ROOKTABAK,
Steenkolen
WEGENS VERANDERING VAÏ WOONPLAATS,
„DE ROODE KOUS,"
piierii
uitverkocht.
PASSERDOOZEN,
Geen grijs Naar meer!!
een PAARD, zwarle Merrie,
ÜMWEiK
J. G, DE BDISONJÉ k
P. OETELMANS,
K6MR6 Go.
Beste SKtscla lm 30 -
Beste Friesclie Kaas 15
WORDEN ALLE ARTIKELEN
Weststraat 54.
Een partij KRISTAL-WERK
THEE van E. BRANDSMA,
M P. C. SAMWEL,
Groenten. Vruchten
en Aardappelen.
ik: .a. e T.
IN HET VEEKOOPHUIS
zal met 10 tot 25 korting van de hand
worden gezet.
J. C DS BUISONJÉ ZOON,
K, H. PLATVOET,
FANTASIE-HOEDEN,
Weststraat No. 54,
Teekenbehoeften
en Portefeuilles.
bÜ CARttL A. J. VAN ROSENDAKL.
Gegadigden voor de
levering van
gedurende de maand October 1884,
ten behoeve van het Koninklijk In
stituut voor de Marine teWillemsoord,
worden verzocht hunne inschrijvings
biljetten in te leveren vóór of op 30
September a. s., ten bureele van den
Officier van Administratie 1ste kl.
van genoemde inrichting.
De RAAD van
TOEZICHT van het
Koninklijk Instituut
voor de Marine te Willemsoord, is
voornemens bij onderhandsche in
schrijving, met ingang van 1 N 0-
V E M B E ft 1884, contracten aan
te gaan
A. voor de levering gedurende den
tijd van één jaar:
lo. van Rijst, Gort, Groene en
grauwe Erwten, gedroogde Peren
en Appelen, Koffie, witte en
bruine Suiker, Pruimedanten,
Krenten, Zout, zwarte Peper,
Mosterd, Kaneel, Xootmuscaat,
Sago, Kerriepoeder, Cayenne
peper, gerookt Vteesck, Ilam,
Saucis de Bonlogne, Azijn, groene
Zeep, Toiletzeep en verdere be-
noodigde Kruidenierswaren
2o. van Natuurboter, Stoikscke en
Leidsche Kaas.
B. voor de levering gedurende den
tijd van acht maanden: van
Aardappelen.
De te leveren artikelen moeten zijn
van de beste kwaliteit.
Gegadigden worden mitsdien uitge-
noodigd hunne inschrijvingsbiljetten
vóór of uiterlijk op den middag van
den 2n October e. k. franco in te
dienen aan den Officier van Admi
nistratie bij voornoemd Instituut, ten
wiens kantore tevens de verlangde
inlichtingen zijn te verkrijgen en van
het meerendeel der sub A lo. te
leveren artikelen de monsters te be-
zichtigen zijn.
T© liOOp
rgjfkeen jonge HET,
■SiSIMng en goed model; bruin
van klenr.
AdresBERKHOUT Co.
gtwpdi en ffonny
T© lioop
zeldzaam mak, voor 125 golden, en
een ZPCGSTIN TT,
kleur ïsabella, prachtig model en zeld
zaam mak, voor 150 gulden.
Adres aan het Bureau dezer Courant.
wordt solide en tegen billijke
prijzen afgeleverd door
HOOFDGRACHT, NIEUWEDIEP.
Groninger
15 Cent de 5 Ons.
Binnenhaven 5.
Een ieder wordt opmerkzaam
gemaakt, dat de echte Onnoozele
Schaapjes blijft bestaan aan
den KANAALWEG en niet zal
worden verplaatst. De solide
en prompte bediening zal we
der zooals vroeger worden
voortgezet door D. SPIER.
Puike Eagelsche
PaöLnuis s
HAVEN OU DE SCHILD.
D a g e I ij k s afleveren.
Concurreerende prijs.
Te Koop
een fraai Eikenhonten
Notenboomhout front met Lofwerk
en een Eiken groote ouderwetsche
Te bevragen bij den Deurwaarder
KONING, Texel.
per 5 ons.
P OETELMANS,
Binnenhaven 6.
Het HUIS is op zeer aannemelijke voorwaarden
UIT DE HAND TE HOOF.
Ook kan de zaak overgenomen worden.
Al de werken, welke
door verschillende Uitge
vers tegen verminderden prijs gean
nonceerd staan, worden OOK ZONDER
eenigeVERHOOGING van PRIJS geleverd
VI E IW E O I E I'.
Kanaalweg
in alle soorten van
Ververschingen, gebakken en ingelegde
Visch. Eieren en Zuur.
Ook handelaar in BOTER, KAAS
en EIEREN, in
trade mark
Kalverstraat 158, Amsterdam.
Alleen in verzegelde pakjes,
voorzien van bovenstaand gedeponeerd
handelsmerk, verkrijgbaar te Helder
bij J. KORVER;Mej. C. ZUNDER-
DORP; Mej. J. CAARLS; Moj. L.
SCHRöDER; W. H. BURGERS; P.
A. E. THIJSSEN; G. OTTO; P.
OETELMANS. Te Texel bij J. M.
DEKKER; Mej. de Wed. JOH. ZIJM,
Mej. ANNA BAKKER.
In het bijzonder wordt de aandacht
gevestigd op SOUCHOI THEE 4
f l.JO per 5 ons.
In onzen winkel zullen verkocht
worden alle soorten van
van af fl.tot f6.
De bekende HOEDEN van f 1.90,
welke in Amsterdam en Rotterdam
voor dien prijs verkocht worden,zullen
door ons voor H.73 verkocht
worden. Heeren ZIJDEN HOEDEN
van af f3.tot f7.de fijnste
kwaliteiten zijn bij ons te bekomen.
Alle soorten van PETTEN tot ver
minderde prijzen, alsook worden alle
soorten van iHO.VTEERING-PETTEN
geleverd.
te N iouwodiop,
J. VAN OTTEREN.
Ruime keuze in
SPOORSTRAAT Q 19.
De nieuwe
London is de
beste der Par-
ttilF fumerieën om 't
grijze haar zijne
WÊk natuurlijke
kleur terug te
geven, en is te
Nieuwediep al-
aP leenveTkrjjgbaar
Prijs f 1,50 per groote flacon.
BEDiriIiP BOEKEN, welke
DMUlin 1door firma's in
verschillende
dagbladen voor minderen prijs wnrden
aangebnden, kunnen door ons zooder
bijkomende kosten tegen dezelfde
prijzen franco geleverd worden.
BEKKHOUT Co.
FEUILLETON.
Een onverbiddelijke Vijand.
V ertaling
2.) van GERRIT J.
„Ik zal hem opzoeken en hier brengen,"
zeide Kurfc, om haar tevreden te stellen. Ga
na mee, ik zal hem hier brengen."
't Kind liet zich gezeggen en werd, nog
huilend, de kamer uitgedragen. De bediende
kwam binnen en zeide:
„Met uw verlof, genadige vrouw, iemand
heeft een venster open laten staan't is nog
niet gesloten en buiten ziet men duidelijk
voetstappen in de sneeuw."
„Grootmoeder," zeide Kurt, „ik moet wer
kelijk naar buiten om dien Filip te zoeken.
De arme drommel ligt misschien in 't woud
en loopt gevaar van honger en konde om te
komen. Ik zal een paar man medeneraen. Hij
kan niet veraf zijn."
„Maar 't is gevaarlijk onder de boomen bij
zulk een storm."
„Ja," zeide dc knecht, ik kan hem wel met
een paar anderen gaan opzoeken."
„Mijne grootmoeder zal jijlui niet naar
buiten stnren, als 't voor mij te gevaarlijk is,"
zeide Kart.
„Laat me meegaan, grootmoeder!"
Mevrouw von Holtzendorff aarzelde een
eogenblik en zeide toen: „Goed dan; 't is
een goed werk en de hemel zal je bescher
men. Maar wees voorzichtig en stop je goed
in."
Kurt kuste zijne grootmoeder de hand, be
loofde voorzichtig te zijn en snelde heen.
Kort daarna ging bij met eenige mannen de
deur uit. Mevrouw von Holtzendorff stond
voor 't venster van de voorzaal en keek hen
achterna. Ze zochten in do sneeuw naar voet
stappen, die ze ook spoedig schenen gevon
den te hebben; althaas, ze verwijderden zich
in een bepaalde riehting.
Zuchtend keerde mevrouw von Holtzen
dorff zich van 't venster af en begaf zich naar
de kamer van vrouw Schmidt. Deze had 't
kind, in flanel gewikkeld, op haar schoot lig
gen en gaf 't brood met suiker te eten, dat
't meisje goed scheen te smakende kame
nier was terwijl bezig de natte kleederen voor
't vuur te drogen.
„Een mooi kind," zeide mevrouw von Holt
zendorff: wat heeft ze fraaie zwarte oogen!
Zou je denken dat 'teen Zigeunerkind is
„O, neen, genadige vrouw, stellig niet.
Ofschoon hare kleederen nat en vuil ziju,
zijn ze toch van prachtige stof, van fluweel
met kant afgezet. Als een Zigeuner haar hier
heeft gebracht, heeft hij 't kind eerst gesto
len.
„Zeg eens, wie heeft je hier gebracht,
hartje P"
„Filip!"
„Wie is Filip
Versuft keek 't kind de vraagster aan en
zeide
„Filip is Filip!"
Alsof die naam haar alles weer in herinne
ring brachtbegon ze opnieuw te schreien
en tc roepen
„Ik wil nHar Filip!"
„Jc kunt toch wel een bedje in je kamer
maken P" vraagde mevrouw von Holtzendorff
aan de huishoudster.
„Jawel, genadige vrouw, op de kanapé
naast, mijn eigen bed."
„Goed, dan ga ik heen. Ik ben bekommerd
over den jongeheer, die met 't volk in 't
bosch is gegaan."
Zacht opende de dame de denr en trad weer
naar 't venster, om tc zien of haar kleinzoon
reeds terugkwam.
II.
Na eenigen tijd zag mevrouw von Holtzen
dorff donkere gestalten, die langs den be-
sneeuwden weg 't slot naderden. Wat ze
droegen kon de dame niet onderscheiden.
Zelf opende ze de voordeur. Dadelijk sprong
Kurt de stoeptrappen op en zeide
„Kom niet buiten, grootmoeder, ik zal u
aanstonds alles vertellen."
Ze duwde hem echter ter zijde en sprak
Mijn lieve jongen, ik ben niet bang. Is de
ongelukkige dood of alleen bezwijmd?
De mannen hadden nu 't slot bereikt; ze
droegen op een vensterluik een onbewegelijk
liggenden knaap, van Kurts leeftijd.
Toen mevrouw von Holtzendorff bloedvlek
ken op zijne kleederen zag, riep ze verachrikt
uit
„Groote God, wat is er met hem gebeurd
„Ze hebben hem neergeschoten," zeide
Friedrieh kortaf.
„Is hij doodP" vraagde ze.
„Ik weet 't niet, genadige vrouw, maar ik
ben er bang voor."
„Breng hem naar boven in de groene kamer,
die is 't naast bij leg hem op 't bed, cn jy,
Kutt, moet vrouw Schmidt roepen. Zegbaar
dat ze ondergoed, verbandlinnen en ook cog
nac medebrengt; laat een rijknecht dadelijk
den dokter halen."
De gewonde knaap was onderwijl in de
groene kamer gebracht, die in orde was ge
maakt, omdat men een neef van de genadige
vrouw te logeeren verwachtte.
Toen de knaap op 't bed lag, voelde
mevrouw von Holtzendorff hem de pols en
zeide, toen ze bemerkte dat 't leven nog niet
ontvloden was; „geef me de cognac eens hier."
„Een paar druppels deden hem bijkomen;
hij opende zijne oogen en ademde zacht. Ge
holpen door de huishoudster, trachtte de dame
't bloed te stelpen. Bijna was ze in haar werk
geslaagd, toen men een rijtuig hoorde rollen,
waarna de arts binnentrad. Hij wist reeds
welk werk hem wachtte; daarom liet mevrouw
von Holtzendorff hem den gekwetste over en
begaf zich naar de bibliotheek, terwijl Frie
drieh en de huishoudster bleven om den dok
ter te helpen. Na eenige minuten kwam Kurt
bij haar en zeide
„De arme jongen heeft een paar woorden
gesproken. De dokter houdt 't er voor, dat de
hevige koude gelukkig 't bloed heeft doen
stollen, anders was hij aan bloedverlies ge
storven.
„Vertel me nu eens, hoe en waar hij ge
vonden is."
„Zoodra we buiten waren, zocht ik naar
voetstappen in de sneeuw en vond ze ook
spoedig. We hielden 't pad en begaven ons
niet tusscheu de boomen. Eensklaps hoorden
we twee pistoolschoten. Friedrieh schreeuwde
luid en spoedig waren wc op de plaats des
onheils.
Daar zagen we allen, hoe de knaap op den
grond lag. De moordenaar, zeker door 't
schreeuwen van Friedrieh verschrikt, had de
vlucht genomen. Ik zond den boschwachter
naar den dokter en Friedrieh en den tuinman
om een vensterluik te halen. De andere knecht
bleef bij me om den gekwetste te helpen.
Intnsschen whs ook de politie-agent geko
men."
„Arme jongen, bleef jij met een man alleen,
zonder wapenen terwijl een moordenaar in de
nabijheid wasP"
„Ongewapend waren we niet, want Frie
drieh had een paar latten van een hek afge
broken, en daarbij, 't volk kwam spoedig
terug.
De politie-agent ging denkelijk naar den
dokter, want ik heb hem verder niet gezien
vervolgens brachten we den knaap hierheen."
„De politie-agent had bij je moeten blijven.
Denk je dat de misdadiger een dief wasP"
„Ik weet 't niet; de zak van den knaap was
leeg.
„Wat heeft hij daarna gezegd?"
„Anders niet dan: „kleine Itita."
„Dat zal hij die Filip zijn, om wien 't kind
zoo geroepen heeft. Wat zou hij in een nacht
als deze met dat kind in 't bosch hebben moe
ten doenP"
„Misschien is ze wel een betooverde prin-
ces," zeide Kurt lachend.
Zijn grootmoeder sprak ernstig.
„Alle romantiek is de wereld nog niet uit.
Boosheid en misdaden vindt men overal en
die arme kinderen ontvluchtten misschien een
dreigend doodsgevaar. Geheimzinnig is 't
gevul ongetwijfeld, want 't kind had kostbare
kleederen aan."
Na een kwartier kwam de dokter om van
zijne bevinding verslag te doen.
„Hij is gevaarlijk gekwetst, zeide de arts;
misschien komt hij er weer boven op, ofschoon
ik niet veel hoop heb. Hij is zeer ontsteld en
daarom heb ik hem iets opwekkends gege
ven. Ook liet ik hem wat bouillon brengen,
die hij met graagde verzwolg. Van avond
kan ik den kogel niet verwijderen, daar hij
waarschijnlijk onder de operatie zou sterven.
Morgen wil ik 't beproeven en daar 't geval
niet zonder gevaar is, zon ik gaarne nog een
geneesheer meebrengen, als 't mag."
„Zeker," zeide mevrouw von Holtzendorff.
„Ik zal den heer Trevor, als de naaste
overheidspersoon ook meebrengen, al is de
knaap ook niet bij machte mededeelingen te
doen."
„Heeft hij zich misschien iets laten ont
vallen
De dokter schudde 't hoofd en zeide
„Hij is te zwak. Ik heb hem alleen ge
vraagd, toen hij die bouillon zoo gulzig naar
binnen sloeg, wanneer hij 't laatst gegeten
bad en kreeg ten antwoordgisteren."
De dame gevoelde een koude rilling.
„Met uw verlof, genadige vrouw" zeide
Friedrieh." „Weber de politic-agent is in de
keuken en verzoekt u te mogen spreken."
Zeker, laat hem binnenkomen. Ga zitten,
dokter, die man kan ons misschien gewichtige
mededeelingen doen."
De politie-agent, een forsch man met een
scherpzinnig gelaat, trad in de kamer.
„Wel, mijnheer Weber," zeide de dame
de man was bij iedereen bekend dat is een
treurige geschiedenis hier."
„Zeker, genadige vrouw," bevestigde We
ber op eerbiedigen toon.
„Maar, vervolgde de dame, 't verwonderde
ons wel een weinig, dat u niet bij den gekwet
ste bleef en mijn kleinzoon en den knecht in
zulke gevaarlijke omstandigheden alleen liet."
Weber scheen verlegen en zeide
„Vergeef me, genadige vrouw, ik verliet
mijnheer Hagen niet. Ik heb hem niet uit
't oog verloren, terwijl ik bezig was de plek te
onderzoeken, waar 't schot gevallen was,
ofschoon men me wellicht eenige minuten
niet heeft gezien."
„O, dat is wat anders." Vertel ons nu
eens alles, wat ge er van weet.
Wordt vervolgd.
Snelpersdruk van C. DE BOER Je.