«'t Vliegend Blaadie. KLEINE COURANT® VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL. Bfafftt» fit JtlUlj Na zwaren strijd. Ho. 1731. Woensdag 18 September 1889. Zeventiende Jaargang. O /X\ Aan de Lezers van ons Blad! 17, zegge zeventien Centen. 17 CENTS, NIEUWSTIJDINGEN. Van hedan af wordt roor alle geabonneerde!! en koopera Tan ons blad de gelegenheid opengesteld, in te teekenen op ons bonend en intereeeant PREUIEWERK bewerkt door AMO. Deze Premie zal ditmaal worden afgeleverd tegen den ongehoord lagen prijs van Nooit of nimmer ii dergeljjk aanbod gedaan. Een boeiend en interessant splin ternieuw boekdeel, van 168 bladzijden druks, te ontvangen voor den met recht geringen prjjs van is iets ongeloofelpks. Iedereen, arm of rtyk, kan zich thans in het bezit stellen Tan ons Pramiewerk, dat door Jong of ond gerust kan worden ter hand genemen. ■Me. Teek» dos achterstaandea Ben, beierg haar met byreeglng van het bedrag ad zeventien Cents, aan ons Barean, SPOORSTRAAT of ZUIDSTRAAT. »E UITGEVERS. HELDER, 17 Sept. 188». De Vereeniging tot ontwikkeling van militieplichtigen hield Vrijdagavond hare eerste algemeene jaarvergadering in 't lokaal >Concordia", onder leiding van den voorloopigen voorzitter, den heer J. Beth- lehem. Uit 't verslag van den secretaris bleek, dat men met de genomen proef in het afgeloopen jaar redenen tot tevredenheid had en de zaak wenschte door te zetten. Daartoe werd een definitief bestuur ge kozen, bestaande nit de heeren: J. C. Slis, S. Schellinger, J. Bethlehem, H. Bakker, G. T. von Oterendorp, L. W. F. Oudenhoven en C. S. Jaring. Na rond vraag werd de vergadering gesloten. 't Doel dezer Vereeniging is jongelieden die den leeftijd van 17 jaren hebben be reikt, in de gelegenheid te stellen prac- tische en theoretische militaire kundighe den aan te brengen. Aan hen, die met goed gevolg hebben deelgenomen aan den cursus, worden de volgende voordeelen toegestaana. verkorte diensttijd zelfs tot een minimam van 4 maanden ;b. keuze van garnizoen en wapen; c. vrijheid om buiten de kazerne te wonen. Een dergelijke Vereeniging kan zoo nuttig werken, dat ze allen mogelijken, zedeljjken zoowel als stoffeljjken steun mag verwachten. Zaterdagavond trad in de turnzaal van »Tivoli" voor een groot aantal on- derwjjzers als spreker op de heer H. Te gelaar, uit Amsterdam. Spreker schetste 't doel en streven van de Nederlandsche Openbare Onderwjjzers- en Hoofdonderwgzers-Vereeniging, met 't plan daarvoor propaganda te maken. Deze Vereeniging, koninkljjk goedge keurd, wil den onderwijzer, wanneer hjj wordt bemoeielijkfc of in zijn rechten te kort gedaan, steunen en zelfs zjjn partjj opnemen, zooals werd aangetoond uit eenige aangehaalde voorbeelden. Ook kan de Vereeniging, als coöpera tief lichaam nog eenige voordeelen ge nieten. Na afloop der flink gehouden en dui delijke voordracht van den geachten spre ker, verklaarden eenigen der aanwezigen zich bereid ook hier een nfdeeliug der ge melde vereeniging te stichten. De heer T. achtte zjjn moeite reeds beloond, al was 't aantal leden niet groot, en hoopte van de toekomst uitbreiding. Nadat men den spreker had bedankt, werd de bjjeenkomst gesloten. Te Haarlem is overleden de heer W. Buis, secretaris-penningmeester van den grooten IJpolder. Hjj was geboren op Texel den 5n Augustus 1841. Het wrak van de gezonken veerboot Friesland" wordt thans door de Bergings- Maatschappjj, firma Dirkzwager, door mid del van dynamiet opgeruimd. Groote stuk ken van de romp van het vaartuig zjjn reeds van den bodem der zee opgehaald en te Enkhuizen opgeborgen, om later van rjjkswege te worden verkocht. De Minister van marine brengt ter kennis van zeevarenden, dat, behalve de gewone jaarljjksche verandering in de be tonning van de Zuiderzee, tjjdens de win termaanden, ook nog de roode ton met bol, gelegen aan de Noordeljjkste pont van het >Muiderzand", vervangen zal wor den door een drijfbaken met één korf. De directeur der Staatsloterij, de heer M. A. J. Losgert, heeft vastgesteld het plan der 332ste Nederlandsche Staatslote- rjj, waarvan de «olleete wordt geopend op 23 Oct. a.s. en gesloten op 10 Jan. 1890. De trekking begint 18 Nov. a. s. en eindigt 8 Febr. 1890. Ter zake van bedelarij is te Amster dam in bewaring gebracht een 74jarig man, bjj wien gevonden is een som van f 861.54, aan verschillende Hollandsche en vreemde banknoten en munten. Als een bjjzonderheid deelt de Echo mede, dat geen persoon, nu in leven, ooit eenig stuk zal kunnen dateeren zon der het cjjfer 9 te gebruiken. E» greep nit het Engelathe leren. 17). «Het schijnt onzen gastheer inderdaad ge lukt te zjjn, zjjn geldeljjke omstandigheden te verbeteren, die trouwens bij het aanvaarden der baronie niet zeer gunstig waren," zeide lord Adlisbroth. «Wij kennen elkaar uit den tjjd, toen bij nog kapitein was bjj het vier en tachtigste linie-regiment en ik als tweede zoon nog volstrekt geen uitzicht had op mijn te gen woordigen titel en het daarna verbonden familiegoed. Algemeen werd toen geloofd, dat het vermogen zjjner vrouw niet veel te be duiden had en dat hjj leefde van eene toelage zjjns broeders." «De erfenis van de baronie zal hem op de been geholpen hebben, dat is zoo wonderljjk niet,,' antwoordde Douglas. «Dat hebt ge bepaald mis; ik kende fami lieomstandigheden genoeg, om te weten dat de inkomsten vaa het erf-goed grootendeels verpand zjjn. De oude Norman, de vader van den tegenwoordigen lord, heeft verkwistend huisgehouden." «Maar waar zou hjj dan zjjn groote uitgaven van doen? Ik trof hem eergisterenavond in Jockey-club. Binnen een uur tjjds verloor hjj duizend pond sterling met écarté en hij bleef zoo bedaard of het slechts eenige stnivers waren." «Het spel is zjjn hartstocht; als jonkman was hjj er reeds aan verslaafd. Het bevreemdt mij dat ge niet weet, hoe hij nu zoo'n weel derig leven kan voeren. Hjj is voogd over zjjn nicht, de doehter van zjjn overleden broe der, die van moederszijde een groot vermogen heeft geërfd, men spreekt van een millioen pond sterling. Hij kan natnorljjk over de rente beschikken, om haar een opvoeding vol gens haar stand te geven." «Maar die inkomsten houden toch voor hem op, zoodra het meisje mondig wordt?" tik weet daar het juiste tjjdstip niet van, maar men moet afwachten, hoe hij zich dan verder door het leven zal slaanvoorloopig schjjnt hij er nog geen rekening mee te hou den." Lord Norman, die plaats genomen had aan een tafel meer in het midden der zaal, stond thans op om zich aan zijn andere gas ten te wijden en zoo verstomde het gesprek. De heer des huizes bleef echter slechts korten tijd in den kring der bejaarde heeren hjj trad de balzaal binnen. Daar namen eenige dames hem dadelijk in beslag en maakten hem haar compliment over zjjn prachtig ingerichte wo ning en over het heerljjke feest, waarop hjj antwoordde met de gevatheid, aan een man van de wereld eigen. Hjj kon zich een poos lang niet los maken van die babbelende schare, hoewel hjj zich geweld moest aandoen om het Het staat nu als eenheid in het jaartal, de volgende tien jaren zal het als tiental zjjn plaats nemen en daarna zal het zich voor honderd jaar onder de honderdtallen rangschikken. Het vonnis der Haagsche Rechtbank, waarbij J. H. Taselaar tot 4 jaren gevan genisstraf veroordeeld werd wegens mis handeling met doodeljjken afloop van de Vreede, te Stompwijk, is door het Gerechts hof aldaar bevestigd. Een speelhuis te Londen ontdekt. Zaterdagavond 8 uur was er een bjjzon- dere drukte rond de Newmarket-Club, Strand No. 319. De politie had namelijk, na eerst het geheele huis omsingeld en alle uitgangen bezet te hebben, zich ingang verschaft tot de societeitszaal. 47 personen, die zich mit hazardspelen bezig hielden, wer den gearresteerd en naar het politiebu reau overgebracht, van waar zjj later on der borgstelling ontslagen werden. Zjj zullen terechtstaan. De onbekende erfgenaam, wien door een predikant te Sydney (Australië) om streeks 17 millioen galden is nagelaten, vis gevonden. John James Pearce, de gelukkige erf genaam, is een weduwnaar zonder kinderen en was een arme pleisterwerker in het dorpje Kettering. Bjj zjjn kameraads stond hjj bekend als een kalm bedaard werkman en afschaffer. Uit Scheveningen wordt gemeld: Alhier is het bericht ontvangen, dat zekere W. A. Mejjs, hier geboren en woonachtig, te Antwerpen als timmerman werkzaam, bjj de ramp is omgekomen. Deerljjk gekwetst werd de ongelukkige in het gasthuis Stujjvenberg gebracht, waar hjj weldra den laatsten adem uitblies. De Paus heeft een som van 10,000 fr. gezonden voor de noodljjdenden door de ramp van Antwerpen. In de stads-pe- trolenmmagazjjnen is door den brand voor een waarde van 1,500.000 fr. petroleum verloren gegaan. Te Antwerpen is van rechtswege een commissie benoemd onder voorzitter schap van kolonel Dovos, bevelhebber van de sappeurs en mineurs, tot het uitbrengen van een verslag betreffende de volgende drie vragen: 1. Heeft de heer Corvilain zich gehou den aan de voorwaarden, bjj de concessie bepaald 2. Waar is de ontploffing het eerst gesohied, op het erf van den heer Corvilain of op dat van den heer Rieth? 8. Wat was de oorzaak? De schade, aan gebouwen te Antwerpen door de ontploffing teweeggebracht, wordt op 500,000 frs. geschat. Yolgens de laatste berichten hebben minstens 135 personen het leven verloren, terwjjl 100 ernstig en 250 licht gewond werden. Twintig wor den nog vermist. In het Antwerpsche Yad. leest men de volgende bijzonderheid in verband met de ont zettende ramp, waardoor de Scheldestad werd geteisterd «Hoe betreurenswaardig ook en hoe nood lottig in haar gevolgen de vreeselijke ontplof fing was, heeft zjj toch haar keerzjjde. Ten bewjjze daarvan willen wij de volgende episode meedeelen «In de Korte Nieuwstraat stond een man gesprek gaande te houden, daar een zaak van belang zjjn gedachten bezighield. Eindelijk liet men hem los en hij vervolgde zijn gang door de zaal. Daarbij had hjj een bepaald doel. Aan de zjjde van de oranjerie had hij den advocaat Carrinshliff ontdekt in een half- donkeren hoek. Misschien in de hoop, dat de advocaat op den feestavond nog niet uit Wor- cestershire zou teruggekomen zjjn, had de lord hem met een uitnoodiging vereerd. Eindeljjk stond hij voor den advocaat, slechts weinige schreden van den ingang der oranjerie. rVerheugd u hier te zien, mjjnheer Car- ringshliff!" sprak de lord. «Ik vreesde reeds, dat ge niet in tjjds terug zoudt zjjn, om vol gens mijne wenschen aan dit feestje te kun nen deelnemen." «Nochtans ben ik hier, mylordHet is heden de vjjfde dag sedert ik Londen verliet en die tjjd was voldoende om mjjn zaken ten einde te brengen." »Het is hier onverdraaglijk heet; willen wjj een oogenblik in de oranjerie gaan?" «Zooals uw lordschap belieft," antwoordde Carringshliff en volgde zijn gastheer. Als de lord voornemens was geweest, in de oranjerie eenige vertrouwelijke woorden met den advocaat te wisselen over den uitslag van zjjn reis, dan werd hjj zeer teleurgesteld. Tusschen de slanke pilaren door zag hjj prach tige kostumes schitteren en daarbjj hoorde hjj twee vrouwenstemmen, die een gesprek voer den. Hij vatte den advocaat bjj den arm en met gapenden mond de schatten te bewonderen, die uitgestald waren in den gondwinkel van M. D. V. «Eensklaps wordt de hevige slag der ont ploffing gehoord en gevoeld. De man beeft op zijn voeten, en tot overmaat van ramp krijgt hij een stortregen van glas over zijn hoofd. «Het groote raam van den goudsmidswin kel was in honderd stukken geslagen en zoo op den gaper neergevallen, die hét opeenloo- pen zette alsot... de duivel hem op de hielen zat. «De goudsmid, die vermoedelijk dacht dat een stoutmoedige dief zijn winkelraam had ver- brjjzeld, liep in groote haast naar buiten, sprong de straat op en den vluchteling achterna. «Houdt den diefHoudt den dief 1" riep hjj zoo luid hjj kon. «Hij is hetklonk het daar achter, en de gevolgen waren, dat de vluchte ling met nog grootere snelheid de beenen be woog en eindeljjk nit het gezicht verdween. Het gerecht bjj Kotta Pohama. Het volgende omtrent het voor ons zoo droevige gerecht bjj Kotta Pohama is aan een particulier schrjjven uit Atjeh ontleend: «Terwjjl ik schrijf, sta ik op 't punt naar Kotta Radja te gaan, om mede de laatste eer te bewijzen aan de helden, die hun tronw aan 't vaderland met den dood hebben moeten boeten. Bjj ontvangst van dit schrjjven zult u wel reeds 't een en ander over het gevecht bjj Kotta Pohama hebben gehoord. Deze sterkte is de laatste der bentings aan de Westerlinie en ligt nagenoeg aan zee. Reeds geruimen tjjd werd zjj hevig beschoten met lilla's, zoo dat er b.v. in de palissadeering een groote bres was geschoten. De generaal besloot die vijandeljjke lilla-stelling te nemen, evenals de daarachter gelegen vijandelijke benting Toe- wanhoe. De onzen verwachtten weinig tegen stand, slechts geweervuur bjj den terugtocht en daarom werd de tocht slechts ondernomen door 1£ bataillon (600 h 700 man), terwijl de tSamarang" aan den zeekant het vlnchten langs het strand zou beletten. Voor de zooveelste maal bleek thans op nieuw dat de Atjeher geen te verwerpen vij and is. Behoorljjk toegerust ontvingen zij de onzen. De lilla-stelling werd wel is waar ge nomen, maar zjj was geheel ledig. De vjjand had den tjjd gevonden om de stukken, die ons zoo lang hadden bestookt, in veiligheid te brengen. Ondanks 't hevig geweervuur rukten onze troepen op naar de benting, maar hier werd een ongehoorde tegenstand gevonden, in plaats van een verlaten stelling, zooals werd ver wacht. De vjjand vuurde uitstekend. Her haaldelijk hoorde men uit verschillende secties het dokters-appèl blazen en te midden van een kogelregen werd zooveel mogeljjk genees kundige hulp verleend. Een zeer verdienste lijk officier, de luitenant Veerman, evenals de lnitecant der genie Haseman, sneuvelden in den aanvang van het gevecht. Laatstgenoemde moest zelfs in handen van den vjjand worden achtergelaten en zijn ljjk is nog niet terug gevonden, evenmin als vier minderen. De gene raal, zelf op't ter reinaanwezig, ontbood onmid- delljjk al wat Kotta Radja aan troepenmacht bezat. Spoedig waren 1600 man gereed om de geleden nederlaag te wreken. Ondertus- schen had ook de vijand niet stil gezeten en in en om de benting had zich een legerttje van 5000 6000 man verzameld. Onze soldaten brandden van begeerte om den dood hunner aanvoerders te wreken en met gejuich werd het bevel om op te rukken begroet, en dat deze juichkreet geen bluffen is geweest, hebben zij getoond. Vol moed, zonder een blik achter zich te werpen, zijn zij tegen den onzichtbaren vijand opgerukt. Om een denkbeeld te krjjgen van het vuur der onzen en van den vjjand, behoeft men slechts te denken aan het geluid van een rof fel, waar tusschen door de Turksche trom zich trok hem in eene nis nabjj de deur, waar zjj achter de dichte rijen bladplanten voor de blikken der aanwezigen verborgen waren. Zjj konden alles hooren, wat er gesproken werd. »Ten tjjde van den overleden lord, die deze bezitting aankocht, was alles hier veel een voudiger ingericht dan nu," sprak de eene dame, welke lord Norman dadeljjk aan de stem herkende als miss Arabelle Grey, de jongste zuster van zijn overleden vrouw. «Ik sta waarlijk verbaasd, hoe bevallig lord Nor man hier alles heeft laten inrichten. Vanonds had hjj veel neiging om op weelderigen voet te leven, maar toen zijn vrouw nog leefde, waren zijn middelen niet voldoende om naar zijn wenschen te kunnen optreden. Nooit zag ik prachtiger palmboomen dan hier, zelfs te Windsor niet. En hoe schitterend is het ge- heele feest! De lord is werkelijk een gast heer, die de kunst verstaat, reeds voornit zelfs den geringsten wensch zjjner gasten te ver vullen. Wij bevinden ons echter niet in zjjn eigendomdit huis behoort aan zjjn pupil. Hoe vindt gij het meisje, mijn waarde?" «O, het is een verrukkelijk schepsel; in schoonheid overtreft zjj alle anderen in de zaal. Wat eeo lief gezicht, wat fraaie hals en armen. En een houding als een koningin!" «Ge zult goed handelen, mijn waarde, als je zulke uitdrukkingen van gloeiende bew< \- dering aan uw zoon overlaat. Van de zijde der heeren is zjj zulk een opmerkzaamheid wel waard, want zjj brengt haar man een- doet hooren. Voorwaarts ging het door moe rassen, bosschen, lagunen en versperringen. De chef van den staf, kapitein Von Geusau, met den sabel in de hand bamboe-doeriversperrin- gen kappende, viel door een schot in 't hart getroffen, dood neder. «Anderen werden zwaar gekwetst wegge dragen. De cavalerie hield zich ook uitstekend en meermalen moesten enkele dapperen van paard verwisselen, daar de trouwe rossen on der hen werden neergeschoten. Van achter een groote versperring werden wij hevig be schoten en 't mocht maar niet gelukken den bamboemuur te verwijderen. Toen, het is bjjna ongelooflijk, heeft zich de artillerie op de open vlakte opgesteld en haar gelukte het eindeljjk een bres te schieten. »Als ge weet wat hier gebeurd is, zult ge eerbied voelen voor ons Indisch leger. Wer kelijk, zjj behoeven geen ridderorden te dragen, de uniform is reeds voldoende. Denk niet dat er na iemand wordt gedecoreerd. De generaal vroeg zich af «met wien moet ik beginnen een ieder zonder uitzondering heeft zich onder scheiden. Kjjk ze maar gerust aan, onze kolo nialen, als ge ze met verlof ziet loopen en haal den neus niet op, als ze eens wat dron ken zjjn. «Vergeet niet, dat ze zich zoo menigmaal met vuil water hebben moeten behelpen, zoo als gisteren, na twee nor lang in de branden de zon te hebben gestreden. «Al mogen de gevolgen niet gunstig zjjn geweest met het oog op de verliezen, de ben ting is genomen. «Een woord van lof aan de vjjanden. Zjj stelden moed tegenover moed en verdedigden 't stukje grond als helden. Bjj de inname wer den onze soldaten met allerlei voorwerpen ge worpen, en menigeen is in de benting gesneu veld, nadat wjj haar reeds meester waren. «Het verlies vam den vjjand wordt zeer hoog geschat, maar is nog niet met zekerheid bekend. Ons verlies is hoogst ernstig, 3 officieren ge sneuveld, 4 gewond, 17 minderen dood, 91 gewond, waarvan zeker nog een groot aantal zullen sterven. «De terugtocht is ook kolossaal zwaar geweest. We werden van achteren en aan twee flanken beschoten, voor we eindeljjk binnen de linie waren. Herhaaldelijk moest de achtorhoede weder uitvallen, om den vjjand uit de boscbjes te verjagen. «Des avonds te acht unr bracht de trein de ambulance en de eerste troepen terug. Van de ambulance zal ik maar geen beschrjjving geven. Men moet 't bjjwonen zoo'n terugkomst om den indruk te kennen. De troepen hielden zich zoo goed mogelijk. De muziek speelde en de soldaten zongen «Wien Neérlands bloed" en «Wilhelmus", maar de arme kerels wag gelden en zagen er uit als kolendragers." Omtrent de ter-aarde-bestelling van de ge sneuvelden meldt de briefschrijver nog het vol gende ,,'t Was eene indrukwekkende begrafenis. De stoet officieren, waaronder de marine zeer sterk was vertegenwoordigd, bestond nit wei 200 personen. «Hetzelfde bataillon, dat op Edi is terug geslagen, opende den stoet. Het had zich den vorigen dag zeer kranig gehouden, na vooraf door den kapitein Möllinger te zijn toegespro ken. Aan de groeve werd door verscheidene officieren het woord gevoerd. Zeer belangwek kend waren de woorden van kapitein Bijle- veld, in het Maleisch tot de dappere Ambo- neesche soldaten. Hij wees er op, dat hunne broeders thans vereenigd waren met den door hen zoo zeer beminden bapa (papa) Pel, ter wjjl zjj zich gelukkig zonden voelen, dat ze met het gelaat gewend lagen naar het mo nument, te zijner eere opgericht. De begra fenis der Javaaneche soldaten heb ik niet bij gewoond. Zjj rusten op een ander kerkhof en moesten vóór zonsondergang worden be graven. De droeve tocht, waaraan ik deci maal de kleinigheid van een millioen pond sterling aan." «Wat een gelnkkig schepsel! Zoo vereenigt zij alles, wat ons begeerenswaard maakt bjj de mannen." «Ik vind het meisje zeer veranderd. Het zal ongeveer tien jaar geleden zjjn, dat ik haar bjj den dood van haar vader in Norman-Hall zag. De gelaatstrekken zijn tameljjk wel on veranderd gebleven, precies eene Norman, maar de oogen en het haar.Het is won derljjk; ik herinner mjj met groote zekerheid, dat zij als kind roodblond haar had." «Haar verandert van kleur, dat is meer malen opgemerkt, en juist bjj rossig haar ge beurt dat dikwijls, miss Arabella! Misschien komt die verandering van kleur ook wel voor een gedeelte op rekening van de kunstvaar digheid harer kamenier." «Het haar.... Ja, dat wil ik niet tegenspre ken, mjjn waarde; maar hebt ge ooit zoo iets van de oogen gehoord? En dat haar bljjftmjj ook nog een wonderlijke zaak; als het nog donkerblond was, ja maar het is zwart]" Zij schudde het hoofd en vervolgde: «Zou ik mjj toch vergissen? Neen, het is onmogelijk. Maar waarom zon ik mij langer kwellen met dezen twijfel; ik heb immers het beste be wijs in handen. Zij schonk mij toen haar por tret, in miniatuur op ivoor geschilderd; haar vader had het laten maken. Zoodra ik thuis kom...." Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1889 | | pagina 1