't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1375.
Woensdag 21 April 1886.
Veertiende Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
Abonnement
per 3 maanden binnen de gemeente
3 franco per post
Afzonderlijke nummers
50 Cent.
75
2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertentlön
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
HELDER, 20 April 1886.
De WelEerw. Heer Ds. L. van 't
Sant maakte jl. Zondagmorgen aan zijne
gemeente bekend, dat hij voor het op bem
uitgebrachte beroep naar Dokkum bad
bedankt. Deze mededeeling van den hoog-
geaebten leeraar werd door de in grooten
getale opgekomen gemeenteleden met ge
noegen vernomen. Aan het einde der
godsdienstoefening zong de gemeente ter
zijner eere Gezang 91 bet derde vers.
De heer A. B. Weber alhier, zal,
op vereerende uitnoodiging, op Maandag
26 April in bet lokaal van den beer IJ.
Buik, te Koegras, een volksvoordracht
houden.
De kapitein ter zee H. Dijserinck
zal met 1 Met optreden als ouder-direc-
teur en kommandant der marine alhier,
in plaats van den tot schout-bij-nacht
bevorderden kapitein ter zee W. F. H.
Cramer.
Door de Rijkscommissie voor bet
examineeren van stuurlieden is met goed
gevolg als tweede stuurman voor de groote
zeilvaart geëxamineerd de beer F. R. Vis
ser, leerling aan de zeevaartschool van
den onderwijzer A. J, Leger alhier.
Aan den luit. t. z. der 2de kl. W.
P. A. M. Kluit, dienende aan boord Zr.
Ms. opleidingsschip Admiraal van Was-
senaer," wordt met 1 Mei s. opgedra
gen de betrekking van adjudant bij den
directeur en commandant der mariue
alhier.
Een paar dagen geleden ontmoetten
te Amsterdam in de Kleine Kattenbur
gerstraat twee beschonken mariniers een
dienstmeisje zij grepen baar aan en toen
zij zich tegen hunne aanranding verzette,
wierpen de onverlaten haar in een trap,
waarna de een haar zoo hevig de keel toe
kneep, dat zij, ernstig inwendig gekneusd,
de ouderlijke woning bereikte. Zaterdag
morgen is het meisje aan de gevolgen
overleden. Zij was 19 jaren oud. De
daders zijn in hechtenis.
- Uit Enschedé wordt i. d. 17 April
gemeldGisteren zijn wederom eenige
arbeiders der firma J. F. Scholten Zu.
aan het werk gegaan.
Men heeft gisterenavond de goedgezinde
arbeiders met steenen geworpen en een
vrouw werd aan den arm getroffen. Hier
van is onmiddellijk aangifte bij de politie
Het talrijke leeuwengezin in de
Amsterdamsche Diergaarde is weer ver
meerderd. De leeuwin Sophie, reeds in
het bezit van een elftal welpen, is op
nieuw moeder geworden, naar vermoed
wordt van een drietal.
Ook de schollevaars hebben thans kui
kens: alle vijf de eieren zijn uitgebroed.
De merkwaardige wijze van voeding
het kuiken steekt snavel en kop geheel
in den kop zijner voedster kan men
reeds gadeslaan.
De hoop, dat de student M., die te
Schiedam door den spoortrein werd over
reden, den éénen voet zou kunnen be
houden, is ijdel gebleken; ook de tweede
voet is geamputeerd. De toestand van
den lijder is thans zeer zorgwekkend.
De arrondissements-recbtbank te
Amsterdam heeft tegen A. Plate J. Gzn.,
bebeerend mede-vennoot der firma Lens
en Bergsma, wegens diefstal, verleend
rechtsingang met bevel tot gevangenne
ming. Is het Handelsblad wel ingelicht,
dan moet gebleken zijn, dat de sommen,
gestort door deelhebbers in de maatschappij
die de Minervabron exploiteert, niet zijn
gebruikt tot aankoop van de bron, gelijk
was voorgespiegeld, maar tot doeleinden
waarvoor ze niet waren bestemd. Dit ii
eerst nu ontdekt.
Plate, wiens aanhouding in het Politie
blad wordt verzocht, bevindt zich te Buenos-
Ayre».
Tennadeele van den tandarts Cohen,
te Amsterdam wonende op den Klove
niersburgwal, is, door tot dusverre onbe
kende daders gestolen een kleine vier
kante kast, waarin achter glas op een
donker fluweelen grond waren uitgestald
een twintigtal kunstgebitten.
Men schrijft uit Maastricht
De werkstaking heeft zich tot beden
gelukkig niet uitgebreidop bet oogen
blik zijn bet slechts 50 werklieden, die
den arbeid hebben gestaakt. De afge-
loopen nacht is rustig voorbijgegaan
Zaterdag werden 12 personen, waaronder
10 glasblazers, wegens dronkenschap gear
resteerd. De politie wordt in haren moeie-
lijken dienst bijgestaan door de mare-
Te Sneek, waar de gasfabriek door
de gemeente wordt geexploiteerd en de
prijs van het gas 8 ct. bedraagt, werd
over 1885 een winstcijfer verkregen van
f8879.—.
Uit Den Haag meldt meu
Het stoffelijk overschot van mevr. Bos
boomToussaint is Zaterdag op de bur
gerlijke begraafplaats aan bet Kanaal ter
aarde besteld.
Slechts twee rijtuigen volgden de met
bloemen en kransen omhangen lijk
wagen.
Op het kerkhof was daarentegen een
onafzienbare, breede schare bijeen van
vrouwen en mannen, die letteren en kunst
beoefenen.
Aan de groeve voegde de beer Ising,
namens»Oefening kweekt kunst," waarvan
de overledene eerelid geweest was, een
prachtige krans bij de vele, die de lijk
baar bedekten. Verder spraken dr. Beynen
een barer oudste vrienden en innigste
bewonderaars en prof. Ten Brink namens
de Maatschappij van Letterkunde. Mr.
Van Hall, die namens de Gids-redactie
ak, deed vooral uitkomen het idealis
me en de bezieling, die deze schrijfster
kenmerkten.
Allen roemden om strijd haar talent
en edel karakter.
Hoe zij ook in den familiekring ge
waardeerd werd bleek uit betgeen bare
neven omtrent haar getuigden. Zij ver
loren in haar een tweede moeder.
De gebeele plechtigheid maakte een
diepen indruk.
Ofscboou uit vrijwillige bijdragen
voldoende gelden bijeen gebracht zijn om
de afzending der door den dollen hond
te Vroomsboop (gern. den Ham) gebeten
personen naar het instituut Pasteur te
Parijs te zenden, weigeren allen daarheen
te gaan. Ook de arbeider Schippers, die
zich eerst daartoe heeft aangemeld, wei
gert thans mede zich aan de kunstbe
werking te onderwerpen.
Een Fransche courant deelt het vol
gende mede
»Een Duitsch reiziger geeft in een der
Berlijnsche bladen het verhaal van zijn
verblijf te Honolulu, de hoofdstad der
Sandwicb-eilanden hij beschrijft daarin
de streek der vertwijfeling, waarheen ver
bannen zijn de talrijke leprozen dier eilau-
den, zijnde een van alle zijden door
hooge rotsen ingesloten vallei op het
eiland Molkaï. Tot hiertoe voegt de
Duitschei1 er bij, is slechts één vreemde
ling in die hel doorgedrongenhet is
een Franscb priester, die onder die ten
dood gedoemden, onder die rampzaligen
is gaan wonen om hun den troost te
brengen van bet eeuwige leven. Reizi
gers van alle natiën, die de rots van
Molkaï voorbijvaren, hoeden af!"
Aan het Dagblad verzekert men, dat
die zelfopofferende priester, door den Duit-
scber tot Franscbman gemaakt, is een
Nederlander, en wel een Hagenaar, nl.
de aan vele ouderen van dagen welbekende
Hendrikus Michiel Burgerman, die onder
den naam van Père André in een Fran
sche orde is overgegaan.
Londensche geheimenissen.
Londen, 13 April. Op dit oogenblik zijn
de muren der Britsclie hoofdstad bedekt met
reusachtige aanplakbiljetten, in welke 100 p. st.
belooning wordt uitgeloofd op de ontdekking
van een Amerikaansch particulier, die tot de
beste gezinnen van New-York behoort, den
heer Frederik Russel Nourse. Het bovenste
gedeelte dezer plakkaten vertoont ons 's mans
portret; hij is iemand in de volle kracht des
levens, met baard en knevel en blijkbaar lij
zige gestalte. Het signalement beschrijft hein
ons als een persoon van 35 jaren, met blond
haar en blauwe oogen. Hij droeg een gouden
zakuurwerk van Patek Co. te Genève, als
ook twee massieve, gouden ringen.
Sedert den 3en Maaat jl. is de heer Nourse
spoorloos verdwenen, en zijn verwanten of
vrienden weten niet of'hij nog tot ff e levenden
of reeds tot de dooden behoort. Hij kwam
den 21 en Febr. te Londen aan; zijne vrouw
en twee kinderen had hij te New-York ach
tergelaten. Hij kwam 'herwaarts, hoofdzake
lijk ter wille zijner gezondheid, bleef eenigen
tijd hier, maar had zijn passage reeds geno
men aan boord der Adriatic, die den 4en
Maart Liverpool verliet, koers zettende naar
New-York. Daags te voren was de vermiste
van het Langham-hotel met zijn bagage naar
het Londensche eindstation der noordwestelijke
spoorwegmaatschappij gereden. Men heeft
zijne tegenwoordigheid kunnen constateereu
in het telegraafkantoor aldaar, waar hij, even
vóór tienen's morgens, nog een telegram aan
zijn vrouw heeft afgezonden, haar zijn vertrek
uit Engeland meldende. Daarna is men zijn
spoor ten eenenmale bijster geworden. Het
rechtsvermoeden bestaat, dat de heer Nourse
met den trein van 10.10 wilde vertrekken,
maar door nog onb'.\..ende omstandigheden
verhinderd werd aan zijn plan gevolg te ge
ven.
Zijn koffer is namelijk met dien trein naar
Liverpool gegaan, maar alle plaatsbiljetten
voor deu zelfden trein zijn verantwoord. Niet
alzoo evenwel die voor den volgenden sneltrein
(12.10), want onder deze wordt een plaats
kaartje der eerste klasse, Londen naar Liver
pool, vermist.
Wat den Amerikaanschen heer overkomen
is, weet natuurlijk niemand. Het kan wezen,
dat hij plotseling is neergevallen in een toe
val, want hij gevoelde zich ouwel, en dit be
merkte zelfs de telegrafist, die de depeche van
hem aannam. Het schijnt echter ongelooflijk,
dat hij dan zoude kunnen verdwijnen zonder
eenig spoor achter te laten. Ware hij naar
een gasthuis overgebracht, dan zou zijn iden
titeit hebben moeten blijken en bij overlijden
zou de ambtelijke schouwing aan alle twijfe
lingen een einde hebben gemaakt.
Eerder valt te vreezen, dat Nourse door
booswichten uit den weg is geruimd, na te
zijn beroofd van al hetgeen hij bij zich droeg
Eón oogenblik scheen het alsof dit pijnlijke
raadsel in hoogst dramatischen trant zou wor
den opgelost Door eenen roeier der haven
van Londen werd namelijk, nabij de zooge-
naamden Battle-Bridge Stairs, het lijk gevon
den van een onbekend manspersoon, drijvende
in het water. Bij nader onderzoek bleek het
gestoken te zijn in zijn kleedij van sierlijk en
kostbaar maaksel. De jas-, vest en broek-
knoopen droegen dan ook den naam der firma
Hill, deftige kleedermakers der Koningin, in
de Old-Bond-street. Voor het overige ver
keerde het lichaam reeds in staat van verge
vorderde ontbinding, maar toch kon het visum
repertum aantoonen, dat de onbekende niet
door natuurlijke oorzaken den dood had ge
vonden. Dr. Allan Fitz-Rayne lichtte integen
deel voor den ambtelijken lijkenschouwer zijn
meening toe, volgens welke de onbekende door
geweld om het leven was gebracht. Vermoede
lijk hadden garotters hem, met een slag op het
hoofd, bewusteloos gemaakt en hem vervolgens
in den Theems gesmeten, na de zakken te
hebben geledigd. Deze waren het binnenste
buiten gekeerd, toen men het lijk vond. Na
dere aanduidingen ontbraken echter ten eenen
male, en na het gebruikelijke onderzoek velde
de jury de volgende uitspraak,/Men vond den
overledene levenloos in het water, maar wie
hij was en op welke wijze hij te water is ge
raakt, is niet voor staving vatbaar." Reeds
had de coroner bevel gegeven om het lijk
ter aarde te bestellen, toen liij een telegram
ontving uit Langham-Hotel van zekeren kapi
tein Stead, die hem het volgende seinde:
//Ik vermis een vriend, zes voet lang, breed
gebouwd, bruin haar, volle baard en knevel,
blond. Komt het gevonden lijk met deze be
schrijving overeen?"
Op ontvangst dezer dépêche stelde de coro
ner de begrafenis uit, ten einde aan kapitein
Stead en aan eenen broeder van den heer
Nourse de gelegenheid te geven het lijk te
zien. Ongelukkigerwijze konden zij daarin
niet herkennen het ontzielde lichaam van den
verloren gewaanden Amerikaanschen rente
nier. Wel verre dus, dat dit raadsel ontward
zou zijn, heeft zich daaraan een tweede, even
somber, toegevoegd. Nourse blijft weg, en in
den Theems heeft men het lijk gevonden van
een ander man, die, volgens alle aanduidin
gen, evenzeer tot de gezeten klasse moet heb
ben behoord. Londen is vol van dergelijke
bloedige geheimenissen. Tegenover één ont
dekte misdaad, blijven er allicht tien onont-
huld en ongestraft.
Woensdagnacht zijn bij St.-Denis
drie straatroovers gepakt, die reeds lang
de wegen onveilig maakten.
De commissaris van politie van St.-Denis,
zijn secretaris en eenige politie-agenten
hadden zich in een hinderlaag gelegd
bij den weg naar Pierrefitte. Plotseling
zagen zij drie personen een karvoerder
aanvallen. De commissaris en zijn agen
ten snelden toe en na een worsteling van
20 minuten waren zij de drie booswich
ten meester. De secretaris werd vrij ern
stig verwond. De struikroovers zijn nog
jong, tusschen de 17 en 20 jaar, maar
het zijn volleerde booswichten. Nog den-
zelfdeu avond had het edele drietal een
koopman uit St.-Denis aangevallen en
uitgeschud.
Yolgens beriebt uit Berlijn, is Prin
ses Maria van Pruisen, echtgenoote van
den hertog van Saksen-Altenburg, vroeger
Prinses Hendrik der Nederlanden, voor
spoedig bevallen van een dochter.
Weenen, 14 April.
Uit Odessa, is alhier bericht ontvan
gen van de volgende vreeselijke zeeramp,
in de Zwarte zee. Het Russische stoom
schip Neetalan, met 300 t. petroleum van
Baku, had nauwelijks de haven verlaten
of er vond een ontploffing plaats in de
lading, waardoor het geheele schip, be
mand met dertien koppen, aan stukken
werd geslagen. De zee was geheel en
al bedekt met een vuurmassa.
In een Duitsch blad wordt gewezen
op de volgende bescheiden huwelijks-aan
vraag: Een handelsman, 32 jaar oud,
wenscht in kennis te komen met een da
me, ten einde met haar een huwelijk aan
te gaan, waartoe ouderdom, schoonheid,
godsdienst, karakter, nationaliteit of ver
mogen niet in aanmerking zullen wor
den genomen.
Onlangs stierf te Frankfort aan
de Main een oude ongehuwde dame,
van wie men wist dat zij geld moest
bezitten. Bij het nazoeken der kasten en
andere meubelen werden echter geen
effecten noch baar geld gevonden. Eerst
toen men tot bet verdoelen der garderobe
overging, ontdekte men dat in een hemd,
dat de overledene blijkbaar voor hare
laatste rustplaats bestemd bad, dat echter
bij bet kisten van het lijk niet gevonden
en dus door een ander vervangen werd,
eenige bankbiljetten van duizend en vijf
honderd mark, alsmede een groot aantal
biljetten van 100 mark zorgvuldig waren
ingenaaid. Bij een verder onderzoek vond
men nog in een paar zwart zijden pan
toffels verschillende effecten. Het voor
nemen der overledene schijnt blijkbaar
geweest te zijn het grootste deel van
haar vermogen mede in het graf te nemen
en dit zou waarschijnlijk ook geschied zijn,
wanneer zij niet geheel onverwachts door
den dood overvallen was.
Kleurenblind.
Onlangs kreeg iemand zijn ontslag,
Niet wijl de man zoo heel slecht zag
Neen! maar de kleur zag hij verkeerd
Hij had ze jong niet goed geleerd.
Wat groen of blauw was, heet hij rood
En omgekeerd. - Hij zat in nood. -
Probeert het bij de Posterij,
En, sapperloot, hij komt er bij
Nu loopt en draaft de man gedwee,
Thans op het land, voorheen ter zee.
Men had hem eens vooraf gezegd
wJe kunt met Meuren best terecht,
«Als je 't bedachtzaam overlegt,
//Wanneer je omgekeerd maar zegt,
//Van wat je denkt te zien. Is 't rood,
«Je helpt je daad'lijk uit den nood,
«En noemt het groen. Is 't groen ofblau w
«Je noemt het rood en zijt uit 't nauw."
Hij loopt met brieven, leest 't adres
z/Aan den Heer Rood in 106."
«Dat moet dus Groen zijn" zegt de man,
//Schoon ik 't nommer wel niet plooien kan."
De brief werd niet geaccepteerd.
z/Achdacht de looper, //nog verkeerd!"
Maar heeft slechts kort zich toch bedacht,
En fluks den brief bij Blauw gebracht.
F.
Ingezonden.
Helder, 16 April '86.
Aan de Redactie!
Men moet over de brug komen om over de
brug te komen met andere woordenom de
communicatie in deze gemeente te verbeteren,
door den aanleg van een brug over liet Hel-
dersche kanaal ter hoogte van de Keizerstraat
de Windsteeg, zal de gemeente zich de noo-
dige uitgaven moeten getroosten, 't Oude
spreekwoord//geen geld, geen Zwitsers," zou
dus met het oog op de bewuste zaak moeten
luiden//zonder over de brug komen, komt
men niet over de brug."
De wenschelijkheid en 't nut van de stich
ting eener brug-op de bedoelde plek in deze
gemeente is bijkans door niemand ontkend,
't Zou een groote verbetering geven in 't on
derling verkeer in deze gemeente, als men daar
een brug vond, die ook op die plaats de ge
meenschap onderhield tusschen de bewoners
der beide oevers van 't Heldersch kanaal, die
ook daar gelegenheid gaf om, van 't westelijk
deel der gemeente komende, Zuidstraat, Bin
nenhaven en Ankerpark te bezoeken en om
gekeerd.
De verschillende argumenten, die vóór de
stichting der brug werden aangevoerd, behoe
ven niet weder te worden herhaald. Dit is
wel zekerligt de brug er eenmaal, dan zal
wel door ieder die baar passeert, erkend wor
den, dat zij er al jaren vroeger had moeten
zijn, omdat vooral op die plek eene overbrug
ging de natuurlijkste zaak ter wereld is.
Mijn doel met dit schrijven is eenig en al
leen om bij voortduring de aandacht op de
bedoelde zaak gevestigd te houden en om,
komt over eenige maanden de vraag aan de
orde welke openbare werken in deze gemeente
moeten het eerst ter hand genomen worden
nu er gelden van de nieuwe leening vrijval
len dan niet te doen vergeten, dat een nieuwe
brug onder de meest dringende behoeften
behoort. Met alle achting,
Uw dr.
Geachte Redacteur!
Bijzonder op de hoogte van zaken ben ik
niet, en daarom wend ik mij tot u met eene
opmerking, die ik hoop, als ze gepubliceerd is,
ook wel een voldoend antwoord zal uitlokken.
Een paar jaar Igeleden hoorde ik hier ter
plaatse berhaaldclyk spreken over eene reor
ganisatie van den vischafslag en daarmede in
verband, over de stichting van een afslaglokaal
nabij den mond der haven. Wat zijn over dat
onderwerp al een menigte woorden gewisseld!
Gedurig las men daarover artikelen in de
courant en de zittingen van den Gemeente
raad werden vaak door de behandeling van
die brandende quaestie opgeluisterd. Nu vraag
ik hoe is het toch in 's hemels naam mogelijk
dat er over dat gewichtig onderwerp geen
woord meer word gerept? Was het slechts
dwaasheid, dat men met zooveel vuur en ijver
het noodzakelijke der bedoelde reorganisatie
bepleitte en de stichting van het bewuste
lokaal voorstond Dan is het wel wonder, dat
door onze vroede mannen aan deze zaak nog
zooveel aandacht geschonken werd. En als
het onderwerp werkelijk belang inboezemt, dan
is het toch wel zeer vreemd, dat niemand
meer er aan denkt, en dat de nieuwe regeling
van den vischafslag geheel en al in het ver
geetboek is geraakt.
Voor mij is 't onverklaarbaar; doch erzyn
zeker anderen, die mij 't raadsel kunnen op
lossen. Toch is de zaak, die het hier geldt,
de algemeene belangstelling wel waardig. In
dertijd werd, niet zonder grond, betoogd, dat,
zonder eene flinke reorganisatie, de vischhan-
del, die hier zooveel voordeel afwerpt, heel
licht zich naar elders verplaatsen kon. Ik
vraag: bestaat dat gevaar nu niet meer? Het
had er veel van, dat een afslaglokaal dringend
noodig wasdit werd door de helft der leden
van den Raad eenmaal erkend. Ik zit te
tobben met de beantwoording der lastige vraag: