'T VLIEGEND BLAADJE.
KLEINTE COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL
No. 103».
Vrijdag 26 Januari 1883.
Elfde Jaargang.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Kalender der Week.
Abonnement
per 3 maanden binnen de gemeente 50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
Uitgevers: BERKHOUT Co. te Helder.
Bureau: SPOORSTRAAT ea ZUIDSTRAAT.
Ad.vertentien
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
JANUARI, (Louwmaand), 31 dagen.
Opkomst der Zon 7 u. 49 m.
Ondergang 4 n. 38 m.
Zondag 88
Maandag 29
Dinsdag 30
Woensdag 31 Laatste Kwartier.
FEBRUARI, (Sprokkelmaand), 88 dagen.
Donderdag 1
Vrijdag 2 Maria Lichtmis.
Zaterdag 3
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 26 Jan. 1883.
De Minister van Marine heeft
bepaald dat bet al of niet toekennen
van een certificaat van goed gedrag
bij ontslag van een schepeling uit
Zr. Ms. zeedienst voortaan aan de
respectieve directeuren en comman
danten der marine zal worden over
gelaten.
In zijn antwoord op bet Voorl.
Verslag der Eerste Kamer over zijne
begrooting zegt de Minister van
Marine, dat bij beaamt den wensch
om het resultaat van bet onderzoek
in de Tweede Kamer omtrent de
ramp van den monitor de Adder"
af te wachten, alvorens daaromtrent
eene beslissing te nemen.
Er bestaat een gewenschte ver
houding en samenwerking tusschen
de drie directeuren tot één doel.
Het bouwen, uitrusten en in dienst
stellen der schepen, de toestand onzer
oorlogsbodems laat niet of weinig te
wenschen over. De Minister zou
nimmer zijne medewerking verleenen
om landswerven in handen van par
ticulieren te doen overgaan. Aan
opheffing of vervreemding van de
landswerf te Amsterdam kan nimmer
worden gedacht.
De kapt. ter zee J. W. Binkes
heeft een brochure in het licht ge
zonden, getiteld»De Kon. Ned.
Marine," eene studie over de verde
diging van Nederland te water en
de inrichting der vloot.
Hjj komt hierin o. a. tot de vol
gende conclussie:
Voor de verdediging van de
toegangen uit zee zullen wij noodig
hebben
voor de Zuiderzee en het Vlie9
monitors, 8 stoomkanonneerbooten en
10 torpedobooten voor de Texelsche
zeegaten4 ramschepen, 4 stoom
kanonneerbooten en 10 torpedobooten;
voor het Noordzeekanaal4 stoom
kanonneerbooten en 10 torpedobooten;
voor de Goereescbe zeegaten5 mo
nitors, 8 stoomkanonneerbooten en 10
torpedobootenof een totaal van
4 ramschepen, 16 monitors, ieder
gewapend met 2 kanonnen, 30 stoom
kanonneerbooten, 50 torpedobooten.
De ramschepen moeten zoo zwaar
gepantserd zijn, dat zij een redelijke
kans hebben een ramstoot toe te
brengen. Het geschut van de moni
tors en de stoomkanonneerbooten
moet zoo zwaar zijn, dat hun pro
jectielen de pantsers der vijandelijke
schepen kunnen doorboren op afstan
den minstens zoo groot, als de pant
sers der monitors zelve door de
vijandelijke projectielen doorboord
kunnen worden, of dat zij door hun
gering oppervlak een minder gunstige
trefkans aanbieden. Eindelijk moe
ten al de schepen voorzien zijn van
visch- en spartorpedos en van de
noodige revolverkanonnen, om een
aanval van torpedobooten en sloepen
te kunnen afslaan.
Verzwaring van het geschut op de
bestaande schepen acht de schrijver
allernoodzakelijst, maar de wijze,
waarop dit thans geschiedt, met be
perking van het aantal kanonnen tot
de helft, acht hij aan bedenking
onderhevig. Het verdient naar zijn
oordeel de voorkeur de ramschepen
geheel tot rammen in te richten en
de torens op te offeren, teneinde de
pantsering te kunnen verzwaren en
ze met de noodige kanonnen te kun
nen voorzien. Na de noodige ver
anderingen in het bestaande materieel
zal men nog moeten aanbouwen 4
monitors, waarmede ook het verlies
van de Adder" wordt aangevuld,
en aanschaffen 30 torpedobooten 2de
klasse en 50 Whitehead torpedo's.
De schrijver berekent de kosten
van verandering op f 4,132,000 en van
nieuwe aanschaffing op f5,335,000.
totaal ongeveer f9V3 millioen. Men
kan die som over vijf jaren verdoelen,
en dus komen tot een jaarljjkscbe
uitgaaf van circa 2 millioen, hetgeen
weinig meer is dan in de laatste
jaren voor den aanbouw van nieuw
materieel is besteed.
De garnalenvisscher A. Schagen
te Oude Schild vischte in zijn net
eenffiinke olifantstand op.
Omtrent de ramp te Muiden
schrijft 't N. v. d. Dag van Woens
dag nog het volgende
Heden lnidt te Muiden onafgebro
ken de doodsklok. De geheele stad
heeft een ernstig voorkomen. Men
gevoelt er zich als in een groot sterf
huis. De talrijke bezoekers, van alle
zijden toegestroomd, gedragen zich
stil en ordelijk, gelijk past ter plaat
se waar straks een lijk is uitge
dragen.
Door een heldere winterzon besche
nen, die de aarde koestert en straks
nieuw leven voorbereidt, gaat iutus-
schen de eene lijkstoet na de andere
den stillen landweg op, die naar Weesp
leidt, om aan de bij de ramp omge
komenen op het ter zijde van dien
weg gelegen kerkhof, een laatste rust
plaats te bezorgen.
Het is daarbij, gelijk de predikant,
de heer De Boer, het aan de groeve
opmerktede gevolgen van het on
heil vertoonden zich ook daar in
steeds grooter trekken.
Hedenmorgen te half tien werd de
doodenrij geopend met bet lijk van
Jacob Yis, een jonge mandaarop
volgde Gerrit Jongkind, een krach
tig man dan Gerrit Ravenswaay, man
en vader tevens.
Yan de 4 personen, die nog te
Muiden vermist werden, is er één te
ruggevonden het hoofd ontbrak aan
het lichaam, hetwelk men herkende
als dat van Klok.
Te half twee uren werden de twee
huisvaders Sipke van der Weyden en
Dirk Dolleman, te zamen elf kinde
ren nalatende, ter ruste gelegd. Be
halve de drie schreiende jongskens
en vele vrienden en kameraden, na
men ook de leden van Muiden's har
monie »De Eendracht" aan den treu-
rigen optocht deel.
Te half een uur Jan Adolf Kars-
meijer, de kruitbaas van de fabriek,
aan wiens stoffelijk overschot o.a. door
de heeren Bredius de laatste eer werd
bewezen. Daarna Evert Klok, van
wiens lijk men gisteren een gedeelte
vond, en Leendert van der Sluys.
Een kist met overblijfselen, waaruit
geen bepaalde personen te herkennen
zijn, zal de droevige reeks voor heden
besluiten.
De jeugdige vrouw van Jacob Vis,
die zich met haar echtgenoot voor
eenige dagen in het bezit van een
jonggeborene verheugen moclit, maar
in het kraambed weduwe werd en
van schrik stierf, zal morgen ter aarde
worden besteld.
Met bovengenoemd kerkhof wordt
het protestantsche bedoeld, daar op
de fabriek uitsluitend protestanten
werkten.
Alleen in de bussen, op de twee
bruggen geplaatst, was Zondag ten
voordeele van de slachtoffers der ramp
ruim f900 ontvangen. Het bedrag
der bezichtigingsgelden in de schuur
bedroeg circa f600.
Algemeen wordt te Muiden de
wensch geuit, dat de fabriek, ofschoon
aan meer dan honderd maiu'-verk ge
vende, niet weder opgebouwd zal
worden.
Aan de Kweekschool voor Zee
vaart te Leiden kunnen jongens ge
plaatst worden, die een verbintenis
in 's Rijks zeedienst wenschen aan te
gaan. Yereischten zijn 1°. lichame
lijke geschiktheid. 2°. Leeftijd van
137a16 jaar. 3°. Lengtemaat van
1,4 Meter tot den 15-jarigen en 1,45
tot den 16-jarigen leeftijd. 4°. Een
weinig lezen en schrijven. Nadere
inlichtingen zijn te bekomen bij den
directeur der kweekschool op franco
aanvraag.
Door de Kon. Stoombootmaat-
schappg is met de Directie der Ned.
Amerik.-Stoomvaart-Maatschappij ee
ne overeenkomst gesloten, in te gaan
le Februari a. s., tengevolge waarvan
de lijn van Amsterdam op New-York
geheel door de laatstgenoemde Maat
schappij geexploiteerd wordt.
Er zullen minstens evenveel af
vaarten van Amsterdam als te Rot
terdam plaats hebbende vrachten
zullen gelijk blijven, en er zullen twee
stoomschepen van de Kon. Stoomboot-
Maatschappij in de vloot der Ned.
Amerik.-Stoomv.-Maatschappij wor
den opgenomen.
Het kantoor te Amsterdam blijft
gevestigd aan den Westerdoksdijk 45,
bij de Suezsteigers.
In verschillende bladen komen
nog herhaaldelijk advertentiën voor,
waarin zekere Dr. Lefries. te Rotter
dam woonachtig, een middel aanbiedt
tegen eksteroogen. De politie te
Rotterdam maakt er echter opmerk
zaam op, dat deze Dr. Lefries, eigenlijk
genaamd Max Klinger, evenals zijn
broeder Georg Alexander Klinger, die
zich voor zijn knecht uitgaf', reeds
den 12den December van het vorig
jaar, zonder geld of zonder behoorlijk
middel van bestaan zijnde, over de
grenzen is gezet. Het middel, dat
zij verkochten, scheen niets te zijn
dan wat azijn met een of ander
kleursel.
Een landbouwer uit Iipendam,
van de markt te Purmerend komende,
is met zijn rijtuig in het kanaal
geraakt. Een jongetje en een meisje,
die met hem in het rijtuig zaten, zijn
verdronken.
Telkens blijkt opnieuw dat in
Amerika toch ook niet voor iedereen
het goud op straat ligt. Drie fami-
liën uit Friesland, verleden jaar met
een beetje geld en veel illusiën naar
de nieuwe wereld verhuisd, keerden
dezer dagen doodarm van daar terug.
Het moge waar zijn dat ook hier
te lande voor den landbouw de dagen
van weelde voorbij zijn het feit dat
dezer dagen een boerenhofstede met
14 hectaren land te Achtkarspelen
voor f 6900 werd verkocht, schoon
er tien jaren geleden f13,900 voor
betaald was, bewijst die toch is
het nog altijd waar dat armoede in
een vreemd land drukkender is dan te
huis.
H. K. H. de groothertogin van
Saksen-Weimar, zuster des Konings,
heeft aan de Prins Hendrikstichting
te Egmond aan Zee f 15,000 geschon
ken als bewijs harer ingenomenheid
met die stichting.
Het vergaan van de „Cimbria".
Verhaal van een der geredde Schip-
brenkelingen.
Berlijn, 23 Januari. Toen Vrij
dagnacht de Cimbria" tusschen Hel-
goland en Borkum was, kwam een
dikke mist op en kapitein Hansen
beval onmiddellijk zoo langzaam mo
gelijk voorwaarts te stoomen en
voortdurend een waarschuwend fluiten
te doen hooren. Te 2 uren werd plot
seling een gelijksoortig fluiten van
een vreemd stoomschip gehoord en
geen seconde later zag men de vreemde
lichten schitteren. Een hevig ge
kraak volgde en de Sultan" stootte
aan de rechterzijde van het schip,
40 voeten van den boegspriet, dicht
achter het waschhuis der bootslieden,
met zulk geweld, dat de zij stukkeu
van de ijzeren Cimbria" als papier
opgerold werden. Het water kwam
onmiddellijk bij stroomen binnen en
het schip helde spoedig aan de
linkerzijde over. De Sultan", die
langs bakboord heen stoomde, was
door den zwaren mist spoedig uit
het gezicht verdwenen. De meeste
passagiers verdronken slapende, want
de ondergang van het schip had zoo
snel plaats, dat allen die sliepen en
het eerste alarmgeroep niet hoorden,
in het ruim van het schip omkwa
men. Yan hen, die naar het dek
gevlogen waren, vielen de meesten
door de scheeve ligging van het
schip onmiddellijk in het water.
Met een voorbeeldige koelbloedig
heid verdeelde de bemanning de zwem
gordels, en trachtte zij de booten,
acht in getal, uit te zetten. Intus-
schen zonk de Cimbria" met een
buitengewone snelheid en te vergeefs
liet men voortdurend de noodseinen
hooren. De Sultan," die hierop
geen acht sloeg, was spoedig voort-
gestoomd in plaats van op de plaats
des onheils onmiddelijk terug te keeren,
daar de schade van de Sultan" zeer
onbeduidend was. Hierover heerscht
verbittering tegen den
kapitein, aan wien wegens het te
snel varen de schuld ligt. Yol-
gens zijne bewering zou hij 12 uren
op de plaats waar het ongeluk ge
beurde, gewacbt hebben, doch door
ooggetuigen wordt dit beslist tegen-
Toen de Cimbria" in de diepte
verdween, deden zich hartverscheuren
de scènes voor. Slechts twee booten
konden te water gelaten worden,
waarvan de eene met 30 personen
bemand werdde ander was half
vol water geloopen, zoodat slechts
9 personen daarin, tot hun middel
in 't water staande, plaats konden
vinden. De zee was rondom met
schipbreukelingen bedekt, die zich
krampachtig aan elkander vastklem
mende, in de diepte zonken. Hevig
worstelde men om drijvende stukken
hout in 't water meester te worden
aan de riemen der booten klemden
zich 50 a 60 handen vast, tegelijk
om hulp roepende, welke door hen,
die zich in de booten bevonden, te-
ruggestooten moesten worden om
hun eigen leven te kunnen redden.
Geheele familiën, die zich aan elkander
geklemd hadden, zonken weg. In
de masten van de Cimbria," die
boven water uitstaken, waren een
dertigtal halfnaakt gevlucht, maar
de een na den ander stortte bewus
teloos in zee, tot slechts 17. die
zich vastgehouden hadden, door de
voorbij zeilende brik Diamant" ge
red werden.
Intusschen trachtten de beide bo
vengenoemde booten noordwaarts te
sturen rechts en links van hen dreven
lijken. Een enkel jong meisje, van
Joodsche familie, hield zich nog ang
stig aan den rand van de boot vast
en nier.and had den moed meer haar
terug te stooten en eindelijk werd
zij op gevaar van zinken af, in de boot
opgenomen. 9 uur zwalkten deze
schipbreukelingen half naakt op zee
rond, totdat eindelijk de Engelsche
brik »Theta" hen meer dood dan
levend opnam.
In Londensche en Duitsche bladen
wordt nog gemeld dat het meeren-
deel der passagiers arme emigranten
waren uit Pruisen, Bohemen en Hon
garije er waren ook tal van Rus
sische Joden, 14 Fransche matrozen,
die tot Havre meevoeren, en een half
dozijn Chippeway-roodhuiden, die geld
hadden verdiend met zich te kjjk te
stellen, aan boord. Yolgens een op
gave in de Hamburger Naehrichten
bedroeg het totaal der opvarenden
480, als95 koppen bemanning, 6
eerste klasse, 17 tweede klasse en
362 tusscbendeks-passagiers (onder
welke 58 kinderen). Tot dusver zijn
er van al die menschen slechts 65
terechtgekomen, deels in drie sloepen,
deels door na het zinken van het
schip in de topmasten te klimmen,
waaruit zij later gered werden. De
averij, door de Cimbria beloopen,
was zóó zwaar, dat bet schip binnen
25 (anderen zeggen 15) minuten na
de aanvaring de diepte inging. Door
de scheeve ligging van bet schip werd
het uitzetten der sloepen zeer be
moeilijkt de eerste die te water ge
laten werd sloeg met hare gansche
lading om. Wat er bericht wordt
omtrent den, gelukkig korten, dood
strijd der honderden verdronkenen
onder welken zooveel vrouwen en
kinderen is louter een variant op
betgeen al zoo vaak van dien aard
bescbreven werd. Een stompe ver
beelding moet bet zijn, die bier naar