't Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL. HET PREMIE-BOEK. No. 1526. Zaterdag 1 October 1887. Vijftiende Jaargang. KALENDER DER WEEK. VERGADERING NIEUWSTIJDINGEN. Abonnement per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent. >3 franco per post75 Afzonderlijke nummers2 VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder. Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT. Aavertentiön van 1 tot 5 regels.25 Cent Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. Aan onze geabonneerden buiten de gemeente, wordt verzocht 't Abonnements geld Vliegend Blaadje" 3e kwartaal, te willen overmaken in postzegels of per postwissel, vóór 5 October, zullende an ders daarover met 10 cents verbooging per post worden beschikt. DE UITGEVERS. Let wel! Alle Lezers van 't Vliegend Blaadje, die een bon inleveren, hebben recht op het Boek. Wij herbalen zulks nog eens duidelijk, omdat het ons gebleken is, dat velen meenen, dat geabonneerden alleen van bet voordeel mogen gebruik maken, dat is niet zoo. Allen, die geregeld ons Blad aan de Bureaux of aan een der Depots koopen, rekenen we ook onder de getrouwe lezers en het zou daarom een onbillijkheid zijn hen uit te zonderen. Ook heden is de Bon in ons Blad af gedrukt. Inzending vóór Maandag a.s. Prijs 30 Centvoor buiten de gemeente 40 Cent, waarvoor 't boek franco wordt toegezonden. DE UITGEVERS. OCTOBER (Wijnmaand), 31 dagen. Opkomst der Zon 6 u. 6 m. Onderg. 5 u. 30 m. Zondag 2 Volle Maan. Maandag 3 Leiden s ontzet. Israëlitisch Loofhuttenfeest. Dinsdag 4 Israël. Loofhuttenfeest. Donderdag 6 Vrijdag 7 Zaterdag 8 Alkmaars ontzet. van den Raad der gemeente Helder, op Dinsdag 27September 1887. Voorzitter de heer mr. K. J. C. Stakman Bosse. Tegenwoordig aanvankelijk 14, vervolgens 15 leden de heer Groen is met kennisgeving afwe zig. Er is 1 vacature. De zitting wordt geopend. De notulen der vorige vergadering worden na voorlezing goedge keurd. De benoemingen van twee onderwijzeressen en van een onderwijzer worden aan de orde gesteld uit deze voordrachten Voor onderwijzeres aan de Gemeenteschool No. 6: 1. Mejuffr. C. W. Veldhuizen, alhier. 2. A. C. Klots, te Ede. 3. D. E. Duval, alhier. Voor onderwijzeres aan de Gemeenteschool No. 7a 1. Mejuffr. C. C. Beukenkamp, alhier. 2. D. E. Duval, alhier. 3. A. C. Klots, te Ede. Voor onderwijzer aan de Gemeenteschool No. 7a 1. De heer P. Pieters, alhier. 2. C. Madderom, te St. Pancras. 3. A. Joman, te Oudkarspel. Benoemd wordenmej. Klots met het lot te gen mejuff. Veldhuizen, mejuff. Beukenkamp en de heer Pieters, heide laatstgenoemden met een parige stemmen. Met ingang van 15 November a. s. wordt, op haar daartoe gedaan verzoek, een eervol ontslag verleend aan mejuffr. A. M. Prins, als onderwij zeres aan de Gemeenteschool No. 7a. Op voorstel van B. en W. wordt besloten tot heffing in 1888 van een hoofdelijken omslag, tot een maximum-bedrag van f 30,000 en van een plaatselijke belasting op het gedistilleerd, gelijk mede tot verhooging van het bedrag, waarop de hoofdek omslag voor 1887 is toegestaan, met nog f1500. De goedkeuring en machtiging des Konings zal op deze besluiten "worden aange vraagd. De voorzitter deelt mede, dat nog altijd wordt ingewacht dc vereischte goedkeuring des Konings op het besluit van den Raad tot verhoogde hef fing eener hondenbelasting. Door dit uitblijven der goedkeuring kan het kohier voor 1887 nog niet worden vastgesteld. Er geschiedt, voorlezing van een adres van eigenaars en bewoners van perceelen in de 2de Molenstraat, inhoudende het verzoek tot verlich ting van dieu straat hij avond. Op voorstel van B. en W. wordt besloten, in die straat, en wel in het gedeelte van de Palmstraat tot de Keizer straat, 2 gaslantaarns te doen plaatsen. Bij de discussie over dit voorstel wordt door den heer Over de Linden aanbevolen een lantaarn te plaatsen, ook dienende als waaklicht, aan den Kanaalweg nabij het postkantoor. Aan de orde wordt gesteld de benoeming van een lid der commissie van toezicht op den ge meente-reinigingsdienst, ter vervanging van den heer Tinkelenberg. Vóór men tot het doen eener keus overgaat, wordt door den heer Van Neck de wensehelijkheid besproken van de benoeming van een directeur voor den reinigingsdienst. De voorzitter en de wethouder, dc heer Maalsteed, bestrijden achtereenvolgens de opmerkingen van den heer Van Neck en bevelen de bestendiging der tegenwoordige regeling aan, ook vooral om dat zij voor de gemeente door min-kostbaarheid voordeelig is. Overgaande tot de benoeming, wordt gekozen de heer Verfaille, die echter, om dat hij zelf meermalen afnemer is der faecale stoffen, daarin voldoende reden vindt de benoe ming niet te aanvaarden. De heer Korver, daarna gekozen, bedankt, wegens zijne drukke bezighe den. De heer Hoogenbosch, die vervolgens met groote meerderheid van stemmen wordt gekozen, neemt de benoeming aan. De navolgende mededeelingen worden voor kennisgeving aangenomen a. dat, bij de jongst- gehouden verificatie van de boeken en de kas der gemeente ontvangsten, een en ander in vol komen orde is bevonden, in kas zijnde de som van f 17,118,81; en b. dat, volgens mededeeling van H.H. Gedep. Staten dezer provincie, het aandeel der gemeente in de kwade posten der grondbelasting over 1884 en der belasting op het personeel over 1884/85 bedraagt f4687.60. Er wordt voorgelezen een adres van den heer W. J. Maalsteed, inhoudende het verzoek om afstand van een klein stuk gemeentegrond aan de Dijkstraat, ter grootte van 8.40 M2, noodig bij het verbonwen van het hnis, gemerkt 11 408. Tegen den prijs van f 1 per M2, wordt de ge vraagde grond afgestaan. Voorlezing geschiedt verder van een adres, in gezonden door het Bestuur van Eloralia alhier, 't verzoek inhoudende om ook nu weder een gel delijke bijdrage te mogen ontvangen in de ge maakte kosten voor de plaats gehad hebbende Bloemententoonstelling en het daarop gevolgde Volksfeest. Dit verzoek wordt door den voor zitter ten zeerste gesteund, met het oog op het uitnemend streven van bestuurderen van Eloralia. Na eenige discussie wordt besloten de beslissing op dit verzoek te verdagen, tot bij de behande ling der begrooting voor 1888. De voorzitter deelt mede, dat er eenige be zwaarschriften zijn ingekomen tegen aanslagen in den hoofdelijken omslag, dienst 1887. Hij stelt voor, die stukken in een zitting met geslo- tene deuren te behandelen en heft de openbare zitting op. Nadat de openbare zitting heropend is, voeren bij de gewone rondvraag onderscheidene leden het woord tot het maken van opmerkingen en het geven van wenken aan het Dag. Best. De heeren Korver, Over de Linden, Janzen en Yan Twisk bespreken achtereenvolgens de verlichting van den openbaren weg bij avond en bij nacht, en dringen er vooral op aan, dat de z. g. waak- lantaarns, ten getale van 21, geregeld branden van zonsondergang tot aan zonsopgang. Nauw lettend toezicht op den invoer van geslacht vee en vleesch wordt door den heer Vos, met het oog op het gebeurde te Middelburg, ten zeerste aanbevolen. De heer Van Neck brengt een klacht in over het te vroeg rijden bij avond van de zoogenaamde beerkarren en herinnert, dat daar omtrent zeer zeker voorschriften bestaan. De zitting wordt hierop gesloten. HELDER, 30 September 1887. In verband met de vragen, in de Tweede Kamer door den heer A. Van Dedem gesteld, over hetgeen de regeering voornemens is te doen in de quaestie der botervervalsching, en het antwoord daarop door den minister van binnenlandsche zaken gegeven, vernemen wij, zegt het Utr. D., dat reeds sedert eenige weken een ontwerp van wet gereed iswaarbij maatregelen worden vastgesteld om bedrog in den boterhandel tegen te gaan. Dat ontwerp gaat lang zoo ver niet als de commissie van advies voor de landbouw zaken beeft voorgesteld. De fabricage van kunstboter, of de handel in dat arti kel, wordt niet aan belemmerende bepa lingen onderworpen, maar alleen wordt gewaakt, dat geen kunstboter worde ver kocht voor natuurboter; o. a. door voor schriften te geven voor de verpakking van kunstboter, en door de eiscben dat het voorhanden hebben van kunstboter in winkels de naam van het artikel duideljjk worde aangewezen, zoodat de koopers zich in den aard daarvan niet kunnen vergissen. Het ontwerp is, na in het departement van justitie te zijn bewerkt, opgezonden naar dat van waterstaat. Dinsdag heeft de krijgsraad in het le militaire arrondissement te-Gravenha- ge zitting gehouden ter behandeling van de zaak der 3 huzaren-officieren, in ver band met bet gebeurde in Seinpost te Scheveningen. Daar de beschuldigden niet hebben bekend, is de auditeur-militair na bet eindigen der verbooren toegelaten tot bet doen van den eiscb op de bewijzen van extra-ordinair proces. Zaterdag a.s. zal de krijgsraad de zaak in nadere overweging nemen en tot bet wijzen van bet vonnis overgaan, waarna dit aan de goedkeuring en bekrachtiging van het hoog militair gerechtshof zal on derworpen worden. Zooals men weet, moet het vonnis tot na de approbatie van het H. M. G. geheim blijven. Maandag voormiddag verzamelde zich een groote volksmenigte voor een woning in Klarendal te Arnhem. Aan leiding daartoe gaf bet feit, dat politie en justitie zich in die woning hadden begeven, om, volgens gerucht, een onder zoek in te stellen naar een dubbele ver giftiging, welke zou hebben plaats gehad. Twee kinderen uit hetzelfde gezin zijn een paar weken na elkander overleden het lijk van het dezer dagen gestorven kind, dat nog boven aarde ston^ is naar het ziekenhuis overgebracht om geschouwd te worden. Men verneemt, dat er gelukkig geen reden bestaat, om iemand van een mis daad te verdenken, daar het scheikundig onderzoek geen enkel spoor van vergifti ging beeft aangetoond. Tegen het socialistische weekblad Recht voor Allen" wordt een vervolging ingesteld wegens de in nos. 56 en 86 voorkomende stukken, getiteld: »De wille keur ten top" en »Domela Nieuwenbuis en Jeanne Lorette in den kerker." Te Nieuweschans is op de kermis ;s voorgevallen, dat alleen op een ker mis kan gebeuren. Een kermisgast scheurde een kameraad een oor glad van 't hoofd af. Dadelijk werd de dokter gebaald, maar 't mocht niet baten. Het afgescheurde deel kon niet weder worden bevestigd. De bedrijver dezer wandaad zal zijn han digheid door de tusschenkomst der politie, duur moeten betalen. Voor de dieven Op een bordje aan den ingang van een grooten vrucbtenboomgaard te 's- Grave- land, leest men de waarschuwing: Hier loopen 's nachts bloedhonden. De aanvoer van slachtvee te Har- lingen voor Engeland is in den laatsten tijd zeer belangrijk. Maandag werden ongeveer 400 stuks hoornvee uitgevoerd, benevens een paar duizend schapen van deze laatsten bleven er nog 600 achter. De Londenscbe boot bleef wegens te zware lading tusscben Harlingen en bet Vlie aan den grond zitten, doch vervolgde Dinsdagmorgen ongeveer te 7 uren de reis. Op verzoek der Belgische justitie is Zaterdag te Maastricht gearresteerd zekere Godefroi, van Verviers, beschuldigd van bedriegelijke bankbreuk. In afwachting van zijn uitlevering is hij naar de ge vangenis te Maastricht overgebracht. Door de politie te Leiden is pro- ces-verbaal opgemaakt tegen zekeren M. te Amsterdam, die, onder voorgeven van aan een ingezetene dezer gemeente een zekere som als hypotheek op diens huis te kunnen bezorgen hem f 30 afhandig maakte,welke hij zeide benoodigd te hebben voor eerste kosten. M. beeft reeds een vonnis ter zake van misbruik van ver trouwen ondergaan. (L. Ct). Een waarschuwing voor bet ver zinnen van berichten. Het O. M. bij de rechtbank te Hee renveen beeft 7 dagen gevangenis geëischt voor een polderjongen, die aan bet par ket aangifte had gedaan van een door hem verzonnen moordgeschiedenis. Zaterdagmorgen bespeurde een land bouwer in de gemeente Leeuwarden dat gedurende den nacht een schaap in zjjn land was geslacht en ontvreemd. Het mocht de politie spoedig gelukken den dader op bet spoor te komen en in diens buis bet verscb geslachte vleesch en bet vel in beslag te nemen. Ook werden op den zolder meer overblijfselen van scha pen gevoden, waardoor de zekerheid werd verkregen dat men den dader gevonden had ook van meer diefstallen van vee, in den laatsten tijd in naburige gemeenten voorgekomen. De vermoedelijke dader, een ongehuwd persoon, is evenwel voortvluchtig. De vrijage van de keukenmeid. Mevrouw Jansen, de huisvrouw van een wel gesteld commissionair, bud met haar keukenmeid Betsy juist de dagelijkscbe rekening afgesloten, toen deze met een sensatie makende mededeeling voor den dag kwam: „Mevrouw", zeide Betsy, ik heb reeds bij nw moeder gediend; ik ben, toen gij getrouwd zijt, met u medegegaan, en nu zijn twintig jaren ver- loopen en ik heb nog nooit een vrijer gehad. Nu ben ik zoo wat, wat men noemt geëngageerd, en als ik hem, die mij nu hebben wil, niet neem, dan krijg ik in mijn leven geen ander. Nu heb ik een best en schoon mensch, een beschaafd mensch, een student in de medioijnen is hij. Hij houdt veel van mij, en als ik nu maar alle veer tien dagen een uitgaansdag krijg, dan zou hij mij licht ontrouw kunnen worden en dan zou ik nooit een doktersvrouw zijn. Daarom wilde ik u vra- »en, mevrouw, of hij driemaal in de week bij mij n de keuken mag komen. Zie zoo, nu is het er uit. Ik meen het ernstig, en als u het niet toe laat, dan zon ik mijn dienst moeten opzeggen. Het groote nieuws werd dadelijk aan den heer en de jongejuffrouw Jansen medegedeeld. Juffrouw Jansen, de eenige dochter van den commissionair, een achttienjarig meisje van tee- dere en ronde vormen, een meisje met blond, we lig haar en een bekoorlijk stomp neusje, een meisje, dat een voortreffelijke opvoeding had genoten en een flinke huisvrouw beloofde te worden, sprak met warmte voor de ia williging van het verzoek n Betsy. De familie Jansen zag het bezoek van den stu dent met spanning tegemoet. Op den bepaalden dag kwam hij inderdaad. Mevrouw Jansen kon haar nieuwsgierigheid niet bedwingen, zij ging naar de keuken. Betsy had niet overdreven. Daar zat op een keukenstoel een schoone jonge man; hij was een voudig maar fatsoenlijk gekleed en een bril op zijn intelligent en frisch gezicht gaf hem het voor komen van een geleerde. Spoedig kwam er eenige conversatie tusschen mevrouw Jansen en den vereerder van Betsy. De student vertelde, dat hij een arme drommel was, die geen geld genoeg bezat voor zijn studie en hij vergenoegde zich daarom met Betsy. Zijn gedrag was zoo fatsoenlijk, zoo beminne lijk, dat zich dergelijke gesprekken met de vrouw, zoowel als met den heer des huizes dikwijls her haalden. Hij kreeg zooveel vertrouwen, dat hij de jonge juffrouw in de geschiedenis mocht on derwijzen. Op zekeren avond werd hij zelfs uit- jenoodigd om het avondmaal te blijven gebrui- cen. Zulke nitnoodigingen vonden meer en meer plaats en langzamerhand was de student een huisvriend geworden. Zijn betrekking tot Betsy bleef altijd even innig. Hij gedroeg zich met waardige terughouding tegenover de jonge juffrouw Jansen. Zoo leefden dan de vijf personen van onze ge schiedenis, gedurende anderhalf jaar. Mevrouw viel het op, dat haar dochtertje ver schillende vrijers afwees. Maar de heer Jansen, wien dit niet opviel en die van den jongen man hield, leende hem het geld om te kunnen promoveeren. Voor deze plechtige gelegenheid had onze held een fijnen rok geleend, en als men nu eenmaal een rok heeft, dan moet men de gelegenheid bij de vleugels vatten, dacht hij. Hij begaf zich daarom dadelijk na de promenade naar den heer Jansen. ..Hooggeëerde vriend", zeide hij tot dezen, „u hebt mij tot dokter gemaakt, maak mij na ook tot schoonzoon". De heer Jansen had er niets tegen. En Betsy P Ook Betsy had er niests tegen. Betsy was er blij om, want nu kwam de waar heid aan het licht. De jonge juffrouw Jansen had niet den ver eerder van de keukenmeid veroverd, neen, want de jonge student was nooit haar vereerder ge weest. Hij had het jonge meisje op een danspartijtje leeren kennen, en de beide harten ontvlamden in liefde voor elkander. Nu kwam het er op aan, om den jongen stu dent toegang te verschaffen tot het huis der ou ders van het meisje en hem het verder studeeren mogelijk te maken. Daarvoor had nu het meisje alles aan de keu kenmeid toevertrouwd en wij weten hoe de brave Betsy vol zelfopoffering alle moeielijkheden wist te overwinnen. Volgens Levantsche dagbladen gaat liet Turscbe Rijk onder twee plagen ge bukt: toenemende duurte bij hongersnood (een gevolg der geheerscht hebbende droogte) en roovers. De stoutmoedig heid dezer gewapende vagebonden schijnt alle perken te buiten te gaan. Sommige streken zjjn bijzonder bezocht, en in Ma cedonië staat het district Monastir feitelijk onder de heerschappij van den zoogenaam- den „Prins der bergen" (Belial Balanza), die den gouverneur een brief durfde schrijven als volgt: »Ik bevind mij in het Ochridi-gebergte en vrees u niet. Kom en valt mij aan als gjj kunt, ik ben sterker dan gij, Keinal Gjj zijt gouverneur van het vilayet Mo nastir alleen in naam, maar ik ben de ware gouverneur. Gij regeert alleen te Monastir. maar ik ben landvoogd in het geheele vilayet. Gij perst den boeren hun geld af zonder moeite en gevaar, terwijl ik mjjn geld verkrjjg in het zweet mjjns aanschijus. Gij, lafaaid! zijt erger roo- ver dan ik, want uwe lafheid en veilheid besteelt en ondermijnt het Ottomanische Rijk, terwijl ik mij verrijk ten koste der ongeloovigen. (Geteekend) Belial Ba lanza, opperhoofd der roovers, gouver neur van het vilayet Monastir en Prins der bergen Ingezonden Zjjn wy veilig in de gemeente Het treurig ongeval, dat op den 27en dezer des avonds ten ongeveer half acht hier in den Helder plaats vond, doet ons onwillokeu- keurig vragen//Zijn wij veilig in de ge meente Wanneer het niet zoozeer aan alle inge zetenen bekend is, dat zij in omgekeerde rede jeldelijk bijdragen of juister: lichamc-" lijke opofferingen zich hebben te getroosten om de gemeentekas in staat te stellen minstens te zorgen voor de openbare veiligheid, dan is 't dat ik zulks openlijk wensch te doen uit komen. Wij zullen maar kort zjjn in het relaas van het treurige lot, dat den man als slachtoffer der gemeentelijke inhaligheid is moeten te beurt vallen. Toen deze zich op den bewus- ten avond op den stationsweg (het eindje van Bellevue af tot aan 't station) bevond, kwam hij als natuurlijk gevolg van oorzaak in aan raking met een zich op denzelfden weg be vindend rijtuig, dat in volle vaart naar 't station reed. Ongelukkig was de aanraking van dien aard, dat hem de wieion over aangezicht en schouder gingen met het gevolg, dat de man na het uitstaan van smartelijke pijnen, den volgenden morgen overleed. Nu herinner ik mij, dat er onlangs in een onzer bladen pennenstrijd is gevoerd over de al of niet voldoende voorziening in de stads- verliebting en dat door een zeker individu daarop geargumenteerd werd, dat de ge meentewet een vasten tjjd aangeeft waarop in de verlichting van rijtuigen moet worden voorzien. Nu is het in het onderhavige geval niet alleen tengevolge van rijtuigen, die in vol maakte overeenstemming met die wetsbepaling geene lichten behoeven te voeren, maar meer nog de volslagen Egyptische duisternis die heerscht op een weg welke op dien tijd van den dag zeer druk wordt gepasseerd, dat hier het verlies van een menschenleven te be treuren is. Het is een onverdedigbaar feit, dat juist ten gevolge van soortgelijke drama's soortge- ljjke wetsbepalingen in de goede richting zul len worden gewjjzigd. Moet dan ook hier helaas weer het spreekwoord in toepassing worden gebrachtwAls het kalf verdronken is, dempt men den put." Ik geloof wel, dat het geheel overbodig is den van voorzorg overloopende raadsleden uit te noodigen aan den Stationsweg des avonds in pikdonker een bezoek te komen brengen, ten einde hen hier door te kunnen bewijzen, dat de eisch van betere voorzorg niet alleen onoverdreven is, maar in het nauwste verband staat met de plicht der menschelijkheid. Ik besluit hiermede, met te vertrouwen, dat wenken, zooals onlangs werden gegeven, vooral wanneer helde persoonlijke veiligheid betreft, niet zoo lichtvaardig in den wind worden ge slagen, doch de aandacht worden waardig ge keurd, die zij ten volle verdienen. J. K. .-i Marine en Leger. De geheele Zuiderzee flotielje, bestaande uit Zr. Ms. monitors Heiligerlee en Krokodil, de stoom- kanonneerbooten Njord, Tyr en Braga, benevens 4 torpedo-vaartuigen, is Dinsdag van den oefenings- tocht te Amsterdam aangekomen* Blijkens bij het departement van marine ont vangen telegram is Zr. Ms. sebroefstoomschip 4e kl. Flores, onder bevel van den luit. t. z. le kl. W. M. J. Visser, den 16n dezer van Gibraltar vertrokken, den 26n daaraanvolgende te Port-Said aangekomen, met bet voornemen om den S8n weder van daar te vertrekken, en heeft Zr. Ms. schroef- stoomschip 4e kl. Ceram, onder bevel van den luit. t. z. le kl. J. J. de Bruyne, in den ochtend van den 27n dezer Suez verlaten. Aan boord dier bodems was alles wel. Op Zr. Ms. stoomschip Oenarang, is in Indië bet bevel door den luit. t. z. le kl. J. Luijtjes overgegeven aan den luit. t. z. le kl. F. Böhthnck en werd de off. van gez. 2e kl. J. J. Sterk ver vangen door den off. van gez. 2e kl. O. Engelken. Den 22en October e. k. zal uit Rotterdam per stoomschip Utrecht naar Oost-Indië vertrekken een afdeeling uaavnllingstroepen, sterk 40 onder officieren en minderen, onder bevel van den kapt. der inf. C. J. Laceulle. Medegeleider de 2e luit. der inf. J. F. C. van Meurs. Het incompleet aan kader bij de verschillende korpsen infanterie bestond op 15 Sept. jl. uit 172 korporaals. Er waron toen 67 sergeants- titulair en 192 korporaals aanwezig, geschikt tot

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1887 | | pagina 1