't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
No. 1673.
Woensdag 27 Februari 1889.
Zeventiende Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
A.toonn©ment
per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent.
>3 franco per post75
Afaonderlgke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT.
Atlvortentiën
van 1 tot 5 regels25 Cent
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
HELDER, 26 Febr. 1889.
Wieringen, 21 Febr.
De toestand op ons eiland is in het
algemeen genomen niet gunstig, sinds
jaren achteruitgaande door het kwijnen
van den landbouw, door het verpachten
van de zee als anderszins. Er ligt op het
eiland een zware schuldenlast. Vroeger
wist men hier niet van hypotheekmaar
thans zijn de meeste eigendommen daar
mede bezwaard. Men hoort dan ook hoe
lauger hoe meer van menschen die ban
kroet gaan of daarvoor blootstaan. Men
ziet dan ook gedurig deurwaarders het
eiland doorkruisen, tot groot ongenoegen
van velen want die menschen zijn slechte
vertroosters. Over het geheel is daar
door iets drukkends in de samenleving,
vooral om dezen tijd van het jaar, nu
alle kassen zoo wat leeg zijn. Als April
en Mei in het land komen en de lamme
ren verkocht worden, die nu nog gebo
ren moeten worden, dan komt er weer
verademing. Er zijn reden om te ver
wachten dat zij dit voorjaar nog al prij
zen zullen makendaardoor wordt de
hoop wat aangewakkerd. Voor den klei
nen man is de winter hier nog al guns
tig. Door den zachten winter kan de
arbeider nog al veel buiten werken en
in den polder is nog al werk met slooten
uitdiepen. Ook de visscher verdient bij
open zee nog allicht een stukje brood,
zoodat we voor de armen werkelijk eeu
gelukkigen winter hebben. De Vereeni-
ging tot werkverschaffing rust ook dezen
winter van haren arbeid. Zij had van
den herfst, evenals den vorigen winter,
bij het ministerie van marine om touw
pluizen verzocht, doch dat verzoek was
van de hand gewezen, omdat er bij de
marine zooveel geplozen touwwerk was,
dat daar dezen winter niet aan gedaan
werd, en ook andere werkverschaffingen
waren afgewezen. Dubbel gelukkig alzoo
voor Wieringen dat er dit jaar weinig
behoefte aan is. Ware het een harde
winter geweest, dan zouden we het hier
hard te verantwoorden hebben gehad.
Een Wieringer schipper, de Haan
genaamd, heeft, terwyl hij aan den Zuid-
wal alhier op rotganzen jaagde, zich zoo
danig door den arm geschoten, dat dit
lichaamsdeel vermoedelijk voor altijd ver
lamd zal big ven.
Uit Atjeh wordt aan »De Locomo
tief" o. a. geschreven
Het blokkade-eskader is door de terug
komst van Z. M. stoomschepen »Samarang«
en »Macassar« met 2 flinke schepen ver
sterkt.
De stoomer »Macassar« heeft wederom
ondervonden, dat men uiterst voorzichtig
moet wezen in het gebied van onze goede
vrienden.
Gesèurende haar observatietoeht langs
de west, werd, bij wijze van gezondheids
maatregel, een kleine militaire wandeling
door de landingsdivisie gedaan bij Troemon.
Bg Bankawang komende, werd die
kleine macht beschoten door het volk van
onzen vriend Toekoe nja Abas, onder aan
voering van Toekoe Joesoef.
De laüdingsdivisie schoot flink terug,
en toen daarna omtrent het verraad van
onzen sobat onderzoek werd gedaan, gaf
hg op, dat het een bloote vergissing was
sobat wist zoo mooi zijn zaak te beplei
ten, dat hg 15 Beaumont-geweren heeft
ten geschenke gekregen, om ons bg een
volgende gelegenheid beter te kunnen be
schieten.
Men leest in de Javabode:
Eenigen der manschappen van de Soenda
waren aan het feestvieren geweest en
tegen zeven uur 's-avonds aan den wal
gegaan. Eenigszins onder den invloed
van den drank begaven zg zich met hun
allen op een overhaalsampan en maakten
daarop allerlei bewegingen, met het treu
rig gevolg, dat de slager over boord viel
en verdronk.
De 2e machinist van de Soenda huurde
onmiddelijk verscheidene prauwen, om te
trachten den drenkeling op te visschen;
eerst tegen 8 uur werd het lijk met een
dreg opgevischt.
Het aantal Nederlandsche inzenders
op de aanstaande wereldtentoonstelling
bedraagt 177hiervan zijn er 44 te Amster
dam gevestigd. Het thans bij de hoofd
commissie iugeschreven aantal inzendingen
dat zeker veler verwachting zal over
treffen vult de geheele te Pargs ver
kregen plaatsruimte. Deze beslaat in de
hoofdafdeeling 900 M3.in de afd. Voe
dingsmiddelen 400 M2.verder zijn er
afzonderlgke plaatsruimten in de afdee-
lingen Landbouw, Tuinbouw, Schoone
Kunsten en Onderwgs. De koloniale af-
deeling, ter grootte van 250 M2., wordt,
met de inzending van een volledig Ja-
vaansch dorp, door een afzonderlgke
commissie in het moederland beheerd. In
den tuin verrgst eene diamantslijperij van
de firma Boas.
Zaterdagnacht is door de politie te
Groningen gevangen genomen de persoon
van R. O., oud 34 jaar, gepensioneerd
sergeant-majoor van het Oost-Indisch
leger, wiens aanhouding door den officier
van justitie te Assen was verzocht, als
wordende hij verdacht gehouden van me
deplichtigheid aan een ernstige oplichting.
Door de politie te Haarlem is aan
gehouden een man, verdacht van oplich
ting. Hg noemt zich G. J. A. de Meere,
woonachtig te Amsterdam. Aan verschil
lende personen, meerendeels dienstboden,
zou hg boekwerken verkocht hebben tegen
vooruitbetaling van 25 cents voor de eerste
aflevering. Hg beloofde later die boek
werken te zullen toezenden, maar zooals
hg zelf verklaard heeft, was hg niet voor
nemens iets te zenden. In verschillende
gemeenten moet hg op die wijze meer
dan 200 personen opgelicht hebben.
De heer Rudolph Lehmann, chef
der bekende tabaks-firma te Amsterdam,
heeft ter herinnering aan wglen zgn
broeder prof. L. Lehmann, f 40.000 be
schikbaar gesteld als bgdrage voor den
bouw eener gehoorzaal (Aula) in het
Universiteitsgebouw aldaar.
Uit Jutfaas wordt van 21 Februari
aan het U. D. gemeldGisteren versche
nen alhier voor het gemeentehuis 2 rg-
tuigen, waarin een bruid en bruidegom
en hunne wederzgdsche ouders gezeten
waren. De jonge lieden zouden den hech
ten huwelijksband door den ambtenaar
laten leggen. De bruid kwam huilende
uit het rijtuig. Zij was niet te bewegen,
het gemeentehuis binnen te treden en
riep maar: »ik doei 't niet". Na veel
praten en fluisteren bracht men haar tot
in de gang, waar zij begon te snikken
en te huilen. Eindelgk was men in de
secretarie gekomen, doch daar de brui
degom verzuimd had, zgn bewijs van vol
doening aan de nationale militie mee te
brengen, kon de huwelijksvoltrekking niet
plaats hebben, en moest de heele stoet
weer huiswaarts keeren, zoodat het bruidje
nog even vrg bleef als zg gekomen was.
In den laatsten tijd zgn er voor
werpen van valsch barnsteen in den han
del gebracht, dat een fraaie politoer be
zit en van echt barnsteen nauwelijks te
onderscheiden is. Het is vervaardigd uit
een mengsel van kopal, kamfer, terpen
tijn, enz.
Legt men een stukje van dit nage
maakte barnsteen op een heete plaat,
dan smelt het dadelijk, terwijl echt barn
steen een veel grootere hitte verdraagt.
Voorts neemt een druppel zwavelaether,
op het voorwerp gebracht, terstond het
politoer weg en laat een vuile, vettige
vlek achter, terwgl echt barnsteen niet
door zwavelaether aangetast wordt.
C. v. D., aan de Voormeer te Alk
maar, kwam Vrijdagmorgen aan het
politie-bureau kennis geven, dat zijn bo
venbewoner, de weduwnaar B., sinds
Zondag niet meer gezien was en de ka
merdeur steeds gesloten bleef. De politie
liet de deur open steken en doorzocht de
kamer. Van B. was niets te bespeuren;
evenwel lagen de kleeren, die hg ge
woonlijk droeg, op een stoel. Ook een
pijp, die anders onafscheidelijk van den
man was, lag op tafel. Men vermoedt,
dat hg in het kanaal voor zgn woning
is verdronken.
De vnurtoren op het eiland Wight.
De nieuwste en tevens de sterkste elec-
trische lichtbron der wereld heeft de on
langs opgerichte K&tharina-vuurtoren op
de zuidkust van het eiland Wight. Het
vuur heeft een lichtsterkte van 60,000
normaalkaarsen, welke bg nevelachtig
weder, door het in werking brengen van
de reserve-machines, tot op 6 millioen
kaarsen kan worden opgevoerd. Wie in
de vlam wil zien, moet dezelfde voorzorgs
maatregelen nemen als bij het waarnemen
eener zonsverduistering en de oogen door
dubbele zwarte glazen beschuttenniette
genstaande dit, houdt men het slechts zeer
ïort uit.
Daar er in de omgeving van het eiland
Wight vaak zeer zware mist heerscht,
waarbij zelfs de zes millioen kaarsen even-
het zonlicht te kort schieten, zoo heeft
men bovendien op den toren een misthoorn
aangebracht, welke door een luchtver-
dichtingsmachine gedreven wordt. Einde
zijn er voor het geval, dat ook deze
machine den dienst weigert, sterke, steeds
met samengeperste lucht gevulde cilinders,
waarmede men, zoo noodig, de werking
van den misthoorn kan vervangen. De
dynamo-machines en de motoren zgn
drievoudig voorhandeu, zoodat er, volgens
menschelijke berekening, van een falen
van de noodige waarschuwingssignalen
geen sprake kan zgn.
Duitschland heeft op de zuidwestelijke
duinen van het eiland Borkum een der
gelijke vuurtoren opgericht, welke 31 M.
hoog en uit ijzeren platen samengesteld
Het electrische licht van den vuur
toren dient o.a. ook om, in verbaud met
meerdere, langs het vaarwater verankerde
kleine vuren, de scheepvaart op de Eems
ij nacht mogelgk te maken.
Vonnissen wegens vrouwen-mishan
deling zijn voor de Engelsche rechtbanken
zaken, die zoo goed als dagelijks voor-'
komen. Deze week is weêr een woesteling,
die 2l/s jaar geleden met een zeer fat
soenlijke vrouw gehuwd was, en pas uit
eeu hechtenis van 6 maanden met dwang
arbeid wegens mishandeling van het arme
schepsel was ontslagen, opnieuw tot 4
maanden dergelijke straf veroordeeld voor
hetzelfde feit, hetgeen hg alleen pleegde
omdat zgn vrouw's familie hem niet aan
stond. De rechter beval bovendien in dit
treurig geval wettelijke scheiding. Bij het
aanhooren van dit vonnis bedankte de ge
vangene de rechters hartelijk voor den dienst
dien zg hem met de echtscheiding bewe
zen, er bij voegende dat hg meteen voor
het overige van den winter thans fat
soenlijk onder dak was. Zgn eenige zorg
bestond daarin, dat hg nieuwsgierig was,
hoeveel hij zijne vrouw voortaan zou moe
ten uitkeereneen vraag waarover de
verontwaardigde rechter zich tegenover
hem vooralsnog niet wenschte uit te laten.
Een der strengste onthouders en
vegetariërs ter wereld is dezer dagen te
Oincinnati overleden. De man, Joseph
Garretson genaamd, heeft 62 jaren van zijn
81-jarig leven geen thee of koffie gedron
ken, sedert 50 jaren geen vleesch en sinds
26 jaren geen zout gebruikt. Alle soorten
van vet waren, naar zijn bewering, scha
delijk voor het menschelijk lichaam, en van
gebakken of gebraden vleesch had hg een
afkeer.
In de laatste jaren van zgn leven kookte
hij zelf zgn eten, ook als hg op reis was
hg nam dan de verschillende benoodigd-
heden daartoe mee.
Zijn voornaamste drank was water
maar somtgds dronk hij een weinig li
monade.
Landverhuizing naar de Argentynscbc
Republiek.
Van den Nederlandschen Consul te Bu
enos-Ayres (hoofdstad van de Argentijnsche
Republiek) is volgend belangrijk artikel ge
plaatst in de S taats-Courant van Donderdag:
Het is den Consul gebleken, dat een groot
deel der in den laatsten tijd aangekomen Ne
derlandsche immigranten de reis hadden aan
vaard met overdreven gunstige verwachting om
trent de Argentjjnsche toestanden. Hij vindt
daarin aanleiding, in de eerste plaats eenige
der mededeelingen te herhalen, welke omtrent
landverhuizing naar Argentinië reeds gedaan
werden in den jaargang 1888 der Verzame
ling van Consulaire en andere Verslagen en
berichten. Daar werd o. a. gezegd
«Uit mijn vroegere rapporten en ook uit
het tegenwoordig bericht blijkt, dat Argentinië
een land van vooruitgang is, en dat het naar
menschelijke berekening binnen een niet ver
verwijderden tijd een staat van beteekenis zal
wordendat de verdiensten er ruimer zijn
dan in de oude wereld, en zich ook in andere
opzichten hier meer gelegenheid dan daar
biedt tot het scheppen eener zelfstandige po
sitie dat het klimaat gezond is, en dat al
geldt het hier een nieuw land, de Europee-
sche beschaving er vasten zetel heeft geno
men. Maar al deze de landverhuizing begun
stigende omstandigheden mogen niet tot over
dreven illusiën leiden deze Republiek is geen
land van wonderendie menschelijke deugden
overbodig maken. Tegenover groote inkom
sten staan hier hooge uitgaven voor levenson
derhoud. Hij, die zich naar Argentinië wendt,
moet dit dus doen met de wetenschap, dat
ook in dit land moet gewerkt worden en men
zonder goed overlegden arbeid evenmin hier
als elders resultaten verkrijgt. Hij moet zich
voorts bewust zijn, dat in den eersten tijd van
zijn verblijf in deze nieuwe wereld hem soms
onaangenaamheden, zoo al niet tegenspoeden
wachten als een gevolg zijner onbekendheid
met land, taal en volk, een onbekendheid in
het bijzonder van gewicht voor den niet tot een
Latijnschen stam behoorenden landverhuizer.
Deze moeilijkheden, welke dus ook onze
immigranten na aankomst alhier wachten,
mogen vooral niet te licht geacht worden, en
wel diene men te bedenken, dat het doen der
zeereis alleen niet voldoende is om uit be
narde toestanden in de oude wereld te gera
ken in een goede positie alhier. Eerst wan
neer men den Argentijnschen bodem betreden
heeft, begint de strijd ter verbetering van het
bestaan. Want men komt hier aan in een
nieuwe wereld, waar veel anders is dan in 't
vaderland. Er wordt hier een voor ons
vreemde taal gesproken, het Spaanscli, en
Nederlandsche immigranten treffen hier slechts
weinigen aan, met wie zij zich meer of min
der verstaanbaar kunnen makenenkele land-
genooten, eenige Belgen en een aantal Duit-
schers. Dit bezwaar is natuurlijk voor hen
het grootst, die geheel en al zich zelf een weg
moeten banenzij, die over eenige middelen
beschikken, kunnen eenige dagen op werk
wachten, maar de anderen moeten zoo spoe
dig mogelijk een onderkomen vinden. En men
houde wel in het oog, dat wanneer de Ar
gentijnsche Regeering ook passagebiljetten voor
de zeereis voorschiet en aan landverhuizers
gedurende 5 dagen huisvesting en voeding
verstrekt in het immigrantenhuis, zij niet de
verplichting heeft verder voor de aangekome-
nen te zorgen, een taak, welke by de duizen
den landverhuizers, die in dit land immigree-
ren, ook niet wel te volvoeren zoude zijn.
Nu is het waar, dat het immigratiebestuur
de immigranten bij het vinden eener plaatsing
behulpzaam is, want het voldoet jaarlijks aan
duizenden aanvragen om werkkrachten.
Ook de vereeniging tot bescherming van
Germaansche immigranten staat de onzen met
raad en daad bij. Maar dit neemt niet weg,
dat het Engelsdhe gezegde „help your self"
zoo weinig mogelijk uit het oog mag worden
verloren. Dit is vooral van toepassing, wan
neer de geïmmigreerde landbouwers op hun
bestemming in het binnenland zijn aangeko
men. Zij treffen aldaar niet aan schoone
landbonwhoeven met akkers en flinke huizen
en schuren. Maar meestal zijn het slechts
gedeeltelijk in cultuur gebrachte streken, waar
zij zich hebben te vestigen. Hun huis moet
daar veelal nog gebouwd worden, wanneer
ook een voorloopige, hoewel zeer oorspronke
lijke gelegenheid tot onderkomen niet ont
breekt en het zachte klimaat in het noorden
des lands een goede woning minder noodza
kelijk maakt. Het voedsel bestaat er hoofd
zakelijk uit vleeschspijzen. Melk, kaas en
boter ontbreken veelal.
Door deze mededeelingen wil ik echter land
bouwers niet afraden hierheen te komen, want
deze Republiek biedt hun in het bijzonder een
goede toekomst. Maar zijn zij geheel onver
mogend, dan belmoren zij er vooral op voor
bereid te zijn, dat de eerste tijd van hun ver
blijf alhier een harde tijd is. Hebben zij
eenige jaren flink gewerkt, dan zullen de ver
kregen resultaten zeker tegen de ontberingen
van vroeger opwegen.
Behalve voor landbouwers is ook voor
handwerkslieden in deze Republiek goede ge
legenheid om vooruit te komen, want er wordt
wellicht in geen stad ter wereld zooveel ge
bouwd als te Buenos-Ayres, en ook op het
platteland en in belangrijke binnenlandsche
steden als La Plata, Rosario, Cordova, Santa
Fé, Parana enz. iB de bouwlust zeer opge
wekt. Maar alleen naar knappe handwerks
lieden bestaat veel vraag. Zij, die hun vak
slechts half verstaan, vinden ook hier niet
zoo gemakkelijk voordeelige plaatsing.
De loonen voor handwerkslieden zijn in deze
hoofdstad, in Nederlandsch geld uitgerekend,
ongeveer als volgt;
O fco-ÖB
o
o c o a
a Mi F. e bO
Timmerman f 5,00. f 5,60.
Kapwerker f 5,60. f 7,00.
Smid f 4,80. f 5,40.
Gevel-cementwerker f6,00. f8,00.
Stukadoor f 5,20. f 6,00.
Draaier f 6,00. f 8,00.
Glazenmaker f 5,20. f 6,00.
Lood- of zinkwerker f 5,20. f 6,40.
Tegenover deze loonen staan echter hooge
kosten voor levensonderhoud, want woningen
zijn in deze hoofdstad zeer duur. Yoor een
eenvoudige kamer in de buitenwijken wordt
f 20 per maand huur betaald, welke hooge
huur uit den aard der zaak vooral hem treft,
die met een groot gezin hierheen is gekomen
en niet spoedig plaatsing heeft gevonden. Is
zoo iemand van alle middelen ontbloot, dan
komt hij soms in groote ongelegenheid. Ik
raad dan ook geen handwerksman aan met
een gezin, waartoe kleine kinderen behooren,
hiereen te komen zonder over minstens f200
te beschikken. Kan het zijn, dat het gezin
in Nederland voorloopig blijft, dan i3 dit steeds
het beste. Later, wanneer iemand hier eenige
maanden heeft' vertoefd en een goede positie
verkregen, kan hij de zijnen gemakkelijk laten
nakomen, waardoor de hooge onkosten van
het eerste verblijf vermeden worden. Ook
geef ik aan den handwerksman den raad zich
naar een binnenlandsche stad te begeven, wan
neer hij te Buenos-Aires niet onmiddellijk na
aankomst mocht slagen. Een langer verblijf
alhier veroorzaakt dikwijls slechts verlies van
tijd en geld, en beneemt de gelegenheid op
staatskosten naar 't binnenland te reizen.
Ook neme men in aanmerking, dat deze
hoofdstad het punt van aankomst van alle
immigranten is, en dus ook de stad waar de
meeste werkkrachten zich aanbieden.
Hebben hier knappe handwerkslieden en
landbouwers op den duur een goede toekomst,
minder is dit in den laatsten tijd het geval
met werklieden die geen bijzonder vak verstaan.
Zij kunnen hier wel hun brood verdienen,
maar ook niet veel meer, want zij vooral
hebben te kampen met hun gebrek aan kennis
der Spaansche taal en in 't bijzonder met de
groote mededinging der Italiaansche arbeiders,
die hier bij duizenden aankomen en veel goed-
kooper kunnen werken dan de onzen, omdat
zij geringer behoeften hebben.
Ten slotte wordt aangestipt, dat de ondcr-
geteekende zich binnenkort naar Europa be
geeft en vermoedelyk in de maanden Maart
of April, volgens een nadere aankondiging in
de Nederlandsche Staatscourant, aan het De
partement van Buitenlandsche Zaken te'sGra-
nhage zal te spreken zijn.
Gaarne zal hij dan aan belangstellenden alle
gewenachte inlichtingen over dit land ver
strekken.
Buenos-Ayres, 15 Januari 1889.
De Consul der Nederlanden,
L. Van Riet.
Pg S O top g
e fe
f4,30. f5,20.
Opperman of sjouwer
man by 't werk f 2,80, f 3,00.
Marine en Leger.
Het incompleet aan kader bij de gezamenlijke
xeg. inf. bestond begin Febr. uit 75 korporaals.
221 korporaals en 142 sergeantstitulair, geschikt
ter bevordering voor sergeant of fourier, waren
daarentegen aanwezig.
Bij het Kon. Instituut voor de Marine te Wil
lemsoord waren op 1 Jan. jl. voor den zeedienst
aanwezig 32 adelborsten 2e kl. in de le afd. en
43 idem in de 2e afd., 39 adelb. 3e kl. in de
3de en 34 idem in de 4de afdeeling; voor
de mariniers 1 adelb. 2e kl. in de le en 2 idem
in de 2e afd., 3 adelb. 3e kl. in de 3e afd. en
geen in de 4de afdeeling.
Op het wachtschip te Willemsoord worden op
geleid 7 adspirant administrateurs iu de le en 5
in de 2de afdeeling.
Aan de rijks universiteiten studeerden het vol
gend aantal studenten, aan wie vergund is hunne
studiën voort te zetten, ten einde later als offic.
v. gez. bij de zeem. in dienst te treden, te Leiden
9, te Utrecht 7, Groningen 4 en aan de gemeen
telijke universiteiten te Amsterdam 15.
Aan het algemeen overzicht van de schepen en
vaartuigen van oorlog ontleent men het volgende.
Op 1 Jan. 1889 waren er voor de verdediging
van de kusten, zeegaten, reeden en stroomen 21
gepantserde en 63 ongepantserde schepen (onder
deze laatsten 12 torpedobooten groot model en 20
klein model). Voor algemeenen dienst 3 gepant
serde en 16 ongepantserde schepen. Voor bijzon
dere diensten zijn bestemd3 wacht- en kost-
schepen, 15 instructie- en excercitievaartuigen en
1 opnemingsvaartuig. Bij de Indische militaire
marine zijn 28 schepen, onder welke 3 opne
mingsvaartuigen en 1 torpedoboot, groot model.
De sterkte van het korps mariniers bedroeg op
1 Jannari 1889 als volgt:
aan den wal 43 off. en 1023 onderoff. en minderen
aanboord .11 „1108
samen 54 en 2131
De bepaalde sterkte is 56 officieren en 2221
onderofficieren en minderen, zoodat er op gemeld
tijdstip 1 officieren en 90 onderofficieren en min
deren ontbraken.
Een groot gedeelte der tijdelijke werklieden
bij 's rijks werf te Amsterdam, thans ongeveer