't Vliegend Blaadje.
KLEINE COURANT
VOOR HELDER NIEUWEDIEP EN TEXEL.
Aan onze lezers!
LANGS KRONKELPADEN.
No 2221.
Woensdag 30 Hei 1894.
22ste Jaargang.
Bureau: Zuidstraat.
Telefoonn". 63.
Bureau: Spoorstraat
Telefoonn. 36.
Atoonnomont
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., met ZondagebL 80 Ct.
id. franco per poet 75 idem fl.12,
id. Toor het Buitenland f 1.25, idem f 2.00
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
UitgeversBEEKHOUT Co., te Helder.
Bumux SPOORSTRAAT M ZUIDSTRAAT.
Advertontlön
van 1 tot 5 regel*25 Cent.
Elke regel meer5
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend-
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan dé Bureaux bezorgd zijn.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 29 Mei 1894.
Jl. Zaterdag heeft alhier plaats
gehad de publieke aanbesteding van het
doen van herstellingen en vernieuwingen
aan Werken en Kazernegebouwen, enz. te
den Beider, onder het beheer der Genie
aldaar. Raming f 5100. Ingekomen 5 bil
jetten, als van de heeren D. de Vries
f 5986, W. de Jong f 5880, J. C. Ran
f 5840, F. Steeman f 5748, H. Wjjker
f 5597.
In de jaarlgksche algemeene verga
dering der onderwijzers en onderwijzeressen
in het Arrondissement Helder, onder pre
sidium van den Schoolopziener den heer
Mr. M. Büchner, op Maandag II Juli te
Schagen te honden, zullen de volgende
werkzaamheden aan de orde gesteld worden
Verkiezing van een lid der bestuurs; Be
paling van tijd en plaats der in 1895 te
houden vergaderingBespreking van de
navolgende onderwerpen: 1. Een blik op
het verleden en het heden, in betrekking
tot ons onderwjjs. In te leiden door den
heer L. J. de Vries, van 't Zand in de
Zjjpe. 2. Het elementair aardrijkskun
dig-onderwjjs, volgens de nieuwe richting.
In te leiden door den heer D. Groenendijk
van Schagerbrng. 3. Iets over stof en
vorm. In te leiden door den heer J. S. van
Jachem, van den Helder. 4. De' wen-
seheljjkheid van eenheid in den volkszang.
In te leiden door den heer de Groot, van
Barsingerhorn.
Na de sluiting der vergadering zal, onder
leiding van den heer Ter Linden, van Scha
gen, worden uitgevoerd de Kinder-cantate
van B. Zweers»8t. Nicolaasfeest".
In de vergadering zullen tentoongesteld
zjju voorwerpen, vervaardigd door leerlin
gen der Huiavlgtschool te Schagen. De heer
Th. Roep, onderwijzer aan die school, heeft
zich bereid verklaard, om in de pauze, aan
hen, die dit verlangen, de noodige inlich
tingen en ophelderingen omtrent de tentoon
gestelde voorwerpen te geven.
Aan het Provinciaal Gouvernement
te Haarlem is aabesteed Het leveren van
brik en steen en het bestorten der Hel-
dersche zeewering, behoorende tot de Rijks-
zjewerken in Noordholland, in twee per-
ceelen. Raming lste perceel f 2520, 2de
perceel f 15250. Laagsle inschrjjvers
le perceel D. van Baarse'n te Amsterdam
ad. f 2219 2e perceel Basalt-Maatschappjj
te Rotterdam ad. f 14498.
Het tjalkschip »Twee Gebroeders*
schipper C. Boom van Texel, geladen met
beetwortelsuiker, zeilde Vrijdagnamiddag
bjj den »Gelderschen hoek", toen door een
rukwind de mast brak en met zeilen en
touwwerk over boord sloeg. Met bjjstand
van drie Enkhuizer risschersvaartuigen,
werd het tjalkschip te Enkhuizen binnen
gebracht.
De heer mr. A. P. de Lange is ook
door de Centrale Liberale Kiesvereeniging
te Alkmaar met op één na algemeene
stemmen candidaat voor het lidmaatschap
der Tweede Khmer gesteld.
Door de politieke vereeniging Voor
uitgang" te Alkmaar, is mr. H. J. Smidt
gecandideerd.
Te Maarssen is op 82-jarigen onder-
dom overleden de gepensionneerde schout-
bg-nacht J. W. de Ruyter de Wildt.
Het standbeeld van Michiel Adriaanz.
de Ruyter te Vlissingen, dat naar den
Noordzeeboolevard wordt verplaatst, zal
denkelijk den 25en Augustus a.s. worden
onthuld. Deze datum is gekozen, omdat
het dan jnist 53 jaren geleden is, dat het
standbeeld onthuld werd (25 Aug 1841)
in tegenwoordigheid van koning Willem II.
Kindermoord.
Voor de Bossche Rechtbank stond Vrg-
dag terecht J. van Nuland, een 23-jarige
arbeider uit Berlikum. Het echtpaar Nuland
had nogal eens twist en de oorzaak daarvan
was een kind. Men kwam overeen het
wurmpje uit den weg te ruimen en toen
op Zondag 22 Maart jl. vrouw en schoon
vader ter kerk waren, werd het plan
uitgevoerd. Het O. M. eischte tegen dezen
onmensch 12 jaar gevangenisstraf.
Bezoek van den Dultschen Keizer.
»Het Vad." weet mede te deelendatde
Keizer, door tusschenkomst van de firma
Weygand in Den Haag, een aantal oud-
Holiandsche liederen en marschen liet ar-
rangeeren voor de marine-kapel te Kiel,
die Z.M. op reis hierheen moet vergezellen,
om dan die arrangementen uit te voeren.
De verdwenen vrouwen.
Door de Burgemeesters van Naarden en
Bussum is met eenige agenten van politie
opnieuw gezocht naar het ljjk van de ver
moedelijk in het Gooi vermoorde raejuffr.
Schmitz. Dit geschiedde ten gevolge van
een door den officier van justitie te Amster
dam ontvangen brief, die een zeer juiste
teekening bevatte van het Naarderkerkhof
tegen het vroeger reeds doorzochte bosch-
rjjke terrein, bjj de Laarderhei gelegen, en
een nauwkeurige aanwjjzing van de plek,
waar het ljjk te vinden was. Ook dit onder
zoek leidde echter tot niets.
Verkiezingen.
Vrijdag jl. hadden de verkiezingen plaats
te 's-Gravenhage, Sneek en Katwijk, voor
leden van de Tweede Kamer der St.-Gen.
Gekozen werden: te 's-Gravenhage, de
heer J. M. Pgnacker Hordjjk, lib., met
2922 stemmen tegen 2911 op den heer
Beverste Sneek, de heer Mr. Th. Heems
kerk, anti-rev., met 1280 stemmen tegen
1147 op mr. v. Gilse; te Katwjjk, de heer
J. H. Donner, anti-rev., met 1859 stem
men tegen 1694 op den heer Reekers.
Alle drie zjjn voorstanders van de kies
wet Tak.
Thans is definitief vastgesteld dat het
3l8te Chr. Nat. Zendingsfeest gehouden zal
worden te De Steeg, in de bosschen van
het landgoed Middachten, van douairière
graviune C. M. E. Ch. L. Ch. Bentinck
van Middachten, op Woensdag 4 Juli a. s.
Vergiftiging te Amsterdam.
De 21jarige jongeling, verducht in zake de
vergiftiging in de Palmdwarsatraat, is in Den
Haag gearresteerd. Hjj was bij zjjn aanhou
ding vreeseljjk ontdaan, en bekende onmiddel
lijk wie hjj was, enz. Hg is naar de cel-ge
vangenis Amsterdam overgebracht.
Do justitie werd onmiddellijk met het geval
in kennis gesteld en wist de volgende ver
klaringen van hem te verkrijgen
Tot voor eenigen tijd was hij zijn moeder
behnlpzaam in het drogistwinkeltje, maar dit
leven was hem te eentonig, hij hield van uit
gaan en in de drnkke meoschenwereld te zijn,
en daar hg kennis had aan eenige looneellis-
ten, eocht hg bjj het tooneel te komen. Hg
werd als volontair aangenomen bg den schouw
burg »Tivoli" in de Nes, hetgeen zeer tegen
don zin van zjjn moeder was. Zjj verweet hem
gedurig, dat hg haar telkens om geld vroeg,
daarvoor uitging en niets verdiende. Dat was
hem zeer onaangenaam om aan te hooren,
dat verveelde hem.
Onlaags was er weder tusschcn moeder en
zoon een dergelijke woordenwisseling geweest,
en toen hg na Zondagmiddag in het winkeltje
van zgn moeder kwam, om een flescbje eau-
de-cologne en een stukje zeep voor zgn meisje
te halen, was er momand in het win
keltje en toen viel 't hom in, dat er ook
arsenicum in het winkeltje verkocht werd.
Daarmede kon hg zjjne moeder vergiftigen,
bedacht hg, dan was het «gezanik" voor al
tijd uit. Dat voornomen nit to voeren, stond
op hetzelfde oogenblik bij hem vast.
Hg zocht do arsenicum op en Btortte nit
het zakje een gedeelte in den theepot, die
zjjn moeder 's anderen daags voor hot ontbijt
gebruiken zou. Hg bracht daarna, alsof er
niets gebeurd was, op de gewono wjjze zijn
dag door en kwam zelfs zeer laat thuis. Toen
hg 's morgens wakker werd, zag bg den hond
spuwendedat was hem het bewjjs, dat de
zaak een verloop had, zooals hij verwacht
bad. Zgn moeder uitto onmiddellijk het ver
moeden, dat hg haar had willen vergiftigen,
maar met kracht wees hg die beschuldiging
af. Op haar verzoek zdu hg naar den dokter
gaan, doch dat deed hij niethij wandelde
de Haarlemmerpoort uit en den Haarlemmer
weg op.
Hg liep door tot Haarlem, ging van hier
al loopende, naar Zandpoort, langs het strand
naar Noordwijk en vandaar over Leiden naar
den Haag, waar Ljj Woensdag uitgeput en
lermotid aankwam. De twee kwartjes, die
hg bjj zich had gehad, waren onderweg aan
brood en een glas bier opgegaan. Hg had
langs den weg geslapenniet wetende wat
te doen, liep hg het eerste politiebureau het
beste in en vertelde dat hg zijn portemonnaie
verloren had en nn gaarne oenigen onderstand
zou ontvangen.
De Haagscbe politie zond hem, zooals ver
meld, naar Amsterdam op.
Op een door de justitie tot hem gerichte
vraag: waarom hg niet naar hnis was go-
keerd, antwoorddo hij dat hg, dan uitgelachen
zou zgn gewordeD.
Aan den rechtercommissaris, die er zgn ver
bazing over te kennen gaf, dat bij ten cenen-
male niet vroeg, hoe het zgn zieke moeder
ging, gaf hg ten antwoord, dat 'ttoch al te
zonderling zou zijn, om eerst op iemaud een
poging tot moord te doen en daarna to vra
gen hoe 'tmet het slachtoffer was.
Op de vraag, waarom hg den oom, die
hem dan toch feitelijk nooit iets had in den
weg gelegd, ook tot zgn slachloller gemaakt
had, antwoordde hg, dat dit nu eonmaal niet
anders kon.
Hg beweerde, dat hg een gedeelte van de
arsenicum op reis had medegenomen en dat
hg hiermede beproefd heeft, zichzelf van het
leven te berooven, door het ia een glas bier
te werpen. Hjj had daarvan echter hoege
naamd geen hinder ondervonden.
Hg bekende zooals hol dan ook nit
zgn eigon verhaal niets anders blijkt met
voorbedachten rade gehandeld te hebben. Hg
wist zeer goed welk zwaar vergif arsenicum
was, alleen was bg niet op de hoogte van de
bonoodigde hoeveelheden. Overigens scheen
hg volstrekt niet het ernstige van zgn mis
drijf te zien, of toonde hg ook maar het
geringste spoor van berouw.
Gelukkig voor de boiilo slachtoffers, had de
jongo man een groote hoeveelheid vergif toe
gediend, zoodat ze beiden sterk hebben ge
braakt.
Was dit niet het geval geweest, dan waren
ze zeker niet gespaard gebleven.
De onderwijzer en de straatjeugd.
De gemeenteraad van Zutfen heeft aan
genomen de verordening, regelende het
openbaar lager onderwijs in de gemeente
Zutfen."
Daarin komt o. a. de volgende bepaling
voorZg (de hoofden der scholen) zijn
bevoegd van handelingen, door de leeslingen
buiten de school gepleegd, kennis te nemen
en die te behandelen als waren dezen in
de school gepleegd."
Een bepaling, door alle ingezetenen toe
gejuicht, want de baldadigheid der straat
jeugd te Zutfen ging in den laatsten tjjd
de perken te buiten.
Een executie.
Te Rotterdam zjjn een paar eebtgenoo-
ten, die 20 jaar lief en leed met elkander
deeldeB, op wreede wijze gescheiden. De
manneljjkeolifant, die tengevolge van ziekte
niet meer staan kon, is doodgeschoten.
De heer A. A. van Bemmelen, directeur
der Rotterdamsche Diergaarde, schrgft naar
aanleiding daarvan het volgende aan de
»N. R. Ct.«
Het mannetje der Afrikaansche olifanten,
dat met zgn wgfje op 24 Mei 1874 in de
Diergaarde zgn intocht deed en toen zeer
jong en slechts 1.29 M. hoog was, is dood
geschoten; eene droevige gebeurtenis,
noodzakeljjk ten gevolge van de vele abces
sen op verschillende plaatsen aan bet li
chaam en vooral aan de pooten gedurende
langen tjjd aanwezig, waardoor het dier nu
neergevallen was, niet meer kon opstaan
en ook niet meer staande kon blgven. De
wjjze waarop olifanten afgemaakt konden
worden, is altjjd een moeielijk vraagstuk
geweest. Pogingen tot vergiftiging leden
meestal schipbreuk, zooals jaren geleden
in «Natura Artis Magistra" te Amsterdam,
of het duurde ontzettend lang zooals in de
keizerljjke diergaarde te SchSnbrünn, al
waar na vele mislukte pogingen 55 gr. Kal.
cyanat in poedervorm, goed verborgén in
twee tarwebroodjes, den dood veroorzaakte;
10 minuten na het gebruik begon het ver
gif te werken en eerst na 30 min. langen
niet te beschrgven afgrijselijken doodstrijd
gaf de olifant den geest. Het worgen ge
lukte in de diergaarden te Hamburg, doch
mislukte in de lierlgnsche diergaarde. Een
groot aantal schoten, schot voor schot of
met salvovuur tot 150 schoten afgevuurd
op den kop of op het schouderblad, doodde
elders het dier niet, of het stierf na 1 of
2 uren hevig bloeden. Achter het oor
kogels in te schieten, zooals meermalen bg
dieren geschiedt, is bg Afrik, olifanten
wegens hunne groote oorlappen niet met
juistheid toe te passen.
Kort geleden, 7 Nov. 1893, werd de
Afrik, olifant Peter in de dierguarde te
Stuttgart afgemaakt en de plek waar de
kogel moet ingaan, ten einde dadeljjk den
dood le veroorzaken, met groole juistheid j
in het oog gehouden. Deze is gelegen in
de slaapstreek, tusschen den uitwendigen
gehoorgang en den bovenrand van de oog
kas, ongeveer 5 cM. hooger dan lijn, tus
schen deze 2 punten getrokken. Op bet
zelfde plekje werd nu gemikt bg onzen
olifant, die nog steeds op den grond uit
gestrekt lagop circa 5 M. afstand werden
6 snel achtereenvolgende schoten gedaan,
en bjj het 6e schot drong de kogel precies
op dat punt door, het dier was dan ook
op hetzelfde oogenblik morsdood, zonder
eenige beweging of stuiptrekking of zelfs
reflexbewegingen.
Te Stuttgart, alwaar de olifant stevig
vastgebonden nog op zjjne beenen stond,
zonk het dier, als door den bliksem ge
troffen, met het 1 ste schot ineen, zonder het
minste teeken van leven te geven.
De gestorven olifant was 2.58 en het
nog levende vrouwelgke dier is 2 56 hoog.
Het is tamelijk rustig, doch haar cornac
is gedurende den eersten nacht bjj haar
gebleven toch zoekt zg steeds naar haren
metgezel, met wien zij 20 jaren in een-
draclit leefde.
Een pooltocht.
Nadat Nansen en Peary reeds voor ee
nigen tjjd hun nieuwe pooltochten onder
nomen hebben, zal nu een derde tocht op
1 Juli worden begonnen door den Engelscb-
man Fred. Jackson, daartoe in staat gesteld
door zgn landgenoot Harmsworth, die de
kosten voor het schip »Windward", een
wal visch vaar der van 365 registertonnen,
en de uitrusting er van op zich heeft
genomen. Jackson wil trachten over
Frans Jozefsland naar de Noordpool door
te dringen en wel met hondensleden. Het
schip vertrekt op 1 Juli uit Londen, neemt
te Chabarowa 60 honden aan boord,
brengt de expeditie zoo mogeljjk te Frans
Jozefsland aan wal en keert dan, na op
het Beereneiland een hut voor den terug
tocht te hebben gebouwd, terug. De
expeditie tracht dan met een stoomsloep
verder door te dringen en laat op ver
schillende plekken voorraad achter. Bjj
den Austriasond wordt overwinterd en in
het volgend jaar verder gereisd. De tocht
zal drie jaar duren. Over 2 jaren komt
de «Windward terug om nieuwe proviand
le brengen en berichten te halen. Te
Bergen zjjn voor de expeditie drie zeer
lichte booten in aanbouw; zg hebben een
lengte van 12 16 voet en zullen niet
zwaarder wegen dan 80125 jEug. ponden.
De bloem van het Britsche leger
was Woensdag jl. op de planken van het
Alhambra-theater opgesteld, ten einde
getuige te zgn van proefnemingen met het
kogelvaste kuras van den Berljjnschea
kleermaker Dowe. Vooraan stond, als
opperbevelhebber, de hertog van Cambridge,
en achter hem zag men ODgeveer alles
geschaard wat Engeland aan generaals,
hoofdofficieren en militaire autoriteiten
bezit. Nadat de heer Dowe door den
directeur van het theater aan dit schitte
rende gezelschap was voorgesteld, onder
mededceling dat zjjn kuras nu nog 12
pond weegt, doch dat bij binnen veertien
dagen er een van 9 pond gereed zou heb
ben en dit ter beschikking stellen zou van
den Britschen geneialen staf, begon men
eerst met uit Duitsche en Engelsche vuur
wapenen schoten te lossen op blokken
hout. Etn taai eiken blok ter dikte van
30 Eng. duim, werd door het Duitsche
legergeweer als vet doorboord, doch niet
geheel door het Engelsche een bewjjs dus,
dat het Engelsche wapen, of het Engelsche
rooklooze kruit (het zoogenaamde kordiet)
minder dóórdringend vermogen bezit dan
het Duitsche. Vervolgens werden dezelfde
geduchte projectielen afgevuurd op blokken
die met Dowe's kuras bedekt waren, en
nu verkreeg men dezelfde, geen enkelen
grond tot twjjfel overlatende resultaten,
welke ook elders deze proefnemingen be
kroonden. De puntkogels blezen in het
kuras steken, en het hout er achter werd
Z' lis in het minst niet gekneusd. Ten
slotte bood Dowe ook weder zgno eigene
borst als schjjf aandoch hiervan wilden
de toeschouwers niet hooren. Men verge
noegde zich met een laatarte experiment
op de ribben van een met het kuras be
dekte paard, dat inderdaad de proef met
het grootste phlegma en geeu spoor van
onaangename gevolgen doorstond.
Het GEÏLLUSTREERD ZONDAGS
BLAD dat de meesten van onze lezers
geregeld bjj hunne courant ontvangen, zal
in No. 22 het begin opnemen van een
zeer boeienden doorloopenden roman, ge
titeld »In vreeseljjk gevaar".
Onder de vele keurige novellen, welke
achtereenvolgens in dit tjjdschrift plaatsing
vonden, gaat deze roman een geheel bjj-
zondere plaats innemen.
Hjj belooft om den belangwekkenden
inhoud, aan onze lezers een schat van
genoegen, menig uur van recht aangename
verpozing.
Het is duideljjk dat 't voor nieuwe in-
teekenaren van belang is, dat zjj ook de
nummers ontvangen, waarin het begin
daarvan zal worden opgenomen.
Wjj berichten daarom, dat wjj besloten
hebbon om aan allen, die zich, te beginnen
met den le Juli e. k., op het Geïllustreerd
Zondagsblad abonneeren, gratis te ver
strekken de nummers 22 tot en met 26,
opdat zjj den grooten roman van dezen
aanvang af kannen volgen.
De prjjs van het Geïllustreerd Zondags
blad is voor de lezers van onzs
courant slechts 30 cent per kwar
taal (franco per post 37'/j cent) een
prjjs zoo goedkoop dat niemand zich het
bezit van een zoo fraaie Illustratie zal
willen ontzeggen.
DE UITGEVERS.
Ross keerde sis weduwe met het ljjk van
baren echtgenoot nssr Hsmburg terug, liet
het aan de zjjde van zjjne eerste vrouw met
alle statie begraven en hulde zich in zwaren
rouw, die haar voortretfeljjk kleedde
meende zjj.
Tot hare eer willen wjj gelooven, dat hare
ismart om den verloren man, die zoo treurig
•om het leven was gekomen, eene oprechte
smart was, daar hg haar tot eenigo erfgename
z'jner millioenen had gemaakt 1
Hare moeder was oprecht bedroefd over den
even plotselingen als tragiBchen dood van den
ouden heer. Had het dw&se huwelijk haar
reeds aan den rand van het graf gebracht,
deze laatste droeve gebeurtenis scheen toerei
kend te zjjn om haar lovensdraad af te snjjden.
Nog geen drie maanden later rustte ook zjj
in het kille graf naast haren man en Roaa
stond alloea in de wereld, alloen als jonge
rjjke wedawe, op wis thans do oogen der ge
zamenlijke tronwlustige mannenwereld nit de
Hamburger geld-aristocratie begeerig geves
tigd waren; want de goudvisoh was even
schoon als rjjk en bezat daarmede de twee
hoofdeigenschappen van eene begerenswaar
dige vrouw 1"
IV.
Achttien maanden waren sedert dien tjjd
verloopen.
Rosa Rodenburg had de rouwkleeren afge
legd en de tranen der droefheid, zoo zjj oost
hadden gevloeid, waren sinds lang opgedroogd.
De onde zaak was met de onde firma in de
handen van procuratiehouders overgegaan, wat
men in de handelskringen zeer verdacht vond,
omdat iedereen had verwacht, dat in elk ge
val de bloeiende firma onveranderd op den
onterfden zoon zon zjjn overgegaan.
Nu werd zjj definitief verkocht, het groote
vermogen der jongo weduwe daardoor nog
vermeerderd, en voor Folix slechts hot over
gebleven deel zjjner moeder gereserveerd.
Rosa had het laatste seizoen tot herstel
harer geschokte gezondheid op eone stille bad
plaats in Zwitserland doorgebracht en wel in
gezelschap eener bejaarde dame, van deftige
familie maar onbemiddeld en door de slagen
van den tegenspoed afgedaald tot juffrouw van
gezelecbap. Madame Borner bezat voor deze
betrekking inderdaad oen groote geschiktheid
eene zekere bljjmoedige gulheid, een duideljjk
gevoel van hare verhouding, tact om met do
deftige kringen om to gaan en toch do onder
danige dienares te spelen, onderworpenheid
aan hare meesteres, die zoo najjverig was op
baro moerderheid.
Hoe afgelegen on verborgen het oord ook
ware, waar de dames stil wilden leven voor
eenigen tjjd, toch had graaf Altorf, Roia's
vriend, sinds een paar maanden haar verbljjf
ontdekt. Hoe dit was geschied, bleef de jeug
dige weduwe een raadsel, geuoeg, de def
tige graaf verscheen plotseling in het kanton
Aargau en bracht haar een bezoek, wat Rosa
volstrekt niet onaangenaam was. Weldra was
graaf Altorf de geregelde begeleider der dames,
en in do kringen der badgasten werd spoedig
van een verloving, als van oen «fait accompli"
gefluisterd.
Achttien maanden weduwenstaat zouden in
het oog der wereld dan ook wel voldoende zjjn,
en do slechte babbeltongen konden hier geen
houvast krjjgen, hoe de trouwlustige goudzoe
kers ook ontstemd waren over den onver-
wachten loop der zaken. Men moest toe
geven, dat mevrouw Rosa Rodenburg onbe
perkte gebiedster over haren rjjkdom od mees
teres van hare hand was, en volkomen het
recht had om bjj keuze van haren toekom-
stigon gemaal haren smaak een exclusieven
Bmaak 1 te volgeo.
Wie was deze graaf Altorf? Van waar
stamde hjj? Uit welk boogadelljjk geslacht
is bjj gesproten
Dezo vragen fluisterde men in de gezel
schappen, die erkennen moesten, dat do vreem
deling een deftig heer was en een aangena-
men iodrnk maakte. Zjjne imposante gestalte,
zjjn fiju aristocratisch gelaat met do gitzwarte,
ietwat loerende oogen, zjjne hoogst elegante
manieren en ongemaakte deftigheid spraken
meer dan papieren documenten voor de echt
heid der hooge afkomst van dezen man, met
welko echtheid de altjjd gevulde beurs en de
nobele dagolfksche daden uitmuntend barmo-
niöerden.
Graaf Adalbert Altorf nam spoedig de hem
toekomende positie iu de hoogere kringen in
men wist uit zekere bron, dat hjj uit een
Zweedsch of Koorlandach adelijjk geslacht
stamde, ginds uitgestrekte goederen bezat en
de schoone Rosa Rodenburg uit liefde en niet
om hare schatten huwde.
Eone door en door romantische geschiedenis
in onzen prozaïschen tjjd 1 Geen wonder voor
zeker, dat de jeugdige wedawe ia den zeven
den hemel zweefde en benjjd werd door alle
jonge dames 1
Ho/touw Rosa Rodenborg zat in hare ka
mer, op den avond, waarin het geheim
zinnige voorval met de vrouw plaats greep
eene kostbaar en fijn gemeubeleerdo huis
kamer, en droomde hare droomen van geluk.
Zjj was ceDe schoone verachjjning en het ele
gante toilet, dat zjj steeds direct uit Parjjs
ontving, verhoogde hare schoonheidalleen
trad or nu en dan een hardo trek om den
mond en iets stekeligs in den blik te voor-
achjjn, stomme, maar welsprekende getui
gen van hare inweudige natuur in onbewaakte
oogenblikken.
Vreemd genoeg, deed zich bjj graaf Altorf
hetzelfde verschjjnsel voor, dezelfdo afschuw
wekkende en onheilspellende uitdrukking,
welke hjj echter in de gezelschappen meester-
ljjk wist te onderdrukken cn met den sluier
van hoogen ernst te bedekken, alhoewel de
lippen zich af en toe hoogmoedig tot een ver-
acbtoljjken trek krulden.
Buiten ruischte de regen eentonig neder
de jeugdige Rosa Rodenburg droomde voort
van do schitterende toekomst, do grafoljjke
huwelijksreis, de lachende wittebroodsweken,
bovenal van do tooverachtige pracht, dio
bjj haar tweede huwcljjk ontwikkeld zou wor-
doD. Zjj zag zich in een schitterenden bruids
tooi naast don deftigen, hoogadelljjkeu aris
tocraat voor het altaarzag de golvende me
nigte, de njjdige blikken der rijke dochters
en haar jjdel hart sprong bjj al die gedachten
van vreugde op. Oawillekeorig gingen hare
gepeinzen in het verleden terng, er lag
nog zulk eeu korte tijdsruimte tusschen nu
en den dag, dat zjj aan den ouden man werd
goketondhoe gelukkig was zjj heden. Toen,
plotseling van do hoogte des rjjkdoms tot de
diepte der armoede verzonken, had zjj zich
geofferd. Was hot hare schuld, dat de vader
den zoon verdrong, die geen plaats in haaf
hart, geen recht op hare hand ooit had be*
zeten
Hare oogen werden strakker; de koude
trek om den mond trad te voorschjjn uit de
vlammen van den haard schenen phan*
tastische beelden op to stjjgen en zich tot
tastbare gestalten to vormen. Zij zag het bo->
bloede hoofd van haren cerèten man met do
doodoljjke wonde vlak in het voorhoofd
eon ongeluk een zelfmoord
«Hij heeft ten slotte toch een ander tesla*
ment gemaakt fluisterden hare lippen
en een straal van triomf flikkerde in hare
starre oogen.
Het met bloed bedekte hoofd verdween voor
haren geestesblik, het kou haar gowoten
geen kwelling veroorzakenwant zg was in
elk geval volkomen onschuldig geweest aan
zjjnen dood, oror al het andero wierp zjj
ras den sluier der vergeteljjkhoid zjj stapte
or over heen.
Een slanke, jeugdige gestalte steeg uit do
vlammen omhoog, een frisch, bloeiend ge
laat met vriendoljjke, blanwo oogen, waaruit
moed en adel straalden, waarin reine liefde
schitterde:
„Well" riep zjj halfluid, terwjjl zjj moeite
deed om die onaangename herinnering van
zich af te zetten, «wel, dat lijj zjjn rader
aanklagel Ik koa niet anders en meen in
mjjne jeugd zeer wjjs gehandeld te hebben 1"
(Wordt vervolgd.)