't Vliegend Blaadje. KLEINE COURANT VOOR HELDER, MEUWEDIEP EN TEXEL. Een Strijfl tnssclifin Liefde en Eer. No. 1945. Woensdag 7 October 1891. Negentiende Jaargang. Telefoonnummer 36. VERSCHIJNT DINSDAG- EN Uitgevers: BEBKHOÜT VRIJDAGMIDDAG. Co., te Helder. NIEUWSTIJDINGEN. 1 i Abonnement per 3 maanden binnen de gemeente 50 Cent. >3 franco per post75 Afzonderlijke nummers2 Buruux: SPOORSTRAAT tn ZUIDSTRAAT. Advertenttön van 1 tot 5 regels25 Cent. Elke regel meer5 Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VKIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. tei bc HELDER, 6 Oct. 1891. Zondagmiddag werd in Tivoli door 't Stafmuziekkorps der K. N. Marine, onder di rectie van den kapelmeester J. Koning, 't laatste zomerconeert in dit seizoen gegeven. De heer lijke herfstdag had heel wat bezoekers uitge lokt. Door 't zonnetje bestraald en boven zich den helderblauwen hemel, was 't een genot in den tuin te zitten. We noemen dit concert uitstekend geslaagd. De zeven nummers werden met de gewone virtuositeit voorgedragen en 't weder werkte uitstekend mede om alles tot zijn recht te doen komen. Gedurende den zomer hebben de leden der Kapel zich voortdurend door studie zoeken te bekwamen en alzoo 't woord excelsior steeds voor oogen gehouden. De solisten, zoowel op hout als koper, toonden zich steeds vol yver en mochten bij verschillende gelegenheden blijken van waardeering erlangen. Met belangstelling zagen we ditmaal de uit voering van »Alla stella confidente" van Ra- baudi tegemoet, waarin de nieuwbenoemde pistonnist, de heer W. B. TIel man n, proeven van zijn talent zou afleggen. Gaarne erken nen we, dat hij onze verwachting heeft over troffen. We noemen hem een groote aanwinst voor 't korps en hopen dat hij nog lang een sieraad daarvan zal blijven. Hij heeft op zijn instrument een heerlijke, volle toon en paart daaraan een beschaafde en muzikale voordracht. We hebben in vroeger jaren by 't korps ta lentvolle cornettisten gehad, als de hh. Craner en Weber, maar beide stonden bij den nieuwen titularis ten achter. De voordracht van rAlla stella confidente" was uiterst zangryk. By latere concerten ho pen we de techniek van den hr. Helmann te beoordeelen, die, naar ons van bevoegde zijde wordt verzekerd, uiterst ontwikkeld is. Wanneer 't ons vergund is een kleine op merking te maken, zonden we willen aanvoe ren dat de carillonneur in No. 3 minder ge lukkige oogenblikken had. Na de roemrijk ten einde gebrachte zomer- campagne zien velen met verlangen de win- terconcerten tegemoet. 't Telefoonnet strekt zicb thans ook iit tot buiten de gewone grenzen der ge meente, daar de heeren Sant en Terra benevens 't badpaviljoen te Huisduinen er bij zijn aangesloten, Dit laatste zal on getwijfeld veel gemak aanbieden, daar de bezoekers nu voortaan gelegenheid zullen hebben hunne belangen zelfs van dit ver wijderde punt te ^behartigen en hunne wenscheu kenbaar te maken. "Voor vele- bewoners hier ter plaatse kan de aanslui ting daardoor meer waarde erlangen, vooral in 't gunstige jaargetijde. Men schijnt daarvan meer en meer over tuigd, want 't nieuwe gemeenschapsmid del de verresprekerbreidt zich bij voort during uit. Zij die reeds aangesloten zijn, betuigen algemeen hunne tevredenheid over de verrassende verschijnselen, welke de telefoon aanbiedt. Een zaak, op zichzelf nuttig en goed, behoeft geen aanprijzing. Naarmate de telefoon meer algemeen in gebruik komt, zal de aansluiting toenemen en die toe neming zelf maakt dat de zaak allengs meer nut en gemak verschaft, zoodat men met grond mag vermoeden dat aan dit gemeenschapsmiddel weldra een algemeene behoefte zal worden gevoeld. Naar »Het Vad.« verneemt is, na het verschijnen van het rapport over de be grafenisfondsen, thans door het hoofdbestuur van de Maatschappij tot Nut van 't Alge meen ingevolge besluit der algemeene ver gadering, ook een commissie benoemd, tot onderzoek van de ziekenfondsen in ons land. In die commissie hebben zitting dr. v. Tien- hoven en dr. Snijders Sr. te 'a Gravenhage, prof. Stoeder en mr. Ribbe te Amsterdam. Donderdagavond tusschen 8 en 9 uur, werd op den dijk in Katspolder een ver raderlijk schot gelost op P. Kraker, vroe ger molenaar te Othene, gemeente Zaam- slag, en aldaar wonende, waardoor deze aan het hoofd getroffen en op de plaats dood bleef. De getroffene keerde met zijn vrouw van een familiebezoek huiswaartszijne vrouw nam de vlucht, terwijl later bleek dat bet lijk van f440 was beroofd. Voor alsnog is de dader onbekend (»M. C. Een Zaterdagmorgen vroeg te Utrecht uitgebroken brand geeft weer een waar schuwing voor huismoeders en dienstbo den. Die brand toch schijnt ontstaan te zijn tengevolge van het omvaUen van een bran dende lamp, welke de dienstbode bij het naar bed gaan op e§n tafel had neerge zet en vergeten uit te doen. Toen zy door den verstikkenden damp, waarmede baar kamer gevuld was, wakker werd, stond de zolder dier kamer reeds in brand, en had zij nog maar juist den tijd om, zonder iets te kunnen redden, bet gevaar te ontvluchten. Ook de overige bewoners van 't huis, door haar nog gewekt, hebben zich intijds kun nen redden. Te Oosterwolde is Zaterdagnacht een landbouwer overleden aan bloedvergiftiging, ontstaan door met huismiddelen een wonde aan den duim te behandelen. Toen de ge neesheer werd geroepen, gaf deze nog slechts ééne hoop, nl. door het amputeeren van den arm, die zeer was opgezwollen. Dit wenschte de patiënt niet, en spoedig daarna was hij een lijk. Zaterdag werd op bevel der recht bank te Roermond aldaar aangehouden en naar de gevangenis te Roermond overge bracht de heer J. C., burgemeester van Wessem. Deze aanhouding is geschied naar aanleiding der verkiezingsknoeierijen, die te Wessem in den laatsten tijd heb ben plaats gehad. Eenige weken geleden trad te Gro ningen een paar in het huwelijk onder minder aangename omstandigheden. Twee vroegere meisjes" van den bruidegom, ieder vergezeld van een jeugdige spruit, maakten het bruidspaar den eersten gang naar en van 't stadhuis reeds erg moeie- lijk. Vooral de bruidegom, die zooveel campagne-jaren achter den rug had, was big uit de voeten te zijn en 't beschermend dak van zijne woning boven het hoofd te hebben. In deze woning, in de nabijheid van de sluis, buiten de voormalige Apoort, op de hoogtè van de broodfabriek, bracht het jonge paar de wittebroodsweken door. Het huwelijksgeluk duurde echter niet lang, want Zaterdagmiddag bleek het dat de jonge vrouw er genoeg van had en zij den dood verkoos boven een langer leven met haren echtvriend. Zy sprong in het vrij diepe water en zonk al spoedig. De man echter, wiens liefde zeker nog niet bekoeld was, kon haar zoo niet zien verdrinken en sprong haar na. Beiden raakten in 't water aan 't worstelen en verkeerden wel dra in levensgevaar. Met veel moeite kreeg men het paartje eindelijk weder op het droge. Onder luid gejuich van een groote menigte werden ze druipnat huis waarts geleid. Moord in Oen Haagi Een overtalrijk publiek woonde Donderdag de behandeling bij van de zaak van don moor denaar uit het Westeinde, aldaar, voor de rechtbank. De beklaagde, Jan Boon, '24 jaar oud, smid van beroep, keek bij het binnentreden een oogenblik onverschillig rond. Negentien getuigen waren gedagvaard. Uit de dagvaarding blijkt, dat aan beklaagde wordt ten laste gelegddat hij in den avond van 16 Augustus omstreeks 11 uur opzettelijk en met voorbedachten rade, door zich vooraf met een mes te wapenen, zija zwager J. C. H. M. van liet leven heeft beroofd, door hem ter hoogte van het hart dat mes in de borst te stooten. Het rapport van den deskundige, dio de lijk schouwing deed, de semi-arts Van Dissel, te Leiden, constateert, dat M. is gestorven ten gevolge van een steek met een scherp voor werp, welke juist in hart heeft getroffen, en met zeer veel kracht moet zijn toegebracht, daar twee ribben zelfs werden doorgesneden, en het scherpe werktuig door het hart de aorta heeft getroffen. Op een vraag van den toegevoegden verde diger, mr. S. J. M. Van Geuns, antwoordde de deskundige, dat de stoot eerst de rechter borst heeft getroffen en toen in de schuine richting het hart heeft geraakt. Do politieagent, die het eerst ter assistentie werd geroepen en zich naar de woning van beklaagde in het Kortenbosch had begeven, trof Boon daar aan, juist toen hy de trap af kwam, gereed om uit te gaan. Zijn broer, op hem wijzende, zeide toen «daar heb je den ploert, die het gedaau beeft waarop de beklaagde toen antwoordde //het is zooal krijg ik honderd jaren, ik kan er Diets aan doen. Breng my maar hoe eer hoe liever naar het bureau. Naar de aanleiding ondervraagd, verklaarde beklaagde, dat er dien avond, ten huize van zijn ouders, een feestje was. Hij had toen on aangenaamheden met zijn zwager gekregen, omdat deze geen sterken drank wilde drinken. Beklaagde was min of meer onder den invloed van sterken drank. Zijn zwager had hem toen een klap gegeven en hem voor //aap" geschol den, terwijl hij door eenige familieleden de deur werd uitgedrongen. Daarna was hij naar boven gegaan en een oogenblik op bed gaan liggen. Toen zijn zwager naar diens woning in 't Westeinde was gegaan, kwam hy van boven, volgde hem en hield hem in het por taal staande ,om het weer goed te makenen af te drinken," maar M. voegde hem toe»ik doe het niet, jij blijft een aap." Daarop volgde een kleine worsteling, en toen had R. den doodelijken steek toegebracht. Een der familieleden, die by het feestje te genwoordig was, gaf de volgende lezing van het voorgevallene. Beklaagde was tegen 10 uur 's avonds thuis gekomen, niet dronken, maar toch met een borrel op en dientengevolge naar het scheen, niet prettig gestemd. Hij had toen aan M. toegevoegd »Ik ben geen afschaffer". Meer woorden waren gevolgd en daarop had beklaagde een klap gekregen van M. waarna zijn vader hem naar boven had gezonden om verdere standjes te voorko men. Een oogenblik daarna was beklaagde weer naar beneden gekomen toen had hij zijn Zondagsche pak verwisseld tegen een ander omdat hij een „voordracht" wilde doen, hétgeen zijn vader evenwel niet toeliet. Eerst toen vroeg hy om zijn werkbroek, en ging die met zijn broer met een lamp zoeken. In dien tus- schentijd was M. met zijne vrouw naar hun woning in het Westeinde vertrokken. Daarop kwam Boon, thans in zijn werkbroek gekleed, waarin het mes zat, op zijn kousen en met zijn schoenen in de hand de trap af, liep, volgens de verklaring van een der getui gen zeer snel naar het Westeinde, en keerde ook spoedig weer terug, ging toen naar boven en weer op bed liggen, waar hij de dekens over zich heen trok. Zóó trof hem zyn broer aan. Toen deze hem iets zeide, gaf beklaagde ten antwoord ffPas op, of ik steek jon, ook dood." De jongen was even weggegaaneen oogenblik daarna had beklaagde zich weer verkleed en wilde weer uitgaan, toen hij in arrest werd genomen. Beklaagde erkende, dat de zaken zich onge veer zoo hadden toegedragen precies weet hij het echter niet. Zijne bedoeling was niet, zijn zwager te //dopden", wel ooi hem te //Snijden". Deze bewering werd evenwel door verschil lende getuigen, medebewoners van het hofje, weersproken. Alvorens het woord te geven aan het O. M., bracht de president aan beklaagde nogmaals het schandelijke van zijn daad onder het oog en wees hem op de verzwarende omstandig heid van den te laste gelegde voorbedachten moord. In gemoedelijke woorden raadde hij hem, een volledige bekentenis af te leggen. Maar Boon bleef bij zijne bewering hier werd hij eenigszins aangedaan dat hij vrede had willen maken en daartoe naar zijn zwager was gegaan, en eerst toen deze, hem scheldende, weigerde, en zij getwist hadden, den steek had toegebracht. Hij ontkende zijn werkbroek te hebben aangetrokken, omdat hij wist dat daar zijn mes in was. Substituut-officier mr. Pleijte betoogde daarna in een uitvoerig requisitoir, dat zoowel de schuld als het voorbedacht opzet bewezen wa ren. De moord was wettig en overtuigend be wezen, en de laaghartige wijze waarop de daad gepleegd werd, zou de toepassing van de zwaar ste straf eischen doch met het oog op het physiek gestel van beklaagde, dat min of'meer prikkelbaar is, en ook om hem gelegenheid te geven zich te verbeteren, vorderde het O. M. vyftien jaren gevangenisstraf. De verdediger, mr. Van Geuns, trachtte aan te toonen, dat er geen voorbedachte raad was, en pleitte verzachtende omstandigheden. Uitspraak over 8 dagen. Te 's Herfcogenbosch is een 19-ja- rige dienstbode in voorloopige hechtenis genomen. Volgens de tegen haar inge brachte beschnldiging moet gebleken zijn, dat zij zich jarenlang schuldig maakte aan oplichting ten nadeele van hare meesteres de gelden voor de dagelijksche levensbe hoeften had zij, in plaats van die aan bakker, kruidenier, enz., te betalen, zelf opgestoken. De leveranciers, die zich niet konden begrgpen dat hunne kalant tot twee jaren toe hare kruideniers- en broobrekening Het oploopen trachtten haar herhaalde malen te spreken, doch dan gaf de meid >niet thuis*. De toe gebrachte schade zal vermoedelijk aan zienlijk zijn. Te Maastricht heeft een moeder haar eigen 15-jarige dochter aan de justitie over geleverd, wijl deze, volgens eigen bekente nis, in verschillende gezinnen, waar zij als dienstmaagd woonde, drie kinderen, van 5, 18 en 24 maanden, door worging van het leven beroofd heeft. De laatste moord werd door haar in de vorige week te Maastricht gepleegd op een meisje van 18 maanden, van dsn HeerL. W. De ouders ronden des ochtends hun kind dood in de wieg. De moordenares kan geene redenen voor hare misdaden opgeven. Zg heet Marie de Rooy en is fe St. Geertruid woonachtig. Te Duur, bij Wyë, is Zaterdagmor gen door den trein van 8.59 uit Zwolle eene treinwachteres overreden, toen zij haar kind, dat aan den overkant van den spoor weg speelde, wilde grijpen. Verleden Zaterdag had een dame aan het buffet van de wachtkamer der 2e klasse aan het spoorwegstation haar handkoffertje achtergelaten. Toen zij een paar uren later terugkwam, vond zij niet haar eigendom, maar een soortgelijk handkoffertje terug. Bij onderzoek bleek, dat een onbekend heer haar koffertje had medegenomen en het zijne in de plaats was gebleven. Eerst werd aan een vergissing gedacht en hoopte men op een inwisseling van het eene tegen het andere. Nu van dit laatste niets ia geko men, is het vermoeden van kwade 4rouw gerezen, daar het koffertje der dame eenige zaken, nog al van waarde bevatte, o.a. een japon, 1 zomermantel, 5 gouden ringen, 1 zilveren ketting met medaillon, 1 zilveren vlinder (haarnaald), benevens 1 visiteboek je met naamkaartjes, toilet-benoodigdheden enz., terwijl het andere koffertje bij onder zoek door de politie, weinig waarde bleek te bevatten. Er werd echter o.a. in aan wezig bevonden een doosje met eenige pak jes Pasta universelle a polir les rnétaux", zoodat men het er voor houdt dat de on bekende beer in dit artikel handelt. De on bekende is iemand van nog al gezette ge stalte, met vollen donkeren baard, die den- zelfden dag naar Harlingen, Sneek of Gro ningen is vertrokken. Brussel, 3 Oct. Aangaande de be- 81) z/Ga gerust héén, mynheer Morris, en laat al het verdere aan mij over. Ik dank u voor uw bemoeiingen. Het schrijven van mijn man zal ik lezen en overdenkenik moet zeggen, dat hij een geschikt persoon heeft weten te vinden om zijn commissie te laten verrichten. Aan uw geweten laat ik de beoordeeling of ge het recht hadt om tegen de dochter van uwen weldoener de woorden te richten, die ge heden tot haar gesproken hebt.® Op verwijtenden toon sprak zij de laatste woorden uit. Toen wees zij trotsch naar de deur, ten teeken dat hij kon vertrekken, en keerde zich van hem af. Zoo jaagt men een valschaard weg, wiens bedoelingen mey door zien heeft De wangen van den advocaat werden vuur rood. Hij begreep, hoe weinig geloof zij aan zijn woorden hechttezelfs het schrijven van haar man had aan gewicht verloren, omdat het door zijne handen was gegaan. Zij was zoo schoon en nu juist was zij zoo onbereik baar ver van hem verwyderd. Meer dan ooit haatte hij den man, aan wien zij met hart en ziel toebehoorde. i Mevrouw Von Berg'naupt, go wenscht dat ik heenga, en dat op het oogenblik dat ge mij meer noodig hebt dan ge kunt vermoeden. Ik zal gaan, maar ik zal terugkeeren als een trouw soldaat, om aan uwe zyde myn postte bezetten die post is mij aangewezen door een man, aan wien ik alles te danken heb wat ik ben. By het afscheid, toen hy het ongelukkige schip betrad, liet ik hem in myn hart lezen en hij zag daarin niets dan onwankelbare liefde en trouw. //Ik ga gerust heen, want ik laat mijn kind niet alleen achter,» zeide hy. Hoe zwaar Jane Gray ook lijden moge, omdat zy den man verstiet, die den zegen haars vaders reeds had, ik zal haar in de ure der droefheid ter zijde staan, om met haar te lyden en te strijden, ja, om desnoods met haar ten onder te gaan." Mijnheer Morris stond op en ging naar de deur. Zijn oogen waren vochtigzyn lippen trilden. Toen hij bij de deur was, keerde hy zich nog eens om en zeide «Het is mogelijk, dat de minnares van mijn heer Von Berghanpt, die hem te Wiesbaden in haar strikken gevangen houdt, hem aan zet tot een brutale bejegening van zijn vrouw omdat deze geen ja en amen zegt op het voor stel tot een vry willige scheiding. In dat ge val zal ik met mijn borst de slagen opvangen, die bestemd zijn om het hart te treffen van de engel myns levens.' Met een stijve buiging en e^n diepen zucht verliet mijnheer Morris de kamer. Eindelijk scheen de advocaat het rechte mid del gevonden te hebben, om de liefde en het vertrouwen in Janes hart aan het wankelen te brengen. »Zijn minnares!' riep zij uit. //Koerts min nares O God, Koert, Koert, hoe zwaar wordt je belasterdMaar waarom kom je niet tot je vrouw? Waarom kom je niet, Koert?» Zy be gon te schreien en zonk op een stoel neer. Toen mijnheer Morris den tuin doorliep, kwamen hem drie dames te gemoet, waarvan mevrouw Von Reidersdorf zich onderscheidde door haar vorstelijk voorkomen. De advocaat sloeg schuin een bewonderenden blik op haar en trad ter zijde om beleefd te groeten. Als versteend bleven de drie dames staan, toen zij den Engelschman bemerkten. Mevrouw Von Reidersdorf liep op hem toe en keek hem scherp aan. ris u mynheer Morris, uit Londen vroeg zy. z/Om u te dienen Toby Morris." wHebt ge misschien mijnheer Vpn Berghaupt naar huis gebracht De advocaat haalde de schouders op en zeide z/Ik kan mijnheer Von Berghaupt niet be wegen om naar huis terog te koeren. Ik be hoor tot de goede bekenden van dien heer, maar ik zou nooit kunnen besluiten om hem in zijn intieme familie-aangelegenheden raad te geven. Bij deze woorden maakte hij een buiging, groette met den hoed en verliet daarop den tuin. »Wat een mensch," fluisterde mevrouw Von Reidersdorf, terwyl zij den wegsluipenden advocaat nakeek. Het is, geloof ik, de tweede maal dat hij hier komt, maar zijn verschijning voorspelt niets goeds." De overige dames deelden in de vrees van de baronnes en opperden de vraag of het niet mogelijk zou zijn, zulk een onwelkomen gast van de deur te houden. Koerts mama kwam de dames in de vestibule reeds tegemoet. Zij was zeer opgewondenhaar oogen drukten bitterheid en smart uit. Zij hield den onheil brengenden brief van haar zoon in de hand. //Waarde dames," zeide zy, «door het ven ster zag ik, dat die man u is tegengekomen. Hij heeft het nu gewaagd, mijne schoondoch ter een bezoek te brengen. Ik kwam helaas te laat om hem voor altijd te verjagen. Wat hij met Jane gesproken heeft kon ik niet te weten komenhet moet iets verschrikkelijks zijn, want toen ik zoo even in de kamer kwam. vond ik haar in onmacht op den grond lig gen. Zy hield dezeu brief van mijn zoon in haar handl» Snikkend reikte zij den brief aan de dames over en vervolgde toen «Met behulp van de kamenier bracht ik Jane te bed. Zy heeft den geheelen nacht gewaaktik hoop dat zij nu in slaap valt. Arm meisje, dat aan zoon man haar hart heeft geschonken arme moeder, die van haar zoon zulke droevige dingen moet belevenZy droogde haar tranen en zeide nog: »Maar ik zal hem uit mijn hart verbannen, zooals ik zijn vader nit mijn hart verbannen heb. Jane zal in mij een beschermster vinden, die haar tegen de geheele wereld verdedigt. De brief van Koert ging van hand tot hand en veroorzaakte een waren storm van verontwaardiging onder de dames. Zooals wy weten, schreef hy daarin aan zyn vrouw de verpletterende mededeeling, dat hy haar nooit had bemind en een onoverwinnelijken afkeer voor haar gevoelde, waarom hy haar verzocht in een vrijwilige scheiding toe te stemmen. z/Dat schreit ten hemelriep de baronnes Von Reidersdorf uit. //Waagt Koert Von Berghaupt het, zulke woorden tot zijn vrouw te richten JA1 was hy waanzinnig geworden, dan was dit nog niet te pardonneeren. z/Ik ben besloten mijn zoon op te zoeken, en wel op dit oogenblik, voor dat Jane mij daarvan kan terughouden 1 Na dit schryven is het my onmogelyk, hem weder tot zyn vrouw te brengen. Dat zou trouwens toch niet meer helpen, want hun huwelijksgeluk is vernietigd. Maar ik wil mijn zoon myn ver achting toonen en my dan voor immer van hem afwenden. Van dit oogenblik af reken ik dat ik nooit een zoon heb gehad »Arme moederzeide mevrouw Von Rei dersdorf, wier oogen vochtig werden. »Doch laten wij niet vergeten, dat mijnheer Von Berghaupt nog al zwaarmoedig wassen dat wij hem daarom met verschooning moeten behandelen. Als u het goedvindt, gaan wy allen met u naar Wiesbaden. Uw schoon dochter weet nog niets van onze komstwij zullen haar rustig laten liggen en rijden er op staanden voet heen Koerts mama keurde dien voorslag goed, en daar de rijtuigen stonden te wachten, besloot tnen daarin den tocht te ondernemen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1891 | | pagina 1