J 't Vliegend Blaadje KLEINE COURANT No. 1708. Zaterdag 29 Juni 1889. Zeventiende Jaargang. VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder. KALENDER DER WEEK. VERGADERING NIEUWSTIJDINGEN. DE KERMIS. FEUILLETON. Abonnement per 3 maanden binnen de gemeente50 Cent. >3 franco per post 75 Afzonderlijke nummers2 Bureaux: SPOORSTRAAT en ZUID8TRAAT. Advertentiën van 1 tot 5 regels25 Cent Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. JUNI, Zomermaand, 30 dagen. Opkomst der Zon 3 u. 44 m. Onderg. 8 u. 23 m. Zondag 30 JULI, Hooimaand, 31 dagen. Maandag 1 Dinsdag 2 Woensdag 3 Donderdag 4 Vrijdag 5 Zaterdag 6 Aan onze geabonneerden wordt beleefdelijk verzocht, 't abonnementsgeld Vlie gend Blaadje«, (tweede kwartaal 1889), te willen overmaken in postzegels of per postwissel, vóór 6 Joll. DE UITGEVERS. van den Raad der gemeente Helder, op Dinsdag 25 Jonl 1889. Voorzitter de heer C. A. Beukenkamp. Tegenwoordig zijn 15 leden. Met kenniageving van verhindering sijn afwezig de heeren Ouden hoven en Maalsteed. De tribune is goed bezet. Na de opening der vergadering worden de no tulen der vorige zitting voorgelezen en goedge keurd. Daarna wordt aan de orde gesteld 't verzoek, vervat in een adres der Nationale kiesvereeniging „Burgerplicht" alhier, strekkende om, in plaats van één stembureau in de Bonwzaal aan de Kerk- rht, twee stembureaux te doen zitting nemen de a. 8. verkiezing voor leden van den ge meenteraad en wel het tweede bureau in de na bijheid van het Nieuwe Kerkplein. Door de ge noemde kiesvereeniging wordt zulks verzoeht, met het oog op de uitgestrektheid dezer gemeente en den grooten afstand, dien vele kiezers dos moe ten afleggen om het stembureau te bereiken. Na de voorlezing van dit adres wordt door den Yoorzitter verzekerd, dat B. en W. al hun best hebben gedaan om aan het verzoek, in dit ver zoekschrift uitgedrukt, te gemoet te komen. Daarbij werd bij dit collegie bedacht, dat de uitvoering van hetgeen gewenscht wordt, behoor lijk moet worden voorbereid, teneinde verwarring te voorkomen. B. en W. hebben zich gewend tot H.H. kerkvoogden der Hervormde gemeente alhier, met verzoek om van de consistoriekamer der Nieuwe kerk te mogen gebruik maken. Die kamer wordt echter voor het doel te klein geacht en wellicht is het wenschelijk ook een deel van 't kerkgebouw tot dit doel te bestemmen. Doch van kerkvoogden is nog geen antwoord ingeko men. Mocht echter een gnnstig antwoord inko men, dan zou het Dag. Best. in overweging geven, om tooh ditmaal slechts éen stembureau te houden, het aan de beslissing van den Raad overlatende, voor het vervolg de gemeente in twee kiezerswijken te splitsen. Een gewichtige discussie volgt, waarbij de hee ren Franken, Vos en Korver zich ijverige voor standers betoonen van 't verzoek, in 't adres van •.Burgerplicht" vervat. Eerstgenoemde spreker is niet bijzonder ingenomen met de keuze van een consistoriekamer en terwijl de heer Korver het wensohelijke betoogt van een splitsing, wijst de heer Vos op de geschiktheid van een der lo kalen van school No. 5 (WeststraatJ, om voor de zittingen van het stembureau gebezigd te worden, zonder dat dit voor het onderwijs in de overige lokalen eenigszins hinderlijk is. Slechts éen klasse zon vrijaf moeten hebben. De Voorzitter ver zekert, dat B. en W. hun aandacht hebben ge* vestigd op de zaal „Concordia", doch dat de wet verbiedt in een lokaal met „vergunning" de kie* zers voor de uitoefening van het kiesrecht bijeen te roepen. De commissaris des Konings, over deze zaak geraadpleegd, had gewezen op de nabijheid van 's Rijks werf, waar wellicht wel een lokaal disponibel zou zijn. Wat betreft een kamer, in een particuliere woning, voor een 1500-tal kiezers, die achtereenvolgens kunnen komen, is geen huiskamer geschikt te achten. Tegen het bezigen van een schoollokaal tot dat doel hebben de heer v. Neck en de Voorzitter bedenkingen. Laatstgenoemde wil het stembureau liefst op het Molenplein doen zitting nemen. De bespreking dezer zaak eindigt zonder een bepaald besluit te nemen. Wegens den korten tijd van voorberei ding zal er bij de eerstvolgende verkiezing voor den Raad éen stembureau zijn, doch B. en W. zullen later, een geschikt lokaal gevonden heb bende, een voorstel tot een nieuwe regeling bij den Raad indienen. Er wordt overgegaan tot de benoeming van een regentes van het Algemeen Weeshuis, ter vervanging van mevr. de wed. Stakman Bosse, die wegens vertrek heeft moeten bedanken. Door het Bestnur van genoemd gesticht werden op de voordracht geplaatst mevr. A. A. Beukenkamp Swerver en mevr. J. C. M. Hattinga Raven Groote. Gekozen werd mevr. Beukenkamp,-met 13 stemmen. Op mevr. Raven was 1 stem uitgebracht en 1 briefje was in blanco. Voorlezing geschiedt van een adres van den heer J. H. Mens, alhier, houdende verzoek om, even als door adressant jaren lang ongehinderd was gedaan, met fuiken te mogen visschen in het Heldersche kanaal, meer bepaald op het vak tus- schen den mond van 't kanaal en de Botbrug. 't Prae-advies van B. en W. luidt ongunstig voor het toestaan van dit veezoek. 't Dag. Best. verzekert, dat ook andere personen zich met der gelijk verzoek zullen aanmelden en dat het on geraden is, met het oog op de ervaring, aldus verkregen, op dergelijk verzoek gunstig te be schikken. Bij de toelichting van dit advies wijst de Voorzitter er op, dat de gemeente van de schipperij rechten heft en dat het daarom niet aangaat, het vaarwater tot een ander doel aan te wijzen. De heeren v. Twisk, Franken en Kor ver bestrijden het gevoelen des Voorzitters. Met 7 tegen 6 stemmen wordt ten slotte beslist, dat het visschen anders dan met krnisnetten op het Heldersche kanaal niet wordt toegestaan. Voor het visschen met fniken stemden de hh. Govers, Verfaille, Klik, van Twisk, Korver en van Wijngaarden. De heeren Hordijk en Fran ken hielden zich buiten stemming. Op het adres van den heer Mens werd alzoo ongunstig beschikt. Er wordt voorgelezen een adres ingezonden door de Chr. Jongelings-Vereeniging. „De vreeze des Heeren is het beginsel der wijsheid, afdee- lingvan den Nederlandschen Jongelingsbond, in houdende het verzoek, dat de kermisvermakelijk heden op den Zondag zullen worden verboden. De Vereeniging grondt haar verzoek op de over weging, dat het hoe langs hoe meer blijkt, dat het streven der Vereeniging voor Zondagsrust sympathie vindt bij ons volk, terwijl ook de Hooge Regeering dit streven op krachtige wijze zoekt te steunen; dat een groot doel der inge zetenen tegen de kermisviering op Zondag ern stig bezwaar heeft en dat zelfs de openbare vie ring van 's Konings jubileum in de vorige maand een feest waarbij de kermis niet is te verge lijken met aller goedkeuring alhier op Maan dag heeft plaats gehad. Op voorstel van het Dag. Best* wordt omtrent dit adres besloten, het later in behandeling te nemen, zoodat het te nemen besluit eeret in het volgende jaar van kracht kan zijn* Voor de aanstaande kermis wat het te laat, na eene beslissing te nemen, daar de ondernemers van vermakelijkheden zich op de bestaande voorwaarden tegenover de ge meente hebben verbonden, 't Besluit tot latere behandeling werd genomen met algemeene stem men op 1 na. De heer Klik wenschte onmid dellijke afdoening. Aan de orde wordt nu gesteld een voorstel van het Dag. Best. om, afgaande op een ver klaring van den geneesheer Bitter, eervol ontslag met jaarl. onderstand te verleenen aan den ge meente-veldwachter K. Kouseband, die herhaal delijk en vrij langdurig ongesteld geweest en voor den dienst ongeschikt is. Bij de discussie over dit onderwerp wordt er op gewezen, dat in deze niets blijkt van een verzoek om ontslag door den belanghebbende zeiven ingezonden, evenmin van eene schriftelijke verklaring omtrent 's mans ongeschiktheid, door den Commissaris van Politie afgegeven. Op grond van een en ander wordt de beslissing in deze verdaagd tot eene volgende zitting. Met het oog op het opmaken van de rekening en verantwoording der gemeente over het dienst jaar 1888, wordt overgegaan tot eenige af- en overschrijvingen van en op onderscheidene posten der begrooting voor dat jaar en tot rangschikking van onderscheidene posten van uitgaaf in het hoofdstuk „Onvoorziene Uitgaven". Na eenige toelichting werd deze flnanciêeie regeling eenpa rig goedgekeurd. De Verordening tot het heffen van reohten op het gebruik van het Heldersche Kanaal, in dertijd voor den tijd van drie jaren vastgesteld, wordt nu opnieuw voor een gelijk tijdvak be krachtigd. De beslissing omtrent een voorstel van het Dag. Best., betreffende de verlenging der con cessie voor het houden eener Bank van Leening wordt verdaagd, terwijl het reglement voor die inrichting inmiddels voor de leden zal worden ter visie gelegd. Aan de orde komt een adreB van de heeren J. R. Buys en 8. Krijnen alhier, houdende aan bieding van 't eigendomsrecht aan de gemeente van de bestrate openbare wegen in de nieuwe wijk nabij het Stations-terrein. Op voorstel van het Dag. Best. wordt besloten, dit aanbod alsnog niet te aanvaarden, in afwachting dat bedoelde straten geheel of nagenoeg geheel vol bouwd- zijn. Bij de discussie over dit onder werp wordt door den heer Korver met nadruk gewezen op de wenschelijkheid, dat de vuile slooten in de nubijheid van genoemd terrein moeten wor den opgeruimd, ia 't belang der volksgezond heid. De Voorzitter merkt daarbij op, dat het zoo wenaehelijk zonde ziju, als eigenaars van nabijliggende perceelen zeiven eens den wensch naar opruiming bij de bevoegde macht indienden. Door den Voorzitter wordt medegedeeld, dat, blijkens mededeeling, hem in Maart 11. door den Commissaris van Politie gedaan, er dringende behoefte bestaat aan toevoer van goed drink water in de onderscheidene politie-bureaux. 't Verzoek van den Voorzitter tot kostelooze voor ziening door de Directie der Duinwaterleiding- Maatsehappij kon niet vervuld wordenwel bood de heer Van Spall aan, het water tegen geringe vergoeding f5 per bureau per jaar) te leveren. De aanleg zou, volgens opgaaf van den heer Schelhnger, f 15 per bureau, dus f45 kosten. Na eene kosten-bespreking, wordt het voorstel om op deze wijze in de behoefte aan goed drink water te voorzien met algemeene stemmen aan genomen. Voor kennisgeving worden aangenomen de me- dedeelingen: a. dat mej. De Bruin, te Koegras, met ingang van 15 Juli a. s. met het onderwijs in vrouwelijke handwerken aan de gemeenteschool No* 1 zal aanvangen, en b. dat de Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs in deze gemeente de beschuldiging van zich afwerpt, als zou zij bij de jongst gehouden prijsnitdeeling aan de leerlingen der openbare scholen onwettig, voorbarig en met vooringenomenheid gehandeld hebben. Volgens het gevoelen der Commissie had, ingeval de leerlingen der bijzondere scholen in dat genot moesten deelen, de Raad vooraf een daartoe leidend besluit moeten nemen. Bij de gewone rondvraag wordt door den heer Van Wijngaarden voorgesteld om, nu de Raad zaal wordt behangen en gedeeltelijk geverfd, ook het plafond een „verfje" te geven. Dit voorstel wordt, terwijl de leden den blik naar boven slaan, met applaus aangenomen. De zitting wordt hierop gesloten. HELDER, 28 Jani 1889. Te Utrecht is tot arts bevorderd, de heer Jan Timmer van Texel, met een proefschrift getiteldEen geval van ge- deeltelgke atrophie van linker hemispheer, groote hersenen. Voor de vacante betrekking van hoofd der bewaarschool te Hypolitushoef, op Wieringen, hebben zich 10 sollicitanten aangemeld, waarvan is benoemd Mej. Julia van Assen, die haar opleiding ge noten heeft aan de Kweek- en Vorm school te Leiden. Aan een particulier schrgven uit Edidd. 21 Mei, ontleent men het volgende: Edi is een benting in de Ooster-linie. Toen ik hier kwam was het nogal rnstig, maar twee dagen daarna werden twee soldaten van ons zwaar gewond door krissteken; beiden zijn er echter weer boven op gekomen. Daarna kwam de tgding, dat de vijand de benting zou aanvallen, dus moesten wij op onze hoede zgn. Onverwacht in den nacht werden wij begroet dooi drie salvo's uit het vg- andelgk kamp. Terstond werden maat regelen getroffen, maar tamelgk laat, want bijna de geheele benting was reeds door den vgand ingesloten. Zg schoten op 400 pas van ons. Toen zg ons van uit het schietterrein bestookten, kwamen zg leelgk terecht, want nu zaten zg in het kanon- en geweer-vuur van ons, terwgl een pele- ton infanterie hen tegemoet trok en alles neerschoot wat daar nog achter bleef. Van alle zgden werd de benting bescho ten. Den volgenden dag trok weer een troep van 40 man den vgand tegemoet, maar dat was wel wat brutaal van ons de vgand zat in gaten en knilen en was minstens 400 man sterk. Bg het zien van die groote overmacht werd onmiddellijk de afmarsch geblazen en keerden wg terug met 6 gewonden en één doode. De gesneuvelde was zekere De Bak uit Rotterdam. Van nn aan zaten wij eigenlgk opge sloten. De commandant seinde om ver sterking. Na 4 dagen in dien benarden toestand te hebben doorgebracht, bracht een oorlogsschip ons een heel bataljon infanterie, sterk 500 man, waaronder nog een sectie artillerie en mineurs. Nu gingen wg met meer moed den vgand in zgn ei gen nest bestoken. De vgand werd dan ook teruggedreven, met achterlating van 200 dooden. De onzen kregen slechts 5 gewonden. Twee dagen later gingen 700 man van de onzen op den vgand los. Hoe bloedig nu de strgd was, is met geen pen te beschrgven. De menschen- slachting was verschrikkelijk om te zien. Verwoed streed ook de vgand, wiens krggsgeschreenw weergalmde van voor uit, blanda, wg willen allen dood. Met de klewang in de hand vielen zg de on zen aan en de arme jongens, die zg trof fen, werden letterlijk tot gruis geslagen. Een van hen brachten wg mee. Het was een ridder van Dnitsche afkomst, wiens borst de Millitaire Willemsorde versierde. De ongelukkige had niet min der dan 29 klewanghouwen gekregen. Onze troepen leden geen groote verliezen. Van den vgand bleven er minstens 400 op het slagveld achterwg hadden 4 dooden en 20 gewonden. Onder de ge sneuvelde was luitenant Gade. Op dit oogenblik verzamelt de vgand zich weer, maar hondt zich op zulk een afstand dat wg hem van nit de benting met het kanon niet bereiken kannen. Maandagavond opent de HolL Opera de reeks harer voorstellingen alhier met het on volprezen werk van Gounodde opera Faust. Voor hen die er aan mochten twijfelen, dient vermeld, dat de opvoeringen, zoowel wat het personeel als koren, costumes en mise-en-scène betreft, gelijk zijn aan de opvoeringen te Am sterdam. De „Dordrechtsche Courant" van Zaterdag 22 Juni 11. zegt van de voorstellingen van bovengenoemde Opera o. m. De opvoering der opera Hamlet was Don derdagavond wederom een ware triomf. Het mime lokaal, waar het, niettegenstaande de heerschende temperatuur, luchtig en aangenaam is, was wederom op alle rangen bezet. De titelrol werd door den heer Orelio mees terlijk vertolkt. Telkenmale mocht hy, zoo wel ala mevr. Ophemert, die nevens hem een hoofdrol vervulde, de ondnbbelzinnigste blijken van bewondering en sympathie ondervinden. Mevr. Oreliovan Zant, nauwelijks hersteld van hare ongesteldheid, wist ods als Opbelia te boeien in het Duo met haar echtgenoot en in de waanzinscène. Dat zjj de groote aria (2e acte) wegliet, was in de gegeven omstan digheden alleszins gewettigd. De heer Schmier was als Koning voortreffelijkde heer Derickx, die welwillend de partij van Laërtes op zich had genomen, zeer verdienstelijk. De graf stem van den overleden Koning was niet al tijd even zuiver. Koren en orkest werkten, op eenige kleinigheden na, uitstekend. Het geheel verschafte, zoowel wat zang als spel betreft, een groot kunstgenot. 't Tooneelgezelschap onder directie van den heer Van Lier opent de reeks zijner voorstel lingen Dinsdag met 't drama»Het geheim van een huurrijtuig", welk stuk te Londen en te Amsterdam met uitbnndig succes is opge- SALYATOEE door 34.) E. ECKSTEIN. Door bereden politie-dieuaren begeleid, zette het voertuig zich in beweging. Overal week het volk op zyde met die zekere nieuwsgie rige huivering, welke een ten dood gewjjde misdadiger opwekt Te gelijkertijd vernam men een half onderdrukt gemompel, dat bijna als medelijden klonk. De openbare meening had in de laatste weken een groote verande ring ondergaan. Men vertelde aan ieder, die het hooren wilde, dat Salvatore Fadovanino door toovenaars en demonen verleid was ge worden op deze wijze, deed het bijge- loovige volk aan de beweringen van Antonio Cesari recht wedervaren. De veroordeelde verscheen daarom meer in het licht van een slachtoffer van een samenloop van noodlottige omstandigheden dan in dat van een schuldige, van een misdadiger. Bovendien wist men dat hy een in het oog loopend welgemaakt man was, en hierdoor was, vooral by de vrouwen, een gevoel van medelijden en sympathie op gewekt, dat langzamerhand zyn weg had ge vonden tot in de hoogste kringen. Salvatore die, na da opgedane ervaring op den dag van den aanslag, een storm van verontwaardiging en toorn had verwacht, begreep deze kalmte nietin zyn zenuwachtigen toestand hield hij haar voor een bewys van de innige verach tig» die men voor hem koesterde, een ver achting, waaraan men in woorden geen lucht kon geven en andermaal bekroop hem een onbewust gevoel van angst, van kwellend be rouw over het gepleegde bedrog. Op het plein van den signore di Napoli had men des nachts het schavot opgeslagen. Een barrière, bezet met politie-dienaren, scheidde de eigenlijke strafplaats van het publiek. Hier vond Salvatore, toen hy den wagen verliet, den president van het gerechtshof met twee leden van de rechtbank, den ambtenaar van het openbaar ministerie, den secretaris van den Kardinaal, de hoofden van de politie en nog eenige officiëele personen, die in een plechtige houding de indrukwekkende gebeur tenis, tot welker bijwoning zij hier verza meld waren, te gemoet zagen. Aan de andere zijde van het schavot, tegen een vlaggestok geleund, stond meester Grego- rius, de beul, door het volk „il signore di Napoli" genoemd. Hij was gekleed in een scharlaken costuum. Rechts van hem, even eens in scharlaken gedost, stond zyn eerste helper, een forsch gebouwde Siciliaanlinks, in scharlaken en geel, zijn tweede helper, Racosta's medeplichtige, Marsucci. Deze had de groote baret diep in de oogen gedrukt. Het was waarDe volle baard, die het breede, welgedane gelaat omlijste, maakte een herken ning van den pseudo-kardinaal uit het loge ment „Het gouden kruis" zeer onwaarschijn lijk. De knechten, die den Apuliër uit zyn ker ker hadden gehaald, geleidden hem nu naar het midden van het plein. De ambtenaar van het openbaar ministerie trad in zyn lange, wijde toga naar voren en las nog eenmaal het vonnis van de rechtbank, waaraan 's Konings handteekening het recht van uitvoering gege ven haddaarna gaf hij den signore di Napoli een wenk en leverde den veroordeelde met de voorgeschreven toespraak aan dezen over. Salvatore hoorde slechts de klank van zyne dreunende stemde zin van het gesprokene drong niet tot hem door. Zyn blik vestigde zich met klimmend ongeduld op de opening van de barrière, waar de bode van den Kar dinaal moest verschijnen met het dekreet, waar bij den veroordeelde genade werd geschonken. Hij werd bijna krankzinnig by de gedachte, die reeds vroeger in den kerker bij hem was opgekomen: dat de bode eene hindernis op zijn weg ontmoeten, dat hy verongelukken kon. En danWel is waar had Emmanuele hem bij zijn bezoek in de gevangenis nog verzekerd, dat de bode zich in de onmiddellijke nabijheid zou ophouden en dat in het ergste geval de signore di Napoli den last had ontvangen de handeling wat te rekkenmaar wie kon weten of niet hier of daar iets verzuimd was, of niet eene fout in de berekening was binnenge slopen Hij droomde nog, toen de beulsknechten hem reeds bij de armen grepen en medetrokken naar de trap van het schavot. De priester stond reeds boven; er lag eene strakke, ang stige uitdrukking op zijn innemend gelaat vermoedelyk was hy nog een nieuweling in het treurig beroep van laatsten trooster. «Wat, wat moet dat beduiden steunde Salvatore en keerde zich tegelijkertijd kramp achtig om. «Waar blijft wacht toch...?" „Houdt u goed!" fluisterde de knecht hem in, die reeds in de gevangenis getracht had hem moed in te spreken. «Er helpt nu niets meer aan, en hoe vlugger gij voortloopt, hoe eerder het gedaan is!" „Racosta! Hy laat my in den steek!" riep Salvatore wanhopend uit. Werktuigelijk ge hoorzamend, besteeg hy de trappen van het schavot. Toen hy echter de geopende dood kist naast de guilliotine zag staan, werd hy werkelijk door een vlaag van krankzinnigheid aangegrepen. Hij verzette zich met boven- menschelijke kracht. „Verraad! verraad! riep hij nogmaals wanhopend uit. „Racosta de Kardinaal ik ben verloren!" De beulsknechten die aan dergelyke too- neelen gewoon waren, hielden hem echter met hunne stevige vuisten omklemd. Intusschen waren de Signore di Napoli en zyne helpers van den anderen kant op het schavot getre den. De knechten gaven hun weerspannig slachtoffer aan de beide ondergeschikten van den scherprechter over, want op hen rustte nu de taak den veroordeelde op de plank te binden. Marsucci trad met neergeslagen oogen op Salvatore toe en greep hem bij de bandboeien. De Apuliër staarde hem in het gelaat als ontwaarde hy een spook. Onder den invloed van zijn slecht geweten sloot Marsucci het rechter oog en nu verdween voor den onge- lukkigen Salvatore de laatste twijfel. „Gy, gy kreet hij met eene hartverscheu rende stem. «De Kardinaal... Ah! Nu be grijp ik alles Marsucci voelde dat van het eerstvolgende ogenblik alles afhing. Als een razende had hij den Apuliër naar den grond gerukt, terwyl zijn makker den ongelukkigen den strik vast om het lichaam sloeg. Bij den uitroep, „De Kardinaal!" was by den ambtenaar van het openbaar ministerie de vrees ontstaan, dat de veroordeelde in woede uitbarsten en beleedigingen uiten zou tegen monsignore de Fabris. Hy gaf daarom aan den commandeerenden officier het bevel de trommen te laten roeren, zoodat de verdere angstkreten van Salvatore wreed gesmoord werden. „De angst heeft hem het verstand doen ver liezen," zei Marsucci tegen zyne makkers. Met een kloppend hard trad de priester op Salvatore toe. „Ik ben verradenriep de geboeide hem toe. «Ik herroep alles wat ik bekend hebl Alles is leugen 1 Alles is bedrog! HelpDe ellendelingen zullen mij vermoorden Hoofdschuddend ging de priester heen. Met gevouwen handen prevelde hy een gehed, ter wijl Marsucci, een duivel in menschengestalte, de plank onder de guilliotine trok. De signore di Napoli trad naderb\j om het touw los te maken. Een zwarte sluier daalde op de ziel van den Apuliër neder; hy had een gevoel van hulpeloosheid, dat balsem was in vergelijking van de gewaarwordingen, die hem zoo even hadden verscheurd. Nog ééne seconde en de vlijmscherpe byl zou nedervallen Daarin dat laatste oogenblik ver stomde plotseling het tromgeroffel. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1889 | | pagina 1