I
't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL
No. 2016.
Zaterdag 11 Juni 1892.
Twintigste Jaargang.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG,
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
KALENDER DER WEEK.
NIEUWSTIJDINGEN.
ProïramHia van het 5ie Zomer-Concert,
„ONTERFD".
Bureau: Zuidstraat.
Telefoonn". 42.
Bureau: Spoorstraat.
Telefoonn0. 86.
A"b on ti om ent
p. 3 maanden binn. de gem. 50 Cent, met Zondagsblad 80 Cent.
p. 3 maanden franco p. post 75 met Zondagsblad fl,126.
Afzonderlijke nummers2 Cent.
Bumux: 8POOR8TRAAT «n ZUIDSTRAAT.
AdvertentlSii
Tan 1 tot 5 regels25 Cent.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des
DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
Opkomst der Zon 3 u. 39 m.
Onderg. 3 u. 20 m.
JUNI, Zomermaand, 30 dagen.
Zondag 12
Maandag 13
Dinsdag 14
Woensdag 15
Donderdag 16 H. Sacramentsdag.
Vrijdag 17 Laatste Kwartier.
Zaterdag 18
HELDER, 10 Juni 1892.
Bij Kon. besluit is aan mr. D. P.
H. Aberson, op zijn verzoek, eervol ont
slag verleend als lid van het college van
regenten over het huis van bewaring te
Helder, onder dankbetuiging voor de bewe
zen diensten, en benoemd tot lid van dat
college mr. J. A. Schaaf, griffier bij het
kantongerecht te Helder.
De ansjovisvisscherij levert tot heden
zeer ongunstige resultaten op, hetgeen niet
alleen voor de visschers, maar ook voor
tal van neringdoenden een groote teleur
stelling is. Voor de Zuiderzeevieschers is
de anjovisvisseherij de hoofd visscherij ge-
wordeu, zoodat een slechte vangst gelijk
staat met een slecht jaar. Daarbij komt
dat de prijs niet hoog is, hetgeen een ge
volg is van den grooten voorraad, welke
nog van het jaar 1890 voorhanden is.
In de maand Augustus of September
a.s. zal te 's Gravenhage een vergelijkend
onderzoek worden gehouden van personen,
die wenschen te dingen naar de betrekking
van klerk der postergen, waartoe twintig
plaatsen ter vervulling worden opengesteld.
Aanstelling van klerken der posterijen
geschiedt op een jaarwedde van f 400,
welke belooning tot f1200 kan klimmen.
Naar aanleiding van een verzoék-
schrift der openb. onderwijzers te Wormer-
veer aan den gemeenteraad aldaar, om de
regeling hunner jaarwedden zoodanig te
wijzigen, dat zij na een zeker aantal jaren
verzekerd zijn van een eenigszius redelijk
bestaan, heeft de Raad van genoemde ge
meente, op voorstel van B. en W., een
nieuwe verordening, deze aangelegenheid
rakende, vastgesteld. Deze komt in hoofd
zaak hierop neer
De onderwijzers aan de openb. scholen
genieten bij hun aanstelling f 550.welk
inkomen bij gebleken ijver en geschiktheid
telkens na 8 jaren met f 50.wordt ver
hoogd tot een maximum-tractement van
f 650 is bereikt. Voor onderwijzers
met de hoofdacte is het aanvangssalaris
f 700. Telkens na verloop van 2 achter
eenvolgende jaren wordt dit bij betoonde
plichtsvervulling verhoogd met f 60 tot
een maximum van f 1000. Bij tusschen-
trjdsche verkrijging der hoofdacte wordt
de verhoogde jaarwedde toegekend met in
gang van 1 Januari d. a. v. De onder
wijzers met verplichte bijacten genieten
bovendien een toelage van f 100.
Wormerveer heeft door de vaststelling
dezer regeling zeker velen gemeenten een
navolgingswaardig voorbeeld gegeven.
De erfenis jagers
Dezer dagen overleed te Berlikum een
boer, die er zeer warmpjes inzat.
Toen na afloop der begrafenis zijn neven
en nichten zich eens op hun gemak bezig
hielden in het sterfhuis om ladetafels,
kisten, kasten en trommels tedoorsnuflelen,
vonden zij een testament van den overle
dene, waarbij hij al zijne bezittingen aan
een liefdadig doel vermaakt had. De toorn
van deze neefjes en nichtjes over de ont
erving was zoo hevig, dat zij naar het
kerkhof stormden en met stampen, trappen,
razen en tieren op het graf van hun ge
storven bloedverwant hunne woede op hem
trachtten te koelen.
Een schatrijk heer te Leeuwarden
aldus wordt van geloofwaardige zijde aan
de »N. Pr. Gr. Ct.« bericht die zoo
erg aan rheumatiek lijdt, dat hij de raderen
van zijn rgtuig van gutta-percha heeft
laten voorzien, om minder pijn bij het
rijden te hebben, ontbood Sequah (Daven-
port) bij zich en vroeg, of deze kans zag
hem te genezen en zoo ja, welke beloo-
ning hg eischte. Na den lijder onderzocht
te hebben, gaf Sequah te kennen, hem
wel te kunnen genezen, doch dat hg daar
voor niet de minste belooning voor zich
eischte. Evenwel vorderde hij, dat de
millionair, indien hg werd genezen, vijf-
en-twintig duizend gulden aan de armen
van Leeuwarden zou geven, terwijl Sequah
er bijvoegde: »Als ik u niet genees, geef
ik de f 25.000 aan de armen.Dezeeisch
was den millionair te hoog, hij had er
echter f 10.000 voor over. Sequah bleef
evenwel op zijn stuk staan en verwijderde
zich, den patiënt aan zijn rheumatiek over
latende. Wel een bewijs dat »het geld«
den rijke meer te pakken heeft dan de
rheumatiek
Te Nijmegen maakte dezer dagen
de vrouw van kleedermaker J. B. de kachel
aan en gebruikte daarbij petroleum. De
vlam uit de kachel sloeg in de petroleum-
kan en deed deze met een geweldigen slag
uiteenbarsten, ten gevolge waarvan de
vrouw met de vloeistof werd besproeid en
hare kleederen over het geheele lichaam
weldra in brand geraakten. Eer men haar
te hulp kon snellen, was zij reeds met
vreeselijke brandwonden overdekt. Na een
smartelijk lijden is de ongelukkige vrouw,
die eerst voor weinige weken gehuwd was,
aan de gevolgen bezweken. Haar man,
die bij het blusschen eveneens deerlijke
brandwonden bekwam, is nog lang niet
hersteld.
Te Amersfoort is op Pinksteravond
een infanterist door een tamboer, bij een
vechtpartij, met een mes levensgevaarlijk
in borst en rug gestoken. In zorgwekkenden
toestand werd de mishandelde naar het
militair hospitaal overgebracht. De dader
is gearresteerd.
Het uitgestrekte en prachtige bui
tenverblijf Vreeswijkte Uudeschoot bij
Oranjewoud, is door wijlen mevrouw Hart-
sinckWouters, voor eenige dagen over
leden, aan het dorp Oudeschoot vermaakt,
om ingericht te worden tot verplegings-
gesticht van oude vrouwen uit den.be
schaafden stand. Des zomers werd het bui
ten door mevr. Hartsinck-Wouters bewoond.
Aan haar huisknecht vermaakte zij, be
halve zijn gewoon weekgeld, een jaargeld
van f1000.
In de wittebroodsweken
Te Rozendaal trouwde een paartje, waar
van de bruidegom nog denzelfden morgen
wegens vechten moest terecht staan. De
eisch luidde twee maanden.
Duur paardevleeschje
Te Groningen is voor eenige dagen pu
bliek verkocht het renpaard »Carl", voor
ruim f 1750. Thans is dit paard voor de
renbaan in Frankrijk aangekocht voor de
kapitale som van f 12.500.
Gedurende de Pinksterdagen bracht
de tram van het Staatsspoor ongeveer
22000 passagiers naar Scheveningen, ter
wijl die van de Holl. IJz. Spoorw.- Maat
schappij van het station Den Haag en
Anna Paulowna straat 19- a 20,000 reizi
gers vervoerde- De verschillende treinen
van laatstgenoemde Maatschappij brachten
30,000 personen meer dan op gewone da-
en naar de residentie, terwijl ook het
taatsspoor een zeer groot aantal reizigers
derwaarts vervoerde.
Het vervoer op de lijnen der Haagsche
Tramwegmrj. naar Scheveningen (paarden-
en electrisehe tram) was 38,542naar
Delft (stoomtram) 7600 en op de stadslijnen
(paardentram) 21,575 totaal 67,717.
Het weekblad «Floralia" bevatte onlangs
oen zeer lezenswaardig artikel, onder 't op
schrift Begraafplaatsen". De schrijver vangt
aan met de opmerking, dat, ofschoon de meeste
menschen de nagedachtenis hunner dooden
eeren. zij toch ongaarne den doodenakker be
zoeken, omdat deze vaak een zeer ongunstig,
onbehagelijk aanzien heeft. Dikwijls merkt
men op, dat de grafzerken van hunne oor
spronkelijke richting zijn afgeweken de mo
numenten hebben veelal geen artistieke waarde
en het geheel der grafplaatsen heeft vaak iets
terugstootends. Verder wijst de schrijver op de
meerdere vereering hunner dooden door de
Oosterscho volken en geeft hij eene beschrij
ving van de schoone ligging der begraafplaats
van Scutari, de voorstad van Konstantinopel,
om daarna in den breede te schetsen het ideaal
van een kerkhof, nl. dat van Cincinnati, in
den Staat Ohio, in N. Amerika. Deze begraaf
plaats beslaat een oppervlakte van 177 H. A.
en bevat, nevens monumenten van de beste
meesters in de beeldhouwkunst uit Munchen
en Rome, een natuurschoon, die tot een veel
vuldig bezoek uitlokt. Het bestuur van dit
kerkhof heeft zeer strenge bepalingen vastge
steld, die strekken om de ontsiering door on-
oogelijke monumenten tegen te gaan en om
het kerkhof tegen allo baldadigheid te beveili
gen. De schrijver geeft daarna een aantal aan
wijzingen, die bij den aanleg of bij de verbetering
van begraafplaatsen verdienen opgevolgd te
worden. Hij bevoelt een goede doelmatige be
planting van het terrein aan en waarschuwt
tegen het voortbestaan van boomen, die hun
leven als 't ware voortslepen. Met het oog op
zulke uitteerendo hoornen, die een kerkhof in
groote mate ontsieren, besluit de schrijver vol-
gendcrwijze «Het zien dier toonbeelden van
veelal moedwillige verwaarloozing op de plaats,
waar zoovele stille getuigen den wandelaar het
einde van den stryd tegen de natuur verkon
digen, waarin ook hij zeker is eenmaal te
zullen ondergaan, ontstemt hem en houdt hem
allicht van een herhaald bezoek terug. Hoe
kalm daarentegen stemt het zijn geschokt ge
moed, als hij in de schaduw van 't geboomte
gezeten, de hem omringende natuur gadeslaat,
en voor een oogenblik zijn gedachten tot het
verledenc bepaalt. Zyn blik weidt over den
stillen doodenakker heen en zoekt de plek waar
zijne geliefden rusten. Alles ademt vrede, alle
strijd is hier geëindigd, alle vijandschap ver
zoend. De vogelen boven zijn hoofd zingen een
loflied en de gansche natuur lacht hem wel
ernstig, maar toch vriendelijk tegen. Hier, tns-
schen bloemen en boomen, in ieder waarvan
hij een voor hem passend symbool zoekt, vindt
zijn gemoed ontruiming, en vertrouwt hij zijn
schat aan den schoot van haar, die ze een
maal voortbracht en nu weer tot zich nam."
De Provinciale Staten van Gelder
land hebben gekozen tot lid der Eerste
Kamer den heer mr. A. F. de Savornin
Lobman, oud-minister, met 32 van de 60
stemmen.
De heer Tydeman, lid der Staten, bad
28 stemmen.
Aan het «Tijdschrift voor genees
kunde c wordt uit Shanghaï geschreven,
dat ook daar een Sequah c zijn intocht
heeft gedaan.
Hg verkoopt eveneens olie tegen rheu
matiek en cholera. Eiken dag trekt
Sequah, tot groot vermaak van de straat
jeugd, in een vergulden wagen, met een
electrisch lampje voor zijn voorhoofd en
een orgel als orkest, naar zijne spreek
plaats. Daar worden de patiënten onder
de oogen van het publiek door hem be
handeld en worden dagelijks een duizendtal
fleschjes door hem verkocht, hetgeen aan
de Sequah-maatschappij een bedrag van
circa 2000 gulden per dag oplevert.
Te Kensington (Pennsylvanië) is een
dynamietbom ontploft ten huize van een
juwelier. Twee personen, de juwelier en
zijn bediende, werden gedood en de vrouw
des huizes en haar kinderen bekwamen
ernstige wonden. De naburige huizen wer
den zwaar beschadigd.
Omtrent de verschrikkelijke ramp te
Titusville en Oil City nabij Pittsburg,
wordt verder gemeld, dat door de hevige
regens van den laatsten tijd, beekjes en
stroomen een groote hoeveelheid water
bevatten. Door een wolkbreuk viel er
zooveel water opeens, dat de Oil Creek
buiten haar oevers trad. Het water steeg
zoo plotseling, dat de inwoners der beide
steden onmiddellijk naar de heuvels moes
ten vluchten. Vrouwen en kinderen wer
den door het water achterhaald en verdron
ken jammerlijk. Tot overmaat van ramp
raakten de petroleum-tanks in brand. De
brandende petroleum dreef weldra op het
water en nu begon het werk der verwoes
ting eerst recht. Huis na huis ging in
vlammen op. Over een afstand van 3
uur werden alle bruggen door de vlammen
verwoest.
Uit Przibram komen over het mgn-
ongeluk nog tal van droevige berichten.
Van de mannen, die met veel moeite
gered zijn, heeft men er slechts dertien
in het leven kunnen behouden. Bovendien
zijn door vuur of stikdamp zeven-en-twin-
tig mannen, die vol heldenmoed en toe
wijding alles beproefden om hunne kame
raden te redden, om het leven gekomen.
Het opnieuw in orde brengen van de mijn
schachten zal vijftien maanden duren en
al dien tijd kunnen de mijnwerkers den
arbeid niet hervatten. Niet alleen, dat
de dood daar rondgemaaid heeft, maar ook
de honger wacht de mijnwerkers, zoo er
geen redding opdaagt.
Ontberingen op zee. Volgens een te
Liverpool ontvangen bericht uit Sydney
is het schip «Clarac, dat 22 Juli 1891
van de Mersey naar San Francisco ver
trok, op zee verbrand en werd een gedeelte
der equipage, 11 in getal, door het schip
«Tropic Bird« gered en te Tahiti geland.
Toen de schipbreukelingen door de Tropic
Bird« werden overgenomen hadden zij reeds
15 dagen in een open boot op zee rond
gedreven en gedurende de laatste acht
dagen niets genuttigd dan het vierde ge
deelte van een beschuit en één dronk water
per dag, zoodat zij geheel waren uitgeput
en het eenigen tijd duurde voordat zij
eenigszins van de doorgestane ontberingen
waren bekomen. Een andere boot, waarin
de gezagvoerder en de overigen der beman
ning zich bevonden, werd opgepikt door
het schip California, c door welk schip de
schipbreukelingen te San Francisco zgn
geland. Deze boot werd aangetroffen op
9° ZB. en 113° WL., terwijl de Tropic
Bird« op 400 mijlen Z.Oostwaarts daarvan
de andere boot ontmoette.
op ZONDAG 12 JUNI 1892,
's middags 21/* uur.
1. „T. O. N. I. D. O.", '^Feestmarsch, L.
P. J. Michielsen. 2. Ouverture„Raymond ou
le secrèt de la Reine", Ambroise Thomas. 3.
Tenor Aria de 1' opéra„Lucie de Lammer-
moor", G. Donizetti. Transcriptie pour Piston
Solo. 4. „Hommage h Felix", Mendelssohn
Bartholdy. Fantasie, Emil Curth. Pauze.
5. Racokzy - Ooverture, Hector Berlioz. 6. Fan-
taisie de 1' opéra comique „Coeur et la main",
Charles Lecocq. 7. „Capricciosa", Valse, C.
A. Raida.
Burgerlijke Stand, gem. Helder,
Van af 6 Juni tot en met 8 Juni.
ONDERTROUWD P. v. d. Staal, teeke
naar en S. Boon. H. B. de Jong, opzichter
en R. G. Folmer.
GETROUWD: Geene.
Nagelaten roman van
EWALD AUGUST KöNIG.
43.)
«Wanneer de twist tusschen die twee nu
maar spoedig losbreekt," zeidc Reinhard, terwijl
Egon met een ernstig, peinzend gGlaat op en
neer liep. «Die houtvester is een van dieeer-
looze sujetten, die God en de wereld verraden,
wanneer men hun een hand vol goud voor
houdt."
Je denkt er toch niet in ernst aan, om dezen
mensch door omkooping tot een bekentenis te
bewegen vroeg Egon.
«Waarom niet? Wanneer wy langs dezen
weg ons doel spoediger bereiken, wat zouden
dan die paar geldstukken beduiden Vraag
het meisje eens, of zy nog niet andere dingen
kan verraden. Of was zij bij den dood uws
vaders nog niet op het kasteel?"
«Zeker was ik daar al," beaamde Resi. «Ik
weet wel niet, of ik alles zeggen mag, men
moet ook bewijzen kunnen."
«Spreek maar gerust op riep Egon onge
duldig. Wat weet je nog meer?"
«Ik ben bang, baron I"
Voor wien
ffVoor baron Werner!"
«Je staat nu immers onder mijn bescher
ming, spreek dus onbevreesd, niemand zal je
een haaj krenken."
«Het betreft den dood van mynheer's vader
zaliger," zeide Resi aarzelend, «ik kan slechts
zeggen, wat ik gezien en gehoord heb, wel
licht dat andere menschen daarin niets vinden."
«Ga zitten," beval Egon, en Jochem haastte
zich zijn bruid een stoel te brengen. «Watje
ook zeggen moogt, hond je streng aan de waar
heid, dat is de hoofdzaak."
Ik zal net zoo zeggen als het is, baron.
Toen de brief aankwam, die den baron zaliger
zoo woedend maakte, werd er terstond een
bode naar Breslau gestuurd, die met ons rytuig
den justitieraad moest halen. Deze heer kwam
en bleef slechts een nacht op het kasteel, en
toen hy den volgenden morgen weder afge
reisd was, heette het, dat onze heer zijn tes
tament gemaakt en zyn zoon onterfd had. Jakob
bazuinde dat overal uit, doch baron Werner
was lang zoo blij niet, als men het zon hebben
moeten verwachten. Op den avond van dien
dag had ik toevallig bezigheden te verrichten
in de aangrenzende kamer, waarin de oude heer
in zijn stoel zat. Baron Werner bevond zich
alleen by hem, en daar de deur half open
stond en ik my zeer stil hield, kon ik alles
woordelijk verstaan. Onze genadige heer moest
ongetwijfeld den brief in de handen hebben,
want hy sprak er tenminste over. Hij vroeg
meermalen of de brief wel echt was, baron
Werner werd kwaad, en het kwam eindelijk
tusschen die twee tot harde woorden. De oude
heer zeide, dat hij toch niet gelooven kon,
dat zijn zoon naar den vijand gedeserteerd
zou zijn, een baron Von Eichenfels joeg zich
zeiven eerder een kogel door den kop, dan dat
hij zijn eigen eer met voeten trad. Baron Wer
ner werd steeds toorniger, doch de genadige
heer liet zich daardoor niet uit het veld slaan
en gaf zijn besluit te kennen om zijn testament
te veranderen. Den volgenden morgen moest
een bediende naar Breslau ryden en den koet
sier,. dien hij in elk geval onderweg tegen zou
komen, gelasten om den justitieraad weder
mede terug te brengen. Baron Egon kon niet
zoo eerloos gehandeld hebben, en al mocht
ook de brief hier zijn, dan moest toch hier een
vergissing bestaan, die vermoedelijk in den loop
der tijden wel opgelost zou worden. Hij echter
zou niet rustig kunnen sterven, wanneeer hij
vreezen moest, zijn zoon zulk een groot onrecht
aangedaan te hebbenvandaar dat er in het
testament de volgende bepalingen opgenomen
zouden worden De nalatenschap wordt tus
schen baron Egon en baron Werner gedeeld,
de graaf Yon Waldringen zou die deeling be
werkstelligen, het slot echter zou in het bezit
van baron Egon blijven, het was van de dee-
ing uitgesloten. Wanneer echter aan baron
Egon de desertie bewezen werd, of wanneer
hij niet het tegendeel kon bewijzen, dan was
hij geheel onterfd, en was hy geheel onterfd,
en was baron Egon de eenige erfgenaam van
do gansche nalatenschap."
«Dat klinkt al wat anders," zeide Reinhard,
toen Resi even zweeg. «Hieruit blijkt, dat je
vader het roekelooze spel begon te doorgron
den, 't welk mot zyn afkeer van jou gedreven
werd.*
Egon was voor Resi blyven staan, zyn
koortsachtig gloeiende blik rustte vol onge
duldige verwachting op haar van opwinding
blozend gelaat.
rEn de bode werd afgezonden?" vroeg hij.
«Neen, zoover kwam het niet^« hernam Resi.
Baron Werner zeide niets meer, nadat de
genadige heer zijn besluit zoo beslist had uit
gesproken, en ik moest mij nu ook van mijn
luisterpost verwijderen, wilde ik niet op hee-
terdaad betrapt worden. De oude huisdokter
had voor den genadigen heer de grootst moge
lijke rust aanbevolen, hy zeide, dat de ziekte
alleen in het hart zat, een groote schrik kon
den baron wellicht oogenblikkelyk dooden.
Daarom dan ook was ons alle luid spreken en
en zingen in het kasteel, zoomede een plotse
ling binnentreden in de ziekenkamer verboden.
Alles moest zoo stil mogelijk geschieden. Op
dien avond nu hoorden wij plotseling een vree-
selijk leven, wy snelden de trap op en meen
den reeds dat een deel van het kasteel was
ingestort. Boven op de corridor kwam de baron
ons te gemoet en beval ons weer naar bene
den te gaan, alleen Jakob mocht hem in de
ziekenkamer begeleiden. Eerst na een uur
vernamen wij, wat er voorgevallen was. In het
vertrek naast de ziekenkamer, was een schil
derij op de tafel gevallen, die daaronder stond.
Deze tafel was beladen met porceleinen beeld
jes, glazen, bokalen en andere breekbare zaken,
en dat alles had het schilderij vernield en ten
gevolge daarvan was de genadige heer plot
seling gestorven. En zoo kwam het, dat de
bode in plaats van den justitieraad den dokter
moest halen en dat het testament niet veran
derd werd.*
Egon's blik was strak geworden, ontsteltenis
spiegelde zich in zijne trekken.
«Niet den geneesheer maar het gerecht had
men moeten halen,» zeide Reinhard opgewon
den, «men zou dan wel ontdekt hebben, waarom
het schilderij van den muur moest vallen.»
«Ha, dat had ik moeten weten, toen ik
tegenover hem stond,riep Egon, diep adem
halend, «tegen deze vreeselijke beschuldiging
zou hij zich niet hebben kunnen verdedigen.»
«En hoe zoudt ge de aanklacht hebben willen
bewijzen hernam Reinhard, «op vermoedens
alleen kan men geen aanklacht gronden, do
bewyzen hadden terstond na de daad gezocht
en vastgesteld moeten worden. Daartoe is het
thans echter te laat, doch intusschen het een
komt by het ander en de getuigenis van dit
meisje kan voor ons allen van groote waarde
zyn.e
Met groote schreden liep Egon geraimen
tijd op en neer. Toen hy eindelyk zyn op
winding weder meester geworden was, bleef
hy andermaal voor Resi staan.
«Wil je zoolang bij julFrouw Winterfeld wo
nen, totdat alles zich hier heeft opgehelderd
vroeg hij.
«Zeer gaarne, baron,antwoordde het meisje
en ook in Jochem's oogen vertoonde zich bij
deze vraag een blyde glans.
Egon ging zitten, schreef een paar woord
jes en overreikte toen Resi het briefje.
(Wordt vervolgd.)