't Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL. No. 1391. Woensdag 16 Juni 1886. Veertiende Jaargang. NIEUWSTIJDINGEN. Abonnement per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent. 3 franco per post75 Afzonderlijke nummers2 VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BEBEHOUT Co., te Helder. Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT. Advertontlon van 1 tot 5 regels25 Cent. Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. HELDER, 15 Jani 1886. De beer J. Kuiper, doctorandus, van hier, is Vrijdag jl. door de genees kundige staatscommissie te Amsterdam, tot arts bevorderd. De koperverf van Tarr en Wonson heeft op de tentoonstelling te Antwerpen een zilveren medaille behaald. Deze verf heeft de goede eigenschap den onderkant van vaartuigen tegen aangroeing te be veiligen, iets dat voor de scheepvaart van groot belang gerekend wordt. Domela Nieuwenhnis en Croll werden, na afloop van de terechtzitting, zooals bekend is, door een onafzienbare menigte naar Walhalla" in de Wester- baanstraat gevolgd. Het spreekt van zelf, dat de politie de menschenmassa niet zonder haar geleide liet vertrekken. Dit bleek dan ook zeer noodig te zijn geweest, want in 't Noord einde, vóór het paleis van Z. M. den Koning, uitte iemand uit de menigte, die onbekend is gebleven, een voor den Koning zeer smadelijke uitdrukking. De commissaris van politie der 2de afd., de heer F. A. P. Dietz, sommeerde de menigte zich te verspreiden. Hieraan werd niet dadelijk voldaan. De hr. Dietz, die nogmaals trachtte langs minnelijken weg 't volk uiteen te doen gaan, wendde zich zelfs tot Domela Nieuwenhuis, met verzoek zijn invloed op het volk te doen gelden. Hierop moet de commissaris 't bescheid ontvangen Hebben »dat doe ik niet," waarna de politie tot maatregelen van geweld haar toevlucht moest nemen. Een groot aantal agenten deelde links en rechts slagen uit met den staf en verdreef de menigte in verschillende richtingen. In korten tijd was thans verkregen, wat goedschiks niet te berei ken was. Arrestatiën hadden niet plaats. Een hoogst treurige gebeurtenis had Woensdagmorgen jl. te Aartswoud plaats. Een landbouwer, aan vlagen van waanzin lijdende, begaf zich met zijn oudste kind, een eenigst dochtertje van zeven jaren, in het land. Aan een der zoontjes, die verzocht mede te mogen gaan, werd dit door den vader geweigerd. Kort daarna ziet de vrouw naar man en kind uit, maar ontwaart geen van beiden. Zjj gaat zoeken en vindt in een ondiepe sloot den man bijna verdronken. Zij weet zijn hoofd boven water te werken en zoo te houden, totdat op haar angst- geschrei hulp komt dagen en nu vindt men onder den vader het lijkje van het in den modder gestikte kind. Sedert de inhechtenisneming van de wed. Groenemeijer, als verdacht van hare woning in de Guldehandsteeg te Amsterdam, in den vroegen morgen van den 4en Juni jl. opzettelijk in brand ge stoken te hebben, zijn door agenten van de afdeeling recherche bij verschillende ingezetenen waar genoemde weduwe ver keerde, goederen en gelden in beslag ge nomen, reeds geruimen te voren door de verdachte bij hen in veiligheid gebracht, hetgeen de op haar rustende vermoedens niet gering zal doen toenemen. Ook is gebleken dat zjj reeds een andere woning had gehuurd. Op het graf van Mevr. Bosboom Toussaint, op de algemeene begraafplaats te 's-Gravenhage, is, naar »Het Yad." meldt, een eenvoudig gedenkteeken ge plaatst. Op de schuins opgeheven zerk is bovenaan een lichtende ster gebeiteld en daaronder staat Hier rnst Anna Louisa Geertruida Toussaint, mijn teergeliefde aangebedene vrouw, mijn Roem en Trots Joh. Bosboom. De lichtzinnigheid waarmede tegen woordig menig huwelijk wordt gesloten, wordt aardig geteekend door de volgende historische anecdote: Een paartje komt van het stadhuis. In 't midden van de straat begint de bruid plotseling tranen met tuiten te schreien. Op de vraag van den jongen echtgenoot, wat haar plotseling zoo be droefd maakt, wilde de jonge vrouw eerst geen antwoord geven. Eindelijk komt er gebroken uit: »ik kan niet koken »Is 't anders niet,« zegt de teedere echt genoot troostend, »daar behoef je niet voor te huilen je hebt toch niets om te koken Tijdens het onweder dat Donderdag boven Kuik en omstreken woeddeis zekere M. Gerrits te St. Agatha door den bliksem getroffen hij bleef op de plaats dood. Zijne moeder, die zich in zijne nabjjheid bevond, onder denzelfden linde boom, kwam met den schrik vrij. Wie thans op de esschen van Gees en vooral ook van Zwinderen gem. Oos- terkesselen komt, ziet er de verwoesting van het onweder van Dinsdag 1 Juni. Op de meeste akkers ziet men de rogge reeds in garsten staan, op anderen is men druk bezig die af te maaien of weg te halen. Het heeft er alles van, dat men in het laatste van de maand Juli is, met dit onderscheid, dat de halmen in plaats van zwaar beladen met graan en goudgeel, thans ledig zijn en een kleur hebben als versch gewonnen hooi. Het afgemaaide koren, dat aan 't bloeien was, wordt dan ook in werkelijkheid gehooid en moet als veevoeder dienst doen. Groot is de schade voor den bouwer, want de rogge is hier het hoofdproduct. En het is niet een enkele boer, dien dit, treurig lot getroffen heeft. Niet van en kele akkers is de roggeoogst van dezen zomer vernield. Een ooggetuige vertelde, dat op den esch van Zwinderen, over een lengte van meer dan een uur gaans, alles totaal verhageld is. Er zijn hagelsteenen gevallen ter dikte van duiven- en kippeneieren. Goedkoope Rijnwijn. Door de politie te Haarlem is proces-verbaal op gemaakt wegens bedriegelijke oplichting, gepleegd door iemand, die, zoo het heette, door erfenis eigenaar geworden was van eene groote partij rijnwjjn, deze te koop heeft aangeboden voor 25 cents de flesch in het Nieuws van den Dag van 3 Juni. Hierop waren hem door verschillende in gezetenen uit Haarlem bestellingen gedaan ten bedrage van f 3 voor ieder. Na ont vangst is echter gebleken dat de flesschen volstrekt geen Rijnwijn of wijn inhielden, maar volgens verklaring van een des kundige slechte limonade, gemaakt van aardappelsiroop. -Uit den Groote IJpolder (gem. Slo ten, (Noordholland) wordt ons gemeld De landbouwer H. Van Woudenberg, een man van 75 jaren, is door een nood lottig toeval om het leven gekomen. Bij het verzetten van den stier in den stal werd het dier plotseling woedend, wierp den man tegen den grond, en drong met zooveel kracht tegen hem aan, dat hij weldra aan de gevolgen bezweek. Donderdagnacht zjjn te Berlijn de echtelieden Schiffling, die een herberg hadden en in de Möckernstrasse 78 woon achtig waren, vermoord. Het zesjarig dochtertje, dat zich voor den moordenaar verborgen had gehouden, heeft den huis knecht als den dader aangewezen. De moordenaar is een man van 27 jaar, Gottfried Keiler geheeten, die het op eene som van 17,000 Mark voorzien had, welke in het huis werd bewaard. Te half vier des nachts kwam Keiler in de slaapkamer der familie, sneed met een scherp mes den eigenaar van het huis den hals af en wierp zich vervolgens op de vrouw, die intusschen wakker was geworden en om hulp had geroepen. De worsteling moet hardnekkig geweest z^n, want het hoofd en het gezicht der vrouw zijn met ontelbare wonden bedekt. Het eenige kind, een meisje van zes jaar, was, ter wijl de slachting plaats vond, onder een der bedden gevlucht, doch had nog de tegenwoordigheid van geest gehad den sleutel van de geldkast te nemen, toen de moordenaar na de misdaad uaar zijn kamer snelde, om zich van de bloed sporen te ontdoen. Om zijn kamer te bereiken moest hij voorbij de woning der buren, die door het hulpgeroep reeds wakker waren geworden. De moordenaar was nog zoo koelbloedig, dat hij de bloe dige handen aan een beddelaken afdroogde, van kleederen verwisselde en vervolgens nog even naar de gelagkamer terugkeerde. Hier ledigde hij de toon bankkas en nam een horloge mede, en daar hij het ge raden vond zich niet langer op te houden om naar den sleutel der hoofdkas te zoeken, verwijderde hij zich door de achterdeur. Toen hij weg was, kwam het kind uit den schuilhoek te voorschijn en riep de buren. Aan de politiebeambten, die spoedig op de plaats des onheils aanwezig waren, gaf het kind een nauw keurige beschrijving van den moordenaar, en deze was dan ook spoedig in handen. Een groote menigte bevond zich den ganschen dag in den omtrek van het huis. De herberg werd door de politie In Frankrijk is weer een moord aanslag in den trein beproefd. Toen de avondtrein WoeDsdag om half een te Ver- sailles aankwam, stapte er een man uit, die geheel met bloed was bevlekt. Terwijl hij sliep, was hij door een individu, die te Asnières was ingestapt, aangevallen, gewond en beroofd. De moordenaar was kort voor het station te Biroflay uit den trein gesprongen, na tevergeefs beproefd te hebben zijn slachtoffer, dien hij dood waande, mee te slepen. De beroofde reiziger ofschoon met een looden knop zwaar gewond, kreeg later het bewustzijn terug en vertelde te Versailles wat hem was overkomen. Terstond werd een onderzoek ingesteld. De plek, waar de moordenaar uit den trein sprong, was duidelijk zichtbaar. De man was achterover in den modder ge vallen en zijn voetstappen waren duide lijk te zien. Overigens was van hem geen spoor te ontdekken. Op treurige wijze is een grenadier uit Dantzig om het leven gekomen. Hij had plaats genomen op een stoomboot in het midden van het schip dicht bij de machine en wel in half beschonken toe stand. Eensklaps stond de machine stil en men vond tusschen de raderen het levenlooze lichaam van den soldaat, en wel zonder hoofd en slechts met één arm. Het hoofd was door de machine van den romp gescheiden en was in een ton terecht gekomen. Volgens berichten uit het bekken van Charleroi (Berlijn) is er opnieuw eene werkstaking uitgebroken aan de kolen mijnen Trieu-Kaisin te Chatelineau. De tachementen van het 5de linie-regiment, lanciers en gendarmerie zijn naar Gilly gezonden. Donderdag heeft de uitbetaling van het 14-daagsch loon plaats gehad. Men verwacht weder eene algemeene werkstaking. De Etoile Beige deelt mede, dat de petitie, waarbjj voor Van der Smissen genade wordt gevraagd, aan de leden der jury is voorgelegd, en dat allen ge weigerd hebben haar te onderteekenen. Onlangs verscheen te Parijs voor de rechtbank een aardig blond hand- schoenenmaakstertje, tegen wie een aan klacht was ingediend door den vrij bejaarden baron Fontange. De baron verhaalde, dat hjj bij het dametje, voor de laatste receptie bij pre sident Grévy, drie paar licht grijze hand schoenen had gekocht, welke allen uit elkaar barstten, zoodra hij ze wilde aan trekken. Hij was daardoor in de grootste verlegenheid gebracht, en had van een der lakeien in het Elysée een paar ka toenen handschoenen moeten koopen, waarmee hij bij de receptie een bespottelijk figuur maakte. De besch. zei tot haar verdediging, dat alles mijnheer's eigen schuld was. Waarom had hij niet beter gekozen Toen zij hem het eerste paar liet zien, kneep hij haar iu de wang, en zei zonder de handschoe nen te bekijken: »'t Is goed!" Bij het tweede paar gaf hij haar een kus, en zei »leg dat er maar bij;" bij het derde paar had hij haar omarmd en gevraagd, waar hij haar weder kon ontmoeten. Hij had toen de drie paren laten inpakken en bepaald geweigerd ze aan te passen. Waarschijnlijk waren de handschoenen veel te klein geweest. Want zooals zij nu zag had de baron een koetsiers-num mer. De rechter verklaarde streng, dat de baron zich niet als een ernstige klant had gedragen, en dus wel had kunnen verwachten, slechte waar te krijgen. De zaak eindigde met een schikking, waarbij de blonde Gabrielle beloofde, den Baron éen paar gave handschoenen te geven voor de drie onbruikbare. »Ik heb daar volstrekt geen voordeel bij,zei ze snibbig, »want éen paar handschoenen voor u kosten evenveel aan leder, als drie paren voor een ander. In de Engelsche stad Kimberley worden sedert eenigen tijd honden, die geen eigenaar hebben, niet meer door vergif, maar door electriciteit om het leven gebracht. De honden worden in eene kast geplaatst, op welks bodem twee geïsoleerde koperen platen bevestigd zijn, zoover van elkander staan, dat de dieren met de voorpooten op de ééne en met de achterpooten op de andere plaat rus ten. De platen zijn verbonden met de dynamo's, die de electrische lampen der stad voeden. Wordt de stroomkring ge sloten, dan gaat de electrische stroom door het lichaam van den hond, en hjj zinkt neer als door den bliksem getroffen. Onlangs werden 23 honden in nauwelijks 23 minuten gedood. Omtrent de manoeuvres met torpe dobooten, die, zooals wij reeds vroeger medegedeeld hebben, in dit voorjaar op de zuidkust van Frankrijk zijn gehouden, ontleenen wij aan een buitenlandsch blad nog de volgende bijzonderheden Van al de oefeningen der torpedo divisie was de meest interessante een nachtelijke oefening op de terugvaart naar Toulon. Op dien tocht had de contre- admiraal Brown aan den kruiser Ful minant" bevel gegeveneenige mijlen zijwaarts af te buigen. Nadat het schip een onbepaalden afstand afgelegd had, ontvingen de acht torpedobooten last de ^Fulminant" te vervolgen en in de lucht te doen springen. De nacht was donker, de zee zeer onrustig en de regen viel in stroomen neer. Onder deze ongunstige omstandigheden gingen de torpedobooten uit om de Fulminant" op te sporen. Na verscheiden uren ingespannen zoeken, werd het schip door een boot ontdekt, die er, zonder opgemerkt te worden, op los stuurde. Op het oogenblik, waarop in de werkelijkheid de torpedoboot haar verderf brengend projectiel naar 't vijan delijk schip geslingerd zou hebben, werd nu een Bengaalsch vuur op de boot ont stoken, om hare aanwezigheid bekend te maken. De Fulminant" verklaarde zich overwonnen door zijn nietigen tegen stander en begaf zich met den laatste naar het vlaggeschip terug, waar lang zamerhand ook de andere torpedobooten zich weer vereenigden. (N. Rott. Ct.) Te Londen woont eene allerliefste en innige trouwe vrouw, miss Hobard, 22 jaar, mooi en met alle goede eigenschappen be gaafd. Haar eenig gebrek is misschien haar al te groote liefde voor haar echtgenoot, eigen lijk ook al een goede eigenschap, maar lastig voor het slachtoffer. Hobard heeft zijne vrouw uit een klein dorpje gehaald, en deze, onder het voorwendsel dat zij in hare jeugd niets gezien en niets genoten heeft, staat er op, dat haar man haar overal meeneemt. In zaken of genoegen, overal volgt hem de verkleefde echtgenoote. Eenige maanden geleden kwam de man op een lumineus idéé, hij zeide tot zijne vrouw: „Beste vrouw, ik moet heden naar eene be grafenis.'' Nu moest de vrouw wel, hoezeer ook tegen haar zin, thuis blijven en de heer Hobard ging alleen uit. Verwonderlijk was het, daarna te zien, hoe de vrienden van den heer Hobard, de een na den ander, overleden, meest allen vrienden, wier namen Mrs. Hobard voor het eerst hoorde, en waarvan nooit eene bekendmaking verscheen. Altoos moest Hobard uit begra ven. Eens, de vierde maal in ééne week, ging Hobard weer uit: „Kind, er is een vriend van mij gestorven." „Al weer een? Wie was Hoe heette hij?" Er was dien morgen juist eens matinee in een der groote schouwburgen en Hobard zeide„Hij heet William Shakespeare en is dramatisch dich ter." Mrs. Hobard zocht haar fortnin en ging visites maken. Bij een buurvrouw gekomen vertelde zij dat haar man zijn vriend Shakes peare was gaan begraven. De dames lachten en deelden haar mede, dat h\j dit voor drie honderd jaar ook reeds had knnnen doen. Mrs. Hobard was woedend. Zjj diende een eisch tot scheiding in. De rechter gaf de volgende uitspraak, vol Saleraonische wijsheid: „Miss Hobard heeft gelijk." Haar man heeft schandelijk gehandeld en haar beleedigd door zijn bedrog. Een man heeft geen voor wendsel noodig, wanneer hij voor zijn ge noegen wil uitgaan en haar thuis wil laten, hij neemt dan zijn hoed en verlaat het huis. Zich door een vrouw te laten bang maken is lafheid." Door de ontvangen les beschaamd, reikt Mrs. Hobard haar man de hand. „Wanneer ge weer uit wilt gaan zal ik zoolang Shakes peare lezen" zeide zij met neergeslagen oogen. GAPEN EN GEEUWEN. Welk volk zou wel liet meeste gapen en geeuwen? Men zou denken een of ander volk der zuidelijke gewesten. Dit antwoord ligt voor de hand. Maar volgens onzen in No vember '85 overleden vaderlandschen schrijver Kneppelhout wijlen Busken Huet herin nerde er onlangs aan in De Gids zyn de Engelschen de grootste gapers dar wereld. In zijn werkje, getiteld: „Mijne Zondagen in het Vereenigde Koningrijk 1859" leest men, in een verslag der te Manchester ge- houdene kunsttentoonstelling: „Het geheele publiek gaapt, gaapt om wak ker te blijven of te worden. Engeland is het land waar het meeste gegaapt wordt, hetry'k des gapens. Vooral tegen vieren, als de men- schen moe waren gekeken en het lokaal ver baasd benauwd kon zijn, werd het werkelijk angstwekkend. Ik heb geeuwen gezien zooals ik niet wist dat er in de wereld waren; zoo als ik niet wist dat kon worden voortgebracht geeuwen heb ik betrapt van vijf minuten geeuwen die den lijder misvormdengeeuwen, dat er de man bleek als een lyk van werd; geeuwen, die zoo geducht aankwamen, dat het trillende slachtoffer zich moest vasthouden aan de borstwering...." Xa laalmaaale Vogelzangen, bloesemgeuren Vreugdgeschal Zachte koeltjes reine kleuren. Overal. Licht en gloed en glans en leven. Myriaden scheps'len zweven Jub'lend door de Junilucht. Voor geen nakend wee beducht. Volle weelde waar wij staren Om ons heen Alles schijnt ons te openbaren "Waar wij treên; 't Is nu tijd om te genieten Wat al zorgen u verdrieten, Hier hervindt gij kalmte en rust, Ademt vrij naar hartelust. Ommezwerven, ommedolen Door liet woud Waar de zangertjes verscholen Tusschen 't hout, Hunne zoetste liedjes kweelen, Dart'len, hupp'len, juichen, spelen, Vroolijk groetend waar wij treên, Dat genot schenkt lente alleen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1886 | | pagina 1