'T VLIEGEND BLAADJE. KLEINE COURANT VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL. No. 1261. Woensdag 18 Maart 1885. Dertiende Jaargang. Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. IER, De aar Abonnement per 3 maanden binnen de gemeente 50 Cent. 3 franco per post75 Afzonderlijke nummers2 Uitgevers: BERKHOUT Co te Helder. RureaniSPOORSTRAAT eu ZUIDSTRAAT. Aavortentlön Tan 1 tot 5 regels25 Cent. Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. NIEUWSTIJDINGEN. HELDER, 17 Maart 1885. :n we de aan dacht onzer lezers op de annonce, waarbij de voorstelling van »Denise", in Tivoli door 't tooneelgezelscliap van den Parkschouwburg wordt aan gekondigd. Vrijdagavond bad de jaar vergadering van Zondagsrust plaats, onder presideum van den heer Back. op de bovenzaal van 't Tehuis voor militairen. Door den heer van der Vegte, als secretaris, werd 't ver slag van 't afgeloopen jaar voor gelezen. In plaats van de heeren Korver en Hartog, die als bestuurs leden moesten aftreden, werden ge- 1 kozen de heeren Thie en Marmelstein. Tot afgevaardigde voor de algemeene vergadering koos men den heer Baeh en tot plaatsvervanger den heer Mooy. Nadat men onderling van gedachten gewisseld had omtrent de bevordering van zondagsrust, werd de vergadering door den voorzitter gesloten, waarbij een woord van dank werd gericht aan de afgetreden bestuursleden Korver en Hartog. Op de jaarvergadering van de scherm- en gymnastiek-vereeniging >Oefening kweekt Kunst," Vrijdag avond op de bovenzaal van »Café Passage" gehouden, bleek dat dit collegie in den laatsten tijd sterk in bloei is toegenomen. Telde men, een jaar geleden, 22 werkende en 6 eereleden, thans is dit cijfer ge klommen tot 27 werkende, 31 kunst lievende en 6 eereleden. Uit bet kort overzicht van de gebeurtenissen in het afgeloopen vereenigingsjaar, door den president, den heer J. S. Jaring herdacht, bleek, dat er twee huishoudelijke bijeenkomsten waren gehouden en één openbare uitvoering gegevenook werd herinnerd aan de medewerking, door j>0. k. K." aan de volksbijeenkomst in Decem ber verleend en tevens aan de deel- neming aan het gymnastiek-feest te Schagen. Spreker voerde als belang rijke punten in de geschiedenis der vereeniging aan: 't aanschaffen van een banier, van zilveren insignes, de toetreding tot het Nederlandsck Gymnastiek -verbondop 10 Dec. 1884 en bet verkrijgen van rechts persoonlijkheid, door de koninlijke goedkeuring, aan de statuten der vereeniging verleend op 20 Febr. 11. Spreker roerde verder het plan aan een eigen oefeningslokaal te stichten, waartoe men zou trachten het ka pitaal door het sluiten eener leening met jaarlijksche aflossing, tegen een rente van 4 pCt., te verkrijgen en eindigde met een woord van dank te brengen aan allen, die tot den vooruitgang van »0. k. K." hadden bijgebracht en in het bijzonder aan den verdienstelijken onderwijzer, den heer R. van Oostenveld. De aftredende bestuursleden wer den met meerheidheid van stemmen herkozen. De heeren E. J. Karst en IJ. R. Visser, leerlingen van de school voor de zeevaart van den onder wijzer A. J. Leijer alhier, zijn door de rijkscommissie voor het exami- neeren van stuurlieden toegelaten, als tweede stuurman voor de groote vaart. Zondag werd het bevel over Zr. M. schroefstoomschip Som melsdijk, liggende in de haven alhier, door den kapt. luit. t/z. F. K. Engelbrecht ;rgedragen aan den kapt.-luit. t/z. P. Ie Comte. Naar men verneemt zal Zr. Ms. schroefstoomschip Tromp," kom- mandant de kapt. t. z. P. ten Bosch, niet voor 10 April van Cura^ao naar Nederland vertrekken. Naar men verneemt, bestaat bet voornemen Z. M. schroefstoom schip 4e kl. Aruba", liggende aan 's rijks werf te Amsterdam, met 1 April aanst. in dienst te stellen. De minister van oorlog heeft de korpseommandanten gemachtigd om de Israëlietischè militairen, die hun eerlang invallend Paaschfeest ten hunnent wenschen te vieren, in de gelegenheid te stellen, door 1°. aan hen, wier ouders of betrekkin gen in hunne garnizoensplaats wonen, op de feestdagen vrijstelling van dienst te verleenen2°. aan de overige militairen een verlof te verleenen van en met den 27sten dezer tot en met den 8sten April a. s. Wegens verregaande domheid is een milicien der lichting van 1884 van het regement grenadiers en ja gers definitief voor den verderen mi- litiedienst afgekeurd. Effecten, die te Amsterdam door een Dienstbode bij vergissing waren weggegooid, werden gevonden door twee kinderen eens eerlijken werkmans eu dezen hebben geheel zonder erg, terwijl zij naar groot vader" op weg waren, de voor 't grijpen liggende enveloppe meege nomen, misschien om den ouden man met iets moois te verrassen. De kinderen waren een meisje van tien en een jongentje van zeven jaar, te Nieuweramstel woonachtig. Terwijl zij op een stoep met de gevonden »prenten" zaten te spelen, zag een voorbijganger welke waarde dezen hadden. Hij raadde hun aan naar huis te gaan en dapper stapte de kleine man aanstonds^ met het kostbare pakket onder den arm, naar Nieuweramstel terug. De vader, ofschoon dergelijke papieren hem niet dagelijks door de handen gaan, herkende deze toch en wilde de uit gave van de avondbladen afwachten, ten einde te zien of hier wellicht een oproeping voorkwam. Anders kon hij den volgenden morgen bij de politie aaugifte doen. Yoor dien tijd echter, des avonds, toen de kleine vinders reeds te bed lagen, kwam een rechercheur met den man die de kinderen had zien spelen, bij hem, om te vragen of hij het verlorene onder zijne berusting had. Hij antwoordde toestemmend en verklaarde zich onmiddellijk be reid mede te gaan naar den eigenaar; bij kon hem dan zelf de stukken ter band stellen. Dit geschiedde, en deze, verblijd over de onverwachte en spoedige oplossing, zei den man voor de betoonde eerlgkheid dank en gaf hem een belooning. (N. v. d. D.) Men meldt uit Utrecht Donderdag had er een ergerlijk schandaal plaats op den Yleutenschen weg. Reeds geruiraen tijd was het gedrag van een jonge weduwe, aldaar woonachtig, een steen des aanstoots voor de buurt geweest en had tot oploopjes aanleiding gegeven. Gis terenavond legde daar naar gewoonte zekere alhier wonende advocaat zijn bezoek af. Maar nauwelijks den winkel der weduwe binnengetreden, werd de deur weder geopend en de advocaat bij den arm gegrepen door zijne echtgenoote, die op wacht ge staan had en hem lang niet vrien delijk uitnoodigde bij haar en zijne kinderen den avond door te brengen. De man stiet haar van zich af, sloeg haar en wierp haar de deur uit. Onmiddellijk vereenigde zich nu hon derden menschen voor de deur, die luid scheldend en zingend het huis belegerden. De politie werd te hulp geroepen, en mocht er in slagen het tumult tot bedaren te brengen. De held van de geschiedenis werd, om hem te beveiligen -tegen de woedende menigte, door agenten van politie en twee burgers iu een wasch- mand de deur uitgedragen. Zondagmorgen in de vroegte is door een dame op een heer, met wien zij in het Hotel de Hollande aan de Hoogstraat te Rotterdam lo geerde, een aanslag met een revolver gepleegd, waardoor de heer aan den rechterslaap werd gewond. Hij is in bedenkelijken toestand naar het Ziekenhuis aan den Coolsingel over gebracht, terwijl de dame, die zich na den aanslag met een dolk aan de polsen had verwond, door de po litie in arrest is genomen. Te Arnhem is Donderdag in een vergadering van ongeveer 150 handelaren, hoofdzakelijk in het koloniale vak, een anti-Eigenhulp vereeniging opgericht ten einde volgens de uitdrukking in de cir culaire »het voortwoekeren van den coöperatieven winkel" tegen te gaan. Een bestuur van 9 personen, dat statuten zal ontwerpen, werd gekozen. Het lidmaatschap bedraagt fl per jaar. Een heer bezoekt een drukkerij en plaatst zijn hoed op een bank. Eenige oogenblikken later komt een jongen van de drukkerij binnen en zet zich, zonder bet hoofddeksel te hebben gezien, op den hoed neer. Toornig snelt de eigenaar op den knaap toe en roept»Ylegel, wat doe jij daar?" »Neem me niet kwalijk, mijnbeer, 't is maar een drukfout," antwoordt de jongen gevat. Dinsdagochtend werd er in een wagen op den Markiscb-Poseren spoorweg een aanslag gepleegd op het leven van den tooneelspeler A. Paul, van bet Thalia-tbeater te Ham burg, die naar Moskau op reis was, waar hij eenige gastvoorstellingen zou geven. Hij zat alleen in een coupé 2de klasse en sliep half,, toen onverwachts het portier werd open getrokken en een schot hem in 't gelaat trof. Hij had nog zooveel bezinning, dat hij het noodsignaal kon geven doch toen de trein stil stond vond men hem bewusteloos, eu in zijn bloed badende. Yan den dader was geen spoor te vinden. Ook de aanleiding is onbekend. Met denzelfden trein werd de gewonde naar Posen gebracht, waar de ge- neesbeeren zijn toestand zeer ge vaarlijk vonden. Zijn jonge vrouw werd terstond per telegraaf ontboden en vond hem nog levend. Er schijnt echter weinig kans op zijn behoud te zijn. De eigenlijke naam van dezen jongen kunstenaar is Paul Frankel hij is de zoon van dr. Albert Frankel, die geruimen tijd aan de redactie der Gartenlaube" verbonden was. Naar de Nordd. Allg. Zeit. uit Dusseldorf verneemt, hebben ver scheidene Engelsche dames dezer dagen, in die stad voor het eerst met crinolines rondgeloopen. FEUILLETON. Een onverbiddelijke Vijand. Vertaling 46.) van GERRIT J. Marie bleef beangst, verschrikt on ver' ward zitten. Was ze inderdaad van nederige geboorte, de dochter van een zeeman en be hoorde bare moeder tot een familie van koop lieden P Als dat zoo was, vaarwel dan alle hoop om de vrouw van Kurt te worden; een niet te overschrijden afgrond scheidde hen van elkander. En hare moeder P Leefde die werkelijk en was ze ziek en arm P Maar waar om had men haar dan door de visschers naar 't klooster laten brengen Ze kon er geen ver klaring van geven, maar haar hart verlangde naar hare moeder. „Ach, kon ik haar maar zien, wist ik maar wat ze begeertdacht ze. Wellicht maar neen, ik mag geen onrecht doen, zelfs niet ter wille van mijne moeder, 't Zon slecht zijn dien man, dien ik haat en vrees, te huwen, terwijl mijn hart Kurt lief heeft.- Maar mijne moeder, die zooveel aan spraak op me heeftP Door twijfel en vrees gekweld, bracht Marie dien aVond de ellen digste uren haar» levens door. Toen de onde vrouw haar 't avondmaal bracht, vraagde ze: „Weet je 't zeker, vrouw Jordan, dat mijne moeder leeft P „Ja, juffrouw, ze leeft, de goede ziel; maar ie is zeer ziek." „Is ze hierP" Er volgde geen antwoord, maar de vrouw gaf Marie een oogwenk en wees op de deur, waaraan Marie een manshand opmerkte. „Ik hoop, juffrouw Rita," zeide de oude overluid, „dat u den wensch vau baron Heli- wig ter wille van uwe moeder zult vervullen. Bedenk eens welk een geluk bij u aanbiedt en welk een troost 't voor uwe moeder zou zijn." „Ik zal er over nadeuken. Neem 't avond eten maar weer mee, want ik zal niets ge bruiken." „Drink een glas wijn, juffrouw, baron Heli- wig beeft een flcsch witten wijn gezonden." „Neen, thans niet." Dieu nacht en deu volgenden dag bracht Marie in pijnlijk nadenken door, God bidden de, dat Hij haar den rechten weg mocht wij zen. Ze twijfelde niet, dat hare moeder leefde, omdat ze 't zoo gaarne wenschte. Dat was een machtig wapen in baron Hellwigs band; maar ze voelde znlk een afschuw voor hem, dat ze rilde bij de gedachte hem te zullen zien. Een wederzien was echter onvermijdelijk en stipt, op tijd trad de baron binnen. Marie meende, dat zijn neus nog krommer, zijne oogen nog stekender geworden waren en hij er schrik wekkend uitzag. Hij was hoffelijk, als naar gewoonte, bood haat een stoel aan, ging daarna zitten en be gon over -t weer te spreken. De sneeuw lag hoog en hij maakte de opmerking, hoe woest en eenzaam de heide er onder dat witte kleed uitzag. Hij hoopte, dat zo niets ontbeerde, boeken als anderszins. Marie was verstoord en 't was een verlich ting voor haar, toeu hij haar verzocht iets te zingen. Hij scheen geen haast te hebben haar besluit te vernemen. Zo zong onderscheidene liederen, die hij opgaf, en scheen over hare eigene kracht verwonderd. Toen ze ophield, zeide hij met een diepen zucht „Hartelijk dank. Uwe stem is goddelijk en klinkt me iu 't oor als't wiegelied van mijne moeder; mijn oude kwaal heeft rao weer aan gegrepen. De sneeuw is me nadeelig en alleen uw beminnelijke wezen kon me in dit jaarge tijde hierheen lokken." „Ik bid u," zeide Marie, „keer naar Ham burg terug." „Als u me wilt vergezellen als barones Hellwig, dan o zoo gaarne." „Dat is onmogelijk," zeide zc ernstig. „Is dat uw antwoord P Lieve, dierbare Marie, zeg dat niet, noch om mijnentwille uoch om u zelve." ,,'t Spijt me zeer 't valt me bard om mijne moeder, maar ik kan niet kau niet!" snikte ze. „Ik kan u niet beminnen en kan hier ook niet blijven. Geef me de vrijheid weer, heer baren, en ik zweer u, dat ik niemand zal ver tellen, wie me heeft gevangen gehouden." „Om uwe toekomst te vernietigen en mijn hart te breken. Neen, dat zal niet gebeuren. Mijn besluit staat niet minder vast dan 't uwe. U heeft een levenslange gevangenschap verko zen levend zult ge als in een graf zijn." Marie slaakte ecu gil van ontzetting, want hij was vreesclijk om aan te zien, terwijl hij sprak. „Marie," vervolgde bij, 't spijt me, 't grieft me, u weet niet hoe diep, dat uwe jeugd en schoonheid 't offer zijn van uw besluit." „Hoe durft u 't wagen zoo iets te doen riep Marie met een opwelling van onver schrokkenheid. Welk recht heeft u, me ge vangen te houden P „Vreest u God niet, hebt u geen ontzag voor de wetten „Ik vrees niets, Marie; mijn wil is uw noodlot. U zult me niet weerzien voor ge me ontbiedt. Doe 't spoedig, Marie, of't zal u berouwen Hij stond op en vertrok. Marie viel op haar bed neder en bad ouder hevig snikken „Bescherm me, o God, tegen dezen man, want hij kent geen genade." XXXIII. De heide, dat zich rondom 't kasteel uit strekt, was met sneeuw overdekt, donkere wolken voorspelden opnieuw sneuwhuien eu de wind huilde akelig over de doodsche land streek. Met bezwaard hart beschouwde Ma rie door 't venstor 't landschap. Zou Kurt haar dan nimmer vinden P Moest hare gevan genschap levenslang duren, zooals die booze man had gedreigdP Sterk verlangde ze naar de vrije lucht, naar een wandeling buiten de muren. Zuchtend ontwaakte ze uit haar droo- men, toen vrouw Jordan haar ontbijt binnen bracht. De oude vrouw toonde in baar blik ken diep medelijden. Terwijl ze bezig was, zeide ze tegen haar jeugdige gevangene „Mijn lieve juffrouw, is 't waar dat u't aanzoek van mijnheer den baron hebt gewei gerd „Ja, ik weigerde, en daarop dreigde de ba ron me hier levenslang opgesloten te zullen houden. Maar hij zal niet durven, nitvroes voor de wetten. Mijne vrienden zullen me zoeken en vinden en allen, die me gevangen houden of daarbij behulpzaam zijn, znllen ge straft worden., Hoofdschuddend hernam dc vrouw „Als hij 't wil, zal men u niet vinden. Hoor eens juffrouw Rita, een zekere dame, die 't misnoegen vau den baron had opgewekt, heeft haar leven in gevangenschap doorgebracht, ofschoon haar vrienden alle moeite deden om haar te- vinden." Marie verbleekte en vraagde: „Wat is er van haar geworden P" „Vraag niet verder, juffrouwwas 't ant woord, waarna de oude vrouw vertrok. Marie ontstelde hevig, maar vatte weldra moed. „Ik zal hier niet altijd gevangen blijven riep ze nitIk zal alle gevaren trotseeren om te ontsnappen." Ze bedacht allerlei plannen, maar moest ze als onuitvoerbaar verwerpen. Eensklaps kreeg ze een nieuw idee. Ze zou schrijven en den brief des nachts uit 't venster werpen; misschien zou iemand dien vinden. Met potlood schreef ze op een wit blad uit een harer boeken. „Marie Trouville wordt door den baron Hellwig in dit kasteel gevangen gehouden en smeekt haar onbekenden vriend, den heer Kurt Hagen of mevrouw von Holtzendorff, beiden wonende op 't kasteel Eichenhorst, te j telegrafeeren en hunne hulp iu te roepen. De onbekende zal voor dien dienst rijk beloond ivorden, daarvan kan men zeker zijn. Geld

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1885 | | pagina 1