten van gepasseerden Winter, worden van af| heden voor den halven prijs aangeboden. De nieuwe soorten en kleuren in Baaien, Bevers en Flanellen en Overhemden-Flanellen zijn voorhanden. De prijzen zijn ongeveer TIEN procent! lager dan gepasseerd jaar. Het soliedste fabricaat en kleuren, tot de voordeeligste prijzen in deze goederen, levert het Magazijn „DE TIJDGEEST.'' ter herinnering aan het vergaan van Zr. Ms. Rammo- üitor „Adder," en zijne bemanning op de Noordzee, in Juli jl., door H. J. MESSINK. P r U s 40 Cent. Deze Muziek is pas verschenen en bij eiken Boekhandelaar te ontbieden. Na ontvangst van het bedrag, in postzegels of postwissel, verzenden wij franco naar buiten. DE UITGEVERS, Deze bekroonde Verfstof is voor ongekoperde Schependoor haar WORM DOODEXD VERMOGEN zeer aan te bevelen, weert ook allen aan groei onder water. Voorhanden in bussen a 121/s K.G., bij J. F. SALVESEN. 6 S"X" CJ ï-5.S 'J en boste, of ten voeten nit, voor Op algemeen verlangen Zondags en Maandags van iedere weekna aankomst van den lsten trein tot des namiddags 6 ure werkzaam, in bet daartoe net ingerichte Photographiscb - Atelier hoek Spoor en Koningstraat alhier. Men wordt verzocht op naam en standplaats te letten, daar J. SWAAB, niet in eonnectie staat met andere Pkotographen alhier. SOXJSMHJHjXJEIB&.I GXX TER-XJG, Prijs voor heen en terug in de 3e Klasse naar Den Haag f 1.00. Naar Rotterdam-1.25. Vertrek van HELDER 's morgens 6 u. 5 m., van ZAANDAM 's mor gens 7 u. 20 m. Terug van ROTTERDAM 's avonds 7 uur. Zie verder aanplakbiljetten. DE ADMINISTRATEUR. FEUILLETON. Een verhaal van Claka Cron. Uit het Hoogdnitsch vertaald door 40.) J. W. BEVER8EN. Ondanks alle navorschingen had men zich ■iet van hem meester kunnen makeneeni- ge stations van de stad verwijderd raakte men zijn spoor bijster en men kon 't maar niet terug vinden, hoe gemakkelijk de per soon van den beschuldigde ook te herken nen was. Na alles, wat er uitlekte, kwam men eindelijk tot de overtuiging, dat de geheim raad Madling reeds van den beginne aan door zijn weelderige levenswijze en onge lukkig hazardspel meer verteerd had dan de renten van het vermogen bedroegen en dat zijn vriend Sylvius hem de gelegenheid had gegeven om ten laatste het kapitaal aan te spreken en hij zich sedert lang met de hoop had gevleid, dat hij wel weer zon terug winnen, wat hij had doorgebracht, of ten minste, altijd zich vast klemmende aan het plan om Adelaïde met Theodoor te doen trouwen, er op gerekend had, dat het ver lies van het vermogen niet wereldkundig zou worden. Hetzij nu dat Sylvius terstond voor zijn diensten rijkelijk beloond was geworden, hetzij dat hij steeds door zijn gelukkig spel een deel van het vermogen gewonnen had, ia allen gevalle kon men 't er wel voor houden, dat hij zich had voorbereid op het geval, dat de zaken van Madling eens aan het licht kwamen. Dat geval zou zich voordoen, zoodra Adelaïde een verbintenis sloot met een ander dan Thodoor. De geheimraad zag het gevaar naderen, en daar hij buitendien al niet meer wist, hoe hij zijn gewone schulden zou dekken want reeds de eerste opname van een hypotheek op zijn huis had kwade vermoedens gewekt werd hij al spoedig het leven moe en maakte hij er zelf een eind aan. Toen Adelaïde het verlies van haar ver mogen vernam, maakte in het eerst meer een gevoel van grenzelooze verbazing, dan van schrik en droefheid zich van haar mees ter. Ze was niet in staat om goed het onderscheid te beseffen, dat er in haar toe stand gekomen wasopgegroeid in het on bekommerd genot van rijkdom, had ze ook geen wenschen of neigingen gekoesterd, die veel geld vorderen, terwijl dan ook de jeugd, die van haar levenskracht zich be wust is en wier geest op de hoogste en edelste dingen is gericht, het bezit van geld gering acht, omdat ze er nooit het gemis van heeft gevoeld. Het diepste meelijden met de drie arme kinderen, wien zulk een treurig erfdeel was toegevallen, was het eerste gevoel, dat op rees in de ziel van Adelaïde, toen ze den zelfmoord van haar stiefvader vernomen had. En toen ze daarna vernam, dat haar ver mogen verdwenen was en dat het gerecht allereerst er op bedacht was om, ten haren voordeele, beslag te leggen op het huis en de prachtige meubels van den gestorvene, opdat de opbrengst daarvan haar ten minste eenigszins schadeloos zou stellen, toen ze vernam, dat daardoor Theodoor, zoowel als Mevrouw Madling en haar kinderen alles zondenverliezen, wilde ze er niets van weten. Ze bracht in het midden, dat ze in allen gevalle nog het buitengoed Siegwart bezat, zoowel rIs alles, wat haar moeder aan sie raden, zilverwerk en rijk ameubelement be zeten had; ze verklaarde, dat ze niets meer noodig had en ten voordeele van Theodoor en vooral van de kinderen afzag van alles, wat nog uit de nalatenschap van Madling voer haar gered kon worden. Men bracht haar intnsschen aan het ver stand, dat haar verzet tegen die zaak niets zou baten, zoo lang ze nog onder voogdij stond en ongehuwd was; ze moest daarom de zaken haar loop laten gaan en kon al leen het vast besluit voor zich zelve nemen om, zoodra ze kou, de weezen weer scha deloos te stellen voor dat, wat in haar naam en volgens haar meening, op wrsede en onbillijke wijze hun ontnomen werd. Al die overleggingen, bedenkingen en besluiten hadden de jonge erfgename, die zich anders om geldelijke zaken weinig be kommerde, onophoudelijk bezig gehouden sedert den gewichtigen dag, waarop zij Wallwitz verlaten had. De trouwe vrienden aldaar, zeer ontroerd door.de berichten, die. Adelaïde zelve hun meedeelde, moesten tot hnn droevenis wel inzien, dat ze ia den eersten tijd wel niet op haar terugkomst behoefden te rekenen. Ze kon, noch Emilie, noch het huis ver laten want het scheen, alsof mevrouw Madling volkomen ongeschikt was om voor het huishouden of voor Theodoor te zorgen. Adelaïde, gesteund door de raadgevingen van Emilie en door de welwillende mede werking en goede gezindheid der dienst boden, nam de teugels van het bewind in handen. Daardoor, zoowel als door de ge sprekken met de heeren van den rechtbank, met haar voogd von Sterne en met anderen weid ze zoo bezig gehouden, dat haar ge voel, door de ontmoetingen met Oswald Hermsdorf op het diepst geschokt, als het ware gewelddadig tot zwijgen werd gebracht. .Werkelijk had ze bijna geen tijd gehad om aan hem te denken, behalve bij de korte bezoeken, die hij maakte om aan de dames te vertellen, wat hij van Theodoor dacht. Ook Hermsdorf had met de grootste ver bazing het verlies van Adelaïda's vermogen vernomen, maar op zijn liefde voor haar had 't geen invloed en de wijze, waarop ze diea avond hem te gemoet was gekomen, zoowel als de vrijwillige terugname van iedere verdenking zijner oprechtheid, had die liefde nog krachtiger doen worden. En ze werd niet minder, toen hij van verschil lende kanten hoorde, hoe grootmoedig ze afstand wildö doen van de nalatenschap ten voordeele der weezen, terwijl hij met innige vreugde bemerkte, hoe krachtig zij de teugels van het huishoudelijk bewind in banden nam en onder de schokkende gebeurtenissen der laatste dageD, haar frisch- heid naar lichaam en geest behield. Meer dan zij, en zelfs in tegenoverstel ling van haar, gewoon om ook buitenge wone voorvallen in het leven op gemakke lijke wijze door zijn verstand te 'beheerschen, kwam zijn liefde, door de verklaring harer verachting gewelddadig onderdrukt, te krach tig weer boven, hoe kleiner door dien vreese- lijken dag de afstand was geworden tus- schen hem en zijn geliefde. Ze was niet meer de ontzettend rijke erfgename, op wier vermogen steeds naar do meening der meesten, gespeculeerd werd, wanneer men haar eens ten huwelijk vroeg; ze stond niet meer onder het toezicht van een man, met wien Oswald om haar bezit zou moeten gestreden hebben en wat bij hem nog het meeste gold, wat hem het meeste geluk voorspelde, dat was die korte verklaring, welke de geweldige smart had ontperstaan haar verbitterd hart, dat zich verraden waande. Toen hij daar in het bosch haar naam had uitgeroepen, toen ze vol schrik was opgesprongen en hem tegemoet was geloopen en hij vol bezorgdheid had ge vraagd, wat haar scheelde, toen had ze aan de verklaring, dat ze hem onuitsprekelijk diep verachtte, het woord laten voorafgaan „zoo uitsprekelijk ik u heb liefgehad Zijn toorn over de hem aangedane beleediging had hem doof gemaakt voor de muziek dier belijdenis, maar nu klonk ze hem dag en nacht in de ooreu en terwijl ze weer even als vroeger na de eerste kennismaking met hartelijkheid en met achting hem be jegende, brandde hij van verlangen om ze nog eens alleen te ontmoeten en dan het heerlijke recht te doen gelden, waarop dat woord hem volle aanspraak had gegeven. TWINTIGSTE HOOFDSTUK. 't Was zoo wat in het late morgenuur, toen Adelaïde in een vrij levendig ge sprek met haar oude vriendin door het binnentreden van den ouden Bernard ge stoord werd. 5t Scheen de freule niet aan genaam te zijnv dat ze zoo gestoord werd, want ze was zichtbaar ontroerd en het ge laat van Emilie verried de grootste deel neming. „Freuleer is een jonge dame, die „Is 't ook de een of andere koopvrouw P" vroeg Adelaïde, ietwat ongeduldig „ik kan ze niet ontvangen en ik heb ook niets noodig." „Dat is ook het geval nietvervolgde de oude met bescheidenheid, maar zich toch niet van zijn stuk latende brengen. „Ze wilde alleen aan de freule zelve haar naam bekend maken en verlangt dringend u slechts enkele minuten alleen te mogen spreken." Adelaïde keek juffrouw Mohnhaupt aan terwijl ze zei: „Wat zou ik doenP" De andere stond op en zei: „Wél, mijn kind! hoor, wat het is; later zullen we ons gesprek wel weer voortzetten." Ze ver liet de kamer en Adelaïde gaf Bernard een wenk om de onbekende dame binnen te laten komen. De freule von Siegwart was in den rouw en deze deed de schoonheid van haar gelaat buitengewoon goed uitkomen. De inner lijke ontroering, door een brief van Me- lanie veroorzaakt en een eenigszins onaan genaam gevoel, dat men haar stoorde, ter wijl ze juist aau Emilie meedeelde, wat ze gelezen had, maakten haar gelaatstrekken nog levendiger en deden haar oogen nog meer dan anders schitteren. Zoo trad ze de onbekende, die haar wensebte te spreken, eenige schreden te ge- moet en 't was geen wonder, dat Marianne Bcrndt want deze was 't, die Bernard had aangediend eenigszins onthutste, toen ze Adelaïde zag. De aanleiding tot haar komst droeg er ook al niet weinig toe bij om haar verlegen te maken. Zoo stond ze dan netjes, maar eenvoudig gekleed, in eenigszins gebogen houding en de groote, thans zoo droef er uitziende oogen smee- kend op Adelaïde geslagen, tegenover deze. Een enkele blik op het gelaat en de houding van het jonge meisje was voor de andere voldoende om terstond met vriende lijkheid haar aan te zien en toe te spreken. „Ge hebt me willen spreken P" zei ze op weiwillenden toon „welnn, neem dan plaats Waarmee kan ik u van dienst zijnP" T'huis en op weg had de arme Marianne zoo goed geweten, wat ze had willen zeg gen maar nn was plotseling alles uit haar geheugen verdwenen en de zachte stem van baar gewaande medeminnares trof haar zéé, dat ze in tranen uitbarstte. „Ik hoop niet, dat er iets ongelukkigs met u is geschied, lieve juffrouwzei Adelaïde eenigszins verlegen „noem me maar eerst uw naam, het andere volgt dan misschien wel van zelf." „Ik heet Marianne Berndt." (Slot volgt.) Gedrukt bij C. DE BOERJr.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1882 | | pagina 4