Het kan zijn nut hebben IN IIIDEB-SPEEL60EDEBEI. Di jrllzea zod als i 11 numi zijl, ïirttiei Ut fciiaar, tót later. NIEDV GESLACHT. in ïrai Civoir Fraps, DECONCÜRRENT, WESTSTRAAT 87-88.,. HENNEP- EN ANDERE ENVELLOPPEN it. Cl I BOER Jr. HelierJ Bij inkoop alleen van volle stukken wordt VIJF PROCENT KORTING toegestaan. OMSCHRIJVING DER ARTIKELEN. ENORME KEUZE IN AFGERANDE TAFELGOEDEREN. DES SEEMANN'S LEBEWOHL, Gelderscbe HUTSPOT, Huize ,M Arenfl/' Bij M. BUTTER, EEN HUIS, nu het onaangename weder en de lange winteravonden de meesten verplichten zich binnen de muren en met huiselijke bezigheden onledig te houden, de aan dacht van huismoeders te vestigen op den tegenwoordig zeer lagen marktstand der WITTE Q-O 1 fc-c 'hsIXT^ Overal schijnt dezen zomer daarin weinig omgezet te zyn; prijsaanbiedingen van alle kanten lager dan gewoonlijk. Het Magazijn DE TIJDGEEST, dat van af zijne oprichting een specialiteit maakte in WITTE GOEDEREN voor huishoudelijk gebruik, door in den meest uitgebreiden zin steeds het deugdzaamste en beproefd voordeeligste aan te bieden, maakt thans opmerkzaam op zijne momenteel zeer lage prijzen. Groote stalen der stukken, met opgaaf van den waren inhoud, juiste breedte in Nederl. maat en de minste prijzen, op aanvraag ter inzage en vergelijking; men zal een belangrijk voordeel in de prijsnoteeringen gedurende deze zes weken ontdekken. Witte Voering-Sllirtillgs in vijf soorten. 3VTaa/imaOllillelia-toen in acht opvolgende soorten, het aangenaamste, voordeeligste en soliedste wat bestaat. Echte JEDXXSOlSOlJLO en ft«''V£i,Ti «stnll ft in de alge meen bekende nummers en breedten, -Ho11a.ri fl«oll of zoogenaamd löTSOll T .iTinen voor Overhemden, Kussetisloopen, enz. in zes verschillende kwaliteiten. 3V£0<3-X1L5.!Ö3.S, het soliedste voor Dames- en Kinderhemden, in alle breedten en kwaliteiten voorradig. Alle breedten in OraSlinn©Il. Halflinnen en zuivere Brat>ailtSCll© Linnens, vanaf één El tot 2X/S El breedte, voor Bedlakens en Hemden. Men "koopt thans zeer goede kwaliteit 21/,, Els breedte wit zwaar Graslinnen voor 35 Cent per El. Amersfoorts en 3ES.0330Ï7S& voor ondergoed zijn gedurende deze zes weken vijf procent lager en thans van de Zomerbleek zeer mooi. Bazüns, PicLués, Diemets, Piq.uê-Moltonné, enz. voor Négligé's en Kin der-Ondergoed, in volledige keuze en door te grooten voorraad zeer laag gesteld. in Tafel-, Servet HanddLoeK- en Lulergoederen, zoowel Katoen-, Halflinnen als zuiver Linnen, de meest uitgebreide sorteering. Vooral deze artikelen zijn zeer goedkoop en hebben een beduidende prijsvermindering ondergaan. ZANGSTUK met begeleiding van Piano, ter gedachtenis aan het vergaan van den Rammonitor „ADDER." Gecomponeerd en opgedragen aan de Commissie van het Stafmuziek der Koninklijke Nederlandsche Marine, ten voordeele der nagelaten betrekkingen, door CHR. G. L. WOCHE, Stafmuzikant der Kon. Nederl. Marine. NIEUWEDIEP, Prijs 60 Cent. BERKHOUT Co. Bij iederen Boekhandelaar is dit Zangstuk verkrijgbaar. Buiten de gemeente verzenden wij het franco, op aanvrage met bijvoeging ran het bedrag in postwissel of 20 CENT PER 5 ONS. GEROOKTE KINNEBAKKEN. P. OETELMANS, Hoofdgracht. TESSEL. EN 279. BRUXELLES. 279. Buiten-Bantammerstraat No. 2, Amsterdam, worden gevraagd PLAATSVERVANGERS en NUM- MERVERWISSELAARS voor de lichting 1883. Tevens kunnen ge schikte personen voor Indische Dienstneming zich aanmelden. Gegadigden vervoegen zich in per soon, bij den Heer J. F. VOLKERING, Koningskroon," NIEUWEDIEP. te huur of te koop, spoedig te aanvaarden. Te bevragen bij P. C. DE WAARD, Oude Schild. 66) Ontvangen nieuwe en smaakvol bewerkte Dames-Oorknoppen, Broches, Braceletten, Colliers, Waaiers, Portemonnaies, Albums, Neccessaires, Werkmandjes, Werkkisten, enz. ku' SIPZÉCI-^HLilTJEIT te\ bet met gedrukt adres, van af f 2.30 per 1000. ku; l ma vin Gr. j stei nie ver dit -—,T—1 .1. 'I UT -l'j r 1 1 l 1 1*- des nachts in hnis gebeurt; mijn gehoor is scherp en ik weet ieders tred te onder- yar scheiden." éen Zij stond moeilijk en langzaam op. Frida; we. schoot toe ten einde haar behulpzaam tezijn. jaa: „Dank je mijn kind, dank je," zeide de ^oc oude met weeke stem. „Gij zijt nog zoo: 1 jong, wat heeft n bewogen onder vreemde menschen te gannp" Mijn ouders zijn dood en ik moet voor ven mij zelve zorgen," gaf Frida ten antwoord, tol) „En nu moet het toeval u hier heen enj. voeren! Doch verlies den moed niet. Voelt gij u gekrenkt en verlaten, kom dan tot Tre' mij. Helpen kan ik u niet, doch een!0®1? woord van troost zult gij steeds bij mij!Vijl vinden." mee De oude vertrok en Frida had inderdaad het het gevoel of zij onder dit vreemde dak ver( niet meer alleen stond. Rustiger dan eenigen -l tijd te voren legde zij zich te slapen. ,ef IV. Den volgenden morgen begon Frida met ken het geven van onderricht in de kamer van van de „genadige vrouw." Niet zonder angst offe: was zij de kamer van de gestrenge vrouw binnengegaan, doch hare genade was vrien-1 delijker dan het meisje verwacht had en !*lscl hoewel Selma zich ook met den grootsten E tegenzin aan 't werk zette, ofschoon zij de <den de veris zal c riep Koe ik er 1 hij waa: ten volg ZOOT van reed FEUILLETON. Hoogmoed komt voor de val. Roman naar 't Duitsch, VAN FRIEPR1CH FR1EPRICH. 6. III. Het was al stiller en stiller in 't ïrafs geworden, toen er zacht aan haar kamer deur geklopt werd. Verschrikt sprong zij op. Nog eer zij „binnen" geroepen bad, werd de denr zachtjes geopend en trad een bleeke, door ouderdom en ziekte gebogen vrouwengestalte binnen. Een lichtstraal viel op een verschrompeld, uitgeteerd gelaat, waarvan de trekken veel op die eener heks geleken. De diep liggende oogen joegen angst aan. Frida week onwillekeurig een schrede terug. „Vrees niet, mijn kind," zeide de oude met hare zwakke, heesche stem, op ver- trouwenwekkenden toon. „Ik weet dat ik reeds menigeen door mijne verschijning verschrikt heb, doch de mensch is niet al tijd zoo als hij op het eerste gezicht Schijnt, Menigeen is beter dan bij lijkt, doch velen, zeer velen zijn slechter. Haha! Ik ken menschen, door rijkdom omgeven, in zijde en fluweel gekleed, in équipage rijdende, en die toch minder waard zijn dan de arm ste bedelaarster." De oude begaf zich met moeite naar een stoel en nam daarop plaats. Frida bleef nog steeds zwijgend op de zelfde plaats staan. „Van mij hebt gij niets te vreezen," ver volgde de vrouw, terwijl zij het hoofd naar het meisje wendde. „Ik wilde u bezoeken, omdat ik uve buurvrouw beH. Mijne ka mer ligt juist tegenover de uwe. Niemand mag weten dat ik mij bier bevindt, doch het is thans stil in het huis en de „gena dige vrouw" weet niet, dat ik weder loopen kan, hoewel mij dat nog zeer xwaar valt. Wanneer men sedert jaren door jicht ge- geplaagd wordt en weken lang niet van zijn stoel kan komen, dan verloeren de voeten ten laatste het gaan en worden zij zwak. Kom, zet u hier bij mij neder." Frida voldeed aan het verzoek der vrouw. Zij wierp eeu blik op haar gelaat, dat thans een geheel andere uitdrukking scheen te krijgen. Was het ook scherp gesneden en gaven de spitse nens en de vooruitstekende kin daaraan ook een onaangename uitdruk king, zoo werd dezelve toch door een smar- telijken trek verminderd en uit de oogen, welke op Frida gericht warensprak goed moedigheid. „Gij zijt in een onprettig hnis gekomen, en de bediende heeft mij verteld hoe on vriendelijk gij ontvangen zijt," begon de oude op nieuw. „Het is trouwens hier nog niet een beter gegaan en gij hebt reedB vele voorgangsters gehad, want langer dan een vierendeels jaar, heeft het nog geen harer uitgehouden. Gij schijnt het u nog al aan te trekken. Gij zijt nog jong en znlt weinig menschenkennis bezitten. Indien gij maar moed vat en geen andere, betere betrekking kunt krijgen, dan moet ge alles maar zien te verdragen en u niet te veel laten welgevallen, voornamelijk niet van de „genadige vrouw," die gaarne iedereen wil beheerschen en zelve onder de plak staat van haar onaangename, jongste dochter. Maar gij weet nog niet met wie gij thans te doen hebt. Ik ben de moeder van de „genadige vrouw." Zie mij niet zoo ver wonderd aan, maak er mij geen verwijt van dat ik mijn dochter niet beter opge voed heb, de omstandigheden hebben het zoo gewild en met de jaren verandert ook het bloed van de menschen. Eenmaal was zij een eenvoudig en goed meisje. Toeu zij huwde had haar mau even veel als ik mijne dochter kon meegeven, dat wil zeggen niets. Zij moest hard werken, de geheele huishouding alleen beBtnren en zij gevoelde zich daarbij gelukkig. Toen haar man zich echter «enig vermogen verwierf, werd zij hoogmoedig en dacht nanwelijks meer aan hare ouders. Zij trokken naar Berlijn, leefden in overdaad en mij en mijn armen man ging het slecht, want wij waren beiden oud en ziek. Daar Btierf mijn man, ik stond geheel verlaten en moest tot de armen kas mijn toevlucht nemen, aangezien ik niets had om te leven en ook niets ver dienen kon. Het stadsbestuur wendde zich toen tot mijne dochter en eischte van haar dat zij mij zou ondersteunen. Zij ant woordde mij tot zich te zullen nemen en te verplegen. Ik kreeg reisgeld en kwam hierheen. De tegenover de uwe gelegen kamer werd mij aangewezen en mijne dochter deelde mij tegelijkertijd het verbod mede het vertrek te verlaten. Zij zeide niet dat zij zich voor mij schaamde, doch uit hare woorden kon ik het wel opmaken. Nu ben ik hier reeds sedert jaren en dikwerf, ja zeer dikwerf heb ik gewenscht in het armenhuis in mijn geboortestad te zijn, want van mijne dochter heb ik nog niet één vriendelijk woord gehoord. Dat doet mij niet weinig leed, want toen zij nog een kind was, heb ik haar opgevoed en verpleegd menigen nacht heb ik aan haar ziekbed doorgebracht en om haren wil gebrek ge leden, ten einde zij niets ontbeeren zou." Vermoeid door 't spreken zweeg de oude. Frida greep de band der vrouw. Hoe geheel anders kwam deze haar thans voor, nadat zij gesproken had. Zij dacht er aan hoe gelukkig zij nog was toen zij haar eigen moeder kon verplegeH. „Thans zal liet spoedig twee jaren ge leden zijn, dat mijne dochter zich voor de laatste maal in mijne kamer vertoond heeft," vervolgde de oude. „Nu, ik kan ook wel zonder haar sterven. Wat zij aan mij mis dreven heeft daarvoor zal ze later wel boeten, want liefde zal zij van haar kinderen niet oogsten, in 't minst niet van hare jongste, dochter, die zij boven de andere voortrekt. De rijkdom van haren man heeft haar hoog moedig gemaakt, doch ook de grootste rijkdom kan weder verloren gaan. Haar man is ove rigens beter dan zijwel is hij ook trotsch en hoogmoedig, doch zijn hart is niet slecht, en wanneer hij door den tijd ongevoelig is geworden, dan is zijne vrouw daarvan de eorzaak. Iets kunnen zij echter niettegenstaande al hun geld toch niet ver krijgen, namelijk kennis en fijne manieren. Zij zou wel in gezelschappen willen schit teren, toegang krijgen tot de salons der aristocratie, maar deze blijven voor haar gesloten, en daarom heeft zij weinig om gang. Dat hindert en verbittert haarop op dien grond is zij ook zoo trotsch op haar oudsten zoon, Heino. Hebt gij dien reeds gezien „Neen f" „Hij is ook maar zelden hier; tegen den middag rijdt hij weg en keert dan meest des nachts terug. Hij verkeert, tot groot genoegen van zijne moeder, met of ficieren en adellijke jongelui, omdat hij het geld zijns vaders met volle handen kan wegwerpen. Hij is niets, doet niets en het leven dat hij leidt is schandalig. Ik ben slechts een oude vrouw, maar dat weet ik, dat wanneer zijn vader raillioenen verdient, Heino die verkwist. Zulk een leven kan intusschen tot geen goed einde leiden, want werken moet iedereen." Frida verhaalde nu op welke wijze zij den tweeden zoon, Kurt, had leeren kennen. „Die is de beste van allen en daarom wordt hij ook door de zijnen met den nek aangezien," zeide de oude. „Hij past niet in de familie en zijn eigen moeder zeide mij, dat zij zich sohaamde znlk een zoon te hebben. Laat u nu door de „genadige vrouw" en hare jongste dochter niet te veel commandeerentreed beslist tegenover het jonge meisje op en wanneer gij wenscht uw hart eens uit te spreken, want daaraan zal een jonge dame als u wel eens be hoefte hebben, kom dan bij mij, doch steeds des avonds. Mij treft gij altijd nog wakende, want de jicht houdt de slaap nit mijne oogen; ik slaap gewoonlijk eerst tegen den morgen in, daarom hoor ik ook alles wat haar gedane vragen nauwelijks en zeer trotsch beantwoordde, was zij toch niet uit dagend of beleedigend. Frida kon niet denken waaraan zij die verandering moest toeschrijven; zij zag het voor een verbetering van de zijde van hare meesteres aan, en dit deed haar moed, die zij bijna geheel verloren had, weder een weinig terugkeeren. Toen zij, nadat het onderwijs was afge- loopen, zich weder naar hare kamer begaf, ontmoette zij op den trap een bleeke jonge man. Zij raadde dadelijk dat het Heino was cu wilde schuchter buigend verder gaan. Heino was bezig met 't toeknoopen van zijn handschoen en achtte het niet waardig den hoed af te nemen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1882 | | pagina 4