't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
Ho. 1590.
Zaterdag 12 Mei 1888.
Zestiende Jaargang.
KALENDER DER WEEK.
NIEUWSTIJDINGEN.
FEUILLETON.
Be Dochter m Sei Metaal
ülDonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 'regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn
MEI, Bloeimaand, 31 dagen.
Opkomst der Zon 4 u. 8 m.
Onderg. 7 u. 45 m.
Zondag 13
Maandag 14
Dinsdag 15
Woensdag 16 Israël. Pinksteren.
Donderdag 17
Vrijdag 18 Eerste Kwartier.
Zaterdag 19
HELDER, IX Mei 1888.
De winter is heên de zomer nadert.
Dit meenen wij te mogen opmaken uit
de aankondiging, hierachter voorkomende,
dat onze plaatselijke Scherpschutters Yer-
eeniging het lokaal, waarin zij hare win-
teroefeningen hield, gaat ontvluchten, om
in het vrije veld, op de schietbanen van
het fort Dirks Admiraal, hare zomeroefe-
ningen aan te vangen, 't Bestuur dier
Vereeniging zal het wel goed weten, en
we mogen het er dus voor houden, dat
ons nu een mildere temperatuur staat te
wachten.
Op het eiland Texel zal dit jaar 4
malen groote lammeren-markt worden ge
houden, n 1. op 22 Mei, 28 Mei, 4 Juni
en 11 Juni. Ook wordt den llden Mei
een paardenmarkt gehouden.
In den polder »Het Noorden", op
Texel schijnt veel land te liggen van ge
ringe waarde. Onlangs moet een perceel
land van de hand zijn gedaan voor een
half pond tabak. De eigenaar wilde er
tot dien prijs afstand van doen, om aan
de polder- en dijk-lasten te ontkomen.
De gelukkige' kooper van het perceel
moet inmiddels naar Amerika zijn ver
huisd, misschien nog wel zonder te be
talen.
Men schrijft uit Wieringen aan de „N.
R. Ct."
Den len Mei had te Nieuwediep de her-ver
pachting plaats der vischplaataen voor de oester-
cultuur rondom het eiland Wieringen- In 1884
had deze verpachting voor het eerst plaats, en
de pachtsom bedroeg toen pl. m. f 51,000. De
pacht geschiedde voor den tijd van 4 jaren
alleen had de pachter het recht de pacht telkens
te verlengen tot het jaar 1900, als hij daar tij
dig, op nader omschreven wijze, kennis van gaf.
Van dit recht was nu voor enkele van de beste
perceelen gebruik gemaakt, ten bedrage van p. m.
f13000 der pachtsom. Nu bad in November
1887 de Wieringer bevolking zich bij request ge
wend tot den Minister van Financiën, met ver
zoek tot opheffing der pacht van vischplaatsen
en wierwaarden, welk request toen ook in uw
blad is opgenomen.
Het komt mij voor dat de bevolking toen wel
wat veel in eens heeft gevraagdimmers, volgens
deskundigen berokkent de verpachting der wier
waarden op verre na zoo groote schade niet aan
de bevolking als dit met de verpachting der
vischplaatsen het geval is. Door deze laatste
tooh wordt de kleine visscherman in alle opzich
ten in zijn bedrijf belemmerd.
Het verzoek om ontheffing der wierpacht werd
dan ook door den vorigen Minister van Financiën
geweigerd maar ten opzichte der oestercultuur
deed de Minister de belofte, dat bij een eventu-
eele herverpachting van niet verlengde perceelen
of bij de vraag van het in pacht brengen van
nieuwe perceelen, met de belangen der visscherij
rekening zou worden gehouden.
Niettegenstaande die belofte, werden de percee
len opnieuw in veiling gebracht, en worden er
opmetingen gedaan met bet oog op het verpach
ten van nieuwe perceelen.
Die verpachting van 1 Mei 1888 heeft nu
echter bijna niets opgebracht, en op grond daar
van vleien zich de visschers van Wieringen met
de hoop, dat het rijk thans die perceelen niet
zal gunnen, maar vrij zal laten. In dien geest
is er van hier wederom een request naar den
Minister van Financiën uitgegaan.
En inderdaad, deze herverpachting is wel een
bewijs dat de oesterteelt hier als totaal mislukt
mag worden beschouwd. Voor een spotprijs zijn
al de perceelen gegeven. Perceelen die voor 4
jaar f300 deden, werden nu gepacht voor f5.
Het geheel der thans geveilde perceelen, dat in
1884 f38.000 bedroeg, beliep thans maar even
f 2000, dus nog geen 6 procent van het vorige
bedrag. Nu zon men kunnen vragen van waar
dat ontzettend verschil P Dat komt vooreerst
natuurlijk, omdat de cultuur der oesters op die
plaatsen zeer weinig beteekentmaar ten tweede
ook, omdat er bij de pacht geen concurrentie
was. Dezelfde pachters van vroeger hebben de
perceelen weer gepacht, en natuurlijk, voor zoo'n
bagatel kan het voor hen wel winst opleveren,
al komt er nooit weer een oester op. Alleen
voor de pacht die de eilanders hun moeten be
talen om op die plaatsen te mogen visschen, ont
vangen zij meer terug. Ik vroeg dan ook
waarom hebben de Wieringer visschers dan zelf
die plaatsen niet gepacht P En het antwoord
waszij durfden niet met pachters te concur-
reeren, want zij begrepen toch wel, dat die de
perceelen niet zouden loslaten, en vreesden, dat
hun dan later, als zij van de pachters afhanke
lijk waren, die concurrentie duur zou te staan
komen. Zoo is dan deze geringe pacht het ge
volg van het monopolie der pachters.
Nu is het wel waarschijnlijk, dat de pachters
der vischplaatsen in deze 4 jaren daar belangrijk
op verloren hebben, en ik voor mij zou met ge
noegen zien, dat zij dat verlies weer inhaalden;
maar als daar nu zulke groote volksbelangen
mede gemoeid gaan, zou het toch onverantwoor
delijk zijn, als de vrije visscherij rondom Wierin
gen voor een bagatel werd weggeschonken, ter
wijl de armoede onder de bevolking daardoor zoo
wanhopig toeneemt.
Doch ook het rijk zal op den duur de schade
er niet buiten keeren. Ik heb de onkosten van
het rijk op f 12,000 hooren begrooten. Nu zou
de pacht f15,000 bedragen, en er dus nog een
mager overschotje in de schatkist komendoch
over 4 jaren, zoo redeneert men hier, zullen de
pachters ook de thans aangehouden perceelen los
laten, om ze voor een appel en een ei weer in
te pachtenterwijl ze dan de thans gepachte
perceelen natuurlijk zullen verlengen. Indien de
regeering dus deze pacht gunt, dan zit zij daar
aan vast tot het jaar 1900.
Gedurende dien tijd zal het pauperisme, dat
nu reeds welig tiert, vreeselijke afmetingen aan
nemen op Wieringen, en dat niet ten voordeele,
maar ten nadeele van 's rijks schatkist.
De nieuwe Minister van Financiën zit dus reeds
dadelijk ten opzichte van ons eiland voor een
hoogst belangrijk vraagstuklaat ons hopen dnt
hij dit met wijsheid moge oplossen.
Men leest in het Nieuws v. d. Dag
Onze correspondent te San Francisco
schrijft, dato 21 April:
Eergisteravond kwam in de haven van
San Francisco het oefeningsschip Zilve
ren Kruis", op een tocht om de wereld.
Het vaartuig verliet Holland op den 15n
Oct. 1887, deed Cadix aan en ging van
daar naar Montevideo (Arg. Rep.) Rio de
Janeiro was de plaats van bestemming in
dat gedeelte van Zuid-Amerika, doch we
gens heerschende besmettelijke ziekte in
die haren, werd Montevidio aangedaan.
Yan Montevideo ging de reis verder door
Straat Magelan naarYalparaiso, doch daar
hier de cholera heerschte, werd Lima in
plaats daarvan aangedaan. In straat Ma
gelan, of liever voor de straat, doorstond
het vaartuig een vreeselijken storm, die
bijna noodlottig geworden was, daar de
ankers niet hielden en een der zware
kettingen brak, terwijl'1 het schip onder
vollen stoom teruggeslagen werd door
den hevigen storm.
Te Sandy-point lag men eenige dagen
voor anker en den ln Maart kwam men
te Lima aan.
Na 10 dagen vertrok het vaartuig naar
San Francisco, dat het na 40 dagen be
reikte.
De reis was over het algemen zeer
voorspoedig en de bemanning leed slechts
het geringe verlies van 2 koppen, een
doode en een deserteur. De gezondheids
toestand is goed.
Daar de mail sluit, kan ik voor heden
geen nadere bijzonderheden melden doch
met de volgende mail zal ik de lezers
van het Nieuws van den Dag meedeelen
wat ik over den zesmaandschen tocht
van »Het Zilveren Kruis" kan te weten
komen. Wegens het gevaar voor deser
tie en pressen voor de Eng. koopvaarders
in de haven, wordt geen manschappen
veroorloofd aan wal te gaan en is de vrije
tijd der officieren zeer beperkt.
Dat is de reden dat uw correspondent
nog slechts zeer onvolkomen inlichtingen
wist in te winnen.
Te Ylaardingen werd Maandagmid
dag de tweede algemeene jagerij-verga-
dering gehouden. Er is besloten dit jaar
2 stoombooten als jagers te huren, welke
den 22 en 27 Juni te Lerwick ter over
neming van de gevangen haring gereed
zullen liggen, De le jager zal ongeveer
400 ton haring, de 2e ongeveer 1500 ton
haring mogen aanbrengen.
De vracht is bepaald in den len jager
op f4 per ton en in den 2en op f2 per
ton. Yoorts zal elk schip, dat vóór of
op 20 Juni ter haringvangst uitzeilt, f30
inleg betalen, om daaruit de eventueele
meerdere kosten te voldoen, terwijl het
overschot of een eventueele wiust later
wordt gerealiseerd.
Zelf vangers mogen niet vóór 8 Juli
binnenkomen, ten ware zij 15 last haring
eigen vangst aan boord hebben.
De Norddeutsche Allgemeine Zei-
tung" meldt, dat de Koningin der Neder
landen een som van 1000 gulden heeft
geschonken voor de noodlijdenden door
overstrooming in Duitschland.
Het Handelsblad verneemt, dat de
heer O. van Rees zijn ontslag heeft ge
vraagd als gouverneur-generaal van Ne-
derlandsch-Indië.
Zondag zegt de Koerier werd
te Deventer op het dak van een woning
een klein drama uit de dierenwereld af
gespeeld. Een kat nl. werd aangevallen
door een achttal kraaien, en zoo verwoed
waren hunne aanvallen, dat poes, die geen
gelegenheid had te ontsnappen, weldra
onder de snavels van hare vijanden den
geest gaf.
Twee schooljongens te Echt, een van
9 en een van 10 jaren, kregen Maandag
twist en ranselden elkander geducht af
met hunne klompjes. Een hunner ont
ving daarbij zulk eenen hevigen slag op
het hoofd, dat hij kort daarop overleed.
Uit Haaksbergen wordt van 7 Mei
aan de Zw. Ct. gemeldHedenochtend
vond men te Buurse achter zijn woning
Grades Bos J. Hz. doodelijk verwond lig
gen. Geneeskundige hulp mocht niet
meer baten; hedennamiddag is hij, zon
der bij kennis geweest te zijn, overleden.
De vermoedelijke dader is men op het
spoor.
Uit een opschrift op het oud kerk
orgel te Tinallinge, provincie Groningen,
van het jaar 1549 blijkt het volgende
Een melkkoe kostte destijds f 3,20 het
kilo roode boter 21/s centde mud rogge
39 centgerst 171/* en haver 10 cent
per mud33 hoendereieren werden be
taald met één stuiver.
Alles is in den tegenwoordigen tijd wel
goedkoop, maar 't moet al raar gaan als
die goeie ouwe tijd" nog eens weer komt.
't Is waarlijk niet te hopen
Men leest in het „Rotterd. Nieuws
blad" het volgende bericht uit deze Ge
meente:
Geen vrijers in huis
Zijn schip lag weer zeilree. Had hij
nimmer tegen de gevaren eener zee-reis
opgezien nu was dat geheel anders, of
schoon de lange scheiding voor hem van
meer gewicht was dan de dreigende ge
varen. Hjj zou zijn Truitje moeten ver
laten, met wie hp eerst onlangs verkee
ring had aangeknoopt. Gaarne zou hij
haar nog eenmaal willen zien en aan het
hart drukken, alvorens heen te gaan, zoo
ver van hier.
Trui diende bij een Heldersche familie,
waar, helaas! de toegang voor minnaars
van de dienstboden verboden was.
Terwijl Janmaat dezer dagen tegen den
avond het huis van zijn liefje passeerde,
zag hij haar in de voorkamer druk bezig
met de schoonmaak.
Hij tuurde door het raam en zag zijn
liefste Truitje alleen.
De straatdeur stond op een kier.
Met kloppend hart waagde 't Janmaat
binnen te sluipen.
Eenige secouden later ontmoetten twee
paar lippen elkaar, om zwijgend een gyDi-
nastiek uit te oefenen, waartoe zich de
lippen van minnenden zoo bij uitstek
leenen.
Verdiept in 't zoet genot en alleen oog
en oor voor elkander hebbende, schrikte
Truitje op door een welbekenden sleepen
den tred in den gang.
„Daar ia mevrouw!" trilde 't van haar
lippen.
Janmaat wilde retireeren, doch langs
den weg, dien hij gekomen was, ging dat
niet meer.
„Wat raad"? steunde Truitje.
De zeeman tuurde onderzoekend rond
en had een veilige schuilplaats ontdekt.
Naast een hooge kast stond een groot
vloerzeil opgerold, met een wijde koker-
vormige opening in het midden.
Janmaat stapte op een stoel, sloeg de
handen aan den rand der kast, slingerde
zich met de beenen boven den cylinder
en verdween met de vaardigheid, waar
mede goochelaars iets verduisteren.
Juist werd de kamerdeur geopend en
trad de minnaars-hatende oude dame
binnen.
Trui bloosde vreeselijk, doch glimlachte
toch en roemde in stilte haar galant.
„Zoo'n zeemau weet toch altijd raad,"
dacht de schoone. Mevrouw bleef een ge
ruime poos praten. Janmaat, die het
in zijn engen kerker alles behalve pret
tig vond, merkte dat het vloerzeil lang
zamerhand achterwaarts uitweek. Hij
spande zich flink in om den cylinder weer
een verticale richting te geven. De ruk
was echter te sterk en in plaats van ach
terover te zakken, stortte het vloerzeil
met een smak voorover.
Vlak voor de voeten van de hevig ver
schrikte dame lag een matroos der Kon.
Nederl. Marine.
Tableau
Een Amerikaansch blad geeft den
volgenden Barometer van oneerlijkheid.
Zich toeeigenen van Dollars 1,000,000 is
genie.
Zich toeëigenen van Dollars 100,000
is een deficiet maken.
Zich toeëigenen van Dollars 50,000 is
een failliet.
Zich toeëigenen van Dollars 10,000 is
een onregelmatigheid.
Zich toeëigenen van Dollars 5,000 is
een annexatie.
Zich toeëigenen van Dollars 1,000 is
een bedorvenheid.
Zich toeëigenen van Dollars 500 is een
verduistering.
Zich toeëigenen van Dollars 100 is een
oneerlijkheid.
Zich toeëigenen van Dollars 50 is een
diefstal.
Zich toeëigenen van Dollars 25 is een
laagheid.
Het zich toeëigenen van een enkele
ham is strijd voeren tegen de maatschappij.
Uit Calcutta wordt aan Daily N-ïws
geseind, dat een storm van onbeschrijfe
lijke hevigheid de noordwestelijke district
15)
Naar het Duitsch
door AMO.
//Nu de toestand is dezelfde gebleven," ant
woordde Waldmann zonder haar aan te zien.
«Ondanks mijn ijverige pogingen is het mij
niet gelukt het verloren kapitaal terug te win
nen. Het geluk op de beurs is grillig, ik
heb de fijnste berekeningen gemaakt, ik heb
de winst- en verlieskansen ijverig bestudeerd
en toch tochHet is buiten twijfel, dat
mijn eerstvolgende speculatie gelukken moet,
maar daartoe zijn grootere kapitalen noodig,
dan ik onder mijne berusting heb."
Eugenie antwoordde niet op deze woorden,
doch staarde haar vader onderzoekend aan.
«Maar och, je hsbt je nooit veel bekom
merd om de zware zorgen, die ik te dragen
heb, wij zullen daarom over iets anders
spreken. Je oom is nu hier. Door ernstig on
derzoek bij advocaten is het mij gebleken, dat
hy de verklaring van vermoedelyk overlijden
krachteloos kan maken en zijn volle aanspra
ken volgens het testament kan laten gelden.
Na weken van bange zorg heb ik
weer eens een geluk gehadje oom heeft
dezen middag bij mij aanzoek om je hand ge
daan."
Een bittere grimlach was haar eenig ant
woord.
«Neen, neen, dat moet je niet denken",
haastte zich de handelsraad er bij te voegen.
«Het is tu8schen je oom en mij nog niet tot
een gesprek over onze geldzaken gekomen en
je oom heeft uit vrije beweging en uit ware
toegenegenheid aanzoek gedaan. Ik heb hem
mijne toestemming gegeven".
«Hij kent mij nauwelyksen hij weet,
dat ik een minnaar heb een man van eer
zou zoo niet durven doen".
Deze woorden troffen den handelsraad, zijn
voorhoofd fronste zich wegens dit verwijt, want
hij vond zelf, dat zyn broeder niet geheel
handelde, zooals het behoorde. Hij wilde dat
echter tegenover zyne dochter niet erkennen
en antwoordde boos«Daar behoeven wij niet
over te spreken. Het is hier alleen de vraag
of je ons gewone leven van weelde wilt voort
zetten en je vader wilt bewaren voor schande
en smaad ofEn je vryage met den graaf
Von Löwenberg je begrijpt, daar komt
toch nooit trouwen van in onze tegenwoordige
omstandigheden".
«Er is een tijd geweest, dat u daarover
anders sprak", merkte Eugenie op.
«Ja, dat is zoo", zei de handelsraad, «maar
als het tij verloopt, verzet men de bakens.
Löwenberg is een rechtschapen jonkman, waar
ik niets op tegen heb. In andere omstandig
heden zou ik zulk een graaf van ouden stam
met genoegen als myn schoonzoon begroet
hebben, maar in onzen noodhij bezit
niemendal, hy moet een vrouw met geld trou
wen en jij Hij naderde zijne dochter en
fluisterde: «Het armste meisje uit de stad
heeft even veel recht, om in dit paleis te wo
nen als jij, Eugenie. Ik bezit niets meer
alles is verloren", en bij deze woorden wrong
hy de handen als een wanhopige. Hij zakte
in zijn leuningstoel neêr.
Eugenie's hart was zoo koud als ijs ge
worden, doch nu greep haar een groote ont
roering aan. «Schep moed, vader", riep zij
hem toe, zonder eigenlijk zelf te weten, wat
ze zei. «En is er dan geen andere uitweg?"
«Neen", antwoordde hy dof.
Het was lang stil in het vertrek. Eugenie
stond in diepe gedachte, maar eindelijk scheen
zy als uit een droom te ontwaken. «Dan
moet het geschieden", zei ze dof.
Waldmann was weer wat bijgekomen.
«Zyt ge ook zeker, vader, dat het offer, dat
ge van mij verlangt, u en mij werkelyk zal
redden vroeg zij met bevende stem, toen zij
weer een poos had nagedacht.
«Dat is alles reeds besproken", antwoordde
Waldmann. «Myn broeder zal tevreden zyn,
met het bezit van zijne jonge vrouw".
«Ah, zoo! En dan zal hij u vermoedelijk
helpen, om uw verloren rijkdommen terug te
winnen".
«Dat staat vast. Hij zal nog minder mijn
verzoek om hulp weigeren, zoodra hij er ook
belang bij krijgt, dat ik veel geld bezit. En....
dan.... Arthur White is een schatrijk man".
«Ge zegt dat zoo bedaard, maar is hy in
derdaad wel rijk?Men gelooft van u ook,
dat ge de rykste groothandelaar van Ham
burg zijt".
«Laat dat maar voor mij over, Eugenie.
Ik heb grondige informatie genomen naar de
firma Harry White Co. Die naam staat
goed aangeschreven in Amerika en zelfs hier
in Hamburg. Daarbij behoort de zaak geheel
alleen toe aan Arthur White. Naar hetgeen
ik van hem gehoord heb, heeft hij plan, om
de zaak te verkoopen en hier in Hamburg
van zijn geld te gaan leven".
Twijfelend schudde Eugenie het hoofd. «Ik
spreek nu op het oogenblik niet voor mij
zeiven of voor mijne toekomst", zei ze, «maar
er komt mij veel verdacht voor. Klinkt 't niet
als een sprookje die broeder, welke plot
seling komt opduiken...." Maar plotseling ver
anderde zij van toon, zij wrong de handen en
snikte: «En my, vader.... hebt ge dan geen
meêlijden of barmhartigheid voor mij, uw
eenig kind O, ik weet wel wat ik doen
moet, om de eer van ons huis te redden, gij
kunt op mij vertrouwen ik zal u redden
ten koste van mijn ziel en zaligheid, maar...."
smeekte zij op hartverscheurenden toon, «is
er dan geen andere uitweg, vader?"
«Neen", antwoordde de vader ijskoud.
«Ja, vader, toch wel", fluisterde Eugenie,
terwijl zij haar vader naderde. «Laten wij
afzien van den ghuis en luister, die ons om
ringt en die ons toch niot toebehoort. Ik weet,
dat het gemis daarvan mij zeer hard zal vallen,
maar.... het geldt hier het geluk van geheel
mijn leven, vader! O, kijk mij toch niet zoo
hard en onbarmhartig aan, ik heb toch
ook een hart. Als ik den man niet kan huwen,
dien ik liefheb, verbind mij dan toch niet met
onverbreekbare ketenen aan den persoon, die
zich uw broeder noemt, want ik haat en ver
acht hem", smeekte ze op hartroerende» toon.
«Ik weet, dat ik geen goede dochter voor u
ben geweest, maar het zal anders worden, ik
beloof het u. Ik wil nood en ontbering met
u doelen, ik wil door handenarbeid voor u
zorgen. Zeg slechts, dat gij dezen uitweg wilt
inslaan cn ik zal u liefhebben en prijzen tot
mijn laatsten snik".
«Zottin riep de handelsraad uit en stootte
haar terug. «Je weet, dat ik niet van zulke
tooneelvertoon ingen houd. Als men opgewon
den is, meent men alles te kunnen missen,
wat men gewoon is...., maar het leven duurt
lang cn de aandoening van een oogenblik is
spoedig vervlogen. Denk je, dat ik nu een
leven van ellende en armoede wil lijdon, na
dat ik vijftig jaren lang in eer en aanzien heil
geweest en alle menschen mij benijd hebben....
Wel voor den duivel!" riep hij woedend uit.
«de gedachte aan zulk een verandering ver
moordt mij reeds. Zou ik de plannen van
mijn geheele leven moeten opofferen voor de
grillen van een zottin Neen, dat nooitJe
volgt mijn wil of....."
«Of?" vroeg Eugenie bevend.
«Of het ga zoo het wil. Maar ik bezweer
je, ik overleef den val van mijn huis niet. Ik
schiet mij een kogel door den kop. Mijn blcétt
kome over jou', omdat je een ouden vader en
jezelve niet hebt willen redden".
Wordt Vervolgd.