MUZIEK .TiiiifjEs;
VOORWAARDEN
W. V. BRUINVIS
C0MMEST1BLES,
J". BREEBA ART Wz..
AHSTERDAH-NIEDWEDIEP.
Afpifte fan GOEDKOPE BETDÜ1BILJETTE8,
JÜBGHUHN&C.,
f
fïftleutta
Bii 6. BAS. Binnenhaven No. 60
Mem lette op de
\lm\n,
THERMOMETERS,
VRUCHTENSAPPEN,
G'<<^
SCHROEFSTOOMBOOTDIENST
in de Tweede Kajuit fl.OO,
P I G E A U D,
HOOFDGRACHT, HOEK LOUISESTRAAT,
Te huur g-evraag'd:
een Pakhuis of Werkplaats
in 't centrum der gemeente, voor 6 a
10 jaar, om in den loop van den zomer
of direct te aanvaarden.
Adres met opaaf van huurprjja,
enz. onder lett. K aan liet Bureau
van dit blad.
t© nuur
aan de Weststraat, ecu net ruim
woon 3bltjiö,
bevattende drie Kamers, Keukeu,
Kelder en verdere gemakken.
Huurprijs f12.— per maand.
Adres Palmstraat Q 81.
op Zondag eerstkomende.
e3. k.indt.
To nuur
aan het einde der Binnenhaven,
een net Koffiehuis.
Informatiën met brieven onder lett.
K., bij de Boekhandelaren BERK
HOUT Co.
Te koop voor billijken prijs
een partij PLANKEN, SCHRO
TEN, Vuren en Greenen PLAAT
STUKKEN, 4- x 9,3 X 9,3 x 11,
per stuk en bij partij.
In de maand Augustus
PUBLIEKE VERHURING van de
HOFSTEDEN en LANDERIJEN,
in den Prins Hendrikpolder op
Texel, ter gezamenlijke grootte
van ruim 400 Hectaren,
behoorende aan den Hoogwel-
geb. Heer Baron GOFFINET, te
Brussel.
De Administrateur,
J. E. WINKLER.
voordeelige
van Dienstneming
voor het leger ia Nederl. Iiidlë.
Omschreven in gedrukte mededee-
lingen, die gratis verkrijgbaar zijn
bjj het Departement van Koloniën,
te 's Gravenhage, en voorts bij alle
No. 1. S0UCH6N,
per Eng. Pond f 1.25, 1/s f0.65.
No. 2. PECCÖ SOICUON,
per Eng. Pond f 1.50, YgfO.80.
No. 3. l»ECCO,
per Eng. Pond f2 25, ,/2 f 1.15.
No. 4. FLOWERY ORINGE PECCO,
per Eng. Pond f2 75, ï/a fl.40.
Geheel dezelfe Thee in dezelfde ver
pakking als op de Tentoonstelling te
Amsterdam verkocht werd, alwaar in
ruim 5 maanden 10.000 Eng. ponden
van deze Thee werd afgeleverd.
G. 0TT0, Depóthouder,
KANAALWEG over de üoleiibrug.
in velerlei keuze bij
H. L. SGHBiDËB.Hoiflp. K 49.
om beste Boter en Kaas te maken,
J. J KUIJPER,
Oosterend. Texel.
Eau de Cologne en
Parfumeriën.
FABRIKANT In
t© Hoorn,
maakt bjj deze bekend, dat de
VRUCHTENSAPPEN geleverd wor
den tegen de laagst niogeljjke
concurrentie en tegen overeen
te komen voorwaarden.
LOODSGRACHT.
„\P
kV'
Depót
AMSTEL'S BEIERSGH.
P. SCHAGEN.
Eens in gebruik, altijd in gebruik,
Ter besparing van ZEEP en SODA
om het Linnen te wasschen en te
bleeken, zonder hetzelve te verslijten,
wordt door het groote gemak en be
zuiniging, bierdoor verkregen, bij-
zouder aanbevolen.
Pry'8 per Pakje 8 Cent.
Verkrijgbaar te Nleawediep
BIJ H. RIESSELMANN.
Uitsluitend verkrijgbaar bij den Agent J. P. RADIUS,
des Vrijdags, Zaterdags en Zondags.
Kalrerstraat 158, Amsterdam.
Alleen in verzegelde pakjes,
voorzien van bovenstaand gedeponeerd
handelsmerk, verkrijgbaar te Helder bjj
J. KORVER;Mej. C. ZUNDERDORP;
Mej. J. CAARLSMoj.L. SCHRöDER.
In bet bpzonder wordt de aandacht
gevestigd op SOUCHO S THEE ii
f 1.30 per 5 ons.
Stoombierbrouwery
t© Br e da.
Levert 1ste kwaliteit:
Dubbel PRINCESSE, Belegen
GERSTE-, Oud-BREDASCH-
en MAASTRICHTS-BIER,
Prachtig beider en goed blijvend.
Vraag analyses en pryzeu.
Bierhandelaren genieten rabat.
VAN
is van af heden weder
GEOPEND.
V oorhanden:
Het merk DELI, a f 20 per Mille.
VERKOOPHUIZEN
Amsterdam, Vijgendam.
Aingteriam, Rembrandtsplein.
Rotterdam, Wijde Marktsteeg.
Den Haag, Spuistraat.
Leiden, Breedestraat.
Utrecht, Choorstraat.
Groningen, tussehen de Markten.
Kampen, Ondestraat.
DEPóTS
Schagen, bjj W. Roggeveen Dz.
Purmerende H. V. van Halm.
Breda, F. de Koning.
Helder, A. B. Weber.
Den Bosch, C. van Wordragen.
Koog a. d. Zaan, bij J. Kopper.
Almeloo, bij L. A. Hubscher.
Dordrecht, J. H. J. de Zoete.
Batavia, G. W. Versteeg.
Samarang, bij van Bemmel Co.
Amsterdam, bij W. R. Meijer, Nieuwe
Heerengracht 73.
ter Boek-, Courant- en Handels-Drukkerij van C. DE BOER Jr., Koningstraat, Helder.
FEUILLETON.
De strijd om een millioen.
ROMAN IN DRIE DEELEN,
65. KAAR 'T DUITSCH VAN
EDWARD AUGUST K0NIG.
„Doch niet zoo groot, dat wij het geheele
bedrag kunneu storten; er aal altijd nog een
kwart millioen aan te kort komen."
„Zooveel niet, maar hoe veel of weinig bet
ook wezen moge, ik kan het er voor morgen
niet bijkrijgen."
„Mijnheer Frieser heeft een borgstelling eu
lijn vermogen aangeboden."
„Frieser!" riep Ommerborn, „hoe komt
hij daartoe. Wie heeft hem geeegd, dat ik aan
ruik een borgstelling behoefte heb. Ik wil
niet hopen, dat gij mij deren smaad aange
daan hebt."
„Hoe kunt u ook maar een oogenblik aan
de mogelijkheid daarvan denken," zeide Bur-
graf op geruststellenden toon. „Mijnheer uw
zoon heeft uit eigen beweging daarover met
hem gesprokenhij was zeer ongerust en de
vermoedens die hij uitte, bleken maar al te
juiat te zijn. Hij zal ook met zijn vriend over
't geen hij dacht gesproken hebben
„Ik hoop, dat gij hem tot andere denk
beelden gebracht zult hebben."
„Ja, dat heb ik gedaan; ik heb hem ge
zegd, dat wy niet noodig hadden van het aan
bod zijn vriends gebruik te maken, maar toch
twijfel ik of het onder de tegenwoordige om
standigheden niet beter zou zijn den voorslag
aan te nemen."
De koopman ging met groote schreden de
kamer op en neer.
„Nooit", zeide bij, het hoofd trots in den
nek werpende. „Ik koester nog altijd de hoop,
dat het mij gelukken zal een kort uitstel te
erlangen en dan heb ik geen hulp van een
vreemde noodig. Het huis zal ik waarschijn
lijk toch verkoopen, een kooper daarvoor heb
ik reeds gevonden
„Doe dat niet wanneer u het vermijden
kunt", viel de boekhouder zijn patroon in de
rede. „Wanneer wij al de uitstaande posten
zien binnen te krijgen, kunnen we geheel en
al aan onze verplichtingen voldoen. Wat zal
er echter gebeuren, wanneer er geen uitstel
verleend wordt f"
Richard Ommerborn was voor den lessenaar
van zijn oudeu vriend blijven staan; een treu
rige beslistheid sprak uit de trekken van zijn
gelaat.
„Wat dan gebeuren zalP" vroeg hij. „Ik
ben op alles voorbereid, ik sta of val met mijn
huis en nu mag er gebeuren wat er wil, het
einde zal de last dragen."
„U zult toch niet het besluit genomen
hebben
„Vraag niet verder, beste vriend, in het
slimste geval zal ik u duidelijke instrnctiën
geven. Laten wij thans onzen arbeid voort-
letten, omdat in ieder geval de boeken der
zaak in volkomen orde kunnen worden over
gelegd."
De boekhouder zag zijn patroon verschrikt
aan en eer hij met een bedenkelijk hoofdschud
den het werk weder kon hervatten verliep
een geruimen tijd.
VI.
De cipier hief zijn lantaarn in de hoogte
en zag den man die aan de poort der gevan
genis stond strak in het gelaat.
„Ab, zijt gij liet P" vroeg hij. „Ik heb
reeds op u gewacht, het zal mij benieuwen
wat er uitkomt."
„Men moet het beste hupen," schorste
Boumann, „baat het niet, dan schaadt het
niet; overigens heb ik met dat lijmstokje
reeds menige sluwen vogel gevangen."
„Maar met dezen zult ge heel wat te stel
len hebben," antwoordde de cipier. „Het is
een ongelikte beer, die God engoedmensch
zou willen aanklagen om zich voor het on
recht, dat hem aangedaan is, genoegdoening
te verschaffen."
„Bah, zoo praten sij allen, zoolang hun
schuld niet bewezen is. Welke bevelen hebt
ge ontvangenP"
„Geen ander, dan dat ik u bij den Ameri
kaan zou opsluiten."
„En daarbij moet natuurlijk niet de minste
hoffelijkheid iu acht worden genomen."
„Koester maar geen vrees," zeide de cipier
lachende, „ik zal mijn rol wel goed spelen en
ge zult mij niets kwalijk kunnen nemen."
„Zelfs een paar blauwe plekken niet," ant
woordde Bouwmann op denzelfden toon.
„Onderzoek de cel bij uwen laatstcn rond
gang als naar gewoonte en kom mij morgen
vroeg zeggen, dat ik voor den rechter moet
gebracht worden. Wil ik vroeger of later ver
trekken, dan zal ik wel een wenk geven, die
ge begrijpen kunt."
„Best, maar reken er wei op, dat de kerel
reuzenkrachten heeft en dat, wanneer hij iets
bemerkt van hetgeen gij voor hebt, zijne
vuisten voor u wel eens zeer onaangenaam
konden worden. In dat geval klopt ge maar
op de deur eu ik zal u dan dadelijk te hulp
komen."
„Nu, ik denk dat het zoo'n vaart niet loo-
peu zal," spotte Boumann, „en nu voor
waarts."
De cipier ging vooruit. Zij gingen over de
plaats, stegen eenige trappen op en doorlie
pen eenige gangen, om eindelijk voor een
deur te blijven staan.
De cipier schoof de zware grendels terug
de deuren knarste op hare hengsels.
„Hierin," zeide hij barach. „Het reglement
voor de gevangenen zult ge wel reeds hebben
leeren kennen, voor alles heb jij je rustig te
houden."
„Maar hier zit al iemand," zeide Boumann
schuchter.
„Dat komt er niets op aan, alles is bezet,
het boevenpak is meer dan voltallig en als er
morgen een cel leeg komt dan ga je daar in."
Boumann had zijn medegevangene, terwijl
hij sprak, den rug toegekeerd en stond dra in
de cel.
„En zoo gaat men nu te werk met iemand
die nog maar op presumptie zit," zeide hij.
„Ik ben geen gemeene misdadiger en morgen
cal ik mij beklagen; zulke grofheden behoef
ik mij niet te laten welgevallen."
De cipier smeet, zonder verder een woord
te spreken, de deur dioht, de grendels werden
er weder voorgeschoven en thans wendde
Boumann zich tot den Amerikaan, die voor
een kleine tafel zat, waarop het schijnsel
eener lantaarn een mat licht wierp.
„Duivels, ook bier P" zeide hij verwonderd.
„Zijt gij het inderdaad Die ontmoeting is
mij niet aangenaam."
Ook de Amerikaan kon zijn verwondering
niet verbergen.
„Wat voert je hierP" vroeg hij.
„Mijn domheid
„Zoo, als dat alles is
„Ik wilde dat jij met je vrienden op den
Blocksberg zat en ik u of hen nooit gezien
had," viel Boumann hem woedend in de rede.
„Die beroerde erfenisgeschiedenis heeft mij
nu ook iu het tuchthuis gebracht."
„Wat is dat P" vroeg Wetter verwonderd.
„Wegens de erfenisgeschiedenis P Dat is mij
onbegrijpelijk, en wat ik daarmee zou hebben
uitstaan begrijp ik ook niet."
Boumann had op den rand vaH zijn krib
plaats genomen en streek met zijn wollen
zakdoek over het voorhoofd.
„Alles is aan het licht gekomen," zeide hij
opgewonden, „wij zijn allen verloren."
„Ik geloof dat ge gek zijt.
„Ik wenschte wel dat de geneesheeren dit
moesten verklaren, dan zou ik geen straf op-
loopen."
„Maar duivels, wat is er dan eigenlijk
voorgevallen P" vroeg de Amerikaan onge
duldig. „Uit uwe woorden kan ik niet wijs
worden. Waarom zijt gij gepakt P"
„Waarom Wegens vervalsching van een
document."
„Ah zoo even pasP"
„Vanmiddag;" tot nu toe beu ik in het
verhoor geweest."
„Heeft mijn vriend, de erfgenaam, u de
opdracht gedaan het document te verval-
schen
„Ja zeker en ik was zoo dom dit aiin fè
nemen. Doch wat doet men niet als men
arm is en in nood zit."
„En is de geschiedenis aan het licht ge
komen P"
„Alles," bevestigde Boumann. „De erfge
naam en de onde min zitten thans ook
reeds achter slot en grendel en er zijn
reeds bekentenissen afgelegd."
„Wie zegt datP" vroeg Wetter.
„De rechter van instructie."
„En zijt gij ook door de mand geval
len P*«
„Ik, dat kunt ge begrijpen, wat heb ik
met de zaak noodig P"
„En wat ik, als ik vragen magP"
„Zijt gij dan ook niet om dezelfde redenen
als uwen vriend gearresteerd," vroeg Bou
mann schijnbaar verwonderd.
„Wel neen, een ezel die bij bet spel
eenige stuivers verloren beeft, meende dat
ik valsch gespeeld had, doch ik zal met
hem afrekenen; ik sla den kerel door mid
den wanneer ik los kom."
„Jnist, wanneer gij los komt!"
„Morgen moet ik ontslagen worden, want
men kan mij niets bewijzen."
Boumann lachte hartelijk.
„Nu wordt mij alles duidelijk,"zeide hij,
„eenige woorden door den rechter van instruc
tie gesproken waren voor mij nog duister,
doch thans begrijp ik die."
„En wat is datP"
„Dat zeg ik n later. Denk er nu maar niet
aan, dat men u zal ontslaan, gij zijt een
hoofdpersoon iu het crimineel proces en
daarom heeft men n gevangen genomen."
De Amerikaan zag hem strak aan; hij
moest den zin dezer woorden begrepen heb
ben, want de hoogste verwondering stond
als het ware in zijne oogea te lezen.
„Hoe weet gij dat alles," vroeg bij wan
trouwend.
Wordt vervolgd.