't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1425.
Woensdag 13 October 1886.
Veertiende Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
NaieiacMeÉ van m overleden vriend.
Atoonmement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BEEKHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertentlën
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
Vertrekdagen der Mail naar Dost-lndië.
15 (Engelsche over Brindisi.
22 (Hollandsehe uit Amsterdam
23 (n ii over Marseille.
23 (Fransche over Napels.
29 n (Engelsche over Brindisi.
Laatste lichting aan het Postkantoor alhier
7 uur 's avonds; alleen voor de Hollandsehe
mail over Marseille 1 uur 's namiddags.
HELDER, 12 October 1886.
Ten Raadhuize alhier werd Vrijdag jl.
aanbesteedhet maken van riolen, enz.
in de gemeente. Ingekomen 20 biljetten,
als: A. Korf f7700; P. Verhey f7694;
P. Duinker f7448; Oldenburg te Bergen
f7000; B. Boon f7000; A. Bos f6980;
A. Bels f 6830 J. F. Philips f 6800
Gebrs. Jan zen f 6633De Waard en Wijker
f6600; S. Krijnen f6580; P. Van Driel
f6540; J. Korff f6500A. Vos Rz. f6240;
G. Moorman f6220; J. Duinker f6100;
D. De Vries f 5980 P. Spruit f 5840
Gebrs. Klein f 5838 en A. Graaf f 5588.
De brigadier-titulair der rijksveld-
wacbt J. van der Patten, te Texel, is
verplaatst naar Loenende rijksveldwach
ter 3e kl. J. van de Water, wordt van
Egmond naar Texel overgeplaatst.
Met 1 Januari 1887 zal de termijn
zijn verstreken, door de Regeering in 1884
gesteld voor de aanwezigheid der helft van
het aantal onderwijzers, die de wet voir de
openbare lagere scholen eischt, naar ge
lang van de schoolbevolking. Met 1 Jan.
1890 moet overal bet volle personeel zijn
aangesteld, door de wet voorgeschreven.
De Haarl. Ct. deelt omtrent Noord-
Holland mede, dat daar reeds lang schier
overal de helft van het geheele aantal on
derwijzers aanwezig was en vóór 1890
nergens aanvulling noodig is. Thans
vindt men er reeds in 61 gemeenten met
212 scholen het volle wettelijk getal aan
wezig, bij 139 dier scholen te zamen zelfs
255 meer.
In 40 andere gemeenten zijn 78 scholen
met het volle aantal en 66 scholen waar
nog 1 of 2 ontbreken. Dat laatste geldt
ook van de 33 overige gemeenten, met 48
scholen. Aan 114 scholen in de geheele
provincie moeten in 't geheel nog 143 on
derwijzers worden aangesteld om het volle
wettelijk getal te doen bereiken. De 202
vakonderwijzers of onderwijzeressen zijn
in die cijfers niet begrepen.
Sedert het begin van 1884 zijn in die
provincie 254 onderwijzers boven het vroe
gere cijfer aangesteld, waarvan ruim 200
wegens de vermeerdering der schoolbevol
king met ruim 5000 kinderen 47 wer
den benoemd om allengs aan de eischen
der wet te beantwoorden.
De gedenkdag van Alkmaars ontzet
in 1573 is Vrijdag weder herdacht door
het uitsteken van vlaggen van de open
bare en vele particuliere gebouwen, ver
der door het oplaten van 2 luchtballons,
terwijl de Vereeniging tot viering van
den gedenkdag baar 25-jarig bestaan
vierde met een tooneelvoorstelling van
de afd. Amsterdam van bet Nederlandsch
Tooneel, en een muziekuitvoering door
de Amsterdamsche Orkestvereniging, ge
volgd door bal.
Bovendien vierden nog andere ontzet-
vereenigingen feest. Volksspelen hadden,
uithoofde van den marktdag, niet plaats.
Vi sscherij-Con ventle.
De jongste botsingen tusschen Engel
sche en Belgische visschers in de Noord
zee, hebben opnieuw de aandacht geves
tigd van de Nederlandsche autoriteiten
op de vele in den laatsten tijd ontvan
gen klachten over de willekeurige han
delingen en plunderingen, die de Engelsche
visschers zich tegenover de Nederlandsche
veroorloven, maar tevens op de weinige
medewerking, schier aan tegenwerking
grenzende, welke in weerwil van de be
staande conventie de Nederlandsche vis
schers van de Engelsche regeering onder
vinden.
Een en ander zal, naar men meldt,
niet weinig er toe bijdragen, om de voor
bereiding te verhaasten van een krachti-
gen stap van de zijde onzer regeering bij
het Engelsche Gouvernement om te ver
krijgen, dat aan de bedoelde conventie
op strikte en rechtvaardige wijze de hand
worde gehouden, zoo door onpartijdige
medewerking tot het straffen der schul
digen, als door het vergemakkelijken van
het onderzoek der ingediende aanklach
ten.
Men wil zelfs, dat thans ernstig wordt
overwogen, in vereeniging met Belgie, in
Engeland aan te dringen, dat die con
ventie geen doode letter worde, maar
roof en plundering op de Noordzee wor
den geweerd.
Men schrijft uit Seheveningen aan de
„N. R. Ct.":
De Engelsche visschers schijnen de Holland
sehe maar niet met rust te kunnen laten. Zoo
vermeldt schipper M. de Gast, dat hem op
29 Sept. jl. ochtend ten 2 ure zijn want is
afgekapt door de vischsmak D H 77; dien
tengevolge verloor hij 9x/2 haringreep, öó1^
haringnetten, 56 puntbreels, 15 kleine breels"
69 breeltouwen, 1 jool met wartel, waarin
zich bevond 20 ton haring, te zamen een
schade van f3800, behalve de staking der
vi8scherij. Gedurende twee dagen is door hem
gezocht naar het gekapte want, maar te
vergeefs.
Als een bewijs van haat kan nog dienen,
dat een der opvarenden van het Engelsche
vischsehip een nog drijvende breel, waaraan
een gedeelte der vleet vastzat, den bodem in
sloeg, zoodat ook dat deel zonk. Ware het
Engelsche vaartuig achter dat van M. de G.
omgezeild, dan zou het slechts een oponthoud
van ongeveer 10 minuten gehad hebben. Het
scliijnt dus dat van Engelsche zijde steeds ge
tracht wordt onze visschersvloot zooveel mo
gelijk te benadeelen. Door het uitzetten van
een boot, bemand met 4 koppen, is het den
schipper gelakt, merk en nummer van het
Engelsche vaartuig op te nemen. Van een
en ander is door den waterschout proces
verbaal opgemaakt.
Werkeloosheid.
Het Centraal bestuur van het Alg. Ned.
Werkl. Verbond heeft een manifest aan
alle Nederlanders gericht, waarin wordt
gewezen op de werkeloosheid als een der
ernstigste verschijnselen van onzen tijd.
Bij alle veelal rechtmatige klachten over
de oorzaken van het verschijnsel blijft
dadelijk hulp noodig, daar velen aan hun
maag geen uitstel kunnen geven tot over
al die vraagstukken eenstemmigheid is
verkregen. Evenredig groot aan den om
vang en den duur der werkeloosheid is
de nood, de ontbering en het lijden van
duizenden gezinnen.
„De ongezochte aanraking zoo gaat het ma
nifest voort met vele dezer rampspoedigen,
heeft in de jongste wintertijden, in verschillende
plaatsen van ons land, toestanden aan het licht
gebracht, die het hart van elk weldenkende met
verontwaardiging en deernis vervnllen, toestanden
waarvan het lijdelijk dulden en dragen de hoogste
verwondering evenzee heeft gaande gemaakt, als
ze tot de veronderstelling hebben aanleiding ge-
gegeven, dat ze niet zouden worden aangetroffen
bij algemeene kennismaking met de feiten en
indien het besef van den plicht tot hnlp meer
algemeen bij de meer gefortuneerden ware door
gedrongen-
Daarenboven, de kamp om het bestaan is even
als de draagkracht ongelijk, en bij het aanvaar
den der geneesmiddelen om het verbroken even
wicht te herstellen, is het onbiilijk op de schou
ders van enkelen te laten rnsten, wat de taak
behoort te zijn van allen.
Maar gelukkig, naast het vele dat onzen tijd
ontsiert en dat veilig als ballast overboord ge
worpen kan worden, openbaart zich een diep ge
voeld «erlangen, dat het betere uit den strijd
geboren moge worden, vergezeld van de begeerte
om daaraan mede te mogen werkengetuige de
verschillende vereenigingen op ouderscheiden ge
bied, die, als zooveel groepen in de samenleving
arbeiden aan de algemeene belangen en te be
schouwen zijn als het bederfwerend zout voor
menige maatschappelijke kwaal.
In tal van gemeenten heeft men de handen
reeds ineengeslagen om de ongelukkigen te hel
pen; maar in vereweg de meeste gemeentee ligt
de erond nog braak en is de vruchtbelovende
akker nog onbearheid.
Tot een grootere en meer algemeene bearbei
ding van dit veld der menschlievendheid op te
wekken en tot ueelname daartoe aan te moedi-
digen, is het doel van dit schrijven.
Moge dit doel er rvimschoots door bereikt
worden, dan zullen niet slechts de ondergeteeken-
den, maar ook de jongste Alg. Verg. van het
Algemeen Nederlandsch Werklieden-Verbond, die
hen met deze handeling belastte, zich voldaan
rekenen en dankbaar toonen.
Het mag voorts min of meer overbodig geacht
worden te herinneren, dat wij, zoo wel gezamen
lijk als ieder voor zich, desgevorderd, zooveel in
ons vermogen is met raad willen dienen en me
dewerken.
Het Centraal-Bestuur bestaat uit de
heeren B. H. Heldt, voorzitterJ. Wee
link, secretarisTh. C. Lasthuijzek, pen
ningmeester Th. de Rot, vice-voorz.,
(Rotterdam) T. Snel Hz., 2e secretaris
A. J. C. Kampmeijer, 2e penningm.C.
H. Kouw, (Leiden)Th. Postma, (Leeu
waarden).
Toen Woendagavond een houthaler,
een Noorsch vaartuig, de haven van Har-
lingen naderde, waren sommige ijverige
belanghebbenden in sloepen of vletten
het schip tegemoet geroeid. Zoo ook de
koopman P., die, tot den Noorman ge
naderd, zich aan boord liet hijschen door
de gebrs. De Vries, flinke, jonge mannen,
die als scbeepssjouwers zich reeds aan
boord bevonden. Onder dat ophijschen
tegen bet dek leunende, dat de Noorscbe
schepen omgeeft, brak dit, en alle drie
vielen in zee, met dit ongelukkig gevolg,
dat de jongste De Vries, 21 jaar ouden
ongehuwd, verdronk; zijn lijk is nog niet
gevonden. Ook zijn broeder was bijna
het slachtoffer zijner hulpvaardigheid ge
worden.
Te Middelburg is een kind geboren,
waarvan de bet-overgrootmoeder nog in
leven is, zoodat thans vijf opvolgende ge
slachten van die familie van moederszijde
vertegenwoordigd zijn. De bet-overgroot
moeder telt 88, de overgrootmoeder 61
en de grootmoeder 38 jaren, terwijl de
moeder van den jonggeborene onlangs den
leeftijd van 17 jaren heeft bereikt.
Op het gebied van nomenclatuur
levert bet jongst verschenen Algemeen
Politieblad" weder een curieuse bijdrage.
Men vindt daarbij op de lijst der gesig
naleerde personen behalve een Gendarme,
een Ham, Knol, Uil, Snoek, Goud, Gort,
Ridder, Turk, Vos, Buffel en Zuurbier.
Aan bet Alg. Politieblad komt onder
de gesignaleerde personen voor Jacobus de
Zwart, 21 jaren, venter van Recht voor
Allen, geboren te Workum, zijnde bij von
nis der Amsterdamsche Rechtbank veroor
deeld tot f25 boete, subsidiair 7 dagen
gevangenisstraf, ter zake van beleediging.
De honderdduizend uit de loterij
is te Amsterdam gevallen. Een twintigste
lot behoorde aan een bediende in een
bierhuis, die voor eenige dagen in het
gasthuis overleed, zonder bekende erfge
namen.
Men schrijft uit Reenen
Als een voorbeeld hoe onverstandig dik
werf aan bedelaars almoezen worden uit
gereikt, diene bet volgende
Een werkman aan een der fabrieken te
Venendaal geraakte eenige jaren geleden
met een arm tusschen de machine, met
het gevolg dat hem dat lichaamsdeel moest
afgezet worden. Dewijl hij niet meer in
staat was bet gewone werk te verrichten,
bood de directie den verminkte een baantje
aan, hetwelk gemakkelijk was waar te ne
men. Hij bedankte echter daarvoor en
gaf de voorkeur aan bedelen.
De ongelukkige man met één arm kwam
spoedig in beklag, en mild stroomden de
aalmoezen niet alleen uit Venendaal, maar
ook uit de naburige plaatsen. Thans is
de man met één arm een, burger, die er
warmpjes inzit, en al zijn kinderen hebben
een goed bestaan.
Niettegenstaande iedereen daarvan over
tuigd is, wordt o. a. te Reenen nog altijd
aan dezen bedelaar geofferd.
Men neemt te Portsmouth tegen
woordig groote proeven met torpedo's.
Als mikpunt daarbij dient 't pantserscbip
»Resistance." Dezer dagen werd onder
zocht, in hoeverre een netwerk tegen
torpedo's kan beschermen. Men schoot,
op een afstand van 250 voet, een met 70
pond schietkatoen geladen Whitehead-
torpedo af. Het net bleek bier volstrekt
niets te baten. Men zal nu eerstdaags
beproeven, in hoeverre zakken met kolen
de uitwerking der torpedo's kunnen ver
minderen.
ingezonden.
Voor onderstaanden brief van een der opva
renden, lichtmatroos aan boord van 't Hollandsehe
barkschip „Kinderdijk," kapt. Disper, met averij
te Kaapstad binnengeloopenwordt beleefdelijk
in uw blad plaatsing verzocht.
Kaapstad, 12 September 1886.
Geliefde ouders
Gij zult allen wel vreemd opkijken, wanneer
gij aan den brief ziet, dat wij ons thans te Kaap
stad bevinden.
De reden daarvan is, dat wij genoodzaakt wa
ren alhier binnen te loopen, omdat de kapitein
en equipage het noodig achtten wegens gevaar
lijke averij.
Zondag 22 Augustus, omstreeks 2 ure, kwam
er in het N. W.een barre lucht op, die spoedig den
blauwen hemel geheel overtrok. Het duurde niet
lang of de wind begon op te steken, en daar wij
alle zeilen in top hadden, werden er spoedig
eenige van gegeid en vastgemaakt. De wind hield
aan en begon steeds te vermeerderennadat wij
de stagzeilen neergehaald en de bramzeilen vast
gemaakt hadden, werd de andere wacht nitgepord
om de marszeilen te reven. Het was omstreeks
zes uur, toen de wind in eens zoo toenam, dat
wij fok, grootzeil en boven-marszeilen moesten
vastmaken en alleen voor de topzeilen en onder
stagzeilen dreven. De wind nam hand over hand
toe en ging weldra over tot storm. Het schip
slingerde geweldig en nam nn en dan veel water
over. Dien nacht en den danropvolgenden dag
bekwam het schip geen averij. Doch tegen Maan
dagavond begon de wind weer feller uittebulderen.
De schuit nam ontzettend veel water over, som
tijds kwamen er zelfs zulke stortzeeën over; dat
de geheele verschansing overstelpt was. Men
moest zich stevig vasthouden, wou men niet mee-
geslingerd worden. Wij werden voor behoud op
het achterdek geroepen, alwaar minder water
overkwamsteeds begon het stormachtiger te
worden. De watervaten werden door de stort
zeeën losgerukt en tegen elkaar verbrijzeld, niet
tegenstaande ze stevig aan de spieren waren
vastgesjord, de lenspoorten en seinbakken sloegen
uit de verschansing, de trappen, waarmede men
't achterdek opkomt, werden tegen de verschan
sing aangesmakt en sprongen aan splinters. De
hoenderbanken ondergingen hetzelfde lot. Boven
in 't wand zag 't er evenmin aangenaam nitde
masten slingerden van bakboord tot stuurboord
en de bramstengen bogen als rietjes. Het logies
stond aanhoudend vol water, zoodat niet alleen
ons kooigoed nat werd, maar ook water in de kisten,
die lek waren, liep. Wij sliepen achterin, omdat wij
het niet waagden in 't logies te slapen, daar men
vreesde dat de voorhut door brekers zou worden
weggenomen. Het was 11' uur 's nachts toen er
een golf over kwam, die het varkenshok, dat
tegen de hut stond, geheel uit elkaar sloeg; de
varkens rolden langs dek evenals bollen, doch
spoedig wisten wij ze te pakken en sleepten ze
het kombuis in. Een er van had zijn pooten
gebroken, dus dat gaf eenige dagen daarna ver-
sche varkenscarbonade.
De orkaan woedde verschrikkelijk; omstreeks
12 uur verloren wij het voortopzeil; de wind
reet 't sterke zeil totaal in flarden. Een oogen-
blik daarna brak de kluiverleier en daar toen de
kluiverboom geen steun meer had, brak hij spoedig
daarop af. Het was zeer gevaarlijk om van
achter naar voren te komen; daarbij waren wij
steeds doornat, want oliegoed en zeelaarzen gaven
hier nietswarm eten kregen wij ook niet, daar
de kombuis steeds vol water liep en waardoor de
kok geen vuur kon aanhouden. Een keer kwam
er een flinke zee over, die botrecht de kombuis
inroldehij gooide de snertpot om en nam de
kok mede, de kok spoelde de kombnis uit en
werd tegen de verschansing aangeplakt; hij be
kwam daarmee een ernstige brandwond aan het
been en moest ter kooi gaan. Het was 's mor
gens 8 uur, toen de nok van de boegspriet weg
genomen werd en de beugel, die om de boegspriet
zit, dwars doormidden brakhet bramstag werd
even daarna afgebroken, hierdoor had de voor
bramsteng geen steun meer en kon ieder oogen-
blik afbreken. Om ongelukken te voorkomen
hakten wij het bramwant en de brampardoens af,
waardoor de steng met de bramra's naar beneden
kwameen ieder maakte zich natunrlijk nit de
voeten, doch de opperstuurman kreeg de bramra
aan het hoofd, zoodat het bloed er met stralen
uitkwam, echter is het goed afgeloopen; hij had
zijn kop kunnen verliezen. Hiervoor moest hij
eenige weken zijn kooi houden.
De boegspriet werd steeds opgeligt door de
brekers, die er tegenop sloegen; hierdoor liepen
wij gevaar, dat alle drie masten uitgerukt zou
den worden. Spoedig werd er een jijn of hulpstag
opgebracht om den voormast te steunen en 80
vadem ketting opgehaald om de boegspriet door
de kluizen genomen en om het ankerspil stijf
vastgehecht; een tijd daarna brak het groot
bramwant en de bramzaling, doch wij wisten
spoedig de boel weer stijf aan te sjorren. Doch
nu begon het weder te bedaren, de wind nam
merkbaar af, zoodat wij konden hopen op beter
weder, hetgeen wij ook wel noodig hadden, daar
wij al dien tijd niets hadden geslapen. Woensdag
was het weder geheel bedaard, de wolken trok
ken weg en de blauwe lucht kwam weder te
voorschijn. Doch met die averij was het niet
doenlijk om verder te gaan; de kapitein raad
pleegde met het volk, waarna men overeenkwam
naar Kaapstud te gaan, alwaar wij 500 mijlen
van af waren.
10 September kwamen wij hier aan, 's morgens
kregen wij het land in het zicht cn 's middags
werden wij door een sleepboot binnengetrokken.
Het is hier een mooie stad, prachtig gelegen
tegen de Tafelberg, het zijn meest alle prachtige
huizen en is een stad op zijn Europeesch gebouwd.
Zoo gij ziet hebben wij 75 dagen naar de Kaap
stad 28 Juni uitgegaan; 13 Juli Madeira ge
passeerd; 20 Juli Kanarische eilanden gepasseerd;
5 Augustus passeerde wij de linie; 15 Augustus
waren wij bij het eiland Trinidad op de Araerik.
kust en 11 Sept. kwamen wij te Kaapstad aan.
Nn, waarde ouders, ik zal eindigen; het gaat
u allen goed. Met Gods wil hoop ik dat wij
elkaar later in 'gezondheid zullen wederzien, enz.
Eenzaam in mijn kluis gezeten,
Denk ik aan mijn armen vriend
En kan zoo spoedig niet vergeten,
Want achting heeft hij steeds verdiend.
Lang, zeer lang, hebt gij geleden,
Toch geduldig in uw lot
Tegen pijn en smart gestreden,
Hij, uw steunpilaar, was God.
Thans bezweken in het lijden,
Lijd ik nu door uwen dood
Met mijn loon kon ik steeds strijden,
Tegen leed en hongerdood.
Reeds ons lot was nauw verbonden
Op financieel gebied
Zamen kregen w' ongeschonden
't Weekgeld, en ik morde niet.
Was het weinig, 'k was tevreden
Met mijn sober dagelijks brood,
Maar nu ligt het in 't verleden,
Thans van werk en loon ontbloot.
Rust gij zacht mijn waarde doode,
In de groeve van de aard
's Menschen lof niet meer van noode,
Zijt gij toch myn achting waard.
R. A. H.
Programma van het le Winter-Concert,
te geven door het Symphonieorchest van het
Stafmuziekkorps der Kon. Ned. Marine,
onder directie van den kapelmeester
J. KONING,
op Dinsdag 12 October 1886, aanvang 8 uur.
1. GrosserFestmarsch, Joh.Reach. 2. Ouver
ture zu der operDon Juan, W. A. Mozari.
3. Entre act ausKönig Manfred, Carl
Rcmecke. 4. Hommage a C. M. vonWeber:
Grande Fantaisie, C. Schulz. Pauze. 5.
Concert Ouverture (F. Majeur), George Kahnt.
6. „Ein Abend bei Bilse in Berlin", Humo-
ristisches Tongemiilde, Ernst Scherz. 7. Les
Patineneurs, Grande Yalse, Emil Waldtenfel.
Marine en Leger.
De luit. t. z. der 1ste klasse M. J. P.
Westveer, behoorende tot de rol van Zr. Ms.
schroefstoomschip Koningin Emma der Neder
landen, wordt met den 21sten dezer op non-
activiteit gestelddaarentegen worden met
dien datum geplaatst op gemeld schroefstoom
schip de luit. t. z. der le kl. C. Meyboom en
op Zr. Ms. wachtschip alhier de luit. t. z. der
le kl. A. G. Van der Sande Lacoste.
De adelborst le kl. C. J. Van der Hegge
Spies, behoorende tot de rol van Zr. Ms schroef
stoomschip Zilveren kruis, werd met den lOen
dezer overgeplaatst in de rol .van Zr. Ms.
wachtschip alhier.
Het lOtal adelborsten der le kl. bestemd
om 3 November a. s. per stoomschip Soenda
naar Oost-Indië te vertrekken, zijn de heeren
jhr. G. L. van Panhuys, W. H. C. Hoog, L.
F. H. Tuckermann, H. P. Dil, J. C. Bentz
van den Berg, D. W. A. Pels Rycken, A. C.
Dunlop, W. II. von Lëschen, C. van Lennep
en M. C. van Hall.
Naar men verneemt, zal het gepantserd
materieel, dat voor oefeningen in dienst ge
weest is, den 25en dezer buiten dienst worden
gesteld.
De lste luit.-ingenieur A. E. Von Brücken
Fock alliier wordt op 1 November a. s. over
geplaatst naar Breda en wordt op dien datum