't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER, NIEUWEDIEP EN TEXEL.
Mo. 2142.
Zaterdag 26 Augustus 1893.
21ste Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
12>
Bureau: Zuidstraat.
Telefoonn0. 42.
Bureau: Spoorstraat.
Telefoonn. 36;
ADonnement
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., met Zondagsbl. 80 Ct.
id. franco per post 75 idem f 1.12®
id. voor het Buitenland f 1.25, idem f2.00
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
UitgeversBERKHOUT Co., te Helder.
Buraaux: SPOOR8TRAAT an ZUIDSTRAAT.
A.avertentlC)ii
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
KALENDER DER WEEK.
Opkomst der Zon 4 u. 56 m.
Onderg. v t/ 7 u. 8 m.
AUGUSTUS (Oogstmaand, 31 dagen).
Zondag 27 Volle Maan.
Maandag 28
Dinsdag 29
Woensdag 30
Donderdag 31 Verjaardag van Koningin
Wilhelmioa Helena paulina Maria.
SEPTEMBER (Herfstmaand, 30 dagen).
Vrijdag 1
Zaterdag 2
HELDER, 25 Aug. 1893.
Bjj kon. besluit islo. de opzich
ter der magazijnen bij 's Rijks werf te
Willemsoord, J. Dekkers, op zijn verzoek,
eervol uit 's rijks dienst ontslagen, behou
dens toekenning van pensioen.
2o. bevorderd tot opzichter der maga
zgnen bij 's Rijks werf te WiHemsoord,
de le bewaarder bij die werf, D. Viejou.
Benoemd tot opzichter over 's Rijks
kustverlichting te De Cocksdorp op Texel
M. Muije, lichtwachter te Kijkduin.
Waarschijnlijk ook al tengevolge van
den enormen aanvoer van zeegras op Wie-
ringen en Texel, is de handel in dat ar
tikel thans van weinig beteekenis. Dezer
dagen bood zelfs een handelaar 1000 pak
ken zeegras, a 50 KG. ieder tegen fl.
per pak aan en kon ze zelfs tot dien prijs
niet slijten. Sommige pachters van wier
waarden hebben nog zooveel voorhanden
van het vorige jaar, dat ze nu op de door
hen gepachte gronden maar niet laten
maaien.
Belanghebbenden wordt herinnerd,
dat de rijkscommissie voor de examens ter
verkrijging van een diploma als stuurman
aan boord van koopvaardijschepen met aan
vang van 12 Sept. a. s. zitting zal houden
in het Raadhuis te Amsterdam, te 91/» uur.
Het volgend examen zal weder in Oc-
tober te Rotterdam plaats hebben.
Te Enkhuizen had gistermiddag een
droevig ongeluk plaats. De timmermans
knecht Tj. Kramer zou tusschen schafttgd
op zijn erf peren gaan plukken. De stam,
waarop hij zat, brak en hij viel er mee naar
beneden, met het gevolg, dat hij meer dood
dan levend in huis werd gebrachteen uur
daarna was hij een lijk.
De ongelukkige laat een vrouw en drie
kinderen achter.
Een allertreurigst ongeluk had gis
terennamiddag te Sas van Gent plaats.
De vrouw van den ambtenaar Rud, op een
petroleumtoestel bezig visch te bakken,
wilde ermee de trap opgaan. Bg ongeluk
trapte ze op haar kleed, viel en stond in
een oogwenk in volle vlam. De man snelde
toe, greep haar en ijlde met haar naar 't
kanaal, op een 6tal meter afstand gelegen.
Hg wierp zich met haar te water. De
vlammen waren gedoofd, doch het slacht
offer was reeds met vreeselijke brandwon
den overdekt. Het vel hing met flarden
aan armen en lijf. De vrouw lijdt ver
schrikkelijke pjjnen.
In den nacht van Maandag op Dins
dag ontstond er brand in het gebouw der
openbare school te Muiden, met het ge
volg, dat school en woonhuis geheel ver
nield zijn en de bewoners van dit laatste
nauwelijks tijd hadden zich te redden.
De rechtbank te Heerenveen heeft
A. P., veehouder te Sloten, tot 14 dagen
gevangenisstraf veroordeeld, wegens het
vervalschen van drinkwaren. Hg voegde
water toe aan de melk, die hij aan de bo-
terfabriek leverde.
Hartjesdag.
Twee Engelsche dames, die ook van de
feestelijkheden op Hartjesdag hadden ge
hoord, gingen Maandagavond een kijkje
nemen in de Willemstraat. Terwijl zij met
belangstelling naar een groepje dansende
jongens en meisjes zagen en luisterden
naar het gesis van de voetzoekers en het
knallen van de zevenklappers, kwam er
plotseling een groote voetzoeker op de
kleeding van een der dames terecht, waar
door haar toilet in brand geraakte.
Terwgl een paar omstanders toeschoten
om de vlam te dooven, begaf zich de an
dere dame naar den Haarlemmerdijk, om
een dokter te zoeken. Zg schelde bg een
geneesheer aan. De meid deed open maar
verstond de Engelsche dame niet, die on
gelukkig op haar beurt geen woord Hol-
landsch kon spreken. Het dienstmeisje
dacht dat de Engelsche dame haar voor
den mal hield en gaf haar een klap in
't gezicht. De Engelsche dame, niet onbe
dreven in de bokskunst, sloeg flink terug
en een oogenblik later, rolden de twee
vrouwen over den grond. Gelukkig kwam
er nu een mau aan, die het dienstmeisje
aan 't verstand bracht wat de wensch der
dame was.
Het dienstmeisje, geheel verslagen, bood
haar verontschuldigingen aan. De Engel
sche dame schikte haar gefomfaaid cos-
tuum, bekeek met treurigen blik haar be
dorven hoed en keerde met een dokter
terug naar haar vriendin, die na voorloo-
pige behandeling harer wonden naar het
ziekenhuis werd gebracht.
Als gevolg van de viering van den Hart
jesdag geraakten hier en daar beschonken
personen te water. Drie daarvan werden
den volgenden morgen op verschillende
plaatsen der stad levenloos opgehaald.
Dinsdag hebben zich te Rotterdam
twee gevallen van cholera asiatica voor
gedaan, en wel bg een bootwerker en bg
een schipper aan boord van een vaartuig,
liggende in de Wijnhaven. Eerstgenoemde
is naar de barak vervoerd, terwijl laatst
genoemde zulks weigerde.
Twee heeren hoorden Maandagvond
in een gang op de Wijnhaven te Rotter
dam een vrouw kermen. Zg waarschuwden
een paar agenten, die, na ingesteld onder
zoek, eerst een flesch jenever vonden en
vervolgens de kermende vrouw, die in haar
dronkenschap de flesch verloren had en
deze in donker nu niet meer terug kun
nende vinden, aan het huilen was gegaan.
De agenten wilden haar opnemen, maar
zij beet, trapte en sloeg om zich heen en
het kostte heel wat moeite, vóór men haar
op een handwagentje gelegd en in het po
litiebureau gebracht had. Daar bleek 't
dat zij een 70-jarige oude bekende der
politie was, die op een kruk loopende, be
delende in haar onderhoud voortziet.
Een roerend wederzien.
Daar wandelde Dinsdagmorgen een boe
renvrouw op de Botersloot, tusschen de
Mient en de Vest, het gedeelte markt dat
speciaal gereserveerd is voor den verkoop
van vinken, geiten, konijnen, kippen, en
ander twee- en viervoetig gedierte.
Haar droomige blik dwaalde her- en
derwaarts over de levende koopwaar, zorg
vuldig hield ze de hand op den achter
rokzak, bevreesd als zij was, voor de wijd-
befaamde Rotterdamsche marktdagzakken
rollers.
Ten laatste, alsof een geheime macht
baar aantrok, richtte zij haar schreden
naar links, waar een koopman in »geite-
bokken* kalm zjjn boterham zat te nuttigen.
Belieft uwé eeD mooi bokkie, juf
frouw.
De juffrouw gaf geen antwoord, als ont
steld hield ze het oog gevestigd op een
klein wit geitje, dat kalm neerlag tusschen
zgn lotgenooten, zich iets te herinueren
trachtend (de juffrouw, niet het geitje).
Opeens, ja dat was zekerheid, riep zg
uit, teeder en hartstochtelijk»Lewietje,
Lewietje, ben jij daar beesie, hartlap, liefie,
kom dan maar
De koopman, verwonderd, meende juist
te vragenMeen je mijnals 'hg de geit
zag opspringen en naar 't boerinnetje
snellen.
Volgde een innige omhelzing, vele men-
scben schaarden zich er om heen, even
zoovele uitroepen kruisten elkaar.
Ach menschen, da's nou mijn Le
wietje, mgn biesie, dat verleden week weg-
geloopen is. En nou heb ik et terug.
Een jong dweepend dametje dat zich
misschien een dergelijk tooneel met een
bemind jongeling herinnerde, kreeg tranen
in de smachtend blauwe oogen en ver
toornde zich over het spottend lachen van
koele omstanders.
Ook de koopman zelf scheen blind voor
poëzie.
As 't nou uit is, met je gelewietje
koopen voor twee kwartjes ken je 't
krijgen.
Twee kwartjes, da's me te duur,
snikte het boerinnetje, 'k geef je een schel
ling voor mgn dotje, mijn suikerbeesie.
Vooruit neem maar mee.
't Vrouwtje betaalde en innig verblijd,
het dier in de armen drukkend, het stree-
lend en kussend ging ze haar weegs.
Te Philippine herdacht Zondag jl.
een ingezetene, op zgn gouden bruilofts
feest, tevens den dag, waarop hg vóór een
halve eeuw benoemd werd totdood
graver.
In het Prins Hendrik-dok, te Mid
delburg, wordt door de Kon. Maatschappij
>de Schelde* een niet alledaagsch werk ver
richt aan een van de schepen der Rotter
damsche Lloyd.
Het stoomschip Batavia,* dat 7 April
1883 van genoemde werf te water werd
gelaten, zal 24 voet worden vergroot. De
ijzeren platen op ongeveer s/s der lengte
van het schip zgn reeds voor een deel los
gemaakt, het achterste gedeelte zal worden
achteruit gebracht de kiel ligt dan ook
in hellende richting en de verkregen
ruimte alsdan aangevuld. Met deze ver
grooting gaat gepaard vernieuwing van
machine en tuig.
Wanneer het vernieuwde stoomschip be
wijzen zal hebben geleverd aan de ver
wachting te hebben voldaan, dan bestaat
de waarschijnlijkheid, dat er een dergelijke
bewerking op meer schepen dier reederg
zal worden toegepast.
Een nieuw beroep
Voor de ramen van een café tevens
logement, hoek Damstraat en Voorburgwal,
kan men het volgende lezenGepaten
teerde getuigen ten allen tijde hier te
verkrijgen."
Wie nu gelukkige vader" is geworden
of voor andere zaken op het stadhuis ge
tuigen noodig heeft, kan ze daar bekomen.
Een wijnhandelaar te Breda kreeg
uit Amsterdam een bestelling van 30
flesschen Champagne en 120 flesschen
Bordeaux-wijn, benevens 25 flesschen cog
nac, van een dame uit Amsterdam, »wier
dochter in het huwelijk treedt". Men wordt
»nog deze week betaald".
De domme wijnhandelaar heeft zelfs
geen briefkaart gewaagd aan deze domme
flesschentrekkersstreek.
Aan een particulier schrjjven uit
Atjeh ontleenen wij het volgende
Onder de Atjehers heerscht in den laat-
sten tgd zeer veel verdeeldheid, zelfs heeft
een onderlinge strjjd binnen onze liniën
plaats gehad. Een hevig gevecht van een
aantal van 600 Atjehers had er plaats,
waarbij getracht werd elkanders kampongs
te veroveren. Een der beide partgen be
hoorde tot onze bevriende Atjehers, die
dan ook door onze troepen van een 30tal
geweren voorzien werden en 2000 patronen.
Een zeer hevige schermutseling had plaats,
waarbg circa 3000 schoten gelost werden,
doch slechts één man werd ernstig ge
kwetst. Van een der Nederlandsche be-
zettingsposten genoot men het schouwspel.
Bij de bevriende Atjehers waren zelfs 2
hoornblazers.
Vond nu het spreekwoord maar toepas
sing »in troebel water is het goed vis-
schen", dan had men kans op een spoedige
Rotterdam, 22 Aug. Het ss. Kirkby"
bestemd naar Rotterdam, dat 13 Aug. naar
Plymouth terugkeerde met belangrgke
schade door aanvaring met het Engelsche
oorlogsvaartuig »Forth" is Zaterdag 11. in
het dok gezet om onderzocht te worden.
Niet aUeen is er een opening van 25 voet
lang in de zijde, doch onder in het ss. is
een groot gat van zes voet wijd in het
vierkant, dat vermoedelijk door den eersten
stoot van den ram werd veroorzaakt. De
machine, die grootendeels onder water zit,
heeft weinig geleden, doch het ketelruim
is een volmaakt wrak. De bakboordsketel,
die ongeveer 40 ton weegt en tijdens de
aanvaring ongeveer 30 ton water bevatte,
is uit de bedding minstens 18 duim voor
waarts geschoven, terwgl de stuurboords
ketel zwaar lek is.
De »Forth" liep 22 voet diep in de
»Kirkby" en het is bijna een wonder dat
het ss. drijvende bleef met zulke belang
rgke schade.
Maandagavond stonden bij de Wgker-
brug te Voorburg twee dames te wachten
op de IJselstoomtram naar den Haag.
Een van haar, mej. P., wonende te Ara
sterdam, was reeds op het tramrgtuig ge
stapt, terwgl de andere nog op den.weg
bleef staan, omdat zg te voet huiswaarts
wilde keeren. De juffrouw, die zich reeds
op de tram bevond, sprong er toen af,
terwgl het rijtuig reeds in beweging was,
met het ongelukkig gevolg, dat zg strui
kelde en de wielen haar over een arm en
de beide beenen gingen, welke lichaams-
deelen verbrijzeld werden.
De verwonde werd per rijtuig getrans
porteerd naar Voorborg, alwaar een ge
neesheer het eerste verband legde, waarna
zij verder vervoerd is naar het ziekenhuis
in Den Haag, waar de juffrouw nog den
zelfden avond overleed.
De personen, die gisterenavond op
den Kralingscben Plas door het omslaan
van een zeilboot verdronken, zijnJ.
Koorenwonende in de Ruhroekstraat,
nalatende een weduwe met 3 kinderen;
K. Kop, in dezelfde straat woonachtig,
nalatende een weduwe met 4 kinderen
Bezie, wonende in de Schoolstraat, nala
tende een weduwe met 2 kinderenW.
Snelreweert, ongehuwd, wonende aan de
Slaakkade, allen meubelmakersen D.
Kooren, marinematroos. De beide gered
den zgn in zooverre hersteld, dat zg hun
werk kunnen hervatten.
Sedert de stoomvaartlijn Harwich
Hoek van Holland geopend is, is het rei
zigersverkeer op de lijn VlissingenLonden
merkelijk verminderd. Indien men te
Rozendaal dagelgks de DuitschEngel
sche mailtreinen ziet aankomen en vertrek
ken, valt dat zeer in het oog, hoewel alle
zorg en spoed voor deze treinen, en facili
teiten voor de reizigers in acht worden
genomen.
Te Zundert (N.-B.) is een kind bij
het eten eener prnim door een wesp in
de keel gestoken. Geneeskundige hulp
En Hendrik richt zgn schreden naar het
veldlazareth, dat aan het uiterste van het
bivouac is opgericht. Hier liggen de zwaar
gewonden op veldbeddende lichtgewonden
zgn reeds vervoerd naar plaatsec, die verder
van de vechtlinie verwgderd zijnhier ligt
een Fransch grenadier met grijzen baard naast
een jong Pruisisch officier van de garde, ginds
een bruine Afrikaansche jager naast een Prui
sisch dragonder. Er wordt geen woord gespro
ken nauwelijks komt een smartkreet over de
vast samengeperste lippen der gewonden. In
koortsachligen spoed helpen de geneesheeren
en de ziekenverplegers de ongelnkkige krijgs
lieden. Doch menigmaal is alle hulp vergeefach,
Hier en daar buigt de dokter zich over een,
wiens oogen reeds voor immer gesloten zgn.
Wat verlangt ge, dragonder? vraagt een
dokter aan Hendrik, die juist binnentreedt.
Neem mg niet kwaljjk dokter, ik wou
zoo gaarne eens naar mgn ritmeester zien.
Ritmeester Von Altenbrak ik ben zgn op
passer.
Daar ligt hg hg zal wel gauw sterven.
Doodsbleek en met gesloten oogen ligt Edu-
ard Von Altenbrak daar neder. Zgn adem
haling is buitengewoon versneld en telkens
vertoont zich een bloedig schuim op zijn lip
pen.
Weenend knielt Hendrik bij de legerstede
van zijn heer neder en vat zgn kille hand.
Ritmeester ach, mijnheer
De gewonde opent langzaam de oogen en
ziet den trouwen oppasser niet zonder eenige
verwondering aan.
Zijt ge daar, Hendrik? zegt hij met
groote inspanning. Ach, ik droomde, dat mgne
vrouw hier was mijn kinderen mgn
zoon. Hendrik, ga naar mgn vrouw
verlaat mijn zoon niet hem dreigt gevaar
ik gevoel het oh, mgn God laat mg
niet sterven.
Een vreeselijke aanval van kramp doet den
gewonde kermen, de dokter komt toegesneld.
Richt hem een beetje op hij stikt.
Te laatEen stroom bloed golft uit den
mond van den ongelnkkige Een trilling
het hoofd zinkt op de borst Edu-
ard Von Altenbrak is dood.
Langzaam legt de trouwe dienaar hem op
zgn legerstede neder en bedekt zgn gelaat
met beide handen. Met ernstig gelaat staat
de dokter naast hem.
Ge zjjt een brave borstRaak nu maar
niet zoo van streek, hg laat tenminste geen
huishonden na.
Geen huishouden I Hendrik springt op. Die
laatste hartverscheurende woorden van zijn
heer klinken hem nog in de ooren, hg legt
de hand op zijn hart en fluistert
Ik zal ze niet verlaten die arme
vrouw en die arme ongelukkige kinderen I
Daar klinkt door den nacht het verzamel-
signaal der dragondersnog eenmaal legt
Hendrik zgn hand op de gebroken oogen van
zgn heer en na snelt hg weg ook hem
roept de plicht.
ACHTSTE HOOFDSTUK.
Onder het woelige rumoer van den krijg
is het Duitsche keizerrgk als herboren opge
staan en nu is Berlijn, de keizerstad, in feest
dos. Van alle huizen wapperden de vlaggen
met de kleuren van het nieuwe rgk, in vele
straten ziet men ze in rijen langs de hnizen.
Korven met bloemen ziet men bij de geopende
vensters staan en van geluk stralende ge
zichten zien de straat langs en luisteren of ze
de muziek nog niet hooren van den intocht
der zegevierende troepen. Vandaag keeren
de gardetroepen in Berlijn terug, de dappere
krijgers, die de hoogten van Saint-Privat be
stormden, bij Sedan keizer Napoleon gevan
gen namen en bg Le Bonrget den overmach-
tigen vijand terugdreven. Aan de spits ziet
men den eersten keizer van het nieuwe rgk,
den grgzen held.
Kanonschoten dreunden, de klokken luid
den, de intocht begon Het gejubel van het
volk vereenigde zich met het hoera der terng-
keerende krijgslieden. Nu waren do zware of
fers vergeten, ieder dacht slechts aan de roem
rijke daden van het Duitsche leger en aan
hetgeen door den oorlog tot stand gekomen
wasde lang gewenschte eenheid van het
Duitsche vaderland. Juichend klonk den grgzen
keizer dan ook van alle zjjden het rHeil Dir
im Siegerkranz" tegen. Het gelaat van hen,
die dierbare dooden betreurden, klaarde op
bij de gedachte, dat hun dood niet te vergeefs
as.
Ook het dorpje Friedrichshagen was fees
telijk getooid, maar de straten waren een
zaam en ledig. Bijna alle inwoners waren naar
Berlgn getogen.
Voor het huis bg den oever van het meer
zat een bleeke jonge vrouw in rouwgewaad.
Margherita was alleen, zij had Dorothea met
de kinderen naar het bosch gezonden, het
dienstmeisje was naar Berlgn en zoo zat de
jonge vrouw daar eenzaam en alleen, verdiept
in haar droevige gedachten. Hoe was zij ver
anderd in het laatstverloopen jaarVroeger
was zg niet forsch van gestalte, neen, maar
haar wangen hadden een gezonde klenr, haar
lippen waren frisch rood, haar zwarte oogen
schitterden met een zacht vuur. En nu?
Haar wangen waren vaalgeel, haar lippen
flets, haar oogen hadden hun vnnr verloren
en h ar gestalte was gebogen.
Margherita had sedert weinige weken het
ziekbed verlaten, waarop Eduards doodstijding
haar had neergeworpen. In slechts weinige
regelen had de brave dienaar, Hendrik, haar
de ontzettende gebeurtenis gemeld. Van geen
andere personen had zg eenig bericht ontvan
gen. Aan niemand hbd zg haar leed kunnen
klagen, aan niemand dan aan Dorothea, die
dan ook werkelijk deelnam in haar smart. De
eerste dagen was zij als een waanzinnige in
huis en hof rondgevlogen, toen had een he
vige zenuwkoorts haar op het ziekbed gewor
pen en eerst met de lente was zij daarvan
opgestaan. Maar de kracht van haar lichaam
en geest was gebroken, zg kon aan niets an
der meer denken dan aan het noodlottig einde
van haar echtgonoot, wat van haar en haar
kinderen zou worden was haar onverschillig.
Zg leefde alleen nog voort in de hoop, dat de
dood haar spoedig met haar man zou ver
eenigen. Als de oude Dorothea er niet geweest
was, zouden de kinderen alle verzorging ge
mist hebben, maar de oude getronwe ziel
zorgde voor den geregelden loop van het huis
houden en voor de kinderen. Nood en gebrek
kwamen de woning niet binnen. Eduard Von
Altenbrak had vóór zijn vertrek een groote
som gelds bij een bankier in bewaring gege
ven, op naam van Margherita, en van dit
kapitaal bestreed de onde Dorothea de uitga
ven van het huishouden.
Onbeweeglgk stil zat Margherita daar neer.
Zelfs in den warmen zonneschijn rilde het
verzwakte lichaam als van konde. Zg trok
haar doek dichter om haar hals en sloot de
oogen.
Plotseling schrikte zij op. Het tuinhek
knarste in de hengsels, en toen zij langzaam
het oog daarheen richtte, zag ze een man,
die op krukken in den tuin voortstrompelde.
De man had een houten been, hg was in
burgerkleeding, maar zgn borst was versierd
met eereteekenen voor krijgsbedrijven.
(Wordt vervolgd.)