't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1420.
Katerdag 25 September 1886.
Veertiende Jaargang.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BEEKHOUT Co., te Helder.
KALENDER DER WEEK.
NIEUWSTIJDINGEN.
FEUILLETON.
KEIZER EN BOER.
Abonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMOttGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
Vertrekdagen der Mail naar Oost-lndië.
1 Oct. Hollandsche mail (uit Amsterdam).
1 Engelsche (over Brindisi).
2 Hollandsche Marseille).
Laatste lichting aan het Postkantoor alhier
7 uur 's avonds; alleen voor de Hollandsche
mail over Marseille 1 uur 's namiddags.
SEPTEMBER (Herfstmaand) 30 dagen.
Opkomst der Zon 5 u. 58 m.
Onderg. 5 u. 41 m.
Zondag 26
Maandag 27 Nieuwe Maan.
Dinsdag 28
Woensdag 29
Donderdag 30 Israël. Nieuwjaar.
OCTOBER (Wijnmaand) 31 dagen.
Vrijdag 1 Israël. Nieuwjaar.
Zaterdag 2
HELDER, 24 September 1886.
Maandag en Dinsdag zijn uit de
Saphire nog 36 balen katoen geborgen.
Na afgelegd examen zijn een 15tal
stuurmansleerlingen 2de klasse, dienende
aan boord Zr. Ms. wachtschip te Amster
dam, bevorderd tot stuurmansleerlingen
lste klasse, die thans overgeplaatst wor
den naar de directie der marine alhier,
ten einde op de verschillende schepen
geplaatst te worden.
Naar alle waarschijnlijkheid zullen
op 1 Jan. 1887 de mindere militairen
van het Indische leger in de nieuwe
uniform kunnen gekleed worden. De
nieuwe proef-kleeding wordt deels hier
te lande, deels in Indië aangemaakt.
Bij koninklijk besluit van 18 dezer
is, uit aanmerking dat de omstandigheden
waarin de landbouw in Nederland ver
keert, de overweging noodzakelijk maakt
van middelen, om dien tak van nijver
heid uit zijn gedrukten toestand op te
heffen, op de voordracht der ministers
van w. h. en n., justitie, financiën en
binnenlandsche zaken, goedgevonden en
verstaan
Een Staatscommissie in het leven te
roepen tot het instellen van een onder
zoek naar den toestand van den landbouw
hier te lande, en tot het indienen van
voorstellen betreffende de middelen, waar
op van Regeeringswege de ontwikkeling
van den landbouw in Nederland zou
kunnen worden bevorderd, alsmede tot 't
geven van advies zoo dikwijls de Regee
ring dit van haar mocht verlangen
te bepalen a. dat die commissie zich
tot uitvoering van de haar opgedragen
taak kan verdeelen in afdeelingen, met
dien verstande evenwel dat de rapporten
en voorstellen gemeenschappelijk worden
uitgebracht en gedaan
b. dat de commissie zal vergaderen te
's Gravenhage of, na bekomen machti
ging van den minister van waterstaat,
handel en nijverheid, ook elders.
Een aan het Haagsch Dagbl. ge
zonden zeer vertrouwbare mededeeling
bevestigd de als gerucht vermelde tijding'
dat Mevr. Hansen en de stuurman van
de Hok Canton door Toegkoe Oemar,
tegen inwisseling van gevangenen, in
vrijheid zijn gesteld.
Kloppers, die zich sedert zijn arres
tatie in de gevangenis op de Beek bevond,
is naar de Arnh. Ct. meldt Zater
dag op last van den Minister van Justitie
naar de cellulaire gevangenis te Arnhem
overgebracht, om daar het overige van
zijn straftyd te verblijven. Dientenge
volge is hg ontheven van de voorrechten
der pistole, welke hij tot dusver genoot.
Uit Scheveningen wordt gemeld:
De Engelsche visschers schijnen hunne
rooftochten op zee weder te beginnen.
Zoo werd een der schuiteD van den heer
M. de Niet door een Engelschen visscher
beroofd van 3 joons en eenige breels,
terwijl hij ook haring uit de vleet nam.
Door den betrokken reeder te Griuisby
is aan den heer M. de Niet het aanbod
gedaan om de schade, die het Engelsche
schip aan de Scheveningsche schuit toe
bracht, te vergoeden, welk aanbod ter
vermijding van een procedure natuurlijk
is aangenomen.
Tot voorzitter der Tweede Kamer
van de Staten-Generaal, voor 't zittings
jaar 1886-87, is door Z. M. benoemd de
heer mr. Cremers.
Het Gerechtshof te Amsterdam heeft
Dinsdag J. H. Geel schuldig verklaard
aan poging tot doodslag, en hem deswege
veroordeeld tot 8 jaren gevangenisstraf.
Het arrest neemt niet aan, dat Geel met
voorbedachten rade heeft gehandeld.
Een politieagent werd door drie
onbekende personen op den O.Z. Voor
burgwal te Amsterdam aangevallen. Zij
hadden hem eerst geld gevraagd om een
borrel te drinken en op zijne weigering,
gedreigd hem te zullen verdrinken. De
agent verdedigde zich toen met zijn sabel,
waarop zij het hazenpad kozen. Een der
gelijk geval had plaats op de Prins Hen
drikkade, waar een agent door 5 mannen
aangerand werd deze hield ze met zijn
sabel van het lijf. Toen hij hulp kreeg
gingen allen op de vlucht, zonder dat 't
gelukte er een in handen te krijgen.
Te Scherpenheuvel zijn Vrijdag jl.
bij een brand 18 huizen vernield, waar
door 100 personen van buisvesting be
roofd zijn.
Naar men verneemt, zal door de
assurantie-maatschappij de Union Beige,
voor den wederopbouw van het kurhaus
te Scheveningen, ongeveer een millioen
gulden uitgekeerd worden.
Dinsdagavond ontnam een bewoner
der Albert Cuypstraat, te Amsterdam, ziju
beschonken buurman een geladen revol
ver. Het wapen werd op het bureau der
4e sectie gedeponeerd. Denzelfden avond
ontnam een bierhuishoudster in de Jan
Steenstraat aan den zelfden persoon een
tweeden revolver en een doos, waarin 42
scherpe patronen. De man had het voor
nemen zijne vrouw, die hem verlaten had,
op te sporen en haar te vermoorden.
Een zeemandie Zaterdag te Mid
delburg van het Nederl. brikschip Elisa-
beth was afgemonsterd, vertrok per spoor
van daar naar Rotterdam, ten einde zich
weder bij zijne vrouw en vier kinderen te
voegen. Op reis had hij zich zoodanig te
buiten gegaan aan sterken drank, dat
zijne medereizigers daarvan allerlei over
last ondervonden. Ter hoogte van Wil
lemsdorp gaf hij zelfs een hunner een slag
in het aangezichten met zijn knipmes een
geduchte snede over diens jas, zoodat
niet alleen de mouw van dat kleedingstuk,
maar ook van eenige onderkleederen door
gesneden werden. Gelukkig wérd de aange
vallene zelf niet geraakt.
Na deze handtastelijkhed*ri vond men
het te gewaagd Janmaat nog langer zijn
gang te laten gaan, zoodat aan het Station
Dordrecht de politie werd te hulp geroe-
roepen, die den woeligen zeeman uit den
trein haalde en in verzekerde bewaring
bracht.
Aan het politiebureel bleek, dat de aan
gehoudene reeds vroeger voor een soort
gelijk feit met de Justitie in aanraking was
geweest.
Dinsdagmiddag ontspoorde te Sau-
wert, vermoedelijk door het te vroeg
omtrekken van een wissel, de locaaltrein,
komende van Groningen. De conducteur
F. werd gedood en de weg versperd,
doch door spoedig genomen maatregelen
konden de treinen over de sporen langs
de veelading weder behoorlijk passeeren.
Te Recheim (Limburg) heeft een
brand gewoed, waarbij 2 paarden, 14
runderen en een aantal varkens in de
vlammen omkwamenalles was verze
kerd. Oorzaak onbekend.
"Voor de betrekking van binnen
vader en moeder in het St. Pieters en
Blokland's gasthuis te Utrecht hebben
zich ongeveer 100 paren aangemeld.
Er bestaat kans, dat Domela Nieu-
wenhuis, als verantwoordelijk redacteur
van zijn blad Recht voor Allen," een
nieuwe vervolging op zijn rekening krygt.
In het pas verschenen nummer van dat
blad wordt gelasterd, dat de politie te
's Hage als bezetenen de menigte afran
selde, die D. N. na zijn proces huiswaarts
wilde brengen en een harer beambten
zelfs een revolver te voorschijn baalde.
Daar dit van begin tot einde gelogen is,
zal deswege vermoedelijk weer een ver
volging worden ingesteld.
Ónder het nieuwe wetboek worden
dergelijke lasteringen niet malsch gestraft.
De militaire opstand te Madrid
waarvan we in ons vorig no. melding
maakten, blijkt weer een van die onbe
kookte ondernemingen te zijn geweest,
zonder eenige mogelijke kans van slagen,
waarvan men zich afvraagt hoe in iemand's
hoofd ooit het plan daartoe kon opko
men, en die alleen in Spanje of Zuid-
Amerika schijnen te kunnen geboren
worden. Slechts driehonderd man namen
er deel aan en de beweging werd in de
geboorte gesmoord, maar een oogenblik
heerschte er toch groote onrust en het
spel kostte, helaas ook een aantal men-
schenlevens.
Het begin is al zoo dwaas als ooit op
het tooneel vertoond werd. Een regiment
infanterie uit een der kazernes kwam in
opstand en uitte die rebellische gevoelens
allereerst door het afbreken van een
muur, die hun verblijf van dat eener af-
deeling cavalerie scheidde, om deze langs
dien ongebruikelijken weg over te halen
aan de beweging deel te nemen.
Op het ramoer toegeschoten officieren
slaagden er met moeite in drie hunner
werden gewond een deel der dwazen
tot bedaren te brengen, maar een goede
300 man, zooals we boven zeide, wisten
naar buiten te komen en begonnen de
stad te dooskruisen, zonder dat ze daar
mede eenig ander doel schenen te hebben
dan »Leve de Republiekte schreeuwen.
Enkele losse soldaten en burgers voegden
zich bij hen, en weldra heerschte onder
de bevolking de grootste angst en opge
wondenheid.
Achtereenvolgens werden nu, volgens
den berichtgever der Indépendance Beige,
aanvallen gedaan op de militaire maga
zijnen, de dokken, eenige kazernen, enz.
allen echter vruchteloos. Slechts het
station van den Zuider-spoorweg geraakte
een oogenblik in handen der muiters, doch
Generaal Pavia, militair gouverneur der
hoofdstad, verdreef hen daaruit zonder
tegenstand en joeg hen uiteen. Sedert
worden de verstrooide rebellen, onder
welken zich vier officieren moeten bevin
den, buiten Madrid vervolgd.
Reeds zijn verscbeideneu hunner ge
arresteerd, die summier zullen worden ge-
vonnisd. Ook eenige burgers zijn in
hechtenis.
Ongelukkig heeft het dwaze oproer veel
bloed gekost. Generaal Velarde o. a. werd,
omdat hij weigerde »Leve de Republiek
te roepen, doodgeschoten, en kolonel Mi-
rasol vond eveneens den dood.
Alles schijnt nu weer rustig. Maar
deze hersenloose beweging, gevoegd bij de
jongste woelingen der Carlisten aan de
grenzen, bewijst wederom hoe weinig men
zich eigenlijk nog in Spanje op de be
staande orde verlaten kan.
Zeven brillanten zyn Maandag ge
stolen uit een diamantslijperij te Ant
werpen. De schade beloopt ongeveer
6000 gulden.
Hoe men ziek wordt.
Een jong dokter spreekt tot den patiënt
(door wiens bezorgde familie hij buiten dient
weten is ontboden): „Laat mij uwe tongeent
zien. Hm last van slechte spijsvertering?"
Patiënt: „In het minst niet. Ik kan wel
zoolleer eten."
Jong dokter: „Laat mij uw pols eens voelen.
Hm 'snachts dikwijls wakker?"
Patiënt„Ik slaap als een roos."
Jong dokter: „Laat mij uwe tong nog cent
zien. Hm duizeligheid en pijn in
Patiënt„Neen."
Jong dokter: „Laat mij uw pols nog eens
voelen. Hm gauw vermoeid, lusteloos?"
Patiënt„Dat kan ik niet zeggen."
Jong dokter„Laat my uwe tong zien. Hm
hoofdpijn en gespannenheid van
Patiënt„Ik heb in geen vijf-en-twintig
jaar hoofdpijn gehad."
Jong dokter „Laat mg uw pols voelen. Hm
rookt gij veel?"
Patiënt„Ik rook nooit."
Jong dokter„Laat mij uw pols zien ik
wil zeggen, uwe tong. Hm gy zit te veel
aan den lessenaar. Gij moet lichaamsbeweging
en lucht hebben."
Patiënt„Ik ben brievenbesteller."
Jong dokter„Laat mij uwe tong voelen
dat is te zeggen ik bedoel uw pols. Hm
gij krijgt een gevoel van loomheid als
Patiënt: „Nooit."
Jong dokter„Laat mij uw pols zien
och, uwe tong het komt er ook niet op
aan soms koortsig, trek in water?"
Patiënt„Neen, in bier."
Jong dokter„Drink gy bier
Patiënt„O ja."
Jong dokter„Onmatig
Patiënt„Neen."
Jong dokter: „Hoeveel glazen per dag?"
Patiënt„Den eenen keer meer, den an
deren minder."
Jong dokter „Dat dacht ik wel. Wij ge
neeskundigen bedriegen ons zelden in onze
diagnose."
Patiënt„Is er gevaar bij, dokter
Jong dokter „Dadelijk gevaar nog wel niet,
maar 't is toch gelukkig dat ge mij geroepen
hebt." (Naar het Engelsch).
VERTALING VAN
5. G E R R I T J.
't Rijtuig kwam voor. Alle huisgenooten
stonden bijeenook de kramer en zijne doch
ter ontbraken niet. Max stond naast zijn
vader. Met een spotlach op de lippen stond
daar ook Hans, de bouthakker, met Lotty aan
de^ hand. 't Oogenblik naderde, waarin de
ruiker moest worden overgegeven. Brigitta
en haar vader keken tevergeefs rond, waar
hij gebleven was. De ledige vaas stond op
de tafel, en dus moest iemand den ruiker
weggenomen hebben.
Maar waar is de ruiker dan toch!" werd
overal gefluisterd.
Ook Lotty keek verwonderd. Van den twist,
die vroeger gevoerd was over de persoon, die
den keizer den ruiker zou overreiken, had ze
niets vernomen, daar ze in de keuken hare
handen meer dan vol had gehad. Toen Hans
baar kad gewenkt, was ze met hem gegaan,
van meening, nu hare plichten in de keuken
waren afgeloopen, den door haar gemaakten
ruiker over te reiken. Eer ze hare verwon
dering over 't verdwijnen van den ruiker kon
toonen, trok Hans haar ter zijde en drukte
haar 't vermiste voorwerp in de hand.
Terwijl de boer met zijn neef aan 't twisten
waren, had Hans onbemerkt den ruiker, die
#»a «ad veedor stond, weggenomen.
»Ga vooruit, Lotty," fluisterde hij haar toe,
als de keizer bij 't hek is, dan is 't rechte
oogenblik daar."
Hoe mooi zijne berekening was, hij had ze
buiten den waard gemaakt. Op 't oogenblik,
toen Lotty den ruiker wilde overreiken, werd
haar die ontrukt door Max.
«Jy zult den ruiker niet overgeven, nijdig
schepsel!" riep hij onder spottend gelach, en
met een blik, waaruit de wrevel straalde, die
in zijn binnenste kookte over hare handelwijs.
Een vondeling, die niet eens haar vader kan
aanwijzen, komt zoo iets niet toe. Dat zou
een schande voor den Oberholf zijn. Dat al
les was zoo snel gebeurd, dat alleen zij, die
in de naaste omgeving stonden, er iets van
bemerkten. Max had dadelijk Brigitta den
ruiker in de hand gedrukt en deze was wak
ker genoeg om van de gelegenheid gebruik
te maken. In 't volgende oogenblik stond ze
met een diepe neiging voor den vriendelijk
lachenden keizer, die haar voor 't geschenk
bedankte en toen wegreed.
De houthakker stond onbewegelijk daar,
alsof hij van den bliksem getroffen was.
Lotty was als vernietigd zijwaarts tegen een
muur getuimeld en had eenige oogenblikken
geen besef van hetgeen er rondom haar plaats
had.
Dat haar de eer ontnomen werd den kei
zer iets aan te bieden, trof haar niet zoo
sterk, maar wel de woorden, die daarbij ge
bezigd werden.
Had ze goed gehoord Zij, die volstrekt zich
niets kwaads bewust was, die met alle vlgt
had getracht als een eerlijke en brave meid
door de wereld te komen, die zich verheugd
had in de gedachte, dat niemand in den om
trek iets ten haren nadeele kon zeggen,
zij zou iemand wezen, die niet op den voor
grond mocht treden wanneer ze geen schande
over 't huis wilde brengen!
Vader!" riep ze, naar adem snakkend,
"vader" Hij heeft me uitgescholden, en jij,
vader, stond er bij en hebt gezwegen! Je
hebt 't niet voor me opgenomenSpreek,
ben je dan niet degeen, voor wien ik je
altijd gehouden heb, ben je mijn vader niet?"
Ze schudde den oude bij den arm heen en
weer, om hem tot bewustzijn te brengen. De
man bleef zwijgen, wendde zich van haar af
en streek met de hand over de oogen, om zijne
tranen af te wisschen, die als eenig, helaas
duidelijk verstaanbaar antwoord, hem langs
de wangen liepen. Met een schreeuw van
ontzetting viel 't meisje op een bank neder
en staarde als wezenloos in 't rond. Eerst
wrong ze hare handen, maar liet ze weldra
bewegingloos in haren schoot rusten, terwijl
haar boezem hijgend bewoog. Geen verlich
tende tranenvloed stroomde uit hare oogen.
't Was alzoo waar. Ze kon haar vader niet
aanwijzen ze was een dier ongelukkigen,
die een verwijt zijn voor haar familie en als
een voorwerp van verachting opgroeien. Op
eenmaal was de sluier weggerukt, die haar
werkelijke positie voor haar verbergde. Nu
begreep ze plotseling alles, wat haar totnog
toe onverklaarbaar was geweest. Menig
woord, dat ze voorheen niet had begrepen,
menige plagerij, die ze van hare speelgenoo-
ten had moeten verduren, en die ze in hare
onschuld als een gevolg van hare armoede
had beschouwd, werd haar nu verklaarbaar,
stond haar eensklaps in schitterende helder
heid voor den geest.
Daarom had Max haar dan zoo onbeschaamd
behandeld. Daarom had hy, dien ze in haar
hart gaarne mocht lijden, haar behandeld als
een meisje tegenover wie hem alles vrijstond.
Dat denkbeeld deed de maat harer smart
overloopenze sloeg de handen voor 't ge
laat, barstte in luid snikken uit en stormde
't woonhuis binnen.
Het jnichen, jodelen en hoera roepen daar
buiten verdoofden de kreten harer smart. Daar
reed de keizer heen, met den ruiker in de
hand, dien zij voor hem gerangschikt had.
II.
Ofschoon 't totnogtoe fraai herfstweder
was geweest, had de avond niet gehouden wat
de morgen had beloofd. Spoedig na 't ver
trek des keizers waren zware wolken over
de bergen komen aanzetten, en de boeren
wisten wel wat 't zeggen wilde als de «Steil-
kop ff," de hoogste bergtop, zijd hoed opzette,
zooal3 ze 't noemden. Ze maakten dat ze weg
kwamen, om thuis te zijn of tenminste den
grootsten weg afgelegd te hebben, eer 't on-
weder losbarstte.
Weldra was 't rondom Oberhoff weer zoo
rustig en stil als op gewone dagenhier en daar
waren nog knechts of meiden bezig de sporen
der feestviering te doen verdwijnen of 't een
en ander te bergen voor 't losbreken van den
storm.
De boer stond voor de deur van zijn buis
en keek met een bedenkelijk gezicht naar de
samengepakte wolken, waarbij hij nu en dan
't hoofd schudde.
«Dat geeft bepaald nog een onweer, waarmee
de zomer zijn afscheid neemt" mompelde hy.
//Blijft 't bij bliksem en donder, dan hindert
't niet, maar krijgen we stortregen en hagel
slag, dan is 't erger, want er staat daar be
neden nog 't een en ander op 't veld.
«Maak, dat je naar binnen komt!" riep hy
Lotty toe, die met een meid ijverig bezig was
de runderen nit de weide naar den stal te
drijven. «Ieder oogenblik kan 't losbreken
als de wind opsteekt hebben we de bui. Men
kan niet gelooven hoe 't schoone weer eens
klaps kan omslaan."
«Ja, ja, riep Lotty, die nog geen tijd had
gehad hare beste kleederen uit te trekken,
hem toe," er keeren nog veel meer zaken in
een oogenblik om; 't gaat met geluk en on
geluk evenzoo.
De les, door Lotty uit 't weder getrokken,
beviel den boer, en daarom zeide hy lachend
«Je bent een verstandige meid. Maar wat
zie je er uit, vervolgde hij toen 't meisje
naderbij kwam." «Je bent toch niet bang
voor 't onweer? «Of, scheelt er misschien wat
aan
«'t Kan wel zijn," gaf ze ten antwoord,
«terwijl ze door de staldeur verdween;" 't
gebeurt wel meer, dat men gezond en wel is