't Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL. No. 1475. Woensdag 6 April 1887. Vijftiende Jaargang. ca (3 Abonnement per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent. >3 franco per post75 Afzonderlijke nummers2 VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BEBKHOUT Co., te Helder. Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT. Ad.vertentiën van 1 tot 5 regels25 Cent Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VKI.I DAGSMOHU ENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn PostorlJ o ii. LIJST van brieven, enz., geadresseerd aan onbekenden, gedurende de Ie helft der maand Maart 1887: Mej. Sanders, Amsterdam. J. W. Karei, Arnhem. B. v. d. Weide, 's-Gravenhage. P. van der Lee, Briefkaarten. Mej. van der Heide, Amsterdam. Brieven, verzonden geweest naar Duitsehland. F. Schiottz, Ham burg. De Directeur van het Postkantoor te Helder maakt bekend, dat van ai* 1 April er 's avonds 11 uur weder een verzending per stoomboot naar Amsterdam zal plaats hebben. De bij bussen in de stad zullen daartoe ge licht worden op werkdagen om: Binnenhaven 9.10, Centrum 9.20, Hoofdgracht 9.25, Raad huis 9.40, terwijl de laatste lichting aan het kantoor plaats heeft 's avonds 10 uur. De Directeur vun het Postkantoor, POLVLIET. NIEUWSTIJDINGEN. HELDER, 5 April 1887. Zaterdagavond werden in „Tivoli" aan de oudste leerlingen der Industrieschool de behaalde prijzen uitgereikt en de loffelijke vermeldingen voorgelezen van de jongeren. De heer Van Voornveld voerde 't woord en wees de leerlingen met nadruk op 't nut van een zoodanige instelling voor den toekomstigen handwerksman. Aan de leerlingen betuigde spreker zijne tevredenheid en over gedrag en ijver en had tevens een woord van lof over voor de onderwijzers, die hun taak ernstig opvatten en steeds blijken van toewijding gevenin het bijzonder gold het ditmaal den heer N. J. Leijer, die reeds 25 jaren aan de Industrieschool is werkzaam geweest. Als blijk van waardeering werd hem, namens de com missie een gouden potloodhouder vereerd. Daarna boden de leerlingen E. D. Harnis en A. J. Stikkel den jubilaris, ook namens hunne makkers, een met zilver gemonteerd inktstel aan, waarbij eerstgenoemde een hartelijk woord sprak. Aan de wanden waren teekeningen ten toongesteld, zoowel in lijn- als handteekenen, die getuigden, dat de winteravonden goed zijn besteed. Prijzen en getuigschriften aan: A. Reitli, le prijs, een orleonpasser eu getuigschrift. J. Lö- scher. 2e prijs, eeu orleonpasser en getuigschift. J. v. Driel, -3e prijs, Berghuis bouwkunde met ivoren decimeter en getuigschrift. F. M Duiuker, 4e prijs, Berghuis bouwkunde en getuigschrift. J. Vonk, 5e prijs, Berghuis bouwk. en getuigs. S. Kuhlmeijer, 6e prijs, Bergh. bouwk. en getuigs. J. Duinker, 7e prijs, Berghuis bouwkunde en getuigschrift. Loffelijke vermeldingen. Se jaar. Wiskundige vakken.- J. de Kok, C. de Jong, N. C. Stikkel, J. C. Collet, J. J. Julianus, W. Brizee, J. H. Barens. LijnteekenenJ. de Kok, C. de Jong, N. 1 C. Stikkel, J. C. Collet, J. J. Julianus, W. Brizee en J. H. Barens. Handteekenen: J. de Kok, C. de Jong, N. C. Stikkel, C. Rab, W. Brizee, J. J. Julianus en J. Goudzwaard. Letterkundige vakkenN. J. Stikkel, J. de Kok, C. Rab, J. Goudzwaard, J. J. Julianus, D. C. Rab en T. Proost. 2e jaar. Natuurkunde: J. Driessen, E. Peters, H. Freeke, G. Badart, L. J. v. Emmerik, J. Oden. H. Hanekroot en J. H. Buijkes. Lijnteekenen J. Driessen, L. J. v. Emme rik, J. Oden, H. Hanekroot, J. J. Schoeffelen- berg, J. Ilarkes en G. Badart. Handteekenen E. Peters, L. J. van Emme rik, H. Hanekroot, J. Heijman, J. J. Schocflelen- berg, J. Driessen, S. Schellinger, J. H. Buijkes, J. Zwaag en D. Kraak. Letterkundige vakken: E. Peters, J. DrieBsen, J. W. Kuijk, J. Heijman, G. Bi-dart, J. Oden, L. J. van Emmerik, IJ Klaaisen, H. Hane kroot, J. H. Buijkes en J. L. Lö«cher. Rekenkunde E. Peter», J. Heijman. H. Hanekroot, G. Badart, J. Driessen, K. Abbenes, S. Schellinger, J. Oden, J. H. Buijkes, J. J. Schoef- felenberg, L. J. van Emmerik, J. W. Kuijk, P. Liedmeijer en H. Freeke. le jaar. Natuurkunde J. P. Bienhoff. P. Raap, C. J. B. Abraham, G. W. J. Jansen, J. A. Feij en J. D- Stelleman. LijnteekenenA. J. Klein. P. Raap, B. Schaafsma, C. J. B. Abruham. J. A. Feij, V. Visser, W. D. Zegel, R. N. v. Os, W. H. Kannegieter en J. D. Stelleman. Handteekenen A. J. Klein, R. de Geus, W. D. Zegel, R. N. v. Os, J. D. Stellem-in, B. Schaafs ma, G. Sariemijn, V. Visser, A. J. Leijer, G. L. Klein, C. J. B. Abraham, W. H. Kannegieter en J. S. Smit. Letterkundige vakken: J. D. Stelleman, B. Schaafsma, G. W. J. Jansen, W. D. Zegel, J. S. Smit, V. Visser, J. P. Bienhoff, A. J. Klein, C. v. der Hoek. J R. Visscher eu C. J. B. Abraham. Rekenkunde B Schaafsma, J D Stelleman, J. R. Visscher, G. W. J. Jansen, A. J. Klein, V. Visser, P. Raap. F Kruit, C. v. d. Hoek. J. A. Feij, C. Hubbeliug, G. L. Klein en J. P. Bienhoff. 5e Jaar. Bijzondere vermelding. E. D. Harnis, A. J. Stikkel en A. J. Duijts voor lijn- en handteekenen. Sedert 1876 bestaat hier ter plaatse een Floralia vereeniging, als afdeeling van het plaat selijk Nuts departement. In groote mate heeft die vereeniging bijgedragen om in deze gemeente den lust voor 't kweekeu van planten op te wek ken en te verlevendigen. Om zich daarvan te overtuigen, heeft men slechts een wandeling te ondernemen langs straat en gracht, door hoofd straten en door achterbuurten. Overal prijken voor de vensters prachtige exemplaren van ver schillende bloemensoorten, en blijkbaar telt deze, met natuurschoon zoo karig bedeelde plek des lands, onder hare ingezetenen de meest warme be minnaars van planten en bloemen, 't Is zeker te sterk gesproken, als men beweert, dat deze liefde voor 't schoon der natuur enkel en alleen door het streven van Floralia is teweeg gebracht. Doch dut Floralia daaraan verre van onschuldig is, zal zeker wel niemand durven bewereu. Behalve dit streven, loonde bet bestuur van Floralia zijne werkzaamheid door het organiseeren, jaar aan jaar, van een waar volksfeest, ter gelegenheid van de jaHrlijksche Bloemen-tentoonstelling. Dat volksfeest was 10 jaar lang steeds op dezelfde wijze georganiseerd en op de tentoonstellingen waren de planten steeds op dezelfde wijze geëx poseerd. Hierin zal nu in September a. s eene belangrijke verandering komen bij het bestuur bestaan daaromtrent de noodige plannen, die ge tuigen, dat er met ernst naar de noodige afwis seling wordt gestreefd. De mededeeling van een eu under zal, naar we ons vleien, er toe bijdragen om tot voort durende belangstelling in Floralia's streven op te wekken, en om hqn, die alsnog in gebreke bleven om hun naam op de ledenlijst van Floraliu te doen plaatsen aan te sporen, alsnog daartoe overtegaan. De contributie van f 1.'s jaars kan toch waarlijk geen bezwaar zijn voor zeer veleu om tot het lidmaatschap toctetreden. De inteekeulijst voor dit doel circuleert dezer dagen iu de gemeente. Zij muge door veler hand- teekening versierd worden. Proffessor Chambly, die liier reeds eenmaal met veel sucees in Tiroli op trad als prestidigstateur, zal zijn verras sende toeren op 12 dezer aldaar herha len. Algemeene tevredenheid en bewon dering moehtten zijn werkzaamheden in- oogsten bij 't publiek, den vorigen keer aanwezig. We twijfelen niet of velen zullen gaarne den heer Chambly werk zaam willen zien, om zich met eigen oo- gen van ziju verrassende kunstvaardigheid op 't gebied der goochelkunst te over tuigen. Door den kolonel, commandaut van het 4e regiment vesting-artillerie, is Za terdag jl. alhier openbaar aanbesteed I het verplaatsen van een stalen kanon van 23 cM. van het fort Erfprins naar het Spoorwegstation alhier2. van eeu dergelijk kanon van het strand bij Sche- veningen naar het H. IJ. T. Station al daar en 3. van een kanon van het Star tion alhier naar het fort Erfprins. Ingekomen waren 10 biljetten. Minste inschrijver was de heer A. Bos alhier, voor de massa tegen 11197. Yoor perceel 2 alleen, was o.a. inge schreven door S. H. Fernim, te Scheve- ningen voor f2490.Een aardig ver schil Door de geneesk. Staatscommissie te Amsterdam is tot arts bevorderd de heer H. Bitter, van hier. De dames A. M. Leijding en E. Elte alhier aan de openbare scholen werkzaam, zijn geplaatst op de voordracht van on derwijzeres aan openbare scholen te Am sterdam. Het Stafmuziekkorps der Mariue alhier zal gedurende het verblijf van H. H. M. M. den Koning en de Koningin te Amsterdam de feesten aldaar helpen opluisteren. Beroepen bij de Ned. Herv. Kerk. Te Eierland op Texel, G. Boer, te Urk. Texel, 3 April. Bijna met iedere stoomer der Nederl.-Amer. Stoomv.-Mij. te Rotterdam (agenten Koning Co., te Texel) vertrekken van hier ingezetenen naar Amerika; het getal beloopt ongeveer 100, volwassenen en kinderen. Bijna allen ontvangen uit Amerika vrijkaarten (tikkets), betaald door hun familie of vrienden aldaar. Ook sommige betalen hun passage hier, d. i. f48 per persoon, kinderen beneden 12 jaar halve vracht. Zij, die daarheen gaan, zijn raeerendeels landbouwers, ook timmerlie den, schippers, enz. De toestand is hier voor den landbouwer en werkman somber vele oude pachten zijn en blijven te hoog de gronden worden of zijn uitgebouwd, niet genoeg met de mest bij gehoudenhalen maai', lmlen maar. De verpachter eischte een hooge pachtsom, de huur der moest middelen vinden om zulks op te wer ken en zelf wat te verdienen daarbij onkundige administrateurs, waardoor de gronden achteruit zijn gegaan, zoodat - wegens gebrek aan be drijfskapitaal der pachters, de arbeid zoo goed als gestaakt is. Het onkruid teelt thans weel derig. Ook aan onze zeeplaatsen is de toestand ongezond, immers dit- vrije arbeid van vroeger bestaat niet meer; n plaats van industriën zooveel mogelijk aan te moedigen te bescher men, waardoor scheepvaart en handel ontstaat en een algemeene welvaart geeft, is men be gonnen om dien arbeid door verpachting te bezwaren, zoodat de> visscher daaraan geen brood verdienen. Het maaien van zeegras is verpacht, de dijken, tot het ophalen van zeegras, zijn ver pacht, het korren, krakelen en mosselen op de beste Zuiderzee-plaatson zijn vevpacht. Rijke vennooten met stoomkorders pikken dien arbeid grootendeels in, zoodat ook voor hen weinig is te verdienen. Geen wonder dan ook, dat velen besluiten naar Amerika te gaan. Zij hopen daar te vinden, wat hun hier zoo kunst matig is ontnomen. Zij verlaten echter dien grond niet zonder weemoed. Naar aanleiding van een door de beide Haagsche bladen gepubliceerd par ticulier telegram van Batavia, inhoudende dat de beri-beri „vreeselijk" iu Atjeb heerscht, dat de Barisan van daar is te ruggekeerd, eu dat op. Celebes ernstige onlusten" zijn ontstaan, is telegraphiseh inlichting aan den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Iudië gevraagd. Een aan het Departement van Kolo niën ontvangen telegram van dien Land voogd luidt gelukkig minder verontrus-1 tendhet is van dezen inhoud .Werkelijk is de beri-beri vrij hevig onder de Barisan v?.n Madura in Atjeh uitgebroken eu machtiging verleend om de beide compaguiën terstond terug te zeudeu. De Gouverneur van Atjeh ver klaart iu de eerste maand geen aanvul ling vau troepen noodig te hebben. „Van oulusteu op Celebes is niets be kend alleen is Loevvoe onwillig om een nieuw contract te sluiten en zal wellicht eeu maritieme demonstratie voor ons pres tige noodig ziju." De Staatscourant (no. 77) bevat vanwege bet ministerie van koloniën, ee- nen staat van militaire ualateuschappeu, ofkomstig van onderofficieren en verdere manschappen der landmacht in Neder landsch-Iudië. onder beheer der weeska mers daar te lande gekomen, en die zuiver, na aftrek van kosten en loon en, bedragen f 250 en minder, en opgevraagd en ontvangen kunnen worden bij het ministerie van koloniën in Nederland. In verband met het ingediend wets ontwerp tot verlenging van den diensttijd voor miliciens van de landmacht, lichting 1882, zijn de commandeerende officieren van de korpsen van het leger, gedeeltelijk uit militie samengesteld, door den Minis ter van Oorlog verzocht, tot nader order niet te doen plaats hebben het inleveren van de goederen eu het afsluiten van de rekeningen van bedoelde miliciens. Een paar weken geleden stierf in Den Haag (aldus deelt het Haagsche Dagblad mede) een vrouw, die met bede len in haar onderhoud voorzag. Op haar sterfbed verzocht zij herhaaldelijk aan haar zuster om haar, nadat zij zou ge storven ziju, met de muts die zij op het hoofd had te begraven. Dit wekte ach terdocht, zoodat men na haar verschei den die muts afnam en toen ongeveer f 1000 aan bankpapier vond. Uit Amsterdam wordt gemeld Alhier is met zijne echtgenoote aan gekomen de heer Tailor, „kapitein" van het Eugelsche reddingsleger, om met een stadgenoot stillekeus propaganda te ma ken. Verdere „officieren" of „soldaten', komen er voorshands niet. Geen enkele gemeente in ons heele land kan op zooveel groote mannen bogen als het kleine Zevenhuizenvan de 140 lotelingen was slechts één beneden de maat. M. v. d. Akker, wiens handen in 1872, tijdens hij in militairen dienst was, door een ongelukkig toeval werden af geschoten, en die thans te Loosdrecht woont, oefent de schrijf kunst uit met zij nen rnoud, eu wel zóó, dat tal van per sonen, die daarvoor hunne handen ge bruiken, het hem niet verbeteren. V. d. Akker verricht ook, door middel van haken, allerlei tuinarbeid en knut selwerkjes. De schipbreuk der Vardóhus. Aangaande de schipbreuk der Noorscl.e stoomboot Vardóhus, ter walvischvaart bestemd, deelt een van de twee geredden het volgende mede De Vardóhus, kapitein Olsen, verliet Saudefjord Dinsdag den 22eu Maart des middags met 48 man aan boord. De wind was des nachts zuidoostelijk met sneeuw de boot hield vermoedelijk volle vaart. Omstreeks 1 uur stiet het schip plotse ling en groote ontsteltenis heerschte on der de bemanning. De geredden snelde dadelijk naar de sloep te loevert, waar de zee en de wind op stonden bier was men reeds druk bezig met deze te water te laten. Te midden van dit werk werd de sloep verbrijzeld en de meuschen die er in waren kwamen onder hartverscheu rende jammerkreten om. Genoemde man snelde toen achteruit naar de reddding- boeien, maar deze waren reeds in gebruik genomen. Hij liep daarop naar de kleine boot, die gedeeltelijk was neergelaten en met bet eene einde in het water hing. Da delijk daarop kwam de talie los, de boot ging in zee en werd half met water gevuld. De man bemerkte spoedig, dat bij de tweede man iu de boot was wat er van den derde geworden was, wist hij niet. De boot dreef van het schip afonge veer 5 minuten lang hoorden de gered den het geluid der stoomboot en het ge schreeuw van het schip daarop werd alles stil Nadat zij hunne boot met huune zuidwesters zoo goed zij konden uitgehoosd hadden, zagen zij tot hun schrik, dat zij geen riemen hadden zij namen toen twee ribben van hunne boot, waarmee zij iu de duisternis zich zochten te redden. Des morgens om 6 uur be reikten zij Tragde, waar zij zeer vrien delijk werden opgenomen. De bemanning der stoomboot bestond uit 9 koppen en er waren vermoedelijk nog 6 a 8 man aan boord, die te Tromsó de bemanning van een anderen walviscb- vaarder zouden uitmaken. De andere personen waren arbeiders, die te Fardó bij de bereiding van den walvisch moes ten werkzaam zijn. Wat de schipbreuk aaugaat, vermoede lijk was deze het gevolg van den sterken aanlandigen stroom, welken de oostelijke wind altijd veroorzaakt, en heeft men gedacht, verder vau land te zijn, dan men werkelijk was. Menig schip is op deze wijs hier onder de kust vergaan. Wegens het vele ijzer, dat aan boord was, kan een miswijzing van het kompas ook tot de ramp hebben medegewerkt. Uit Mandal wordt van den 26en aan Morgenbladet getelegrapkeerd, dat de afgezonden duikerboot aldaar was aan gekomen met 5 lijken, onder welke dat van den loods. En uit Christianssand, dat de boot aan de zuidkust van Fora in open zee op 7ys vadem gekanteld was gevoudeu en 5 lijken waren binnenge bracht. Men wil, dat 39 huisvaders zijn omgekomen en dat de kapitein een vrouw met 11 onverzorgde kinderen nalaat. De geschiedenis van den drievou- digen moord iu de Rue de la Montaigne te Parijs, begint zoo langzamerhand den omvang van een sensatie-roman te krijgen. Elke dag brengt eeu nieuw hoofdstuk. Nu is er weer een flesch gevonden, waar- iu een briefje zat dat aldus luidt »de moordenaar van de Rue de la Montaigne, Gaston Geissler, heeft zichzelf van het leven beroofd." Wat moet men hiervan denken? Som migen gelooven aan een nieuwe list van een der medeplichtigen, anderen be schouwen het als een te vroeg geboren Aprilgrap. Pranziui blijft alles ontkennen eu veinst tegenover den rechter een dofheid van geest, die hem belet te denken. Wanneer bij alleen is met zijn bewa kers is hij echter zeer opgewekt. Hij denkt niet meer aan zeliiuuoid en eischt een kundig advocaat, die hem uit het nauw zal brengen. Twaalfde Winter-Concert op Dinsdag 5 April, 's avonds 8 ure, in Tivoli. 1. Grosser Festmarsch iiber den Choral „Nun danket alle Gott," Joh. Resch. 2. «Michel Angelo," Concert-ouverture, Niels W. Gade. 3. a. //Ein Albnmblatt." b. ,/Pilgerchor und Lied." „O, du mein bolder Abendsternaus der oper: „Tannhauser," Richard Wagner. 4. „Schneewitchen," Marchenbild, Franz Bendel. Pauze. 5. Ouverture de 1'opéra: ,/Guil- laume Teil," G. Rossini. a. Introduction Vio- loncelle Solo, b. La Tempête, c. Pastorale, d. Finale. 6. Entre act aus «König Manfred," Carl Reinecke. 7. //Ein Abend bei Bilse in Berlin," humoristisches Tongemalde, Ernst Scherz. 8. //Am Himtnelblauen Sec," Walzer, Carl Millöcker. ijii* ingezonden. Mijnheer de Redacteur! Hoewel het niet in onze gewoonte ligt om verslagen te leveren over de winterbijeenkorasten van „het Nut," omdat zij eigenlijk behooren tot wat men wel eens noemt: „besloten gezelschap pen," zoo eiseht ons diep gevoel voor de schoone kunsten, om openlijk hulde te brengen aan de bekwaamheden van het lieftallige damespersoneel dat de laatste winterbijeenkomst gemaakt beeft tot een avond vol kunstgenot op vocaal-, instru mentaal en litterarisch gebied. Bovenal de jeugdige violiste, op zichzelf reeds eene liefelijke verschijning, gaf blijken van bedrevenheid, gratie en gevoel, vooral in de voordracht der Mazurka III van Chopin en de immer liefelijke Barcarrole van L. Spohr, zoodat zij het uitgelezen auditorium uitermate boeide en zal zij zoo voortgaande, der muzikale wereld eenmaal zeker tot een sieraad verstrekken. Dat onze bestuursleden nog vele malen logé's mogen bezitteu, die op zulke ongekunstelde, na tuurlijke en allerinnemendste wijze, letterkundige voordrachten willen ten beste geven, is ons aller hartelijke wcuscb; en eindelijk durven wij voor spellen, dat wanneer de Zaugvereeniging „Ge- meugd Koor" nog meer zulke solisten onder hare dames mag gaan tellen als wij gisteren avond het voorrecht hadden te hooren in de sopraanpartij van het lied La Ckarité van Rossini, die Vereeniging eenmaal een sieraad voor de gemeente zal worden. Het gedicht Eduard III voor Calaistoch reeds zoo indrukwekkend schoon, werd herschapen in een declamatorium voorgedragen op eene wijze, zooals wij dat kunnen verwachten van een man van smuak en talent, die bovendien door zijne persoonlijkheid en betrekking, dat prachtige stuk zoo ten volle tot zijn recht wist te brengen. Als altijd waren we ook nu opgetogen over de wijze waarop het sopraan- en barytonduet werd voorgedragen. Aan de zoo welgekozen woorden van onzen hooggeacht en Voorzitter bij het einde der bijeen komst, mogen we niets toevoegen, omdat we er volkomen mede instemden, maar wel bejammeren we het, dat de violiste die zoo ontzaglijk veel heeft bijgedragen tot het succes dezer bijeen komst, niet vereerd werd met een bouquet, welk beteekenisvol huldeblijk hier meer dan ooit wel geplaatst ware geweest. Moge het herhaald, zoo welgemeend, applaus allen, die medegewerkt hebben aan deze bijeen komst, en bovenal de hiervoren besproken dames en beeren, er tot aanmoedigen om meermalen hunne talenten ten beste te geven voor de Leden van ons Departement, dan zullen zij er veel toe bijdragen om die leden te doen genieten van wat liefelijk is en welluidt, en daardoor medewerken aan de uitbreiding van het ledental dat nu lang niet uitgebreid genoemd kan worden. M. d. R. u dankzeggende voor de verleende plaatsruimte, hebben wij de eer te zijn Eenige bezoekers van „het Nut." op 1 April 11. Helder, 2 April 1887. Marine en Leger. De luitenants ter zee 2e klasse W. A. Mou ten en J. M. W. Kuyl, uit Oost-Indië in Neder land teruggekeerd, zijn op non activiteit gesteld. Ingevolge machtiging des Konings wordt het schroefstoorascbip le klasse Atjeh met 16 dezer buiten dienst gesteld en de kapitein th. C. H; Bogaert eervol van het door hem over dien bo dem gevoerde bevel ontheven. De commissie van zee officieren, aan welke is opgedragen een onderzoek te doen naar de wen- schelijkheid der oprichting eener stafschool voor de marine, is reeds nagenoeg met hare taak ge reed eu zal weldra bnHr rapport vaststellen. Blijkens een bij het Departement van marine ontvangen telegram, is Zr. Ms. schroefstoomscbip le kl. Zilveren Kruis, onder bevel van den kapt. ter zee D. J. Weys, den éden te Ascension aangekomen en den volgenden dag weder van daar vertrokken. Aan boord was alles wel. Door den Minisier vau marine is een Com missie benoemd, bestaande uit den kapt, luit. t. z. M. F. Reeringh, den inspecteur vun de comp tabiliteit C. Admiraal, den magazijnmeester J. L. Pisuisse. den officier-machinist der le klasse B. 1. Karpesteijn eu den ingenieur der 2e kl. I.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1887 | | pagina 1