't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1635.
Woensdag 17 October 1888.
Zestiende Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
FEUILLETON.
ELE0N0RE.
Abonnement
per 8 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afzonderlgke nummers 2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Buraaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Advertentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGS MORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
HELDER, 16 Oet. 1888.
Z. M. de Koning heeft aan de Ned.
Heide -Maatschappij, als blijk van Hds.
belangstelling, een gift van f 25,000 ge
schonken.
Vlieland 14 Oct. Een binnenko
mende schooner is op de Noordvaarder
geraakt en daar geheel verbrijzeld. Nadere
bijzonderheden omtrent de bemanning
enz., zijn nog onbekend. Sleepbooten en
reddingsboot zijn naar de strandingsplaats
vertrokken.
De bemanning zit in bet want.
Later bericht. De reddingsboot is bij
het wrak geweest, doch het schip is ge
heel verloren en de equipage verdronken.
Vlieland, 14 Oct. Alhier is aange
dreven een klein wrak, vermoedelijk een
visschersvaartuig en 29 eiken dwarsleg-
gers, merk GPS.
De 10de jaarcollecte voor de scholen
m/d Bijbel heeft opgebracht f 80.966.35,
behalve de nagiften; het totaal bedraagt
omstreeks f90.000.
In den tweeden wedstrijd, door bet
College Zeemanshoop te Amsterdam uit
geschreven voor de best gehouden kom
pasjournalen, is de gouden medaille behaald
door den heer J. H. Mejjer, gezagvoerder
van het stoomschip Erasmus"; de zilve
ren medaille door den heer C. Rade maker
van het stoomschip Prins Willem I", en
de bronzen medaille door den heer H.
Sluiter, van't stoomschip Prins Maurits".
Dat de nieuwbenoemde gouverneur-
generaal, de beer Pijnacker Hordijk, zich
met een traktement van f 11,000 's maands
tevreden beeft gesteld, zal minder ver
wondering wekken, als men er bij weet,
dat hem een pensioen van f 8000 en aan
zgn weduwe een van f 4000 is verzekerd,
terwjjl bet eerste tot nog toe f 6000 be
droeg en het tweede in het geheel niet
aan de betrekking van landvoogd was
verbonden. Het is nog de vraag of de
Staten-Generaal met die voorwaarden ge
noegen zullen nemen het weduwenpen-
sioen vooral is zonderling, daar dit hier
alleen wordt toegekend wanneer aan het
fonds is bjjgedragen, hetgeen indertgd
den gouverneur-generaal Mijer werd ge
weigerd, en het in Holland niet bestaat.
De laatste berichten van den Atjeh-
correspondent der Locomotief zijn niet
opwekkend. Behalve klachten over droogte,
kleingeestigheden in den dienst, gebrek
aan jjs, bevat de brief de mededeeling,
dat de Atjehers eiken nacht bg hoopen
binnen de liuie dringen en de telephoon-
draden en palen vernielen, en dat zij tot
twee malen toe hebben getracht door
ondergraving van de rails de stoomtram
te doen derailleeren. Gelukkig werd nog
bgtjjds die nieuwigheid ontdekt. Een
gewapende bende stond anders klaar om
de gederailleerde wagens te overvallen en
zelfs tot op vijf passen van de rails durf
den de vijanden te naderen. Brutaler
kan het niet, zegt de schrijver.
Naar het U. D. verneemt is dezer
dagen de heer U. v. S. t. H., te Utrecht,
in zgn woning aangehouden en naar de
cel overgebracht, als verdacht van valsch-
heid in geschriften en verduistering van
gelden, ten nadeele van de Blinden werk
inrichting aldaar.
Omtrent deze zaak schrijft men aan het
Politienieuws uit UtrechtSedert eenigen
tijd liepen alhier voor den heer baron S.
thoe H. zeer booze geruchten en wist
men zelfs te vertellen, dat hg zich in
zijne betrekking van penningmeester
eener instelling van liefdadigheid zooverre
zoude moeten hebben vergeten, dat de
justitie zich in de zaak had gemengd en
reeds een onderzoek had bevolen. Toen
werd nog door velen aan de geloofwaar
digheid der geruchten getwijfeld, tot dat
genoemde heer jl. Woensdagavond onver
wachts in zijn woning werd gevangen
genomen en naar de cel overgebracht.
Welke feiten hem eigenlijk ten laste
worden gelegd, is nog niet met zekerheid
bekend; wel spreekt men van valschheid
in geschriften en verduistering van gel
den, doch dit eischt nadere bevestiging
om als waar te kunnen worden aange
nomen.
Een twist met hoogst ernstigen af
loop, heeft Donderdagmiddag plaats gehad
in het Klaverbladhofje, aan de Zuid-
Oostbuitensingel te 's-Gravenhage.
Een daar wonend metselaar J., bijge-
naamd x>de dakduivel", kreeg woorden
met een bewoner van hetzelfde hofje en
wierp dezen ten slotte een flesch met
zoutzuur, een zeer gevaarlijk bjjtend vocht,
in het aangezicht. Woedend van pijn
bracht hierop degeen, die het vocht in
het gelaat gekregen had, den metselaar
met een broodmes een lange en diepe
snede over het aangezicht toe.
Hevig bloedende werd de metselaar
voorloopig aan het politiebureau aan de
Nieuwe Haven door dr. Heymans ver
bonden en moest daarna per raderbaar
naar het ziekenhuis worden overgebracht.
Ook de andere persoon, die een ge
deelte van de vloeistof in het linkeroog
gekregen en op het lichaam brandwon
den bekomen had, werd naar het zieken
huis gebracht.
De politie nam het broodmes en de
gebroken flesch in beslag.
Een treurige strafzaak is Donderdag
voor de rechtbank te Amsterdam behan
deld. Een betaalmeester van de Kon.
Ned. Stoombootmaatschappij stond terecht
wegens valschheid in geschriften. Hg
had op de werkbriefjes der sjouwers de
cijfers van de uren vervalscbt en daarvoor
f 40,50 meer dan hg uitkeerde in rekening
gebracht en ontvangen. Bg de ontdek
king bekende hg, dergelgke oneerlijkheid
reeds lang te hebben bedreven en aldus
ongeveer f 10,000 te hebben verduisterd.
Daar de feiten echter niet meer te be
wijzen waren, stond hij enkel terecht
voor het laatste feit en werd tegen hem
oplegging eener gevangenisstraf van 2
jaren geëischt.
Te Sneek tracht men een Vereeni-
ging tot stand te brengen, wier leden
tegen het betalen van een betrekkelijk ge
ringe jaarlgksche contributie in de gele
genheid zullen worden gesteld van alles,
wat er in hunne woonplaats het geheele
jaar door op het gebied van uitspanning
en kunst valt te genieten, tegen een matig
entreegeld te kunnen genieten.
Te Dordrecht is Vrijdagmiddag uit
de Nieuwe Haven het lijk opgehaald van
den vermisten loods Krijn de Kievit, uit
Hellevoetsluis. De man had den 4en
October jl. bet Nederlandscbe stoomschip
Alblasserdam, van Riga binnengekomen,
naar Dordrecht overgebracht en moet al
daar in den avond van dien dag op nood
lottige wijze te water zjjn geraakt en ver
dronken. Hg was zeer bgziende.
Naar men verneemt, is te Berlijn
een belangrijke overeenkomst gesloten
tusschen de firma Siemens en Halske al
daar en de heeren M. G. van den Bos, te
en B. Janse Johz., te 's-Gravenhage.
Deze overeenkomst betreft het vervaar
digen en exploiteeren in den meest uit-
gebreiden zin door de firma Siemens en
Halske van een kompas, waarvan de rich
tingskracht op geheel andere natuurwetten
dan die van het magnetisch kompas berust.
Van dit kompas is de beer B. Janse
Johz. eigenaar en de beer M. G. van den
Bos uitvinder.
Theorie in practijk!
Professor Bnys Ballot wandelde eens
met een vriend door een groote weide
naar een verafgelegen dorp in Gelderland.
Zjj hadden nog niet ver geloopen, toen
zij een boer ontmoetten, die zijn kudde
schapen naar huis dreef; dit bevreemde
den professor, daar het nog vroeg op den
middag was, en hij vroeg den boer waar
om hg dit deed.
Wel, antwoordde deze, we krggen da
delijk een flinke bui, en ik wou mijn dieren
graag vóór dien tijd binnen hebben.
Wel neen, zegt de professor, het lijkt
er niet naar, het ziet er niet eens naar
regen uit, en we krggen dien van daag ook
niet meer.
Nu, zegt de boer, ik verzeker u, voor
een half uur verloopen is, regent het dat
het giet, en ik zou u maar aanraden
dadelijk terug te gaan.
Hoofdschuddend over de eigenwijsheid
van den boer gaat de beroemde weerkun
dige verder. Werkelijk hadden ze nog
geen half uur geloopen, of de lucht betrok
en binnen het half uur regende het dat
het goot. Er zat voor de vrienden niets
anders op dan spoedig terug te keeren,
en na een uur kwamen ze druipnat in 't
dorp aan, waar de eerste dien ze zagen
de boer was, die rustig in zijn deur een
pijpje stond te rooken.
Wel, vraagt de professor, je hebt gelijk
gehad, maar zeg me nu eens, hoe je dat
zoo wist?
Heel eenvoudig, antwoordt de boer, en
hij wees naar de schuur, ziet u daar dat
zwarte ram, nu, als dat dier met zijn
voor den wind gaat staan, dan komt er
gauw regenwij hebben hier op het land
geen barometers of zoo iets noodig.
Een zeer nuttig toestel begint op
de Fransche spoorwegen in gebruik te
komen, nl. een wijzerplaat, waarop in
eiken wagen de namen der stations ach
tereenvolgens bg de aankomst worden
aangewezen. De hoofd-conducteur brengt
in zijn wagen telkens een electrischen
stroom in beweging, waardoor de wijzer
verspringt.
Dit is het ei van Columbus voor de
spoorwegreizigers, die, öf niet gewaar
schuwd worden, zooals in Amerika, öf het
onverstaanbaar afroepen van de stations
namen niet begrgpen.
Keizer Wilhelm van Duitschland is
thans te Rome. Donderdagmiddag om 4 uur
stoomde de keizerlijke trein het station
der eeuwige stad binnen, waar koning
Humbert met een groot aantal hoog-
waardigheidsbekleeders gereed stond zijn
gasten te verwelkomen. De begroeting
der beide vorsten was zeer hartelg k. De
aan bet station verzamelde menigte liet
stormachtige hoerah's booren en door een
dicht opgehoopte mensohenmassa reed de
keizer aan de zijde van den Italiaanscben
koning naar bet Quirinaal. Toen keizer
Wilhelm en koning Humbert het Quirinaal
bereikten, begon het kanongebulder. De
keizerlijke trein was voorafgegaan door
een afzonderlijke locomotief, welke de
aankomst van den trein mededeelde.
De stad is allerwegen versierd. De weg,
welken de keizerlijke stoet moest volgen,
was met geel zand bestrooid. Op het station
wapperde de Duitscbe vlag. Het baldakijn,
dat op het perron is opgericht, is voorzien
van bet Italiaansche en het Duitsche wa
pen, omgeven door een lauwerkrans, en
tal van witte, roode en groene rozen.
Vrijdag heeft het bezoek van keizer Wil
helm aan den Paus plaats gehad, nadat
eerstgenoemde vooraf bet dejeuner bg den
Pruisischen gezant, Von Schlözer, gebruikt
heeft.
Een paar Belgische werktuigkundi
gen hebben een water-velocipède van
nieuwen vorm uitgevondeneen driewie
ler met gomelastieke randen om de wielen.
Men moet daarop zeer gemakkelijk over
het water gigden. De uitvinders namen
te Brussel welgeslaagde proeven en zullen
eerstdaags op zee gaan wielrgden. Er is
zelfs sprake van een velocipède-toehtje
over het kanaal van Calais naar Dover.
Dokter Tanner, de uitvinder der
»verhongerings-voorstellingenc, begint nu
een reeks gevaarlijker proefnemingen. Hg
beweert namelijk dat vele menschen levend
begraven worden, doordat men ze te snel
onder de aarde stopt, en hg wil bewijzen
dat de mensch, na een behoorlijke voor
bereiding, even goed geruimen tijd zonder
voedsel en lucht in een gesloten ruimte
kan doorbrengen, >als beren, marmotten
en andere dieren".
Weldra zal de dokter* aan de ver
baasde wereld het voorbeeld doen zien van
iemand, die na 40 dagen lang geen voed
sel over zgn lippen te hebben gehad, zich
in een luchtdichte en verzegelde kist laat
begraven, om na geruimen tgd weder le
vend naar boven te worden gehaald.
H ERFS T.
Hoort gij dien storm
Natuur buigt voor zijn almacht neer,
Het Leven keert ten doode weer
Bij stof en worm.
Hoort gij dat lied
Het is der vooglcn afscheidsgroet,
Die de echo luid weerschallen doet:
«jV ergeet-mij-niet
Zij trekken heen
Naar warmer lucht en schooner oord,
Waar niets hun zoet geluk verstoort.
Ach! zij alleen!
o
Welk menschenhart
Heeft niet den levensstorm gekend,
En houdt niet 't oog onafgewond
Op leed en smart.
o
O, 't lot is wreed
Het heèfc de bloemen niet gespaard
Aan 't Ouderhart zoo lief en waard,
Die 't nöeit vergeet...
Zwijg Gode stil!
En vraagt niet of een moeder klaagt
Als Hij haar steun en liev'ling vraagt.
Het is Gods wil!
Aan ons de strijd,
De moeite en zorg om 't kort bestaan,
De zielesmart en bittre traan
Van 't hart dat lijdt.
o
Aan ons de vreugd
Dat elk verwinnen 't harte 3chenkt,
En 't heerlijk doel dat ginds ons wenkt
.Met heilgeneucht.
Een korten tijd.
En aan het einde van dc baan
Want wat uit God is blijft bestaan
Wacht Rust na Strijd.
Hoort gij dien storm
De Christen voedt geen twgfel meer,
wHet doode keert ten leven weer,
In schooner vorm.
Schoonhoven. F. H. VAN LEENT.
(Overgenomen uit het Rotterdamsch
Nieuwsblad
Marine en Leger.
Bij de bataljons infanterie te Leiden wordt, op
last van hooger hand, een proef genomen met
verduurzaamde levensmiddelen, welke gedurende
eenige jaren in een onzer forten opgelegd zijn
geweest.
Naar het Duitseh van E. WERNER.
24).
Gedurende een oogenblik maakte zich een
sprakelooze verbazing van de menigte mees
ter, die zich weldra in een stormachtigen
juichkreet oploste. Niemand wist zich den
samenhang te verklaren, doch daar stond hij,
de aanvoerder dien men redden wilde, vrij,
van zijn banden outdaan, en de jonge slot
heer, dien men gewoon was in de rijen der
vijanden te zoeken, stond nevens den bevrijde,
met den degen in de handHet instinct
zeide het volk, dat hij zijn redder was.
Het koene waagstuk was den beiden mannen
inderdaad boven verwachting gelukt, want de
Denen waanden zich volkomen meester van
het slot en verwachtten niets minder dan een
aanval van deze zijde. De officier had zijne
manschappen moeten verdeelen, om de beide
ingangen te bezetten. Bij de hoofddeur had
hij slechts één enkelen schildwacht gesteld,
terwijl hg zelf de verdediging van uit een
vertrek op de beneden-verdieping leidde en
uit de vensters liet vuren. De beide mannen
hadden den toestand met een oogwenk over
zien. Hellmut wierp met groote tegenwoor
digheid van geest de deur dicht en grendelde
haar; toen hg zich omkeerde, lag de schild
wacht reeds op den grond, terwijl zgn wape
nen in de handen van Arnulf waren overge
gaan. Het gelukte hun verder in weinige
minuten de buitendeur te openen, waarop zij
weldra door de jubelende menigte omstuwd
waren, die als een ontketende stroom het slot
binnen drong. Eer de Denen in staat waren
de deur te sluiten, was het reeds te laat en
zagen zij in, dat het slot al in de maeht der
boeren was. Zij zagen, dat allen tegenstand
nutteloos was en gaven zich daarop, evenals
hunne te hulp snellende kameraden, na een
kort verzet over.
Dit alles had in den morgen plaats gegre
pen, nu was het reeds laat in den middag,.de
avond viel en daarbuiten woedde de storm on
verminderd voort, terwijl men zich binnen
beijverde om het slot in staat van tegenweer
stellen. Na hetgeen had plaats gegrepen, bleef
er niets anders over, dan de militaire hulp,
die de vlootvoogd uit de stad ontboden had en
die ieder uur verwacht kon worden, den toe
gang gewelddadig te weigeren..
Mansfeld was reeds vroeger bevestigd ge
worden, het kon het met zijne muren en
grachten altijd wel eenigen tijd uithouden, in
dien het met kracht en beleid verdedigd werd,
en een gedeelte der jeugdige dorpsbewoners
had zich vrijwillig aangeboden om in 't slot
te blijven, teneinde bg de verdediging behulp
zaam te zijn.
Het anders zoo vreedzame heerenhuis had
plotseling een krijgshaftig aanzien gekregen.
Uit de jachtkamer van den ouden baron wa
ren de geweren en hartsvangers te voorschijn
gehaald en wat overigens nog als wapen dienst
kon doen, werd gretig benuttigd, de ingangen
werden gesloten, posten uitgesteld, kortom het
ging geheel toe als in een belegerde vesting,
daar men, als de Denen aanrukten, naar alle
waarschijnlijkheid een belegering had te door
staan.
Baron Mansfeld stond in de groote zaal op
de benedenverdieping, die op het terras en de
zee uitzag, en gaf den achtergebleven boeren
zijn bevelen, toen Arnulf Jansen binnentrad.
Deze bleef bg de deur staan en zag zwggend,
doch met opeengeklemde lippen, hoe zijn land-
genooten, wier aanvoerder hij tot nu toe uit
sluitend geweest was, zich om den jeugdigen
slotheer schaarden en diens bevelen ontvingen
op dit oogenblik werd Hellmut hem gewaar
en keerde bij zich snel tot hem.
«Zijt ge daar, Arnulf! Komt ge uit den
slottuin? Zijn de ingangen alle bezet?"
Arnulf trad langzaam nader, hg was nu vrij
en zag hoe men aanstalten maakte om zijne
vrijheid tot het uiterste te verdedigen, docli
zijn gelaat was somber als de nacht, en zijn
geheele wezen drukte een koele, bijna vijan
dige terughouding uit, toen hij antwoordde
//AllenIeder is op zijn post".
z/Goed, dan is al het noodige geschied en
moeten wij het commando afwachten. Het
detachement uit de stad kan in een uur hier
zijn, ik vrees dat het ons meer te doen zal
geven dan de kleine schaar van van morgen".
Jansen antwoordde niets op deze opmerking.
De man, die gewoon was altijd zelf aan de
spits te staan, kon het nog altgd niet goed
begrgpen, dat een ander, dien hg zoo lang
als een zwakkeling veracht had, thans het be
vel had overgenomen en er zich zoo volkomen
voor berekend toonde.
/,Graaf Odensborg wil weg", zeide hij kort.
z/Hebt [gij bevel gegeven om hem te laten pas-
seeren
Een vluchtige schaduw gleed over Hellmut's
gelaat, doch hij knikte bevestigend.
»Ik kan en wil hem niet terughouden, als
hij het slot wil verlaten en Holger wil hem
begeleiden. De vlootvoogd zal wel alles doen
om de stad iu rep en roer te brengen, doch
de tgding van het gebeurde zal hen toch be
reiken, te meer daar er reeds een detachement
naar hier op weg is. Wanneer denkt gij dat
de Duitsche troepen hier kunnen zijn?"
wDat is niet te zeggen, wij weten slechts
dat zij op marseh zijn en zich waarschijnlijk
naar de stad begeven".
„Om 't even, de hoop op ontzet blijven wij
toch behouden, en tot zoolang moet Mansfeld
zich onder alle omstandigheden verdedigen,
niet waar Arnulf?"
De vastberadenheid, welke uit deze woor
den sprak, vermocht weder evenmin als de
vertrouwelijke vraag eenigen indruk op Jan
sen te makenzijn gelaat helderde niet op en
even terugwijzend klonk het antwoord
„Gij hebt in uw slot te bevelen, mijnheer
de baron ik heb slechts te gehoorzamen."
Hellmut wendde zich weder tot de boeren,
als hadde hij de koele houding van Jansen niet
opgemerkt
„De beide heeren moeten dus door de kleine
poort worden uitgelaten, ik heb het rijtuig
reeds naar het dorp vooruit gezonden. De
gevangen Denen blijven hier, wij mogen het
getaj onzer aanvallers niet vermeerderen. Er
is afdoende voor gezorgd, dat zij niet kunnen
ontsnappen of ons den een of anderen poets
spelen, en de vijanden daarbuiten moeten
wij met vereende krachten tegenhouden. Ga
nu in den slottuin, wij volgen terstond".
Een blijde, begeesterde kreet klonk tot ant
woord de lieden voegden zich zonder voorbe
houd naar de bevelen van dezen man, die
dezen morgen nog een vijand en vreemdeling
voor hen was, doch die, nu hij zoo krachtda
dig hunne partij gekozen had, weder de erf
genaam van Mansfeld bleek, de neef van hun
beminden ouden heer. Zij vonden het nu niet
meer dan natuurlijk, dat hij zich aan hunne
spits stelde.
Zij begrepen niet waarom hun voormalige
aanvoerder thans zoo op het commando gesteld
scheen, dat lag anders niet in Jansen's
aard.
De zware tred der boeren weerklonk nog op
het steenen terras, toen lichte treden zich op
den trap deden hooren en de beide meisjes in
het vertrek verschenen, Eleonore met een go-
laat, dat, trots de gevaren en zorgen van het
oogenblik, door innig geluk verhelderd werd,
en Eva, die aan haren arm hing en half ang
stig, half nieuwsgierig de toebereidselen tot den
strijd aanzag.
»Helimut, waar hebt ge mijn broeder ge
laten vroeg Eleonore binnentredende, tcrwgl
zij zoekend rondzag.
Wordt vervolgd.