op deze mag luidde„dat de dokter hem
bij zijn eerste bezoek wèl gevraagd had,
of zij ook iets nadeeliga gegeten of ge
dronken hadden P"
„Ja, dat was wel mogelijk, want in het
zelfde potje waarin gekookt werd, werd
wel eens kalk en petroleum gehaald. Zoo
gaat het dikwijls bij menschen van ons
slag," verklaarde flammerling. Werkelijk
heeft de dokter de familie gered, maar bij
elk bezoek dat hij daar bracht, werd hij
versterkt in zijne overtuiging dat de men
schen iets nadeeligs gebruikt moesten
hebben.
„Maar hoe is het mogelijk", vroeg de
rechter daarop den geneesheer, „dat u de
justitie toen reeds van zoo iets niet in
kennis steldetP
„Omdat," was zijn antwoord, „er in ge
heel geen vermoeden aan een misdaad kon
bestaan, daar hier mijns inziens een drijf
veer ontbrak. Immers menschen wier dood
voor geen sterveling van belang kon zijn,
worden vaak door den geneesheer ongesteld
bevonden en somtijds meent men dan ver
schijnselen van vergiftiging waar te nemen.
„De eerste vraag is dan natuurlijkheb
je ook iets ongewoons gebruikt. Dan luidt
het bescheid Och ja, meneer dat kan wel
zijnmaar aan misdaad wordt dan niet
zoo spoedig gedacht, vooral wanneer erbij
de slachtoffers niets te halen valt."
Door deze opmerking tot denken gebracht,
herinnnerde de Hammerlinga zich vervolgens
voor den rechter, dat zij juist kort vóór
hunne ongesteldheid eenige kleine geschenken
als wat pap, chocolade enz. van vrouw v.
d. Linde gekregen hadden en begrepen nu
maar al te wel, dat de ziekte daaruit
voortgekomen zijn moest.
Intusschen is het opmerkelijk dat vrouw
Van der Linde hardnekkig alle schuld ont
kennen blijft. Het vermoeden is daardoor
bij de justitie gerezen, dat de reeks harer
misdaden buitengewoon groot moet zijn.
Vandaar dat een tal van haar gestorven
familieleden, ja zelfs hare ouders uit hun
graf zijn genomen om scheikundig te worden
onderzocht.
Het aantal lijken, dat thans in de schei
kundige werkplaats van prot'. Van der Burg
in onderzoek is, bedraagt niet minder dan
twaalf.
Bij de meesten schijnt de vergiftiging
te kunnen worden aangetoond. Niet bij allen.
Uit het feit, dat vele lijken na langen
tijd nog vrij wel ongeschonden en zeer goed
herkenbaar uit het graf zijn gekomen, is
de gevolgtrekking te maken, dat zwavel
arsenicum, of auri pigment is aangewend,
dat de eigenaardige kracht heeft ontbinding
tegen te gaan.
.De roodachtige kleur van de vergiftigde
pap komt ook met de kleur van dit vergif
overeen."
Het Weekblad voor Pharmacie
schrijft
Vau vertrouwbare zijde wordt ons
uit Leiden, betreffende de bekende
vergiftigingen, medegedeeld, dat het
scheikundig onderzoek heeft geleerd,
dat eene oplosbare arsenikverbinding,
vermoedelijk in opgelosten staat, als
vergif is gebruikt.
Aan prof. Van der Burg is het
gerechtelijk scheikundig onderzoek
der organen van 16 lijken opgedragen.
Hiervan zijn er 13 opgegraven, waar
onder 11 van oudere dagteekening,
zoodat ook de aarde nit de naaste
omgeving dezer kisten moest worden
onderzocht.
Voorloopig wordt het opgraven,
van vermoedelijk nog meer slacht
offers, gestaakt.
Ongetwijfeld zal zulk eene om
vangrijke expertise wel schier eenig
zijn in de annalen der toxicologie.
Men schrijft het volgende aan
het »Bat. Hbld."
»Wat men nog nimmer hier ter
reede heeft zien gebeuren, is Zondag
jl. gebeurd, namelijk, dat een vreemd
schip op onze ree komt en die weer
verlaat zonder zijn vlag te vertoonen
een handeling, die niet alleen zeer
ongepast en honend is, maar hoven-
dien niet eens naar behooren is ge
straft. Het geval was het volgende
»De Engelsche stoomer Anglo In-
dian, van de kust gekomen, had hier
de vorige week geladen en vertrok
Zondagmorgen, na voor den haven
meester uitgeklaard te zjjn. Of een
dergelijke formaliteit ook op het
wachtschip heeft plaats gehad weten
wij niet, maar afgescheiden daarvan,
is het een feit, dat de Anglo Indian
zijne ankers lichtte en koers zette naai
zee, zonder zyn natie-vlag te hijschen.
Dit werd bemerkt door 't wachtschip,
dat het vertrekkende vaartuig volgens
de voorschriften een schot nazond,
ten teeken dat de Anglo Indian moest
bijdraaien. In plaats echter van daar
aan gehoor te geven, vervolgde het
schip zeer kalm zijn koerseerst toen
een tweede schot werd gelost, scheen
het daaraan eenige opmerkzaamheid
te wijden, maakte een kleine wending
en begon bij te draaien. Yan
boord van het wachtschip werd een
sp gestreken waarom geen
stoombarkas? en de manschap
maakte zich gereed naar het vertrek
kende schip te roeien. Maar nog vóór
de sloep de Anglo Indian had bereikt,
wendde deze weder het roer en ste
vende statig voorwaarts, om tusschen
Ontong Djawa en Onrust door verder
zjjn reis te vervolgen.
Waren de bestaande reglementen
opgevolgd, dan zou van het wacht
schip bij die uittartende houding van
het vertrekkende vaartuig een schot
met scherp moeten zijn gelost, maar
men stelde zich daar aan boord tevre
den met het ten derden male lossen
van een gewoon schot, omdatja
omdat, zoo men zegt, de kommandant
niet aan boord van het wachtschip
was en de eerste officier wellicht een
dergeljjke handeling niet op eigen
verantwoordelijkheid durfde doen.
Intusschen heeft dit voorval aan
boord van de ter reede liggende sche
pen niet weinig opzien gebaard en was
men algemeen van meening, dat het
Engelsche vaartuig wel verplicht zou
geweest zjjn bij te draaien, indien een
projectiel zijn schoorsteen getroffen
of zijn want ontakeld had als straf
voor zijn laakbare handeling, en dat
een dergelijke houding onzerzijds vrij
wat meer respectabel ware geweest,
dan nu, nu men zich voor de onder
vonden bejegening moet tevreden stel
len met de inning van f 25, f 50 en
100, als boete, door het Engelsche
vaartuig te betalen voor de waarschu
wende schoten."
De werkstaking, door de ma
trozen en stokers van de mailbooten
te Marseille ingesteld, is geëindigd.
De meeste werkstakers hebben het
werk op de vroegere voorwaarden
hervat.
Te Gent is weder een 9-jarig
meisje spoorloos verdwenen. Haar
vader zond haar 's middags om half
vijf uit om tabak te halen, en het
meisje is tot heden niet teruggekeerd
Zij was de oudste van 6 kinderen.
Er wordt aan een misdaad
dacht.
Zondagnacht maakte een weduwe
te Breslau een einde aan haar leven,
door het gebruik van vergif, nadat
zjj vooraf have beide dochtertjes van
9 en 12 jaren door vergif gedood had.
Armoede moet haar tot deze noodlot
tige daad gedreven hebben.
Te St. Louis had voor eenige
weken een huwelijk in de gevange
nis plaats. Een Duitsch meisje, dat
op het punt stond moeder te worden
vernam bij haar aankomst in de nieuwe
wereld, dat haar aanstaande echtge
noot in een herberg een vriend ge
dood had, waarom hij in de gevange
nis was opgesloten. Het jonge meisje
verzocht de justitie haar met den
moordenaar te laten trouwen in de
gevangenis, welk verzoek werd toege-
staau. Twee medegevaugenen fun
geerden voor getuigen en de ambte
naar van den burgelijken stand,
trakteerde het bruidspaar en de
getuigen op wijn.
Uit Atjeh wordt
Des namiddags van den 26 Novem
ber kwam de assistent-resideut der
Westkust per Arend te Oleh-leh aan,
medebrengende de volgende berichten
omtrent de Nisero.
De 21en was zekere Nja Hoesin
op last van den Radja van Rigas
naar Tenom vertrokken, van waar
hij den 24en terugkwam, twee brieven
medebrengende van den Radja van
Tenom, Toekoe Imam Moeda, waar
van één bestemd voor den assistent
resident en één voor den Radja van
Rigas, beide van gelijken inhoud.
Daaruit bleek, dat Toekoe Imam Moeda
genegen was de gevangen genomen
bemanning uit te leveren, hetzij te
Rigas, hetzij op een andere door den
assistent resident te bepalen plaats,
zoodra hem uitgekeerd zoude zijn de
waarde van den peperoogst uit het
landschap Pauga, die door een Chi-
neeschen handelaar uit Penang ge
kocht en weggehaald doch niet be
taald was.
Moudeliug deelde Potjoet, Moha-
mad's zendeling nog mede, dat de
Radja van Tenom zeer verlangend
was met het bestuur op goeden voet
te komen. Aan den assistent-resident
werd opgedragen om de schuld van
bedoelden Chinees aan den Radja van
Tenom af te betalen, tegeu uitlevering
der bemanning van de Nisero," en
om verder, indien de mondelinge be
richten van Nja Hoesin blijken moch
ten waarheid te bevatten, aan Toekoe
Imam Moeda mede te deelen op
welke wijze hy weder in goede ver
standhouding met het bestuur zoude
kunnen geraken.
Volgens den gezaghebber van den
gouvernementsstoomer Arend," was
de Nesero" in het midden gebroken
en dus, evenals de lading, die uit
suiker bestond, onherroepelijk ver
loren. Het Engelsche oorlogsschip
»Pegasus", te Oleh-leh aangekomen
op het bericht van het stranden der
Nisero" en van de aanhouding der
bemanning, vertrok, nadat tusschen
den commandant van dat oorlogsschip,
den Gouverneur en deu stationscom
mandant over de te nemen maatre
gelen volkomen eenstemmigheid ge
bleken was, gelijktijdig met Z. M.
stoomschip »Palembang" naar de
Westkust, voorloopig echter alleen
naar Rigas.
Stoomvaartberichten.
Het stoomschip Soenda vertrok 20 Jan
van Suez naar Batavia.
Het stoomschip Prinses Marie, van Batavia
naar Amsterdam arriveerde 19 Januari te
Frionl. (Quarantaineplaats van Marseille).
Het stoomschip Prins Frederik vertrek
19 Januari van Batavia naar Amsterdam.
Het stoomschip Koningin Emma arri
veerde te Southampton 20 Januari.
Het stoomschip Conrad, van Amsterdam
naar Batavia, arriveerde te Marseille 20
Januari.
Het stoomschip Madura, vau Amsterdam
arriveerde te Batavia 21 Jan.
Het stoomschip Prins Hendrik, van Ba
tavia naar Amsterdam, vertrok 26 Januari
vaa Suez.
Markt-Berichten.
Alkmaar, 19 Jbh. Aangevoerd 7 Paarden
f 85 a 175, 7 Koeien en Ossen f 160 a 270,
21 nucbt. Kalveren f 14 a 29, 237 Schapen
f 18 a 30, 75 magere Varkens f 14 a 20,
189 Biggen f 5 a 8, 7 Bokken en Geiten
f4 a 7, Boter per kop ('s middags 12 uur)
f 0.80 a 0.90.
Visschevij-Berichten.
21 Jan. vm. 5 sloepen binnen.
Schipper IJ. Verschoor, met 250 1. ka-
belj., per stuk f 1.40 a f2.35; 28 1. lengen,
p. st. f3.10; 1 1. heilbot en 2 d.id., voor
f31.50; 2000 achelv. p. 100 f 18.350
d. ksbelj., p. st. fl.20 a fl.65.
Schipper M. Langebroek, met 170 1. ka-
belj., p. st. f2.25; 10 1. lengen, p. st.
f2.70; 3200 sohclv., waajvan 800 levende,
p. 100 f24.50; 160 d. kabelj., p. st. f 1.35
a f 1.50.
Schipper IJ. Zwanenburg, met f150 1.
kabelj., p. st. f 1.85 a f2.25; 17 1. lengen,
p. st. f2.85; 1700 schelv., p. 100 f 15.
360 d. kabelj., p. st. fl.15 a f 1.45.
Schipper P. 't Hart, met 320 1. kabelj.,
p. st. f 1.9524 1. lengen, p. st. f2.55;
2500 d. schelv., p. 100 f 14.—270 d.
kabelj. p. st. f 1.a f 1.20.
Schipper Meijboom, met 240 1. kabelj.,
p. st. f2.10; 17 1. lengen, p. st. f2.35;
900 schelv., p. 100 f21.200 d. kabelj.,
p. st. fl.10 a fl.20.
Nam. Schipper K. Valkenier, met 2800
Schelv., per 100 f29.—.
22 Jan. v.m. 1 sloep Schipper C. v. d.
Hoek, met 3200 Schelv., per 100 f28.50.
314de STAATS LOTERIJ.
4de klasse. le Lijst.
No. 793,16183,10930,17531 elk f 1000.
No. 17645 f400. No. 2711, 5174, 15103
18271, 19914 elk f 100.
Burgerlijke Stand Helder.
Tan 18 tot 98 J.n. 1881.
ONDERTROUWDn>
GEHUWD: Geene'
BEVALLEN M. de Waard, geb. de
Jong, N. Femer, geb. Former, d. A.
Klaver, geb. Kraakman, d. J. Buis, geb.
Goos, z. fl. Dekker, geb. Paaij, z. F.
Schuitenmaker, geb. Leen, z.
OVERLEDEN J. Grande, 25 j. H.
H. Selderbeek, 30 j. B. L. Bischoff, 4 m.
T. J. van Amerongen, 18 j. A. C. D.
Koch, geb. Meineke, 66 j. Een levenloos
aangegeven.
Vervolg" der Berichten.
Gisteren is op Terschelling ge
strand een aan de maatschappij »Nep-
tunus" alhier behoorende vischsloep,
genaamd Castor. Onmiddellijk is de
sleepboot van hier vertrokken ter
adsistentie. Volgens gisteren avond
ontvangen bericht is de bemanning
gered, doch de sloep, met een rijke
vangst aan visch moet als verloren
worden beschouwd.
Men tracht nu de lading en inven
taris te hergen.
Door de commissie, belast met
het afnemen van examen voor kapel
meester bij de staf muziek van de
Kon. Ned. Marine, zijn uit de mede
dingers ter benoeming voorgedragen
de heeren 1 Wensink, oud-kapelmees
ter bij de stafmuziek te Batavia; 2
Schouten, onder-kapelmeester by de
stafmuziek der marine3 Koning, id
van het 6e reg. inf, en 4|Van Dam,
kapelmeester van het dezer dagen
ontbonden muziekcorps der rijdende
artillerie. Benoemd is de hr. Koning.
Zondagavond gaf de Mariniers-
vereeniging Oefening kweekt kunst"
hare tweede uitvoering in »Tivoli."
We noemen deze vrij goed geslaagd
en in 't bijzonder werden de rollen
van Siuion Turchi en Geromino goed
vervuld. Ook aan Julio komt een
woord van lof toe. De opvoering
van Jocrisse de vondeling" verwekte
algemeene vroolykheid. Gedurende
de voorstelling werd het spel voort
durend met belangstelling gevolgd.
De zangvereenigiug »Euterpe"
gaf Zaterdagavond, onder leiding van
den heer W. Kuyk, een uitvoering
in Musis Sacrum. 't Gekozen pro
gramma werd vrij goed uitgevoerd
en in 't bijzonder werd het duetx>0
Heimath" en het kwartetHeimwee'
geapplaudiaeerd. Een paar vlug uit
gevoerde blijspelen verhoogden het
genoegen van den avond, die besloten
werd met een bal, dat met recht
geanimeerd mocht genoemd worden.
Volgens een opgave in de N.
R. Ct. zijn alhier gedurende het jaar
1883 binnengekomen 495 zeilschepi
en 36 stoombooten.
Z. M. de Koning, heeft den heer
Van Rees, Voorzitter der Tweeds
Kamer, benoemd tot Gouverneur-Ge
neraal van Ned. Indië.
Naar men verneemt, zal ook dit
jaar de Willem Barends" een reis
naar het Noorden maken. Als com
mandant wordt genoemd de luit. ter
zee le klasse J. Dalen, die de vorige
reis het bevel voerdeook zal de luit.
ter zee 2e kl. W. D. H. baron Van
Asbeck de reis medemaken.
Door bemiddeling der Nederland-
sche Handelmaatschappij zijn weder
f16,000 overgemaakt aan de plaatse
lijke commissie te Batavia voor de
ramp op Java, in het geheel derhalve
f510,000
Het Utr. D. bevat den volgenden
brief van den Hr. Henri Boers.
Utrecht, 19 Jan. '84.
Tot heden heb ik gemeend te moeten
zwijgen op de geruchten, welke men
omtremt mij, in verband met het
overlyden myner echtgenoote, in om
loop heeft gebracht, doch thans wordt
spreken plicht, dewijl in andere cou
ranten nogmaals van vermoedens van
vergiftiging wordt gewag gemaakt.
Ik zeg u dank voor de in uw
nommer van heden opgenomen mede
deel ing, dat de hoogleeraar dr. W.
Koster en dr. v. Haren Noman, als des
kundigen met de lijkschouwing be
last, geen kenteekenen van vergifti
ging, wel die typheuse darm-aaudoe-
ning hebben gevonden.
Verder leg ik u hierbij over de
verklaring in originali, van dr. Th.
A. Quanjer, die mijn echtgenoote
tydens hare ziekte heeft behandeld,
met beleefd verzoek hieronder af te
drukken.
Ik hoop, dat deze afdoende verkla
ringen een einde zullen maken aan
de tegen mij ingebrachte beschuldi
gingen mocht dit echter niet het
geval zijn, dan zal ik niet aarzelen
de personen, die den laster verder
verspreiden, hoe zeer mij dat ook
moge tegenstaan, ten strengste te
vervolgen.
Met de meeste hoogachting heb
ik de eer te zijn,
UEd. dv. dr.,
Henri Boers.
De in bovengenoemde brief aange
haalde verklaring van dr. Th. A.
Quanjer, luidt als volgt;
De ondergeteekende, practiseerend
arts en oud-offic. v. gez. le kl., ver
klaart dat mevrouw Boers—Groene-
velt op den 5den Januari onder zijne
geneeskundige behandeling is over
leden aan febris typhoïdea.
Utrecht. 19 Jan. 1884.
Th. A. Quanjer.
Zondagavond omstreeks half
zeven werden op de De Ruiterkade te
Amsterdam twee vrouwen door twee
kerels aangevallen. Op haar hulpge
roep snelde een agent van politie toe
en zetten de aanranders het op een
loopen. Aan den ijver van den agent,
die de vluchtelingen in eene vigilante
nazette, was het te danken dat een
hunner gevat werd. De ander loopt
nog.
Dat men niet te behoedzaam
kan zijn bij het gebruik van vergif,
ondervond dezer dagen een ingezetene
op het eiland Tessel. Om ratten te
vergiftigen, die in zijn schuur huis
hielden, maakte hy een schotel ryst-
meel gereed, waaronder arsenicum
was vermengd. Zijne dochter, mee-
nende in den schotel voeder voor de
kippen te vinden, gaf den inhoud aan
die dieren, 't Behoeft niet gezegd te
worden, dat byna alle kippen aan de
gevolgen bezweken.
De gemeente Brielle zal de gas
fabriek aldaar in eigen exploitatie
aanvaarden.
Hoever drankmisbruik den
mensch brengen kan, bleek aan den
bekenden S., vroeger welgesteld stal
houder te 's-Hage, die, na paarden
en rijtuigen door de keel gejaagd te
hebben, in de laatste jaren gebedeld
brood eten moest en op een handvol
stroo den geest gaf. (Dbld.)
Men zal zich waarschijnlijk nog
wel iets herinneren van den op 29
Mei 1881 gepleegden moord te Zuid-
wolde, waar zekere Mina Koes op den
openbaren weg werd aangegrepen en
bestolen, en vervolgens, teneinde ont
dekking van het misdrijf te voorko
men, aoodelijk werd gewond. De
vermoedelijke dader, R. van der Hulst,
een 34-jarig arbeider te Avereest, die
reeds geruimen tijd in voorloopige
hechtenis gehouden werd, is thans
door het Gerechtshof te Leeuwarden
naar de openbare crimineele terecht
zitting verwezen.
Men meldt nit Den Haag
Wegens eene te verwachten be
hoefte aan officieren, bij eventueele
mobilisatie, heeft Z. M. de Koning
bepaald dat een zeker aantal militie
onderofficieren tot militie-luitenant
bij de korpsen benoemd knunen wor
den, na een practisch examen. De
militie-officieren zijn door een zicht
baar teeken onderscheiden van de
eigenlijke beroeps-officieren zij ge
nieten, in dienst zijnde, een jaar-
lijksch traktement van f 900 en
ontvangen tegemoetkoming in de
kosten van hun uniform. De Minister
verwacht van dezen maatregel de
dienstneming door beschaafde en
ontwikkelde jongelieden.
De Penang Times behelst een
artikel over de Tenom-affaire. Naar
het blad verneemt, heeft de Ned.-Ind.
regeering den radjah 10,000 dollar
geboden als losprijs van de beman
ning der Nisero. De radjah zou zich
na lang loven en bieden met deze som
tevreden gesteld hebben, mits zijn ge
blokkeerde havens weder geopend
werden. Aan deze laatste voorwaarde
meent de N.-I. regeering niet te kun
nen voldoen.
Naar het schijnt is de bemanning
van de Nisero dronken aan wal ge
gaan en hierdoor gemakkelijk over
vallen geworden. De P. T. gelooft
niet, dat het Engelsche oorlogschip
Pegasus tegenover Tenom handelen
zal, tenzij de Ned.-Ind. regeering
machteloos mocht blijken.
Het Penangsche blad geeft de
schuld van den staat van zaken in
Atjeh aan het opperbestuur in Neder
land.
De Nisero schijnt geheel vergaan.
Onder het scheepsvolk bevinden
zich vier kleine jongens, waarvan de
oudste ongeveer 10 en de jongste
byna 6 jaren oud is. De kleine
deugnieten werden vier dagen na
het vertrek van de Nisero uit Londen
naar Penang ergens verstopt ge
vonden.
