- FORNUIZEN.
BREUKBANDEN
F.Korff&Cos
a fL— per 50 K.G.,
MerM-Insnlimle!
J. TIELROOIJ
KUNSTTANDEN.
Tuin- en Laiflöomaflei
V. H. STEGGERDA,
J. VAN HUMDEN,
JUNGHUHN &C°„
CACAOPOEDER
VOORVAARDEN
mm
Jb. BAKKER,
een zeer philt WINKELHUIS,
G. KROEB Jr, Spoorstraat,
OVENTEGELS.
Loodsgracht No 365.
W. L. BAKKER Lzn„
Oosterend, Texel.
CHINA-THEE,
bij P. SCHAGEN,
van dienstneming
K
BERKHOUT Co.,
HOL ESGIA C H T.
Lage prijzen.
Gevraagd
een Bakkersleerling,
die eenigszins met bet vak bekend is.
Adres J. H. v. LINT, 't Zand.
T© üoop
30 a 40 duizend bossen Riet,
van IJdoorn bij Durgerdam.
Te bevragen bij den Heer C. LAN-
GEVELD, Aannemer, Overtoom,
Nieuwer-Amstel.
Tg Huur
staande op een der beste standen te
Burg op Texel. Aanvaarden 1 Mei.
Adres J. Sz. DEKKER, Boek- en
Papierhandel, Burg op Texel.
70 a 80.000 pond blank
HOOI te koop. Te bekomen
bij V. H00GENDIJK, Anna
Paulowna.
te HELDER,
op WOENSDAG 5 MAART a.s des
voormiddags 11 uur, op bet terrein
tusschen de Scheepstimmerwerf
en de Commerciesluis, en
bij ongunstig weer in het
Hótel »DE TOELAST,"
ten overstaan van den Deurwaarder
van den
van bet schip
„Telegral"
waaronderANKERS, KETTINGEN,
19 ZEILEN, TROSSEN, LOOPEND
TOUW, STAAND WANT, PAR
DOENS en STAGEN, licht KET
TING WERK, RA'S, MASTEN, een
BOOT en hetgeen meer ter plaatse
voormeld, behoorlek gekaveld, daags
vóór den verkoopdag te bezichtigen
zal zijn.
cel
8 f GEISER,
maakt aan zijne geachte plaatsge-
nooten bekend, dat hij zich alhier
heeft gevestigd als:
SCHILDER, GLAZENMAKER
en KAMERBEHANGER.
Werkplaats: 2de Molenstraat.
Woonplaats: le Vroonstraat 202.
De ondergeteekende is te spreken
en te ontbieden, wegens het plaatsen
naar het nienwste systeem, welke
nimmer gemaakt zijn en nimmer
aan breken onderhevig zijn.
Een tand f 4.00, meerdere tanden
13.00, heele gebitten 50.00 en
honger.
Te spreken van 3 tot 5 uur en
te ontbieden van 10 tot 3 uur, ten
huize van den Heer REIS, Oesterput,
Molenplein.
DE LANGE WENDELS,
VIJ ST li ItlUM.
HII. Tuiniers,
tegen billijken prijs verkrijgbaar 1)U
GK HiEJsiKr IA,
Spoorgracht 0 131, heek Gasstraat.
N.B. Het aangeboden zaad is alles
nieuw (teelt 1883) van de beste
kwaliteit en uitsluitend binnen-
landsch, oud of buitenlaudsch
wordt door mij niet verkocht.
eerste kwaliteit
Schilder, Glazenmaker en
Kamerbehanger.
In 5 Minuten glimt uw
Kachel met
En gros a 10 Cents per doos
te bekomen bij
IlIWEMIAVE\ No. 10.
Slijters genieten rabat.
TE BEKOMEN BIJ
Stoombierbrouwerij
Breda.
Helder, krachtig en goed bljjvend
MAART'S SAIZOEN-BIER.
Dubb. PRINCESSE- en GERSTE
BIER, OUD BREDAASCH en
MAASTRICHTS BIER.
Franco levering op groot eu klciu fust,
Proefzendingen tegen rembours.
Analyses van Dr.W.0. Gratama te Delft.
Verkrijgbaar in bussen van
l/., en Y« kilo.
uit de Fabriek
„De Bijenkorf,"
te AMSTERDAM.
grof, geurig en goed waterhondend
80 Cent per 5 ons bij,
W. J. MAALSTEED.
Voor Winkeliers minder.
Naar buiten bij 2l/s K.G. franco.
MERK:
Bekroond op de Internationale Ten
toonstelling van 1883 te Amsterdam
met de ZILVEREN MEDAILLE.
Zijn te bekomen, franco huis
LOODSGRACHT.
voordeelige
onaschreven in gedrukte mededeelin-
geu, die gratig verkrijgbaar zijn bij
het DEPARTEMENT VAN KOLO
NIËN te 's Gra.vxnha.ge en voorts bij
alle BURGEMEESTERS.
Zuiver oplosbare
Zeeuwsche Chocolaadfabriek.
Jan Fak Brouwer Zonen,
MIDDELBURG.
Bevattende oorspronkelijke
Schetsen en Bijdragen van onze
voornaamste Kunstenaars en Let
terkundigen, ook muzikale Com-:
positiën van onze eerste Toon
dichters.
Van deze uitgave, waarvan ook een
Fransche editie verscheen, zijn nog
eeuige exemplaren in ons bezit, die
wij afleveren a SO OOIlt.
Naar buiten zenden wij na ont
vangst van QO cent franco.
BOEKHANDEL.
VAN ALLE SYSTEMEN
worden spoedig en nauwkeurig
afgewerkt,
M. HILDERING,
Spoorgracht 263.
J.
bel
me
all.
toe
gec
hie
kot
zoc
vai
haf
All
wo
var
4e
FEUILLETON.
De strijd om een millioen.
ROMAN IN DRIE DEELEN,
29. XAAB 'T Düitsch vah
EPWARP AUGUST K0NIG.
TWEEDE BOEK.
„De meeniug van dien man beeft voor
mij volstrekt geen waarde," antwoordde
Paul. „Het is mij niet aangenaam, dat hij
zich om mijne aangelegenbeden bekommert
en ik verbied u nog eeutnaal daarover met
hem te spreken. Hij mag een eerlijk man
lijn, doch even goed is het tegenoverge
stelde mogelijk; ik kan de menschen niet
in het hart zien."
De oude Katharina schudde het hoofd,
alsof haar dit gezegde slecht beviel.
„De mau is arm en tegen arme lieden
koestert men altijd wantrouwen," antwoordde
zij, „men gelooft in het geheel niet dat zij
eerlijk zijn en een goed karakter hebben.
Gij doet hem onrecht en wie weet of wij
niet later zijne diensten noodig zullen heb
ben."
„Zijne diensten," vroeg Paul bevreemdend.
„Er zouden nog papieren kunnen noodig
zijn
„Die hij vervaardigen zouP" vervolgde
de jonge man. „Ik wil dat niet eenmaal
meer hoorenzulke middelen heb ik niet
noodig om mijne rechten te doen gelden.
Ik hoop dat ge over zulke zaken niet met
den man gesproken hebt, gij zondt mij
daardoor kunnen schaden. Zoo spoedig ik
den generaal geheel op mijne zijde heb, zal
hier opruiming gehouden wordenik wil
het huis voor mij alleen huren en al de
overige huurders, behalve den generaal, la
ten vertrekken."
„De oude boekhouder natuurlijk in de
eerste plaats."
„Ja, die in de eerste plaats; ik ken zijne
gezindheid jegens mij; hij doet al het mo
gelijke om mij de erfenis te onthouden. Na
hem de dames Walter, die mij door hare
nieuwsgierigheid al lang tot last geworden
zijn. Ik kan hare woning niet voorbijgaan
of een harer treedt mij in den weg; zij
hebben mij reeds uitgenoodigd haar de eer
van een bezoek te schenkendoch ik ver
lang dat niet te doen."
„En de Gundelmann's?"
„Van deze familie schijnt weinig te zeg
gen te zijn; de man schijnt weinig thuis
te wezen."
„Zij zijn even nieuwsgierig als de ande
ren."
Op dit oogenblik trad Peter, do knecht
van den generaal, binnen, met het verzoek
dat zijnen heer de heer Ommerborn om een
onderhoud liet verzoeken en Paul voldeed
duaraan zonder aarzelen.
De generaal bevond zich in zijn rook-
kabinet; reeds stond de brandende lamp op
zijn schrijftafel en de oude heer was er
druk mede bezig de tabaksrook, welke reeds
de gebeele kamer vulde, nog dichter en
ondoordringbaarder te maken.
„Ik weusch met u in vertrouwen eenige
woorden te spreken," zeide hij tot Paul,
daarbij op een stoel wijzende die tegenover
den zijuen stond, „en wel thans, alvorens
wij naar de soiree gaan. Ik zal zeker wel
op uwe geheimhouding mogen rekenen
„In ieder geval," antwoordde Paul, terwijl
hij zich nederzette en een sigaar nam uit
het kistje dat hem werd voorgehouden.
„Mooi, daarvoor moogt gij ook op mijue
vriendschap rekenen. Het zijn teedere
vragen, jonge vriend omstandigheden, die
ik u thans niet nader uiteen kan zetten,
dwingen mij ze tot u te richten. Ik moet
u verzoeken mij open en zonder omwegen
te zeggen wat gij er van denkt dat uw
oom, met het oog op uwe erfenis, zooveel
zwarigheden in den weg legt. Gelooft gij
ook dat het kapitaal niet meer geheel
voorhanden is P"
„Wie zou dat vermeenen P" vroeg Paul
kalm.
„Van vermeenen spreek ik niet, doch
dat vermoedens in dien zin zijn nitgesprokeu,
moet men begrijpen. Men houdt zich in
de club met die zaak druk bezig en ieder
heeft zijne eigen inzichten. Wilt gij mij
ook uwe inzichten kenbaar maken P"
„Welnu dan, het vermoeden, dat gij
zoo even hebt uitgesproken, is ook in mijn
binuenste opgekomen," zeide de jonge man
„de verschuiving van de beslissing moet
iedereen opvallen en bevreemden, aangezien
daarvoor geen deugdelijke grond kan
worden opgegeven."
„Zeer goed, alzoo vermoedt ook gij
„Neen, heer generaal, zoo ver ga ik niet.
Ik ben niet bang dat ik mijn erfdeel niet
zal bekomen, want ik bond mijn oom nog
altijd voor een man van eer."
„Het tegeudeel vrees ook ik niet," zeide
de generaal ongeduldig, „doch omstandig
heden kunnen hem genoodzaakt hebben bet
kupitaal aan te spreken. Tegenspoed in
zaken, de vele feeBten, in 't kort er kunnen
vele gronden voor aangevoerd worden, die
ik in geeuen deele verontschuldigsn wil,
maar waarop men wel vermoedens zou kunnen
bouwen."
„Zeker, beer generaal, doch laat ons
aannemen, dat deze bezorgdheid gegrond
was, dan zou ik toch niet te kort komen,"
antwoordde Paul lacbeni. „Mijne erfenis
moet teu volle uitbetaald worden, al zou
het huis Anton Ommerborn Zonen daar
door ook ten gronde gaan."
De geueraal stond op van zijaen stoel.
„Maak mij het hoofd niet warm" zeide
hij geërgerd. „Wanneer dat moest gebeuren,
dan was 't ook met de eer van het huis
Ommerborn gedaan."
„En zou ik met het oog daarop van
mijne vordering afstand moeten doen P"
„Sapprement neen. Doch ik zou hot
zeer onaangenaam vinden, wanneer daarbij
mijn goeden naam op 't spel stond en het
zou mij dus lief zijn, dienaangaande zeker
heid te hebben."
Paal zag hem vorschend aanuit deze
woorden tocb kon bij raden, dut er tusschen
de familie van zijn oom en die van den
generaal een nauwere verbinding op handen
was; de geueraal toch had duidelijk ge
noeg gezegd, dat zijn eer nauw samenhing
met die van den koopman.
Was Biola reeds do bruid zijns neefs
Hij geloofde die vraag' ontkennend te moeten
beantwoorden, aangezien men in 't tegen
overgestelde geval daarvan geen geheim
zou gemaakt hebben. Was echter die ver
loving voorgesteld, dan bezat hij een wapen,
waarmede hij het plan kon vernietigen.
„En hoe zoudt gij u die zekerheid ver
sohaffen P" vroeg hij.
De generaal hulde zioh al meer en meer
in rookwolken.
„Daarvoor moet gij thans zorgen," ant
woordde hij. „Gij moet «en beslissing vor
deren, hoe die dan ook moge uitvallen.
Wanneer de koopman deze nog langer wil
verschuiven, dan moet hij minstens het
kapitaal ergens beschikbaar stellen en dsn
zal men althans kunnen beoordeelen of het
met renten op renten nog voorhanden is."
„Hij zal dit niet willen doen."
„Doet hij dit niet dan is dat, minstens
genomen, een slecht tseken."
„En voor mij persoonlijk een onaangename
zaak, want na die afwijzing zal ik geheel
en ai met hem moeten breken," zeide Paul.
„Ik heb reeds genoeg bespeurd, om niet
daaraan te kunnen twijfelen, dat mijn oom
de uitbetaling der erfenis zoolang mogelijk
zal verschuiven."
„Goed, dan moet gij hem laags gerech
telijken weg dwingen tot ecu einde tc
komen," viel hem de generaal in de redu.
Niemand kan en zal ouder dergelijke om
standigheden u daarvan een verwijt maken.
Laat de koopman het echter zoover komen,
dan weet ik genoeg en kan nog bijtijds
een eervollen terugtocht aannemen."
„Eu wuarom dat P"
„Vraag niet naar de redenen, ik zeide
u reeds dut ik zc op het oogenblik niet
noemen kau. Wilt gij dus aan mijn raad
gehoor geven en mijn verzoek inwilligen P"
„Nog heden P Het feest zou daardoor
gestoord kunnen worden, heer generaal."
„Heden niet, maar morgen."
„Ja zeker," zeide Paul met beslistheid,
en in den strijd dien ik daardoor open,
reken ik op uwen bijstand."
De generaal gaf hem de hand.
„Gij zult mij steeds daar vinden waar
de vaan van recht en eerlijkheid geheschen
is. Is eenmaal de strijd begonnen, dan
tracht ik echter met alles wat mij teu
dienste staat het sluiten van een vernede
renden vrede te voorkomen. Zuiverheid en
klaarheid dat is voor ons alleen de hoofd
zaak."
Een beteekenisvol lachje speelde om
Paula lippen.
„En hoe zou die vernederende vrede ge
sloten kunnen worden P" vroeg hij. „Ik
weet niet welke overeenkomst men mij zal
aanbiedenhet proces moet ten mijnen
gunste uitvallen en dientengevolge mij de
erfenis ten volle uitbetaald worden.
„Hm, men zou n de hand van Paula
kunnen aanbieden."
„Dat zou een smaadvolle handel zijn, en
ik acht mij te hoog om mij daarmede ook
maar een oogenblik te bemoeien."
„Zoudt ge daarvan niets willen weten t"
vroeg de generaal. „De j^nge dame
is mooi
„Ik vind een andere dame schoouer en
beminnelijker," viel Paul hem, op leveu-
digen toon sprekende in de rede, en mijn
hand zal ik slechts aan haar reiken, die
ook mijn hart bezit. Denk niet dat dit
slechts een praatje is; ik veroorloof mij
eerstdaags op de zaak terug te komen."
„Laat ons eindigen," zeide de generaal,
een afwijzende beweging makende, daar hij
begreep waarheen de jonge man het wilde
sturen, „de eerstvolgende dagen zullen ons
veel moeten ophelderen. Wilt ge met ons
naar de soirée rijden P"
„Waneer gij mij de eer wilt bewijzen h°(
mij in uw rijtuig mede te nemen boi
„Met het meeste pleizier." der
„Wellicht dat we nog een gast konden me
medenemen," zeide Paul op sarkastischen je2
toen.
„Uit dit huig P De oude boekhouder
behoort toch ook niet tot de genoodigden f"
„Hij niet, maar de gast, die zich op
dit oogenblik ten zijnent bevindt."
De generaai had weder op zijnen stoel
plaats genomen en blies den jongen man
eenige kolossale rookwolken in 't gelaat. *ee
„Wie is dat P" vroeg hij vol verwachting, ^a
„De zoon van mijn oom." Jat
„Wat De student P En wat heeft hij
bij den ouden boekhouder te zoeken P"
„Ik zou dat ook vragen, wauneer bij niet
zoo dikwijls kwam," antwoordde Paul. Doch vai
nu ligt het antwoord voor de band. Me- die
juffrouw Burgraf woonde voor kort geleden Do
nog in dezelfde Btad waarin mijn neef nat
studeerde." yftI
„Sapprement dat is een vroolijke gescbie- i
denis," riep de generaal verrast.
„Pardon, ik wilde de jonge dame daarbij "eE
in geenerlei opzicht afbreuk doen, bet ii me
siechts eon vermoeden zonder meer. Mij Y&l
heeft mijnen neef ds eer van eon bezoek do<
nog niet gegund en klaarblijkelijk schijnt fog
hij mij te ontwijken ik wil deswege niet
toornig tegenover hem zijn, waut hij kan
toch geen vriendschappelijk gevoel koesteren
tegenover een mandie plotseling uit de vas
vergetelheid opduikt, om wellicht hera het
verkrijgen eener erfenis onmogelijk te maken, gas
Maar als ik de opmerking mAg uiten, dno
is het tijd dat wij er aan denken toilet t«
maken," vervolgde Paul terwijl hij opstond,
„tot wederziens, mijnheer do generaal, ik *01
hoop dat wij hedenavond onzen vroolijken alh
luim niet zullen laten bederven." lan
Na bet maken van een lichte buiging
verliet de jongeman het kabinet, terwijl de
oude heer daarin nog gernimen tijd in niet
opgewekte stemming heen en weder bleef
vei
wandelen.
Wordt vervolgd.
scl
vai
te
op
Ko
zaï
Snelpersdruk van C. DE BOES# Ja. 861