'T VLIEGEND BLAADJE.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1034.
Vrijdag 12 Januari 1883.
Elfde Jaargang.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Kalender der Week.
Atoonnoment
per 3 maanden binnen de gemeente 50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
UitgeversBERKHOUT Co. te Helder.
Bareaai: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
JANUARI, (Louwmaand)], 31 dagen.
Opkomst der Zon 8 u. 6 m.
Ondergang,, 4 u. 14 m.
Zondag 14
Maandag 15
Dinsdag 3 6 Eerste Kwartier
Woensdag 17
Donderdag 18
Vrijdag 19
Zaterdag 20
NIEU WSTIJDIN GEN
HELDER, 12 Jan. 1883.
De beer J. M. Kippersluijs,
machinist 2e kl. bij de Kon. Ned.
Marine, is na volbracht examen be
vorderd tot len machinist, ingaande
1 Febr. a. s.
Zr. Ms. schroefstoomschip Bo
naire, onder bevel van den luit. t/z.
Ie kl. Engelbrecht, thans liggende
in de haven alhier, waar het eenige
kleine voorzieningen ondergaat, zal
worden bewapend met twee revolver
kanonnen, stelsel Hotschkies.
Volgens aanschrijving van het
min. van marine mogen voortaan alle
onderofficieren, uitmuntende door goed
gedrag, en alle korporaals, tamboers,
pijpers en minderen van het korps ma
riniers, welken ten minste 6 j. dienst
hebben en een uitstekend gedrag, zich
in 't huwelijk begeven.
- Naar men verneemt zullen er te
Hellevoetsluis dit jaar twee monitors
voor Zomeroefeningen in dienst wor
den gesteld.
Aan den schipper van de red
dingsboot en zijne kloeke roeiers te
Terschelling, die den 8en December
van het vorige jaar de bemanning
van de Eng. stoomboot »Marna"
redden, is een geschenk in geld, ten
bedrage van f75, gezonden dooreen
ongenoemde dame.
Als een bewijs boe sober som
mige arbeiders in Eierland op Texel
leven, diene het volgende, dat als
historisch wordt medegedeeld. Een
arbeider trad bij zijn boer binnen,
toen deze het middagmaal juist ge
nuttigd had. Op den schotel lag
nog een stuk spek, dat de boer den
arbeider gulhartig aanbood.
>Ik zou het liever meenemen," zei
de arbeider, »dan kon mijn zoon, die
al 12 jaar is, ook eens spek zien
en proeven, want die beiden zijn
hem nog nooit overkomen
Nu van 80 cent per dag kan men
met een groot gezin weinig doen.
Gebruik om koeien bij 't ge
wicht te verkoopen wordt totdusver
weinig of niet gevolgd. Daarom
vermelden we als iets nieuws op het
gebied van den handel, dat door den
landbouwer Schokkenkamp te Ter wol-
de 8 vette koeien in één koop zijn
verkocht voor 42*/a cent per KG.
Het eerste offer der nieuwe
zegelwet is op Nieuwjaarsdag reeds
te Groningen gevallen. Een geacht
ingezetene aldaar quiteerde namelijk,
zonder om de nieuwe wet te denken,
inderhaast een nota van f 13.en
gebruikte geen plakzegel. Een can-
didaat-notaris, zoon van de dame,
die de rekening had laten betalen
maakte de bevoegde macht op dat-
verzuim opmerkzaam, zonder eerst
den handelaar te waarschuwen, die
nu de hooge boete zal moeten betalen.
Uit den Zwanenburgwal is te
Amsterdam het lijk opgehaald van
een vrouw, die op het oogenblik dat
men tot redding toeschoot, nog hulp
kreten deed hooren.
Het zeldzame feit heeft zich te
Amsterdam voorgedaan, dat een mili
tair ter zake bedelarij is aangehouden.
't Was op het Sophiaplein. Een
infanterist vroeg daar aan een voor
bijganger om een aalmoes, voorgevende
reisgeld noodig te hebben om naar
zijn garnizoenplaats terug te keeren.
Een onverbeterlijke dronkaard
te Rotterdam werd in 't afgeloopen
jaar door het 2e kantongerecht, we
gens openbare dronkenschap, bij ver
schillende vonnissen zelfs tot f313
aan boete of 183 dagen subsidaire
gevangenisstraf veroordeeld.
Woensdag is de heer Werker,
eigenaar van het Bible Hotel, door
den rechter van instructie te Rotter
dam, mr. Croockewitgehoord in
zake de millioenen-juffrouw.
Uit de met zooveel zorg gevoerd
wordende instructie moet nl. gebleken
zijn, dat op enkele avonden als bij
Jannetje Struik de geldschieters met
hunne vrouwen gasten waren, de
portier van dat hotel in last had haar
te komen roepen, met de boodschap
dat notaris van Houten er was.
Na zulk eeu boodschap verontschul
digde Jannetje zich bij haar gasten,
ging de kamer uit en vertoefde dan
een half uurtje in een andere kamer.
Wanneer zij dan in haar vertrek
ken terugkeerde, had zij altijd veel
nieuws te vertellen, over de mede-
deelingen, haar door den notaris aan
gaande den stand der uitbetaling van
de erfenis gedaan.
Het hooge water heeft te Maas
tricht een offer geëischt. Een zoon
van den vleeschhouwer P. S. aldaar,
oud 30 jaren, die sedert 14 dagen
vermist was, is op den Scharnderweg
(die overstroomd was) dood terugge
vonden. Men vermoedt, dat hij, door
de duisternis misleid, te water geraakt
en verdronken is.
Te Berkel en Rodenrijs heeft
een ontzettend ongeluk plaats gehad.
De arbeider v. d. E. had terwijl hij
buiten werkzaam was, zijn 9jarig
zoontje bij zich. Het knaapje had
de onvoorzichtigheid een geladen ge
weer van een nabestaande kar te
nemen, met het ongelukkig gevolg
dat het schot afging en den vader
zoodanig in de borst trof, dat de
dood onmiddellijk volgde. De oppas
sende werkman laat een weduwe met
vijf kinderen achter.
Aan den Roxheimer dijk, bij
Frankenthal, heeft een gevecht plaats
gehad tusschen de arbeiders die werk
ten aan de versterking van den dijk
en de bewoners van het dorp Lam-
pertheim, aan den rechter Rijnoever,
die zich tegen het herstellingswerk
verzetten, in de hoop, het water,
zoo mogelijk, van hun dorp af te
leiden. De Lampertheimers schoten
op de mannen van Roxheim,
waagden zelfs tot vijf malen toe een
aanval op hen, maar zij werden tel
kens afgeslagen. De dijk werd daarna
door soldaten bewaakt.
Zooals men zich herinnert, deden
ook de Mundenheimers onlangs een
dergelijken, hoewel minder hevigen
aanval op den Neckarauerdijk, die
Manheim beschermde.
De aanvaring tusschen de City
of Brussels en de Kirby Hall in den
mond der Mersey blijkt in de eerste
plaats te wijten geweest te zijn aan
een dikken mist, en in de tweede
plaats aan de onbesuisdheid waarme
de het laatstgenoemde stoomschip,
danks dien mist, zich voortbe
woog.
De City of Brussels, van de Inman-
lijn, met een aantal passagiers aan
boord, was Donderdag vóór acht da
gen uit New-York vertrokken. Bij
het invaren van de Mersey bevond
zij zich plotseling in eeu zoo dikken
mist, dat de gezagvoerder, kapitein
Land, besloot niet dóór te stevenen,
maar onder stoom te blijven nabij
het buitenste lichtschip. Terwijl het
schip daar lag, werd er niet alleeu
een scherpe uitkijk gehouden, maar
tevens werd door middel van belge
lui en hoorngeblaas allés in het werk
gesteld om mogelijk narrende vaar
tuigen te waarschuwen. Ondtiuks die
maatregelen, hoorde men plotseling
het gedruisch van een aanzettend
omschipmen zag, op slechts weini
ge yards afstand, een groot vaartuig
met snelheid uit den mist opdoemen
en vóór er iets kon gedaan worden ter
afwering, had de boeg van de Kirby
Hall in de zijde van de City of Brus
sels een scheur gekloofd, door wel
ke het water met ontembare
kracht naar binnen bruiste. On
middellijk deed kapitein Land (wiens
houding zeer geprezen wordt, ziende
dat zijn schip verloren was, de pas
sagiers in de booten naar de Kirby
Hall overbrengen, welk laatstge
noemd schip wel zoo grootmoedig
was om ten minste uiet dóór te stoo-
n. Dit reddingswerk ging vlug
ordelijk toe. Inmiddels, terwijl
de kapitein en een deel der beman
ning zich nog aan boord bevonden,
was het schip snel zinkende en er wa
ren nauwelijks 20 minuten na de bot
sing verloopen, of het reusachtige
vaartuig maakte een geweldigen zwaai,
waardoor de manschappen, die in het
want geklommen waren in zee
slingerd werden en schoot met den boeg
vooruit omlaag, in 14 vademen diepte.
De in het water spartelenden, on
der welken ook kapitein Land, werden
met veel moeite en gevaar door de
sloepen van de City of Brussels (de
Kirby Hall was niet genoeg bemand
om een enkele boot te kunnen uit
zetten) opgevischt. Niet allen ech
ter. Toen men aan boord van de Kirby
Hall appèl hield, bleek het dat er
twee passagiers, Italianen, en acht
koppen van de bemanning (ook de
tweede stuurman en de timmerman)
bij het onheil waren omgekomen.
De Kirby Hall is een vonkelnieuw
schip van de Hall-line, voor den
dienst tusschen Liverpool en Indië.
Zij kwam, voor het eerst te water,
van Glasgow, om te Liverpool hare
lading en passagiers in te nemen.
Voor hare maiden voyage was dit
een fataal begin. Ook aan den naam
van City of Brussels waren reeds
noodlottige herinneringen verbonden.
Het was een audëre City of Brussels,
mede tusschen Liverpool en Amerika
varende, die vóór eenige jaren met eeni
ge honderden menschen aan boord,
spoorloos verdween.
Aan de New-York Herald is
gemeld, dat aan de golf van Kha-
tanska twee mannen zijn aangekomen,
die behooren tot de troep van luitenant
Chipp van de »Jeannette." Toen
de briefschrijver ze vond, was de
een reeds dood en stierf de andere
spoedig. Uit Washington wordt
echter geseind, dat men het bericht
daar niet gelooft, omdat het gouver
nement er niets van heeft vernomen,
wat zeker geen sterk bewijs is.
Het gekibbel over de premie
van 26,000 francs, die voor het ge
vangen nemen van den moordenaar
van den advocaat Bernays werd uit
geloofd, duurt uog altijd voort. Zooals
meu weet, makeu verschillende per
sonen aanspraak op dat geld, o. a.
een burger vau Hooy, die het eerst
het schrift van Henry Yaughau her
kende, en een bediende van het sta
tion te Keulen, die Leon Peltzer liet
gevangennemen, toen hij op het punt
was, in den trein te stappen. Deze
bediende zal tegen den Belgischen Staat
eeu eisch tot uitkeering van de premie
iustellen. Er kan echter niets beslist
worden omtrent de betaling, of de ver
deeling van het geld, vóór in de Pelt-
zerszaak in het laatste ressort uit
spraak gedaan is.
Het uitlooven van dergelijke pre-
miën is op zichzelf reeds stuitend,
maar het wordt dat in dubbele mate door
het gehaspel, waartoe het gewoonlijk
aanleiding geeft.
De gevaarlijke gewoonte der
dames, om hare hoeden met groote
pennen vast te steken, heeft een
heer bijna een oog gekost. Een
dame, met wie hij in gezelschap was,
wendde plotseling het hoofd om, en
wondde hem met de pen van haar
hoed in het linkerooghet scheelde
weinig of hij was voor goed aan dat
oog blind geweest. De wond kan
echter genezendoch daar er door
onreinheden van de metalen naald
ontsteking is bijgekomen, zal dit nog
verscheidene weken duren. Moge
het geval onze schoonen tot waar
schuwing strekken.
In het Russische dorp Suido,
district Jambury, hebben onlangs de
boerenvrouwen een rooverhoofdman,
die een half jaar lang met zijn bende
de schrik vau den omtrek was, on
schadelijk gemaakt.
De roover kwam vermoeid en hon
gerig bij een bloedverwante van hem
in het dorp aan. Onder voorwendsel
van het een en ander voor hem te
halen, ging de vrouw haar woning
uit, riep de andere vrouwen van het
dorp (de mannen waren allen afwezig)
en voor de roover van zijn verbazing
en schrik bekomen was, lag hij met
een strop om den hals, half geworgd
op den grond, terwijl de vrouwen,
met bijlen, dorschvlegels, mestvorken
enz. gewapend, om hem heen stonden.
Weldra kwam nu het dorpsbestunr
er bijde gevangene werd aan het
gerecht overgeleverd, en zijn bende
van haar opperhoofd beroofd, ver
strooide zich van zelf.
In het Finsche stadje Kumo
waren op Kerstmorgen 2000 men
schen in de vroegmis. Eensklaps
riep iemand Brand Alle aanwe
zigen drongen naar de deuren, die
naar binnen dicht sloegen, zoodat
door de opdringende massa geen
mogelijkheid was om ze te openen.
Er ontstond een groot gedrang. Ve
len, die op de galerijen zaten, spron
gen door de vensters op het kerkhof,
waarbij menigeen armen of beenen
brak. Intusschen weerklonk de kerk
van het akelig gebrul der in het
gedrang gekwetsten. Eindelijk be
zweken de stevige deuren voor het
gewicht der dringende massa. Doch
niet allen konden vluchtenvelen
bleven met gebroken ribben liggen.
Twee mannen en een kind waren
doodgedrongen, en 6 personen stier
ven tengevolge van den sprong uit
het venster. Bovendien waren 200
menschen meer of minder ernstig
gekwetst. Brand was er niet in de
kerk 't was een valsch alarm.
De dader van de afschuwelijke
misdaad te St. Jans-Molenbeek, op de
kleine Marie Watschaert gepleegd,
heeft de verontwaardiging der volks
menigte ten top doen stijgen door
een handeling, die van een onge
hoorde boosheid getuigt. Op nieuw
jaarsmorgen ten 7 ure vond de Suisse
of hondenslager van de St. Jean Bap-
tistkerk in het urinoir ter rechterzijde
van de kerk, de overblijfselen van
een parapluie, die het slachtoffer op
den dag der misdaad bij zich droeg.
Het regenscherm, in verscheidene
stukken gebroken, moet daar in den
nacht van 30 op 31 zijn weggestopt.
De begrafenis van het afschuwelijk
vermoorde kind bracht duizenden
menschen op de heen. Het stoffelijk
overschot der aanminnige, lieve
kleine werd door zes meisjes in
rouwgewaad gedragen. Al de leer
lingen der gemeentescholen volgden
dezen treurigen stoet. De steenkolen-
zak waarin het lijk werd gevonden,
is herkend.
Men meent eindelijk den af
schuwelijken moordenaar van het
meisje te Molenbeek in handen te
hebben. De gearresteerde noemt zich
Eduard Leroy, Franschman van ge
boorte. Hij droeg twee broeken,
waarvan er een met bloed was be
vlekt. Volgens zijne verklaring is
dat bloed afkomstig van kippen,
die hij geslacht heeft, maar de politie
meent allen grond te hebben om dit
in twijfel te trekken.
Een aanzienlijke diefstal heeft
in een der voorsteden van Parijs plaats
gehad. Een weduwe woonde alleen
in een klein appartement, en daar
haar echtgenoot haar een kapitaal van
250,000 fr. had nagelaten, was zij
reeds in onderhandeling om een klei
ne villa buiten de stad te gaan be
wonen. Zondag ging zij uit en kwam
eerst 's avonds terug. Daar zij den
volgenden dag een wissel van 2000 fr.
te betalen had, ging zij naar de kast,
waarin zij gewoonlijk hare contanten
wegsloot. Hoe groot was echter hare
verbazing, toen zij den zak niet meer
vond, waarin zij 's morgens nog een
tiental -bankbiljetten van duizend fr.
geborgen had, benevens eenig zilver
geld. Doodelijk verschrikt liep zjj
naar haar bed, waar zij tusschen de
matrassen haar groote schat bewaar
de. In een oude lederen reistasch
had zij de vrucht van oen twintigja
rigen arbeid geborgenmaar deze