'T VLIEGEND BLAADJE.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL
Twaalfde Jaargang.
No, 1169.
Woensdag 30 April 1S84.
Abonnement
per 3 maanden binnen de gemeente 50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Uitgevers: BERKHOUT Co. te Helder.
BrnrenszSPOORSTRAAT e» ZUIDSTRAAT.
Advortexitien
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlyk des DINSDAGS- en VRIJ DAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorjrd ziin
N1EU WST1JDINGEN.
HELDER, 29 April 1884.
Bij het de vorige week ge
houden examen voor fortificatie-op
zichter, is o. a. geslaagd de heer A.
Covers, van hier.
De tot majoor bij het 1 Reg.
Vest. art. benoemde kapitein C.
Redemagni, zal op den 30steu dezer
alhier arriveeren, teneinde op 1 Mei
aanstaande, het speciaal bevel over
de compagnie Vest. artillerie, alhier
in garnizoen, te aanvaarden.
Aan de navolgende mindere
geëmployeerden en werklieden bij 's
Rijks werf te Willemsoord zijn me
dailles voor ijver en trouw toegekend
gouden medaille met f 100 gratificatie,
aan den teekenaar le kl. J. Dam-
mau, den oppasser van gereedschappen
E. Tjittes en den bankwerker J.
Willemse de zilveren met f 50 gra
tificatie aan den werkman P. J. Broest,
en den zeilmaker J. v. Meursde
bronzen aan den werktuigmaker F J.
Eguer, den takelaar A. Blok, den
vuurwerker A. de Geus en den werk
man J. Vink.
Het gevoelen van de Texelscbe
garnalenvisschers luidt vrij algemeen,
dat zij een voordeelige garnalen-
visscherij verwachten in de Zuiderzee.
Men meent dat te mogen voorspellen,
omdat de visschers dagelijks bij het
garnalenvisschen bij elke streek an
sjovis in de netten hebben.
Het is thans zeker, dat met den
aanvang der zomerdiensten op de
spoorwegen, ook de nieuwe lpu Am
sterdamZaandam—Hoorn geopend
zal worden. Hoewel de stationsge
bouwen nog slechts tot op de helft
zijn opgetrokken, zal de dienst, be
halve die van het station Oostzaan,
in ruime nette houten hulplokalen
worden uitgeoefend, zoodat het per
soneel van den weg en de stations
reeds met 1 Mei a. s. de nieuwe
standplaatsen zal innemen.
Vrijdag had in een der zalen
van het gebouw Odéon, te Amsterdam,
de trekking plaats van deklassen 11
tot en met 15 der tentoonstellings-
loterij.
Zonder te beweren dat hier een
werk der duisternis verricht werd, had
't er toch, wat den uiterlijken schijn
betreft, alle aanzien van. Het lokaal
was flauw door een paar gaskronen,
verlicht. Behalve den notaris, mr.
Werthem, ten wiens overstaan de ver
loting plaats had, waren een twin
tigtal personen aanwezig. Op een
verhevenheid stond de trekkingstoe
stel, die telkens, op het kommando
voorwaarts! van den notaris, zijne
ratelende schakels rollen liet. Dit
geheimzinnig geraas en deze geheele
vertooning, in het halfduistere lokaal,
maakten een vreemden indruk. Wat
men hier wentelen zag, was wel een
rad van fortuin, maar aan de wufte
godin, die over deze werktuigen ge
biedt, deed niets in deze omgeving
denken.
De wachter van post 36 bij
Baarn, op de lijn AmersfoortAm
sterdam van het Oosterspoor, is Vrij
dag nacht door een goederentrein
overreden en op de plaats dood ge
bleven. Hij laat een weduwe en
vgf kinderen achter.
Een den 23en dezer door den
militairen commandant van Atjeh
verzonden telegram, luidt als volgt
»21 Maart zeven kolonnes geageerd
tegen vijand. Tusschen Lepong-Ara
en Tjot-Basatoel versterkte stellingen
stormerhand genomenvijand geheel
verdreven. Twee kolonnes diversie
in Lepong en Loeboek twee bentings
in Loeboek genomen en vijand terug
gedreven.
»Twee kolonnes diversie naar Lam-
bira en Loeboe; door onbegaanbaar
terrein en zware verliezen genoodzaakt
van binnenrukken Lambira af te zien.
Onzerzijds gesneuveld negen minderen,
gewond luitenants Drijber en Gijsen,
37 minderen, vier dwangarbeiders.
Vijand zware verliezenvolgens bij
bestuur ingekomen berichten, 17 doo-
den, waaronder 3 panglima's en 22
gewonden waaronder één panglima."
Een curieus huwelijks-aanzoek
leverde als wij het Dbld. mogen
gelooven een tamelijk kwasterig
ambtenaar uit een Indischen buiten
post door den volgeuden brief aan
een te Batavia wonende dame
No. Liefde.
Bij lagen
Eeu Hart.
Mejuffrouw.
Ik heb de eer u mede te deelen,
dat ik mij in mijne nieuwe woning
heb ingericht, aan welke inrichting
vooralsnog alteen ontbreekt uwe tegen
woordigheid.
Uwe mama heeft mij bij mijn
vertrek verzocht van mijne plannen
niet officieel te doen blijken, voordat
uw papa zou hebben afgedaan met
malen en de potten voor een ander
oogstjaar zouden zijn in gereedheid
gebracht.
Aangezien die termijn verstreken is,
zoo heb ik de eer u beleefdelijk,
doch dringend te verzoeken mij per
ommegaande te willen mededeelen
of u alsnog genegen zijt, met mij
een wettig huwelijk aan te gaan
en, subsidiair, voor het geval on
verhoopte bezwaren daartegen bij u
mochten oprijzen, alsdan dit mijn
verzoek wel te willen overbrengen
tot de eene of andere uwer waar-
loo/.e zusters. Ik heb de eer, enz.
Tusschen den bakker en den
kwartiermeester van het stoomschip
Schiedam" ontstond Vrijdag middag
in de Planciusstraat te Amsterdam
twist. Laatstgenoemde gaf ziju tegen-
stauder met een steen een zóó hevigen
slag op het hoofd, dat hp in levens
gevaarlijken toestand naar de boot
werd gebracht. De dader is in handen
der politie overgeleverd.
De politie te Amsterdam waar
schuwt tegen de volgende personen:
S. Mets, vroeger winkelier te Rot
terdam, A. Waanders, zich noemend
koopman in boter en kaas te Rot
terdam, en N. Brouwer, dezelfde
qualiteit opgevende.
Zij houden zich in verschillende
gemeenten op, in den laatsten tijd
veelal te Amsterdam, Haarlem en
omstreken, en blpken in verbinding
te staan met meerderen van hun slag,
zooals H. de Bres, van Dordrecht,
alias Hennekes Co., om op uitge
breide schaalhandel te drijven.
Vau betaling is echter nooit sprake,
en naar een vast plan worden de
buitgemaakte goederen zoo snel mo
gelijk verkocht of in handen vau
derden overgegeven.
Waar zij iukoopen doen, fungeert
W., die een wit jasje draagt, als
knecht, en de goederen worden in
een leegstaand pakhuis of op gehuurde
kamers geborgen, evenals onlaugs bij
den diefstal van boter op het Dam
rak geschiedde.
Uit de provincie Groningen
vertrekken dit voorjaar velen naar
Amerika. Alleen uit Stedum ver
trekken eerstdaags meer dih 50 per
sonen.
De vijftien a zestienjarige zoon
van den tolpachter Hoeve te Blijham
bij den weg naar Oudepekela
werd Vrijdag namiddag onder ge
leide van rijks- en gemeentepolitie
van uit 's vaders huis overgebracht
naar het huis vau arrest te Winschoten.
Deze arrestatie staat, naar ver-
zekêrd wordt, in verband met den
brand in de boerderp van den heer
Rieko Bruggers, welk perceel tegen
over de woning van genoemden tol
pachter is gelegen. Een uur ongeveer
vóór het ontdekken van den brand
werd een begin van brand in
het achtergedeelte van des tol pachters
woning gebluscht, nadat de onder
nemer van een omnibusdienst tus
schen Winschoten en Bellingwolde,
die met zijn voertuig voor de woning
stilhield, de aandacht van het hoofd
des gezins op het dreigend gevaar
had gevestigd.
Een Vlaardingsche koopman in
visch, Maandag jl. bij de vleesch-
verkooping in Den Doelen" te Schie
dam tegenwoordig zijnde, verloor op
het Doelenplein een doosje, waarin
aan bankpapier en goudgeld eeu som
van f 800 geborgen was, welk doosje
gevonden werd door den arbeider
H. J. Eckmans, die dadelijk pogiugen
in het werk stelde om den recht
hebbende op te sporen, dien hij al
spoedig gevonden had. De koopman
bood den eerlijken vinder ter be
looning aaneen glas bier, dat
echter door Eykmans geweigerd werd.
Een huzaar, te 's Hage sedert
eenige dagen vermist, werd Woensdag
opgevangen en naar de hoofdwacht
overgebracht. Hij wist daar echter
uit t s breken en bp zijne dulcinea
in de Bagijnestraat te komen. Ook
daar werd hij door patrouille en po
litie achtervolgd. In politiek vluchtte
hij op het dak en braeht daar den
nacht door. Donderdag begaf hij
zich vrij willig in arrest.
De Keizer- en Vingerhoedstraat
te Breda zijn wederom het tooneel
van een schandaal geweest. De ver
huurder van eenige omliggende pan
den, die voor weinige weken door
een zijner huurders schromelijk mis
handeld werd, is thans door een
ander zpner huurders, den broeder
van den vorigen mishandelaar", ge-
vaarlyk gewond. Op zijn moord
geschrei kwamen helpers toeschieten,
die de deur intrapten en den ge
wonde de gelegenheid gaven buiten
te komen. Met drie wonden (twee
aan den hals een in de borst) ijlde
de laatste naar de kazerne der niaré-
chaussée, waar hij ineenzakte. De
toestand van den getroffene, zijn
naam is Vermeeren moet niet zonder
gevaar zijn.
Te Mannheim stond dezer dagen
een 62-jarige vrouw terecht, die haren
mau deu hals had afgesneden. Zij
hield vol, dat zij dit op zijn eigen
verzoek had gedaan, (iets dergelijks
dus als de moord van Slotboom, in
de Kalfjeslaan, aan ieder Amster
dammer welbekend.)
Het gezin was zeer achteruitgegaan.
De man, vroeger vlijtig eu sterk, was
ziekelijk geworden, zoodat hij niet
meer werken kon en de vrouw was
in den laatsten tijd aan den drank
verslaafd. Eindelijk, nadat zij heel
wat ellende baddeu uitgestaan, vond
de vrouw op zekeren nacht haar man
met ontblooten hals zitten en een
scheermes in de hand; waarmee hij
haar verzocht hem den hals af te
snijden. Na eerst geweigerd te heb
ben, had de vrouw, die in een voort
durende roes verkeerde, hem een snee
toegebracht, en later, toen de wond
niet voldoende bleek, gaf zij hem nog
een tweede, die doodelijk was.
Uit allerlei gegevens bleek dat de
beschuldigde waarheid- sprak, en de
rechtbank veroordeelde het treurige
slachtoffer van den drauk, dat in
koelen bloede een dergelijke misdaad
kon plegen, tot de zwaarste straf
welke zij iu dat geval kon opleggen
5 jaren gevangenisstraf. De voor
zitter verklaarde, te betreuren, dat
het vonnis niet strenger kon zijn.
Een noodlottige brand brak
Woensdagmorgen vroeg te Londen
uit in de herberg The Bell, in Old
Bailey. Drie jonge vrouwende
zuster van den eigenaar en twee
buffetjuffrouwen, kwamen om het
leven.
Een paar letterzetters, die te half
twee van hun werk terugkeerden,
ontdekten bij het voorbijkomen, dat
het achtergedeelte van de oude her
berg in brand stond, en zp waar
schuwden onmiddellijk de politie en de
brandweer.
Een oogenblik later kwam uit een
overdekte zijgang de eigenaar, buiten
zichzelveu van ontsteltenis. Hp was
laat thuis gekomen en nog niet te
bed gegaan, toen hij den brand ont
dekte. Onmiddellijk waarschuwde hij
de drie vrouwen, die op de boven
verdieping sliepen, en snelde naar
beneden. Daar bemerkte hp, dat de
vrouwen hem niet gevolgd waren.
Zp bleven een oogenblik achter, om
eenige noodige kleedingatukken aan
te trekken, en in dat korte oogenblik
hadden de vlammen haar den uitweg
afgesneden. De brand verspreidde
zich met groote snelheid door het
oude uitgedroogde huis, en de spoedig
aangerukte spuiten vermochten niet
veel er tegen.
De drie ongelukkige vrouwen zag
men nu weldra voor een der vensters
öp de tweede verdieping verschij nen.
Maar het bleek onmogelpk haar te
redden. Er was een brandladder bp
de hand, lang genoeg om het venster
te bereiken, doch zij was stevig met
kettingen en sloten vastgemaakt en
een onvergeeflijke omstandigheid
de sleutel was niet bij de hand.
Het bleek onmogelpk de vrouwen
over de daken te bereiken, en alle
verdere pogingen tot redding werden
mede verijdeld door den bouw van
het oude huis.
Zoo moest men de ongelukkige vrou
wen aan haar lot overlaten. Het
duurde niet lang of zp verdwenen
van het venster en later werden zp
treurig verbrand teruggevonden.
Men slaagde er in de omstaande
huizen nagenoeg geheel voor de vlam
men te bewaren.
De gezamenlijke opbrengst der
koffiecultuur van alle landen wordt
geschat op 600,000 tonnen a 10000
kg. De grootste hoeveelheid, nl. on
geveer de helft, wordt door Brazilië
geleverd. Java, Sumatra en de overi
ge Nederlandsche koloniën, brengen
pl. m. 90000 tonnen op. Dan volgen
Midden-Amerika met 50000, Ceylon
met 43000, West-Indië met 40000,
Venezuela en Nieuw-Granada met
35000, de overige deelen van Oost-
Indië met 16000, Mexico met 5000
en Arabië met 4000 tonnen.
EEN WORSTELSTRIJD.
De lente kwam haar intocht doen
Ze sierde bosch en beemd met groen
En liet de zonnestralen,
Terwijl ze fluks, met milde hand
De bloempjes strooide over 't land,
Verkwikkend nederdalen.
De menscben juichten als om strijd,
En iedereen riep, hoogst verblijd,
„De lente is gekomen
„Ze is bijzonder vroeg dit jaar
„Vooruit nu met de kachel maar
„Kijk! bloesems aan de boomen!"
Een ieder keek naar het malsche gras
En bergde dra zijn overjas
Men zet de vensters open,
De kachel zet men aan een kant,
En denkt (de beesten gaan in 't land)
Geen brandstof meer te koopen.
„Ik zal," zoo sprak de "Wintervorst,
In 't Noord met sneeuw ijs omschorst,
„Dat langer niet verdragen.
„Ik ben reeds nijdig, slecht geluimd,
„Daar ik mijn tijd weer heb verzuimd,
„Ik zal ze daarom plagen!"
Hij buldert: „dienaars, komt eens hier!"
Ze kwamen aan met woest getier,
Om het euvel spel te drijven.
De sneeuw, de vorst, de noordenwind,
Ze waren dadelijk gezind
Om alles te verstijven.
De noordenwind giert, woest en vlug,
Met bei zijn makkers op zijn rug,
En daalt ter neer op aarde.
Hij teistert bloemen, vogels, groen
Zijn maats vernielen, wild en koen,
Wat zijne drift nog spaarde.
De lente, lief en zacht van aard,
Beschouwde ras den bloemengaard
Met tranen in de oogen.
„Dat is te ergriep zij, „ik wil
„Den winter, met zijn booze gril,
„Niet in mijn rijk gedoogen."
„Och, lieve zon! waar moet dat heen?"
Zoo sprak ze, met een droef geween.
„Help mij, of ik zal sterven
„Neen," sprak de Zon, „o lieve maagd,"
„Uw schoonheid, die mij zoo behaagt,
„Zal winter niet verderven
Hij zendt zijn zeflrs nn vooruit.
De lente lacht bij hun geluid.
Hij doet zijn warme stralen,
Hoe Wintervorst zich ook verzet,
Hoe noordenwind het ook belet,
Op aarde nederdalen.
Hij sluit de Wintervorst tot straf,
Weer maanden in zijn ijzig graf,
Benevens zijn vaaallen.
De lente jucht nu, blij van geest
Haar vijand wordt niet meer gevreesd.
En wij wij juichen allen.
Gxrrit J.