't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
TWEE ERFGENAMEN.
No. 1888.
Zaterdag 21 Maart 1891.
Negentiende Jaargang.
Al) on Ti ement
Ad-vertentlên
KALENDER DER WEEK.
NIEUWSTIJDINGEN.
per 3 maanden binnen de gemeente50 Geut.
>3 franco per post75
Afzonderlijke nummers2
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Buremix: SPOORSTRAAT «n ZUIDSTRAAT.
van 1 tot 5 regels. 25 Cent.
Elke regel meer5
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Adverteptiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSiMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
MAART, Lentemaand, 31 dagen.
Opkomst der Zon 5 a. 56 m.
Onderg. 6 u. 18 m.
Zondag 22 Palm-Zondag.
Maandag 23
Dinsdag 24
"Woensdag 25 Maria Boodschap. Volle
Maan.
Donderdag 26 Witte Donderdag.
Vrijdag 27 Goede Vrijdag.
Zaterdag 28
HELDER, 20 Maart 1891.
Jl. Zondagnamiddag werd in het lo
kaal s>Musis Sacrum" alhier de jaarlijksche
algemeene vergadering gehouden van de
plaatselijke Weerbaarheids-Vereeniging,
genaamd Artillerie-Vrijkorps". De ver
gadering werd geopend en geleid door den
Voorzitter der Vereeniging, den heer E,
Janzen, die den aanwezigen een hartelijk
welkom toeriep. Na de voorlezing en goed
keuring der notulen van de vorige bijeen
komst, werd de rekening en verantwoor
ding van den penningmeester aan een on
derzoek onderworpen. Zy werd goedge
keurd en vastgesteld, sluitende met een
batig saldo van f4.11. Vervolgens werd
overgegaan tot de keuze van bestuurderen,
ten gevolge van periodieke aftreding en
ter vervulling eener vacature. Herkozen
werden de heeren E. Janzen en P. Raada-
veld en gekozen werd de heer L. W. J.
van Knaape, die zich allen de op hen uit
gebrachte keuze lieten welgevallen. Na
bespreking werd bepaald, dat de schiet
oefeningen in den aanstaanden zomer we
der, even als vroeger, des Zondagsmorgens
ten 7 ure zullen aanvangen, en dat het
Bestuur heeft besloten, om aan 't einde
der winter-oefeningen een schietwedstrijd
met Flaubert-geweer te houden.
Dinsdagavond gaf 't Stafmuziekkorps,
onder directie van den kapelmeester J. Koning,
't achtste winterconcert in Tivoli. Van 't acht
tal nummers, waaruit 't pogramma bestond,
waren er niet minder dan vijf, die voor het
eerst alhier ten gehoore werden gebracht.
't Begon met de vrij moeielyke Marche
Marocaine", van Berlioz. Reeds dit nummer
maakte door de correcte-uitvoering een zeer
gunstigen indruk. Met gespannen verwach
ting zag men No. 2 tegemoet //Vorspiel zu
der Oper Lohengrin", van Wagner.
Verrukkend klonken by den aanvang de
tonen der violen 't was als geestengefluister
en deed nu en dan denken aan een verwij
derde .ZEolusharp. Er behoort ijverige studie
en een zeer ontwikkeld talent toe om deze
moeielyke vioolpartij dermate tot haar recht
te laten komen.
In rAus Holberg's Zeit", suite im alten
Stijle, van Edvard Grieg, hadden de bezoekers
gelegenheid kennis te maken met de muziek
van een paar eeuwen geleden.
Met dé moeielyke ouverture »Guillaume
Teil", van G. Rossini, viDg 't tweede gedeelte
aan. Volhardende studie en fijn genuanceerde
uitvoering brachten deze niet gemakkelijke
compositie tot haar recht. Kan 't orchest bui
tengewone kracht ontwikkelen, nog hooger
stellen we de fijnheid, waarmede sommige
passages werden afgespeeld. Artistiek klonk
de violoncel-solo in de Introduction en ook
voor 't duet tusschen fluit en hobo in de Pasto
rale hebben we gaarne een woord van waar
deering over.
De bezoekers volgden voordurend 't spel met
de grootste aandacht en bij treffende passages
heerschte de diepste stilte. Onderscheidene
malen gaf een welgemeend applaus getuigenis
van den indruk, die de muziek op de toe
hoorders had gemaakt.
Gaarne zouden we uitvoeriger zijn in onze
beschouwingen, wanneer de plaatsruimte 't
opè vergunde.
Sedert den jare 1843 bestaat in deze
gemeente een inrichting, die, wellicht ook door
't eenvoudig uiterlijk, weinig algemeen bekend
is. We bedoelen het Observatorium, geplaatst
op den Zeedyk, in de zoogenaamde «Lands-
keet". Van af genoemd jaar worden aldaar
dagelyks met de aanwezige toestellen en in
strumenten weerkundige waarnemingen gedaan,
waarvan men de resultaten iederen dag, ne
vens die van andere plaatsen in het buiten
en binnenland, in de couranten vindt vermeld.
De heer C. Van der Sterr, indertyd opzichter
van den Waterstaat alhier, heeft daar, met
goedvinden van HH. Gedeputeerde Staten dezer
provincie en voor rekening van deze, onder
scheidene toestellen tot het doen van waar
nemingen, 't zij van eigene vinding of ontleend
aan beschryvingen en afbeeldingen van reeds
bestaande zaken, daargesteld. Onder de voor
naamste kan men rangschikken een getij meter,
toestel om binnenshuis de hoogte van het wa
ter in 't Marsdiep waartenemen, een regen
en uitdampingsmeter, een zelf-registreerende
windrichting- en winddrukmeter, een uitdam-
pingsweger van zand-, klei- en tuingrond,
toestellen tot het nemen van electrometrische
en magnetische waarnemingen, verschillende
barometers, waaronder een zelf-registreerende,
verschillende thermometers, enz. 't Peilwerk-
tuig, met welks aanleg 1846 werd begonnen,
kon eerst in 1850 in werking gesteld worden.
De put, die in onmiddellijke verbinding staat
met het Marsdiep, trok meermalen in groote
mate de aandacht van bezoekers uit den vreemde.
Vroeger en later werd deze merkwaardige
inrichting herhaaldelijk door vreemdelingen
bezocht, en ook de Prins van Oranje en Prins
Hendrik der Nederlanden toonden, hier ter
plaatse vertoevende, hunne belangstelling in
dit Observatorium, door het met een bezoek
te vereeren.
De verdiensten van den stichter van deze
instelling, den heer Van der Sterr, werden er
kend door Z. M. den Koning, die hem met de
Orde van den Nederlandschen Leeuw begif
tigde.
We vestigen de aandacht onzer le
zers op de aangekondigde buitengewone
Vocale en Instrumentale matinee, Zondag
middag te geven in de concertzaal Tivoli,
waarbij zullen optreden de dames Van Op-
bemertSchwencbe en Charlotte Jaspers,
benevens de beer Joban Schmier. Reeds
bij vroegere gelegenheden mochten we de
ze begaafde artisten booren en de goede
indruk van vroeger zal ongetwijfeld me
nigeen naar een vernieuwde kennismaking
doen verlangen. De br. W. Froschhard zal
daarbij als pianist zich doen booren.
Voor nadere bijzonderheden verwijzen
we naar de in dit blad voorkomende an
nonce.
Als 't op betaling aankomt, is men
in den regel nieuwsgierig. Zoo ook te Kam
pen. De raad dier gemeente heeft bij de
behandeling der begrooting besloten belas
ting te heffen en wel tot een bedrag van
ruim f50,000, dat voor een eerste heffing
in deze gemeente met bare rijke bezittin
gen zeker niet onaanzienlijk mag heeten.
In weerwil van het krachtig verzet van
enkele raadsleden en een groot deel der
burgerij, die beweerden, dat belastinghef
fing onnoodig zou zijn, zullen toch de in
gezetenen over de brug moeten komen.
Inbraak
In den nacht van Zaterdag op Zondag
omstreeks half twee waggelden, schijnbaar
van dronkenrchap, drie personen over het
Haarlemmerplein, te Amsterdam, en bleven
stand houden vooraan op don Haarlemmer
dijk. Al spoedig bleek, dat hun dronken
schap slechts voorgewend was, want ter
wijl een op den uitkijk bleef staan op het
plein, begonnen de anderen een ruit te
verbrijzelen van perceel 161, bewoond door
de wed. Van Leek, waarin sedert onheu
gelijke jaren een grutterij wordt uitgeoefend.
De vrouw des huizes werd door het on
gewoon geluid wakker en wekte baar oudste
dochter, die, hoewel flink bij de band zijnde,
toch niet zoo dadelijk naar buiten durfde
loopen. In gezelschap van haar inmiddels
ontwaakten broeder en gewapend met bet
geen voor de hand lag, begonnen de beide
jongelieden hun onderzoekingstocht en za
gen zij, dat de buitenstaanden de binnen-
luiken poogden weg te duwen. Inmiddels
waren de inbrekers onidfekt door een over-
wonend barbier en een anderen buurman,
zoodat zij zonder buit bun heil in de vlucht
moesten xoekén. Bij die vlucht verloor een
van de dieven een tabaksdoos, die door een
toeschouwer werd opgeraapthoewel nage
zet, konden zij ontkomen.
Waren de inbrekers wat meer voortva
rend geweest, dan hadden zij een mooien
slag kunnen maken, want ze zullen zeker
tot bun spijt vernemen, dat in een lade,
vlak onder bun bereik, een aardig som
metje geborgen was.
Ongeveer twee uur later hebben blijk
baar dezelfde heeren pogingen gedaan aan
de deur van een hoedenwinkel op de Haar
lemmerstraat, maar de bewoners waren juist
van een feestje teruggekeerd en dus ook
bier vingen zij bot.
In een levensschets, die de heer A.
J. Servaas van Rooijen in het Haagsche
„Dagblad" geeft van den admiraal J. H.
van Kinsbergen, wordt in herinnering ge
bracht dat men aan dezen verdienstelijken
man bet volkslied te danken beeft.
Hij schreef een prijsvraag uit voor een
volkslied met de daartoe behoorende mu
ziek, in den smaak van de bekende liede
ren „Wilhelmus van Nassauen" en „God
save the King". Tollens behaalde de over
winning met 't „Wien Neêrlandsch bloed"
en mr. J. Brand kwam in de tweede plaats
in aanmerking met „Wij leven vrij". De
zangwijzen, die bij de twee gedichten ge
voegd waren, voldeden echter niet. Wil-
lems zorgde later voor de algemeen aan
genomen melodiën.
Tot pastoor bij de R. C. gemeente
te Wormerveer is door Z. H. den Bisschop
van Haarlem benoemd de Zeer Eerw. Heer
J. van der Horst, kapelaan alhier.
De Gemeenteraad van Harlingen heeft
benoemd tot gëmeente-controleur, tevens
binnenbavenmeester, den beer J. E. Kriens,
oud-konstabel-majoor der Marine, te Am
sterdam, met wien op de voordracht stond:
de beer J. E. Carstairs Seiler, West-In
disch ambtenaar te Utrecht.
De Rechtbank te Assen beeft bij
vonnis verklaard, dat de Wed. G. W. Gaai-
kemaHellinga die wegens vergiftiging
van bare 20-jarige dochter Grietje tot le
venslange gevangenisstraf is veroordeeld
geen voordeel kan genieten uit bet door
bare dochter Grietje ten baren behoeve
gemaakt testament, zoomede dat zij on
waardig is om als erfgenaam bij versterf
uit de nalatenschap harer dochter voor
meld iets te genieten.
Door deze beschikking komt nu de na
latenschap van Grietje Hellinga aan haren
broeder Popke en hare halfzuster Tietske
Hellinga.
Gerbardus Jacobus Teuben, die door
bet gerechtshof te Leeuwarden tot 3 jaren
gevangenistraf was veroordeeld, werd Maan
dagmiddag met den trein van Leeuwar
den naar Groningen getransporteerd, om
in laatstgenoemde plaats zijn straf te on
dergaan.
Toen de trein te ongeveer 3 uur 40
min. nabij Groningen balt had gehouden
voor het contrölestation en zich langzaam
weder in beweging zette, wist Teuben zich
van den hem geleidenden rijksveldwach
ter los te rukken, sprong door bet por
tierraam en nam de vlucht in de richting
van Peizermade.
De rijksveldwachter wist door middel
van de noodrem den trein weder tot stil
stand te brengen en zette den vluchteling
na. Nu begon een wilde jacht, doch zeer
zeker ware Teuben, die veel voor was,
den dans ontsprongen, zoo niet twee agen
ten van politie der gemeente Groningen,
die van verre alles hadden gezien, zich
van bun bovenkleeding ontdaan hadden
en met geleende polsstokken den vluchte
ling, die door de weilanden liep, achter
volgd waren. Het mocht aan beide wak
kere politiemannen dan ook gelukken, met
behulp van een boerenarbeider, die in 't
veld bezig was, den gevangene na verloop
van omstreeks een half uur opnieuw te
arresteeren, waarna hij naar de gevange
nis overgebracht werd.
Londen, 18 Maart. (Part.) Een tele
gram uit Gibraltar meldt bet zinken van
de stoomboot j> Utopia" der Anchor Line
ten gevolge van aanvaring met bet Brit-
sche pantserschip »Anson". 't Behelst het
volgendeDe aanvaring vond gisterenavond
omstreeks 7 uren plaats. De ram der An-
son" maakte een gat van 30 voet lengte
in de „Utopia", nabij den achtersteven. De
Utopia" zonk achterwaarts in 10 minuten.
Er bevonden zich 880 passagiers op. De
golfslagen, opgejaagd door den bevigen
zuidwestelyken wind, sloegen alles over
boord wat zich op het dek bevond. Men
vreest dat van de passagiers twee derden
omgekomen zijn, ofschoon eenige andere
booten, gezamenlijk met de Britsche pant-
servloot, terstond te hulp kwamen. De bij
het pantserschip »Immortality" behoorende
8toombarkas verging daarbij verscheiden
raatrozen verdronken. Dank zij den electri-
scben speurlichten der Engelscbe vloot,
werden nog verscheiden menschenlevens
gered. Tallooze lijken van vrouwen en kin
deren zijn reeds aangespoeld. De kapitein
der «Utopia", is gered evenals de scheeps
dokter. De masten en de schoorsteen der
„Utopia" steken even boven bet water uit,
Uit Madrid wordt bericht, dat de
politie te Porcuna den moordenaar heeft
gevat van Mme Henrion, de Parijsche mo
demaakster,die vermoord werd in den sjraor-
trein tusschen Se villa en Cordova.
De moordenaar werd gevat, terwijl hij
bezig was in de rivier zijn Ideederen te
wasscben. Hij is een bediende uit het hotel,
waar de vermoorde te Sevilla beeft gelo-
De zeepfabrikant Adolph Philipsen,
die te Kopenhagen een moord pleegde en
bet lijk van zijn slachtoffer in een kist
naar New-York verzond, is thans ter dood
veroordeeld. Het Gerechtshof was van oor
deel, dat Philipsen de misdaad pleegde met
voorbedachten rade en volkomen bij zijn
verstand.
In de Vereenigde Staten wordt nu
en dan de strijd tegen bet drankmisbruik
met geweldige middelen gevoerd door bet
zwakke geslacht. Te Mount Etna (Indi-
ana) beeft onlangs weder een menigte
vrouwen, met bijlen en knuppels gewa
pend, een tapperij aangevallen en vernield.
De verontwaardigde schoonen maakten be
kend, dat alle drankwinkels een dergelijk
lot zouden ondergaan, als zij niet spoedig
gesloten werden.
Burgerlijke stand, gemeente Texel,
van 11 17 Maart.
ONDERTROUWD Johannes Koning Sijbz.
en Adriana Bouraa. Lambortus Halsema en
Pietertje Brouwer.
GETROUWD: Jacob Heording enMarretje
Zegel. Gerrit Dirk Kikkert (weduwnaar van
Antje Bakker) en Annette Langeveld. Hertje
Mantje en Harretje Kooiman. Cornelis Plaats
man en Adriana Oornelia Bremer.
GEBOREN Hendrikus, zoon van Jan Daal
der Jacobz. en Grietje Hartog. Gerrit, zoon
van Willem Jonker en Hartje Abbenes. Stijntje,
dochter van Jan Pieter Kuiper en Antje
Plaatsman.
OVERLEDENFrans Zegel 67 jaar, we
duwnaar van Maartje Vlas. Joban Willem
19.
Naar bet Italiaangch.
Ooo
>Dan wachten wij nog eenige dagen,"
antwoordde zy onverschillig. (Adieu, Mauriee."
Men begon nu te spelen. Mauriee speelde
zeer gelukkig, binnen weinig tijds bad hy een
groote som geld voor zich liggen. Smoiloff
speelde niet. Hij zat met Octavia op een sofa
in een druk gesprek.
Toen de Arfeuilles laat na middernacht
zijne gasten zag vertrekken, bleef Smoiloff
nog wat by hem om nog eens vertrouwelijk
te praten.
(Ge zijt tot over de ooren op de schoone
Octavia verliefd," schertste d' Arfeuilles.
»Hm al naar men het neemt," antwoord
de Smoiloff schouderophalend. (Zelf bemerk
ik er niet veel van."
uWaarom stelt ge u dan den geheelen avond
aan als haar hartstochtelijke vereerder?"
wZe is mooi," antwoordde Smoiloff. (Zij
bevalt even als een mooie bloem, die men
plukt en in zyn knoopsgat steekt."
z/Dan waarschuw ik u," sprak d' Arfeuilles
ernstig. «Octavia is gevaarlijk, zij zou uw
beurs geheel uitputteu."
//Bah, als zij dat eens kon," antwoordde
Smoiloff onbezorgd. //Mijn voorouders hebben
zooveel geld bijeengebracht, dat de last daar
van my byna te zwaar wordt."
«Des te beter," zei d'Arfeuilles. (Octavia
zal uw geldzakken wel lichter maken, daar
sta ik borg voor."
De Rus nam nu ook afscheid en keerde
naar het groote hotel terug, waar hy eenige
prachtige kamers bewoonde. Zijn gedachten
waren nu volstrekt niet bij de schoone Octa
via, maar by de misdaad in het graf der fa
milie Kurawieff. Hij besloot dat den volgenden
dag te bezoeken.
XI.
De beroemde schilder Gabriel zat ijverig
aan een onvoltooid schilderstuk te werken in
zijn ruim atelier, dat een geheele bovenver
dieping innam, van oen huis in de rue Varin.
Men kon den goedaardigen ouden heer aan
zien, dat hij met lust aan dit stuk werkte.
Ofschoon het onderwerp weemoedigheid wekte,
was de uitvoering echter zoo schoon, dat Ser
vet te recht mocht hopen door dit paneel zijn
roem nog te vergrooten. Een jonge maagd,
blijkbaar ernstig ziek, lag in een armelijk ka
mertje op een armoedig bed en strekte haar
vermagerde k:tnd uit naar den verkoelenden
drank, dien een zuster van barmhartigheid
haar toereikte. Er lag een onbeschrijfelijke
uitdrukking van gerustheid in de schoone,
bleeke trekken van het meisje.
Servet legde juist de laatste hand aan de
rijke bruine lokken der zieke, toen een knap
jonkman binnentrad, met een hoofdknik groette
en zich stil aan een ander schilderstuk zette.
Blykbaar wilde hy den kunstenaar niet in zyn
arbeid storen. Maar Servet legde zijn penseel
neer en stond op.
«Goeden morgen, Albert," zeide hij vrien
delijk. //Waarom komt ge van morgen zoo
laat? Ik heb reeds vier uren gewerkt. Het
is al over elf."
«Och, meestervandaag is het buitenge
wone dag," antwoordde de jonkman, die op
stond en den grijzen kunstenaar de hand
drukte. «Reeds vroeg ging ik met papa naar
het politiekantoor. Er zyn twee raadselach
tige misdaden gepleegd en nu wilde ik zoo
gaarne alles weten, wat er van bekend is.
Vandaag voelde ik, dat ik evenals papa aan
leg en roeping heb voor het vak van rechts
geleerde. En dat is gelukkig. In de schil
derkunst zou ik toch geen meestér worden."
Servet glimlachte, maar sprak hem niet
tegen. Hij wenschte de bijzonderheden van de
ontdekte misdaden te vernemen en Albert
voldeed gaarne aan dit verlangen.
«Geheimzinnig en verschrikkelijk I" riep
Servet uit, toen Albert zijn verhaal geëindigd
had. Ik vrees, dat de politie veel moeite zal
hebben om zoo'n slimmen misdadiger op het
spoor te komen.
O, daar vrees ik niet voor," zei Albert.
(Het onderzoek is aan mijn papa opgedragen,
dus het is aan goede handen toevertrouwd.
Als papa den schurk niet vindt, is die zeker
het land uitgevlucht."
«Ja, de naam van Paul de Gibray heeft
een goeden klank in de kringen der justitie.
Ge kunt tevreden zijn, dat ge zoo'n papa hebt,
die uw leermeester en uw voorbeeld kan zyn
in uw toekomstig beroep."
»Er wordt aangescheld!" riep Albert de
Gibray plotseling. «Wy krijgen bezoek
Weinige oogenblikken daarna trad een oude
heer met een lieve dochter het atelier binnen.
Servet ging zijn bezoekers vriendelijk te ge-
moet en vroeg, wat zij verlangden. Albert
ging aan zijn schilderstuk, maar wendde het
oog niet af van het bevallige meisje in haar
blauw fluweeleu costuum met bont afgezet.
Voor alles verzocht de oude heer zich te
mogen ontdoen van zijn zware winterjas,
waarna hij zonder complimenten op den
naasten stoel ging zitten. Nu eerst scheen
hy te kunnen spreken over de reden van zyn
bezoek.
«Die kleine daar is mijn dochter Marie, ik
zou gaarne haar portret geschilderd hebben,"
begon hij met een vriendelijken glimlach. «Het
moet een verrassing voor mijn zuster zyn en
nu wil ik niet tegen de kosten opzien om een
goed gelykend portret te krijgen. Dit is de
reden waarom ik my tot u wend." Servet
dankte met een buiging, hij had de jonge
dame reeds een stoel aangeboden en richtte
nu zijn oog opmerkzaam op haar.
«Een regelmatig gelaat, mooie oogen en
een mond om te kussen", zei hij droog weg.
«Het portret moet goed uitvallen, daar sta ik
borg voor."
Marie kleurde tot achter de ooren- en in
verwarring stond zy op en trad voor het
schilderstuk van den meester.
«In welk costuum moet zij geschilderd wor
den?" vroeg Servet weder.
(Myn dochter heeft weinige dagen geleden
de kostschool verlaten. Daar droeg zij 's zo
mers altijd een witte japon met blauwe sjerp,
en omdat zij de zomervacantie bij haar tante
doorbracht in die kleeding, zal het haar zeker
veel genoegen doen haar zoo te zien afgebeeld."
»Heel goed," zeide Servet. (Als het u
schikt, kan overmorgen op dit uur de eerste
zitting plaats hebben. Doch de jonge dame
zal hier moeten komen, want buitenshuis schil
der ik niet. En dan blijft de prys nog over
om te bespreken.
«Daar spreken wij wel over, als het por
tret gereed is. Go noemt zelf den prijs en
ik zal niet afdingen op uw kunstwerk. Hier
is mijn adres." Bij deze woorden haalde de
oude lieer zyn portefeuille te voorschijn en
reikte Servet zyn naamkaartje over.
«Lodewijk Bressol, rue Yerneuil no. 25,"
las de schilder.
(Goed, zooals gezegd is, ben ik over
morgen tot uw beschikking," zeide hij vrien
delijk.
«Dan zijn wij gereed," sprak Bressol vroo-
lijk. «Kom, Marie, laten wij mijnheer Servet
niet langer storen."
De jonge dame stond nog altijd voor liet
half voltooide schilderstuk van Servet. Haar
oog was vochtig. Als uit een droom gewekt,
schrikte zij bij de woorden van haar papa.
(O, papa, kijk eerst eens naar deze schil
derij," zeide zij schuchter. Gewillig kwam
Lodewijk Bressol by haar.
(Wordt vervolgd.)