't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1621.
Woensdag 29 Augustus 1888.
Zestiende Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
Abonnement
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afaonderlgke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BEBKHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
HELDER, 28 Aug. 1888.
Gedurende het jongste verblijf van
Zr. Ms. stoomschip Johan Willem Friso,
ter reede Texel, zjjn een twintigtal lan
ceeringen gedaan uit de torpedo-kanon
nen. De uitslag dier proeven en oefenin
gen was zeer bevredigend. Slechts één
van de twintig torpedo's bekwam een be
langrijke afwijkiug. De andere negentien
zouden gewis alle op *150 meter afstand,
waarop de schijf verankerd lag, een schip
getroffen hebben. Gelijk bekend is, gaan
de torpedo's bg die proeflanceeringen niet
verloren, indien zij zonder lading worden
geschoten. Nadat de snelheid is uitgeput,
komen zij dan weder aan de oppervlakte
van het water en kan men ze gemakke
lijk opvisschen.
De gouvern.-gener. van Oost-Indië
mr. C. Pijnacker Hordijk en zijn gezin
hebben Zaterdagochtend 's - Gravenhage
verlaten en zijn naar Marseille vertrokken
ter inscheping naar hun bestemming.
De rouw, waarin de familie H. te
Scheveningen is gedompeld door het droe
vig sterfgeval van twee zoons en hun
grootmoeder, kon niet nalaten een diepen
indruk onder de Scheveningsche bevplking
te weeg te brengen. De algemeene deel
neming was dan ook bij de teraardebe
stelling van de overledenen op treffende
wgze zichtbaar.
Een bewoner van de Anjelierstraat
te Amsterdam kreeg Dinsdagavond bezoek
van zijn zoon, die den nacht bij vader
zou doorbrengen. Den daarop volgenden
dag, toen de logé vertrokken was, kwam
de oude man tot de ontdekking dat men
hem f 500 had ontstolen. Hoewel niet ze
ker, rusten er zware vermoedens op den
zoon, dat hij den diefstal zou hebben ge
pleegd of er althans niet vreemd aan is.
Naar men meldt, zou de arrondisse-
ments-rechtbank te 's Hage tegen den ver
dwenen notarisY.... rechtsingang met bevel
tot gevangenneming hebben verleend.
Een behoeftig arbeider, werkzaam in de
ateliers der staatsspoorwegen te Tilburg,
ontving voor een paar dagen de verrassende
mededeeling, dat een zjjner verwanten hem
een legaat had vermaakt van f 2000, die in
Den Haag gedeponeerd waren. De ge
lukkige huisvader stoomde daarheen om
de erfenis te aanvaarden, maar notaris
Visser, die het geld moest uitkeeren, was
verdwenen.
Aan den leu luitenant van het korps
mariniers J. C. J. B. A. De Josselin de
Jong en den korporaal van dat wapen
B. van den Brink, is het Eereteeken
Atjeh 1873/85 toegekend voor deelneming
aan de expeditie.
De miliciens der lichting 1887 zul
len den 13en September a. s. met groot
verlof gezonden worden. Aangezien velen
van hen in het veld weinig werk zullen
vinden, verwacht men algemeen dat er
menigeen zal gevonden worden, die ver
zoeken zullen nog eenige maanden on der
de wapens te mogen bljjven.
Wegens het overigden van den heer
O. T. Bosgra is de verkiezing van een lid
der Tweede Kamer, in het hoofdkies-
distrikt Bergum, bepaald op Dinsdag 18
September, zullende de herstemming, als
die noodig is, geschieden op Dinsdag 2
October.
Te Yianen zijn ook valsche gouden
tientjes in omloop gebracht. Dezer dagen
deed zich hiermede een eigenaardig geval
voor.
Een heer had een zijner arbeiders zulk
een gouden tientje, niet wetende dat 't
valsch was, in betaling gegeven. Deze
begaf er zich mede naar een winkelier,
deed er eenige inkoopen en gaf het geld
stuk daar ter inwisseling; toevallig kwam
eenige oogenblikken later de meid van
bovengenoemden heer om een bankbiljet
van f 25 te wisselen. De winkelier gat
onder meer ook het bewuste gouden tien
tje in betaling. Toen de meid daarmede
thuis kwam, bemerkte de heer eerst dat
het valsch was en stuurde oogenblikkelijk
de meid er mede naar den winkelier te
rug; deze liet het op zjjn beurt naar den
arbeider brengen, die het, tot niet geringe
verbazfng van onzen heer, aan den eer
sten eigenaar weer ter hand stelde. Eu
zoo kwam het kalf weer bg zijn grootje,
zegt de Arnh. Ctt.
Men schrijft uit Zuid-Beveland
Het jaar 1888 zal, zoowel als 1879,
lang in heugenis blijven als een jaar van
misgewas en ramp. De toekomst is waar-
lgk voor velen aller ougunstigst. Aard
appelen zullen er niet zijn en evenals in
1879, zullen zij uit Saksen moeten worden
ingevoerd. Bepaalde zich het bederf aan
vankelijk tot de zomeraardappels, thans
is het ook overgeslagen tot de winter-
soorten en zoo snel verspreidt het zich,
dat het rooien welhaast de moeite niet
meer loonen zal. De suikerpenen, een
der voornaamste vruchten voor den land
bouwer, zullen dooreen geen half gewas
opleveren. En de veldarbeider heeft door
het langdurige regenachtig weder nog
slechts weinig verdiend, zoodat hij niet
in staat is de kleine schulden af te doen,
die hg gewoonlijk met »Goese mart" be
taalt, terwijl hg door het mislukken van
den aardappelenoogst een zorgvollen win
ter tegemoet gaat. Gewis heeft de phi-
lantropie een uitgebreid veld voor zich in
den a. s. winter en het is te hopen, dat
de gegoeden hier en elders al het mogelijke
zullen doen om nood en ellende te lenigen.
Berri-berri.
Bij koninklijk besluit van 23 dezer is aan
een staatscommissie opgedragen, zoowel uit
een geneeskundig als uit een militair oogpunt
te onderzoeken, welke nieuwe middelen kunneu
worden te baat genomen om de berri-berri-
ziekte te bestrijden en hare nadeelige gevolgen
voor het Indische leger zooveel mogelijk op te
heffen of althans te lenigen. In die commissie
£?jn benoemd
tot lid en voorzitter dr. Th. H. Mac Gil-
lavry, hoogleeraar in de faculteit der genees
kunde aan 's rijks Universiteit te Leiden
tot leden de heeren
W. F. Braun, majoor der infanterie van het
leger in Nederlandsch-Indië, met verlof hier
te lande
A. Cochius, gepensionneerd kolonel, oud
chef van den geneeskundigen dienst bij het
leger in Nederlaudseh-Indië
A. van der Eist, dirigeerend officier van ge-
de klasse bij het leger in Ne-
zondheid der 2de klasse bij
derlandsch-Indië, met verlof alhier te lande
G. J. H. Furnee, oud-officier van gezond
heid der 2de klasse bij het leger in Neder
landsch-Indië, praktizeerend arts te Meern,
provincie Utrecht
J. O. Harthoorn, dirigeerend officier van
gezondheid der 2de klasse van de Koninklijke
Nederlandsche marine
dr. F. J. van Leent, schout-bij-nacht, in
specteur van den geneeskundigen dienst der
Koninklijke Nederlandsche Marine
J. A. Lodewijks, oud-officier van gezondheid
der 2de klasse by het leger in Nederlandsch-
Indië, praktizeerend arts te Haarlem
dr. C. A. Pekelharing, hoogleeraar in de
faculteit der geneeskunde aan 's ryks Univer
siteit te Utrecht
dr. J. J. W. E. van Riemsdijk, gepension
neerd kolonel, oud-chef van den geneeskundi
gen dienst van het leger in Nederlandsch-Indië
jhr. J. H. P. von Schmidt auf Altenstadt,
gepensionneerd kapitein ter zee van de Ko
ninklijke Nederlandsche Marine en
A. J. J. Staal, majoor der genie van het
leger in Nederlandsch-Indië, met verlof in
Nederland
en tot lid en secretaris de heer J. I. de
Rochemont, gepensionneerd luitenant-kolonel
der artillerie van het leger in Nederlandsch-
Indië.
Te Pu$ (L.) is door den rijksveld
wachter geverbaliseerd tegeen zekeren
Rethen en huisvrouw, die in den morgen
van 23 dezer om 5 uur hunne woning
verlieten en hun 9-jarig zoontje aan een
boom in een weide hadden vastgebonden,
waar het kind, schreiende van honger,
'8 namiddags om 3 uur werd gevonden.
Door de politie ondervraagd, verklaarden
de ouders het kind niet naar hun werk
te kunnen medenemen, maar steeds aan
een boom vast te bmden om, zoo voegden
zij er bjj, dit ook te zullen big ven doen#
Men meldt uit Vaals
De Nederlandsche, in vereeniging met
de Duitsche politie, is er in geslaagd den
koetsier te achterhalen, die de vier per
sonen gereden heeft, welke den rijksamb
tenaar Crijns te Vaals, terwijl deze het
rijtuig wilde visiteeren, gruwzaam mis
handelden. Men hoopt nu ook spoedig de
daders op het spoor te komen,
De luchtreizigers, die met den ballon der
genie in de Noordzee terechtgekomen, en, door
een Engelsche stoomboot gered, te Duinkerken
aan land gezet zijn, werden Woensdagavond, te
8 uur met den sneltrein van Calais te Brussel
aangekomen, met groote geestdrift door een aan
tal vrienden en belangstellenden ontvangen. Van
het reisverhaal, door luitenant Croy aan zijne
vrienden gedaan, geeft de Antwerpsche „Koop
handel" het volgende verslag.
Niets had doen veronderstellen, dat de ballon
zich in de richting der zee zou begeven hebben-
Vooraf waren proefballons opgelaten, die eerst
naar het noorden trokken, doch hooger gekomen,
in oostelijke richting, dat is "te zeggen naar
Duitschland, dreven.
Het vertrek had plaats Maandagnacht, rond
12 uur.
De luchtbal bleef zeer laag en dreef over de
stad in de richting van het „Noordkasteel."
Tweemaal dreef men over de 8cheldeop de
hoogte van het „Noordkasteel" en op de hoogte
van het fort „Rith."
Boven het eiland Walcheren waarschijnlijk
door het keeren van den wind dachten de
luchtreizigers dat zij naar het oosten dreven,
terwijl zij volop op weg waren naar het noorden.
Zij ontwaarden eensklaps de vuurtorens, die de
gevaarlijke punten der kust en van den grooten
stroom aanduiden.
Het was toen half drie. De ballon dreef als
dan zeer laag. Zij bemerkten de lichten van een
visschersboot, van welke men hun toeriep dat zij
op zee waren.
Dadelijk wierpen zij ballast uit, hopende in
een luchtstroom te geraken, die hen terng naar
land voeren zou.
Rond 4 uur, toen het dag begon te worden,
daalden zij opnieuw, en wel zoodanig, dat de
mand het water raakte.
Zij wierpen zoo weinig mogelijk ballast uit, om
het gunstig oogenblik te kunnen afwachten, dat
het eene of andere vaartuig hen zou kunnen op
nemen.
Rond 6 uur kregen zij een groote visschers-
sloep in het zicht. De sloep moet den ballon
gezien hebben, doch zij verdween met volle
zeilen.
De luchtreizigers, die begonnen te wanhopen,
wierpen alsdan al hunnen ballast en zelfs het
anker in zeede luchtbal, aanzienlijk verlicht,
klom opnieuw tot een hoogte van 2000 meter.
Alvorens tot dit laatste redmiddel over te gaan,
was de heer Toulet op de gedachte gekomen een
bijzonder anker te vervaardigen, een dekzeil, han
gende aan een koord.
En dit dekzeil, eens in het water hangende,
deed volkomen het effect van een scheepsanker.
Men was verplicht het koord door te snijden,
toen men de visscherssloep in volle zee zag ver
dwijnen.
De in nood verkeerende luchtreizigers waren ge
noodzaakt meest al de wetenschappellijke toe
stellen over boord te werpen.
Rond 7 uur zagen zij, komende uit het noor
den, een streep rook opdagenzonder twijfel een
stoomboot
De luchtreizigers kregen een weinig hoop.
Toulet trok de veiligheidsklep open, en de ballon
begon te dalen. Men bevond zich op honderd
twaalf mijlen van Zieriksee.
De steamer naderde met vollen stoom, in de
riohting waar de ballon gedaald was, welke op
de vrij holle zee danste-
De stoomboot liep met een snelheid van negen
mijlen per uur. Op een honderdtal meter van
den ballon, werd een reddingsboot in zee gelaten,
bemand door vier matrozen.
Het was hoog tijd. De mand had tot boot
gedienddech degenen die er zich in bevonden,
waren uitgeput van krachten. M. Croy, de eeni
ge der luchtreizigers die zwemmen kon, had zijn
uniform in zee geworpen en enkel nog zijn on
derbroek behoudenhij hield zich gereed om
zijn reisgezellen ter hulp te komen.
M. Croy bad groote koude en leed daaren
boven aan zeeziekte. M. Mahauden, uitgeput
van vermoeienis, had half het bewustzijn verloren-
Toulet, alhoewel gewoon aan allerhande ontroe
ringen, begon te verzwakken en het hoofd te ver
liezen.
De roeiboot was nabij gekomendoch de groot
ste voorzorgen moesten nu genomen worden om
uit de mand in de reddingsboot te geraken
alle drie tegelijk verlieten de mand. De lucht
bal, ontlast van het gewicht van drie mannen,
steeg opnieuw de hoogte in, en met vreugde liet
men hem vertrekken naar onbekende oorden.
Men bevond zich op dit oogenblik op 52 gr.
42 min. noorderbreedte en 3 gr. 13 min. wester
lengte (middaglijn van Greenwich.)
Zij werden met de grootste gulhartigheid ont
vangen en verzorgd aan boord van de Engelsche
stoomboot „Warrior," kapitein Cave, geladen met
graan, gaande van St.-Petersburg naar Duinker
ken. De kapitein, evenals de minste kajuitsjongen,
deed al wat mogelijk was om de geredden ten
dienste te staan. Eerst Donderdagmorgen na
zes en-dertig uren op de Btoomboot doorgebracht
te hebben kwamen de luebtrcizigers te Duin
kerken aan.
Alvorens de haven binnen te varen, had de
„Warrior" reeds signalen gegeven, waarop men
van den seintoren geantwoord had. Zoo komt
het dat de tijding hunner redding per telegram
naar België verzonden werd, alvorens onze land-
genooten aan land gestapt waren.
„Wanneer de kinderen groot zgn!"
Wat al plannen worden er tegen dien
tgd in menig gezin beraamd!
Wanneer de kinderen groot zijn!'
Dan zal vader dit en moeder zal dat.
Meestal loopen die plannen uit op een
rustigen ouden dag voor de ouders, in den
kring eener talrijke familie.
We weten echter, hoe treurig de dich
ter zoo'n mooi plannetje laat afloopen:
De kinderen werden grooter
Maar moeder lei in 't graf.
Of een ander nog, die er van maakte
De kinderen werden grooter
En trapten hun moeder op 't hart
Ja, het leven bewaart heel wat teleur
stellingen in zgn schoot, voor menigeen.
Een jonge dochter te Amsterdam, die
den huwbaren leeftgd had bereikt en de
trots der familie was, kon zich niet schik
ken in de wenschen, die moeder voor
haar koesterde en volgde haar eigen hoofd
je in de keus van een echtvriend, die,
naar het oordeel der moeder, beneden haar
in stand was. Veel moeielijkheden waren
er uit die eigenzinnigheid reeds voortge
sproten, maar des ondanks bleef het meisje
bij haar keus en volgde den jongen man
naar het echtaltaar.
Voor een oogenblik schenen alle zorgen
vergeten. De jonge bruid straalde van
geluk en van voldoening, toen zij in het
rijtuig naast haar bruigom zat. In de
Jan Van der Heijdenstraat nam het geluk
echter een keer; daar stond de moeder
om haar dochter op te wachten, en nau
welijks had zg haar in 't oog, of zij vloog
op haar toe en rukte haarden jonkvrou
welijken sluier van het hoofd.
Blijkbaar was de vrouw geheel van
streek en wond zg zich zoo op, dat zg
eindelijk bewusteloos moest worden weg
gedragen. Voor het jonge paar was de
vreugde van den dag echter geheel ver
stoord. Snikkend zocht de bruid te mid
den der opgewonden menigte een goed
heenkomen om zeker nog lang hierna in
het voorgevallene aanleiding te vinden om
met haar echtvriend bespiegelingen te
houden over het kortstondige en wissel
vallige van alle aardsche vreugd.
Een noodlottig ongeluk heeft plaats
gehad in een fabriek op een eiland bjj
Neenah, Wisconsiu, (Vereenigde Staten).
Aldaar zgn de stoomketels gesprongen,
op het oogenblik dat er 50 arbeiders en
een paar honderd bezoekers waren. De
muren van het gebouw vlogen in stukken
rond. 18 personen werden onmiddellijk
gedood, 7 bekwamen gevaarlijke wonden
en vele anderen werden minder ernstig
gekwetst.
Volgens bericht uit Orenburg, zgn
aldaar meer dan duizend huizen, grooten-
deels door handwerkslieden en arbeiders
bewoond, door brand vernield en zgn
ongeveer 10,000 personen van dak beroofd.
Op Staten-eiland bg New-York wor
den tegenwoordig in de open lucht voor
stellingen gegeven van een groot spek-
stakelstuk, „Nero, of de ondergang van
Rome."
Niet minder dan 4 hektarenj gronds
worden bezet met prachtige huizen, pa
leizen, torens, muren enz.; daaronder zgn
een aantal vuurvaste gebouwen, welke
eiken avond in lichte laaie staan, maar
even snel weder in de oude pracht uit
hun asch herrjjzen.
Niet minder dan 2000 personen Bemen
aan de vertooning deel. Het koor bestaat
uit 500 personen, en 1000 danseressen
luisteren de voorstelling op. De indruk,
door het schouwspel der brandende stad
gemaakt, moet overweldigend zgn.
Of de onderneming veel voordeel zal
opleveren is nog niet zeker, want om de
kosten te dekken moeten er eiken avond
gemiddeld 15,000 toeschouwers wezen. In-
tusschen tracht de Amerikaansche reclame
de kjjklustigen uit alle oorden des lands
naar Staten-eiland te trekken.
Een rjjke juffrouw, Nathilde Rosen-
feld genaamd, die te Moskou verscheiden
huizen bezat en. daarin aan de nihilisten
vroeger wel eens gastvrijheid verleende,
werd verleden week vermoord in haar
kelder gevonden. Daar zij in den laat-
sten tgd onder verdenking lag van drie
harer voormalige vrienden aan de Mos-
kouwsche politie verraden te hebben, heeft
men hier meer dan waarschijnlijk met een
nihilistische wraakneming tê doen. Uit
de woning der vermoorde werd niets ver
mist dan haar particuliere corresponden
tie en een som van 30,000 roebels aan
baar geld.
Bg het binnenkomen van de haven
van San Francisco, heeft het stoomschip
Oceanic de stoomboot City of CheBter
in den grond gevaren. Laatstgenoemd vaar
tuig zonk onmiddellijk en men weet zeker,
dat vjjftien man daarop verdronken zgn.
Vermoedelijk echter is het verlies van
menschenlevens nog grooter.
lij de aanvaring in de haven van San
Francisco zgn, volgens een nader bericht,
34 personen verdronken.
Vergadering v. d. Raad der gemeente Texel,
op Vrijdag 24 Augustus 1888.
Afwezig de heer A. P. Koorn, met kennis
geving.
De Voorzitter opent de Vergadering.
De notulen der vorige vergadering worden
gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter doet mededeeling van eenige
zaken, die in de vorige vergadering zijn be
handeld en welke aan burgemeester en wet
houders waren opgedragen.
Ie deelt hij mede dat de sloot naast het
perceel van S. Koning goed is schoongemaakt
en meent, dat hierover geen klachten meer
zullen komen.
2e dat hij een onderzoek heeft ingesteld
naar den toestand der straat te Oude Schild
en dat hij het gedeelte dat vernieuwd moet
worden, heeft opgemeten en aan een metse
laar heeft opgedragen dit zoo spoedig mogelijk
te herstellen.
Ten 3e heeft hij onderzocht, of het wen-
schelyk is en of het zonder gevaar voor ry-
tuigen kan rgeschieden, om lantaarns op den
dijk te plaatsen, tusschen de haven en het
dorp. Hij meent dat dit gevaarlijk is en acht
het wenschelijker langs de dijksloot een af-
heining te maken met ijzerdraad.
De heer W. Mets zegt, dat dit het trekken
van waterbooten langs die sloot zeer zou be-
moeielijken en acht het wenschelijker de lan
taarn bij de smederij den geheelen nacht te
laten branden.
De heer C. Zijm maakt de opmerking, dat
zeezand (wat voor de bestrating te Oude
Schild zou worden gebruikt) ondoelmatig is,
daar dit bij nat weder of door schrobben tus
schen de steenen uitraakt. Tevens meent hij
dat een geheele vernieuwing der straat nood
zakelijk is.
De Voorzitter zegt, dat dit niet noodzakelijk
is en dat dit ook niet kan, omdat er rekening
met het toegestane bedrag moet worden ge
houden.
Omtrent de bruikbaarheid van zeezand zal
hij een onderzoek instellen.
De voorzitter deelt mede dat de heer Bos
man een lantaarn zal doen ophangen aan de
daarvoor bestemde haak bij de aanlegplaats
der stoomboot, doch dat hij op het verzoek
om de boot 10 minuten eerder te doen ver
trekken geantwoord heeft, dat dit met te veel
moeielijkheden gepaard gaat, maar beloofd
heeft, met het in werking treden van den win-
terdienst voor de spoorwegen, aan-de directie
te verzoeken den trein eenige minuten later te
doen vertrekken.
De heer C. P. Keijser meent, dat de be
zwaren van den heer Bosman ongegrond zijn,
en betreurt het dat onze belangen door den
heer Bosman zoo weinig worden begrepen.
Tevens wenscht hij dat de Raad zich officieel
tot den heer Bosman zal wenden tot herhaling
van dit verzoek. Hiertoe wordt besloten.
De heer A. Dros meent ook, dat de be
zwaren van den heer Bosman ongegrond zyn.
De heer W. Mets zegt, dat het bestuurder
posterijen geen bezwaren tegen het vroegere
vertrek der booten heeft, doch alleen verzoekt
bij mogelijke tclaatkoming der post deze af te
wachten.
De Voorzitter doet mededeeling van eenige
circulaires en ingekomen stukken, welke voor
kennisgeving worden aangenomen.
De Voorzitter stelt aan de orde de rekenin
gen der gemeente, het algemeen weeshuis, het
algemeen armbestuur en de beleenbank, welke
door de daarvoor benoemde commissie zyn on
derzocht.
Bij monde van den heer A. Dros wordt
hierover rapport uitgebracht, waaruit blijkt
dat ze allen in orde zijn bevonden.
De Voorzitter stelt voor ze allen goed te
keuren. Hiertoe wordt besloten.
De Voorzitter bedankt de commissie voor
haar onderzoek.
De Voorzitter biedt aan de Raad de be
grooting voor het dienstjaar 1889, en stelt
voor tot het onderzoek een commissie te be
noemen. Hiertoe worden benoemd de heeren
C. P. Keijser, G. K. Brouwer en Jb. Jbz.
Roeper.
De Voorzitter deelt mede dat 2 zetters der
Ryks directe belasting moeten aftreden, en 2
anderen moeten worden voorgedragen aan
Heeren Gedeputeerde Staten. De aftredende
leden zyn de heeren D. Pz. Witte en H. Bruin*