't Vliegend Blaadje
KLEINE COURANT
VOOR HELDER NIEUWEDIEP EN TEXEL.
üe Grafsteen.
No. 2449.
Woensdag 5 Augnstna 1896.
24«te Jaargang.
Bureau: Zuidstraat.
Telefoonn". 63.
Bureau: Spoorstraat.
Telefoonn. 61.
Attonnomont
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., met Zondagsbl. 80 Ct.
id. franco per post 75 idem f 1.12
id. voor het Buitenland f 1.25, idem f 2.00.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT ft Co., te Helder.
Buroux SPOORSTRAAT ZUIDSTRAAT.
Advertentl&n
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer 5 a
Groote letters worden naar plaatsroimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaus: bezorgd zijn.
Gemeenteraad van Helder.
Zitting van Vrijdag SI Juli 1896.
Voorzitter de heer Van Stojjn, Burgemeester.
Tegenwoordig zyn 13 ledenafwezig de
hoeren Hoogenbosch, Korver, Rieeselmann,
Spruit, Stammes en Van Voornveld.
Nadat de vergadering is geopend, worden
de notalen der vorige zitting gelezen en on
veranderd goedgekeurd.
Daarna worden de volgende aan den Raad
gerichte stukken ter kenniBse gebracht:
1. Mededeelingen, dat de dames N. van
Bendegom en A. C. van Jachem hare benoe
ming als onder wjjzoressan hebben aangenomen.
2. Een dankbetuiging van mej. de Wed.
J. VeenDainker, voorde haar in de vorige
zitting toegekende gratificatie.
8. Een Bchrjjven van Ged. Staten, mede-
deelende, dat bet verzoek van den Raad is
ingewilligd en de gemeente tot 1 Juli 1901
vrijstelling is verleend van de verplichting
tot oprichting eoner burger dag- en avond
school.
4. Een mededeoling, dat de heer J. Op-
penheim te Groningen de uitgeschreven geld-
leening van f 42000 tegen een koers van 99
heeft aangegaan. AL deze stukken worden
voor kennisgeving aangenomen.
5. Een verzoek om een gratificatie van de
Heldersche Harddraverij-Voreeniging, die op
2 Aug. a.s. een harddraverij heeft uitgeschre
ven. Op voorstel van B. en W. beBluit men
een subsidie van f 50 te verleeoen.
6. Een adres van den heer A. Liedmeier
e. a. om de Jan in 't Veldstraat, de L. van
Berkstraat en de P. Qaantstraat te rioleeren.
7. Een adres van den heer P. C. van der
Veer e. a. om de sloot langs den Paralelweg
te dempen en te rioleeren. Deze beide adressen
worden om prae-advies in handen van B. on W.
gesteld.
8. Een verzoek van het Bestuur der In
dustrieschool om de jaarlij ksche subsidie met
f140 te verhoogon en te brengen op f2040,
waardoor het Bestuur alsdan in do gelegenheid
gesteld wordt aan de in den Raad geuite
klachten te voldoen en een bevoegd leeraar
in 't ljjnteekenen en scbeepsbouwteekonen aan
te stollen. De heer Van Neck meent, dat
het niet op den weg van 't gemeentebestuur
ligt deze Buhsidie te verhoogen, omdat do
Industrieschool een stichting van 't Nut is.
Do heer Vos merkt op, dat de gemeente
meerdere kusten zou hebben, als deze scbool
hier niet bestond. De heer Frowein brengt
in 't midden, dat op doze wijze de zorg voor
't Midd. onderw. niet groot is, uitbesteed wordt
op de goedkoopste wjjze en het onderwijs niet
is, wat bot wezen moet. De Voorz. stelt voor
by de bogrooting deze zaak te behandelen,
hetwelk goedgevonden wordt.
9. Een verzoekschrift van den heer A.
Croockewit e. a., waarin verzocht wordt om de
gesubsidieerde meisjesschool zoodanig te her
vormen, dat jonge meisjes, die nu wegens te
jeugdigen leeftijd op do school van mej. Van
Deventer niet toegelaten mogen worden, daar
plaatsing kunnen vinden door er een klasse
aan toe te voegen. Dit verzoek wordt om ad
vies in handen gesteld van de Comm. van
Toezicht van 't lager onderwijs.
10. Een adres der afd. Helder van den Bond
van Ned. Ond. verzoekende verbetering der
onderwijzersjaurwedden en herziening der ver
ordening, regelende do schoolzaken on onder-
wysbelangen, door hot verplichtend stollen van
schoolvergaderingen, die door het hoofd der
school en de onderwijzers moeten gehouden
worden.
11. Een adres van de afd. Helder H van
'tNed. Ond. Gen. waarin adhaesie betuigd
wordt met het verzoek van den Bond.
B. en W. stollen voor aan bovengenoemd
verzoek zooveel aandacht te wijden als het waard
is en afwijzend te beschikken. De heer Fro
wein meent, dat B. en W. de zaak wel wat
uit de hoogte hebben bekeken on er in het
adres opmerkingen voorkomen, die alleszins van
belang zijn en ovorwegiug verdienen. School
vergaderingen acht hy hoogst nuttig. De
heer de Wit zou de zaak der traktementen
wel aanhaDgig willen maken en opnieuw het
plan, dat het vorige jaar verworpen werd, in
behandeling willen nemen. Verder spreekt hjj
over de minachting, waarmedo het adres door
B. en W, behandeld wordt; hy wenachto een
zelfde antwoord te geven als aan de adressanten
van het volgende adres. DeVooiz. wyt dit aan
den toon, welke het verzoek kenmerkt, waarop
de heer de Wit aanmerkt, dat hy don toon
flink vindt en die gunstig afsteekt by 't andere,
waar een oordeel over collega's geveld wordt.
In stemming gebracht, wordt het voorstel van
B. en W. aangenomen. De heer de Wit stemde
tegen.
12. Een verzoek van den onderwijzer W.
Kujjk en 17 anderen, niet-leden van den Bond,
om vorhooging van jaarwedden, daarbij op min
vleiende wyze over do bondsleden sprekende.
B. en W. stellen voor dit verzoek by de be
grooting te behandelen. De heer Frowein keurt,
evenals de heer de Wit, den toon van dit adres
al. Hot heeft den scbjjn of adressanten een
wit voetje by den Raad trachten te verkrijgen.
Hy gelooft dat deze zich nimmer door per
soonlijkheden zal laten leiden. Ten slotte wordt
overeenkomstig het voorstel van B. en W. be
sloten.
13 Een aanvraag om ontslag van den on
derwijzer T. Stuit, wegens vertrek naar Oister-
wjjk. Met algemeone stemmen wordt dit tegen
I Sept. a. s. eervol veilend.
14 Een voorstel van den heer Terra om
aan de Wed J. GiltjesKater, wier echtgenoot
by don reinigingsdienst werkzaam was, oen
gratificatie van f 100. toe te kennen. De
heer Zur Mublen is tegen elke gratificatie. De
heer Terra wijst er op, dat zich hier een bui
tengewoon geval voordoet, temeer, omdat aan
andore wednwen van gemeente-ambtenaren ook
gratificatie's zyn verleend. De Voorzitter merkt
op, dat Giltjes geen ambtenaar, maar los werk
man was. De heer Frowein is tegen gratificatiën,
maar meent, dat do Wed. Giltjes, volgens de
pensioenverordening, recht op ponsioen heeft,
want haar man verrichtte werk voor de ge
meente en was door de bevoegde macht aan
gesteld. Maar omd.it er meermalen verschil over
de uitlegging der verordening is geweest, stelt
hy vooreen Commissie van 5 leden te benoemen,
waarin de Burgemeester zitting heeft, dio een
onderzoek instelt naar do werking dor pensioen-
verordening on of een herziening gewonscht is,
terwijl tevens bet voorstel des heeren Terra,
betreffende de Wed. Giltjes in handen dier
Commissie wordt gesteld. Nadat nog verschil
lende leden het woord hebben gevoerd, waarbjj
do heer van Neck op de geschiodenis der ver
ordening wjjst, de hoeren de Wit en Verfaille
op de belangen van den werkman en de Voor
zitter zyn instemming met het voorstel betuigt,
wordt het voorstel des heeren Frowein met
II tegen 2 stem men aangenomen. Tegen stemden
de heeren Vos en van Neck. De benoeming
dier Commissie stelt men tot oen volgonde ver
gadering uit.
15. Een aanvrage van den heer S. Groe-
neveld Jr., directeur van 't poiitechnisch-bureau
te Amsterdam, om concessie voor 't aanleggen
van een tramdienst in do gemeente, gaande
van de Binnenhaven tot de Vischmarkt en
aansluitende met de stoomtram naar Huis
duinen, welke dienst voorloopig met omnibussen
zal aanvangen. B. en W. stellen voor,
wegens onvoldoonde toelichting, dit verzoek te
wjjzen van de hand. De heer Frowein
merkt op, dat er geen concessie noodig is,
wanneer omnibussen don dienst waarnemen,
omdat de politie-verordening dit Diet verbiedt.
De hoer Verfaille wil een beter gemotiveerd
plan hebben. De heer Over de Linden wyst
er op, dat voor ryden met omnibusson geen.
maar voor ryden langs een kunstweg (over
rails) wel concessie noodig is. Op voorstel
van den heer Zur Mühlen wordt besloten in
dien geest adressant te antwoorden.
16. Een rapport van de Kamer van Koop
handel, omtrent de benoeming van den heer
J. N. Prins tot makelaar, welk advies door
den Raad was gevraagd. Genoemd college
geeft te kennen, dat het niet op zyn weg
ligt over personen te adviaeoren, terwjjl het
tevens vorwyst naar een vroeger rapport,
waarin een dergeljjke aangelegenheid uiteen
gezet wordt. De Voorzitter doet nu het voorstel
om afwijzend te beschikken op het verzoek
van den heor Prins. De heer Zur Mühlen
ziet de noodzakoljjkheid van makelaars hier
ter plaatse niet in on kan zich daarom met
het voorstel vereenigen. De hoer de Wit be
grijpt niet wat er tegen is, den heor Prins
aan te stellen, terwyl deze titel hem gemak
schenkt on hy by elke nieuwe taxatie niet
genoodzaakt is den eed af te leggen. Nog
wijst da haer Zur Milhlon op de verantwoor
delijkheid, die de Raad op zich neemt door
dusdanigo benoeming, want daardoor geeft
men den benoemdo een cachet van vertrouw
baar persoon. De heer Over de Linden wil
het versoek in overweging nomen, wanneer
het door 2 andere makelaars ondersteund
wordt. Hierna brengt de Voorzitter zyn voor
stel in stemming, dat met 8 tegen 5 stemmen
verworpen wordt. Vóór stemden de heeren
Frowein, Groen, Van Neck, Oortgysen en
Zur Mühlen. Het voorstel van den heer Over
de Linden, dat nu aan de orde is, wordt be
streden door den Voorz. en den heer Zur
Mühlen. Eindelyk wordt op voorstel van den
heer Frowein met 10 tegen 3 stemmen be
sloten, de benoeming tot een volgende verga
dering uit te stellen. De heeren Zur Mühlen,
Verfaille en Van Neck verklaarden zich er
tegen.
17. Een schry ven van don heer C. S. Vis
ser, die een middel aan de hand doet, om den
stank van 't Heldersche kanaal te doen op
houden. Hy stelt voor by het Westplein een
tunnel te maken, zoodat het kanaal gemeen
schap krygt met de Noordzee. Deze tunnel
wordt door schuiven afgesloten, die by laag
water en Oostenwind geopend kunnen worden
en als dan het vuile water van het kanaal
doorlaten. Dit voorstel wordt om advies in
handen gesteld van B. W.
Hiermede is men ten einde met de mede-
deeling van ingekomen stukken en gaat men
over tot het volgende punt der agenda, n. 1.
het opmaken van voordrachten voor Zetters
van 's Rijksbelastingen. Den 1 Januari'97 zyo
aan de beurt van aftreding de heeren W. J.
van Neck, A. Klik en D. Hoogenbosch. By
stemming worden de volgende dubbeltallen op
gemaakt, die den Comm. der Koningin aange
boden zullen worden
1 W. J. van Neck en W. V. Bruinvis
2 A. Klik en J. Korver
3 D. Hoogenbosch en T. C. Govers.
Aan de orde wordt gesteld de benoeming
van een lid der Comm. van Toezicht op 't
lager onderwijs.
De aanbevelingslijst bestond nit de heeren
A. W. Dryver, arts en W. Vosmaer, kapit.
der artillerie. Met 10 stemmen wordt de heer
Dryvor benoemd2 stemmen waren uitee-
bracht op den heer Vosmaer en de hoer Vos
verkreeg 1 stem.
Vervolgens wordt mot 7 Sfêmmen tot ond^i
wjjzer aan school No. 3 benoemd de heer
J. J. Bouma, te Oosterend op Texel en tot
onderwijzeres te Huisduinen met 9 stemmen
mej. M. van der Feen te Briolle, zjjnde No. 3
dor voordracht.
Daarna komt eon voorstel van B. W. ter
tafel om eenige wyziging te brengen in 't
plan tot verbouwing van 't ziekenhuis. Een
provisie- en ijskelder moeten volgens het ge
wijzigde plan er bjjgebonwd worden, dat een
meerdere uitgaaf van f 770 zal vorderen, zoo
dat volgens raming de geheele verbouw
f 5000 zal bedragen. Met algemeene stemmen
wordt het voorstel aangenomen.
Daarna brengen B. W. een plan tot in
deeling van het nieuwe gedeelte der begraaf
plaats ter tafel, dat onveranderd goedgekeurd
wordt. De heer Hartsiuck dringt aan op spoed
by de uitvoering van dit werk.
Verder doen B. W. het voorstel tot aan
koop van het terrein aan deu Paralelweg, hoek
Goversdwarsstraat, groot 800 Ms tegen f2,25
per M2, om aldaar een nieuwe openbare school
te stichten. De plaats voor een te stichten
school vindt men zeer geschikt, omdat zy in
een nienwe en volkryke wijk is gelegen, maar
sommige leden wenschen zekerheid te hebben,
dat de Paralelweg, die geen gemeentegrond
is, bestraat mag worden. Onder dit voorbehoud
wordt dan ook het voorstel met algemeene
stemmen aangenomen.
Nog wordt door B. W. voorgesteld het
huis aan den Kanaalweg No. 79, dat bet eigen
dom der gemeente is en thans door den heer
J. W. Hattinga Raven bewoond wordt, met 1
Nov. a. s. te verhuren aan den heer A. J.
Paehlig tegen f 500 per jaar. Daarbij wordt
machtiging verzocht tot het doen van eenige
noodzakelijke reparatiën, waarvan de kosten
f 700 bedragen. Over dit voorstel hebben eenige
besprekingen plaats, waarby de heeren Zur
Muhlon en Van Neck hunne bevreemding te
kennen geren over den slechten toestand dier
woning, de heer Over de Linden daarby wyst
op den tand des tjjds en de heer Oortgysen
de weuschelykheid betoogt om het huis te ver-
koopen. Hierna wordt het voorstel met 9 tegen
4 stemmen aangenomen. Tegen stemden de
heeren Oortgysen, Terra, Van Twisk en Znr
Mühlen. Alzoo zal de woning, na het verrichten
van eenige herstellingen, aan den heer Paehlig
verhaard worden.
Vervolgens heeft de aanbieding dor Gemeente-
rekening over 1895 plaats. De ontvangsten
hebben bedragen f 205821.976 en de uitgaven
f 206312,17, zoodat er een nadeelig saldo is
van f 1020,195.
De rekening van 't Burg. Armbestuur heelt
tot eindcjjfers ontvangsten f 14401,52, uitgaven
f 14098,686, alzoo een batig saldo van f 807,88'.
De rekening van 't Algemeen Weeshuis,
ontvangsten f 12908,10, uitgaven f 10567.84,
batig saldo f 2335,76.
De rekening der schuttery, ontvangsten
f 1865,41, uitgaven f 1813,19-', alzoo een batig
saldo van f 52,21'.
De rekening van de Kamer van Koophandel,
ontvangsten en uitgaven f 40.
Tot het onderzoek dier rekeningen splitst
de Raad zich by loting in 3 sectio's, die onder
Voorzitterschap van een der leden van 't
Dageljjksch Bastuur zullen vergaderen. Tot
leden der le sectie behooren de heeren Terra,
Frowein, Korver, Spruit, Van Voornveld en
Van Neck. Tot dio der 2e sectie de heeren
Verfaille, Bitter, de Wit, Stammes en Ries-
selmann. Tot die der 3a sectie do heereu
Hartsinck, Oortgyzen, Van Twisk, Zur Mühlen
en Hoogeuboech.
Naar aanleiding van een in de vorige ver
gadering door den heer Van Neck gedane
vraag, omtrent de brandspuit, die, volgens een
raadsbesluit, naar 't Koegras verplaatst zon
worden, doet de Voorzitter nog een mede-
deeling. Na een ondersoek achten B W
het niet gerechtvaardigd do brandspuit van
Huisduinen te verplaatsen. Ook de spnit die
in de Middenstraat geplaatst is en door een
nieuwe wordt vervangen, achten zjj niet ge
schikt, omdat de kosten te groot zijn. (f 700
voor reparatie en f 600 voor een gebouwtje.)
Te meer ontraden ey het, omdat een spnit in
't Koogras geheel doelloos on nutteloos is;
oeu brand bepaalt zich aldaar altjjd tot een
alleenstaand gebouw, waar een spuit weinig
dadelyke hulp kan verleenen.
Na eenige discussie geeft da Voorzitter te
kennen, dat hy een voorstel tot intrekking van
bedoeld raadsbesluit zal indienen.
By de nu volgende rondvraag vestigt de
heer Frowein de aandacht op den nood van
drinkwater in deze gemeente en op de water
leiding, dio dezer dagen meermalen water
weigerde. Hy zag gaarne, dat de waterleiding
maatschappij maatregelen nam, om dit in 't
vorvolg te voorkomen.
De hoer Oortgysen wyst op den onhond-
baren toestand van do sloot aan den Ruighweg
by do Vischdrogery, welke noodzakelijk uit
gebaggerd moet worden.
De heer Hartsinck wenBcht, dat het gebouw
voor den vischafslag vergroot wordt, omdat
het, vooral Vrijdags en Zaterdags, te klein is.
De heer Terra klaagt er over, dat de 3
bruggen aan 't Noord-Holl. kanaal by 't begin
van de kom der gemeente, dos avonds niet
verlicht zyn.
Do Voorzitter beantwoordt de sprekers, be
looft eon onderzoek en zooveel mogelyk ver
betering.
Hierna wordt de openbare vergadering ge
sloten en gaat de Raad over in geheime zitting
tot onderzoek der ingekomen reclames tegen
aanslagen in den Hoofdelyken omslag.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 4 Ang. 1896.
Tot afscheid.
Na een 25jarig verblijf en even langdurige
werkzaamheid in deze gemeente, gaat de heer
J. W. Hattinga Raven ons dezer dagen ver
laten, om zijne overige levensjaren te 's Graven-
hage in ruste door te brengen. Da omstandig
heid, dat de vortrekkende hier een groot aantal
keunissen en vrienden achterlaat, en dat zeer
velen, die den heer Raven als Notaris eene
groote mate van achting toedragen, zich met
genoegen zjjne werkzaamheid, ook als belang
stellend raadsman herinneren, geeft ons aan
bieding, hem een afscheidsgroet te wjjden. We
doen dit te eerder, omdat wjj, evenals zoo velen
onzer plaatsgenootea, behoefte gevoelen, om
een woord van hnlde te brengen aan den man,
die doar zyn humaan karakter zich aller
achting en waardeering verwierf. By zyn ver
trek verdient het in herinnering te worden
gebracht, dat de heer Raven zich ook bniten
zyne betrekking verdienstelijk maakte door het
waarnemen van posten in bestnren van onder
scheidene instellingen. Zoo nam hy indortyl
plaats in 't Bestuur der toenmaals bestaande
Weerbaarheids-Veroeniging, in 't Bestuur van
Floralia, in de Directie der Nuts-Spaarbank,
in de Plaatselijke Commissie van Toezicht op
het Lager Onderwijs en bekleedde hy gedu
rende een aantal jaron het lidmaatschap van
den Raad dezer gemeente. En in 't byzonder
moet aan 't lidmaatschap van den Gemeente
raad, door den heer Raven bekleed, onze her
innering blyven gewyd. Toen indertijd in eene
der Raadszittingen hot voorstel van het Dag.
Best. werd behandeld, om voort te gaan met
de levering van het lichtgas voor de straat
verlichting in deze gemeente door een tweetal
particuliere ondernemers, was de heer Raven
het geheel eenige lid van onzen Raad, die
zich tegen de te sluiten overeenkomst verzette,
en zich verklaarde voor de exploitatie van ge
meentewege. Zyn stem was helaas als die eens
roependentoch maakte het indruk, vooral
toen in eene volgendo zitting de uitnoodiging
word vernomen, dat do gasfabriek voor de
Raadsleden ter bezichtiging werd gesteld, en
de heer Raven pertinent weigerde, om aan
deze invitatie gevolg te geven. Najaren echter
is de honding van den man, die het waar
achtig belang der gemeente op het oog had,
by de ingezetenen dezer gemeente niet nit het
geheugen gewisoht. En als meitcrtyd opnieuw
de vraag zal worden gesteld Zullen we blyven
voortgaan om, ten schue der gemeente, en ten
schade der gasverbruikende gomeentenaren,
opnieuw de uitsluitende levering van lichtgas
alhier aan particulieren opdragen dan zal
ongetwjjfild het door dea heer Raven gegeven
voorbeeld, de leden van den R lad, die alsdan
tot de beantwoording der bewuste vraag zailen
worden geroepen, aausporen, om hun stem
beslist uit te brengen voorexploitatie
door de gemeente.
Ten slotte wenschen wij den heer Raven
van harte toe, dat by met ?jjue f \milio nog
tal van jaren in goeden welstand, in 't genot
der welverdiende rust moge doorbrengen, en
dat hy nog eene gocda herinnering moge be
waren van zyn veeljarig verblyf en aau zyne
werkzaamheid in de gemeente Helder.
Door den minister van W. H. en
Nde leden van het college voor Zeevia-
scherjj, den wetenschappelyken adviseur
dr. Hoek en door eenige andere autoritei
ten wordt woensdag 5 Aug a.s. te IJ mui
den een spoorwegwagen, met voor trans
port bestemde levende zeevisch beladen,
in oogen8chouw genomen. Na bezichtiging
van den waggon zal een zeetochtje met
een stoomtrawler plaats hebben en wordt
daarmede gevischt.
Adjunct-inspecteurs van den arbeid.
By koninklyk besluit van 30 Juli jl.
zyn benoemd tot adjunct-inspecteurs van
den arbeid
F. W. Bakema, 2de-chef der afdeeling
fabricage van de Nederlandsche Gist- en
spiritusfabriek te Delft;
D. Blanson Henkemans, laatstelyk werk
tuigkundige by de Koninklijke Pakketpost,
te Oppenhuizen;
J. J. Klompe, technoloog te 's Gravenbage
C. C. A. Last, luitenant ter zee 2de klasse
te Willemsoord, gemeente Helder;
M. Raven, technisch ambtenaar by het
ministerie van koloniën, te Dasseldorf;
I. P. de Vooys, werktuigkundig inge
nieur te Delft;
eerstgenoemde met ingang van 1 October
1896 en de overigen met ingang met 1
September 1896. (>St.-Ct.")
FEUILLETON.
Een Novelledoor T. M.
8)
Er is geen tyd, geen gelegenheid, om den
man aan het verstand te brengen, dat zyne
Marie niet meer tot de levenden behoort, eu
dat dit eon vreemd, geheel onbekend meisje
is, dat, heel toevallig, in de bloeding van de
overledene zich vertoont. Ea er zou ook op
dit oogeublik geen deuken aau zijn, om den
man, die zoo vreeselyk opgewonden en zoo
verheugd is over do vermeende kennismaking
met zyne dochtor, doze zonderlinge vergissing
te verklaren en hem, als gevolg daarvan,
togelyk iu diepe droefheid te dompelen. In
dezen moeiljjken toestand ziet mevrouw Ver-
etraete haar zoon en ziet Houry zyne moeder
wederkeerig vragend aan. Beiden zweeft ken
nelijk de vraag op de lippenWat zullen wo
doen En terwyl zy hnn man en vader, stralende
van goluk en vreugde, ouopboudelyk bezig
zien om, als niet beter weteude, zyne dochtor
te omhelzen en haar de zoetste woorden iu
hot oor te flnistorou, begrypen moeder eu
zoon, zonder het elkaar in woorden medete-
deelen, dat hun tusscheukomst ter opheldering
van het zeer vreemde geval hoogst govaarlyk
en althans zeer misplaatst zou zyn. Zy wenken
elkander toe, do zaak voorloopig haar gang
te laten gaan, en aftewachteu, hoe men verdt-r
iu deze zal handelen. Spoedig komt by den
heer Verstraete de herinnering op, dat by de
toezegging heeft outvangeu, dat by zyne te
huiskomst hem op melodieuse wyze het welkom
zal worden toegeroepen door zyne Marie, als
zy hem al dadelijk met zang- en piano-spel
van hare vorderingen in beide zal doen bly ken.
Op zyn dringend verzoek, plaatst zich het
meisje aan de pianino, en in de woning, waar,
zooeven nog niet aau gedacht werd, dat in
deu eersteu tyd gezongen en gespeeld zon
worden, daar kliukt de vreemdoliug geeft
bljjk uitstekend muziek-o ader wijs te hebben
genoten, een schoon en treffend lied, door
de zangster zelve voortreffelijk geaccompag
neerd. De heer Verstraete is opgetogen over
■hetgeen hy daar hoeft gehoord, dat bljjkbaar
zyne stoutste verwachtingen heeft overtroffen.
Hij kan niet eindigen met zyne betuigingen
van tevredenheid over zyne lieve, aanminnige
dochter, die hy opnieuw in zjjne armen sluit,
niet ophoudende haar te liefkozen. Op zijne
vragen antwoordt het meisje steeds bevestigend,
en mevrouw Verstraete en haar zoon staan
zwygend en verlegen, dit aaugrjjpend toooeel
gadeteslaan. Voor hun beidon is, hetgoon
thans in hot huisvertrek geschiedt, na het
doorleefde iu de jongstverloop ine dagen, iu
groote mate aangrjjpend. Wèl ligt het nu
dan als op hun lippen, om den man en vader
toeteroepen .Gy vergist u verschrikkelijk,
gij hebt eene ook ons onbekende vreemdelinge
in uwe armen," doch telkens is hot hun,
hunne stem zal verstikken, wanneer zy die
woorden zouden uitsproken. Zy moesten immers
vroezon, dat de man, iu den toestand, waarin
hy zich thans bevindt, bewonderende zyne
lieve, aanminnige dochter, naar hy meent,
wanhopig, misschien krankzinnig zou worden.
Zjj blyven zwjjgen. Maar wat hun bijzonder
treft en tot stille bowondoring dringt, is de
wyze, waarop de vreemdelinge zich in de ook
voor haar zeer vreemde positie gedraagt, 't
Blijkt op overtuigende wyze, dat dit meisje
niet Blechts goed, degelijk muziok-onderwys,
maar ook eene zeer uitmuntende opvoeding
heeft genoten, en haar gezichtje, nu opge
klaard cu verhelderd, nu zy zich, wellicht
even als toen hare ouders nog leefden, als
aangebeden kind van een liefhebbenden
vader gevoelt, is waarljjk schoon te noemen.
Zy is oen lief meisje, van omstreeks den-
"den leeftijd als de overleden dochter en
zuster, wier plaatsvervangster zy nu blijkt te
>yu.
De onverwachte aankomst van den heer
Verstraete was onmiddellijk bekend geworden
by eon zyner handelsvrienden, den heor Del-
fosse, die, op bet bericht daarvan, met on-
stuimigen haast zich naar het huis van den
teruggekeerden vriend spoedde, om hem te
verwelkomen. Binnentredende, valt het hem
terstond op, dat mevrouw Verstraete en haar
zoon hom door een wenk een teokon geven,
dat door den heor des huizes, dio zich nog
altijd verbeeldt, dat hy zich mot zijn dochtor
bezig houdt, niet wordt opgemerkt. De heer
Delfosse treedt op zijn vriend toe," drukt hem
met warmte de band en beet hem met harte
lijkheid on vreugde welkom in het vaderland.
Hy wenschto ook mevrouw Verstraete on
Henry geluk met de thuiskomst van deu ge
liefden man eu vader, en begroet tevens de
hem natuurlijk onbekende jonge dame, die met
zyn vriend op de canapé is gezeten. De heer
dea huizes is opgowonden vrooljjk, nu hy zich
te midden der zjjnen bevindt; hy verhaalt
zjjn vriend het geheel onverwacht binnen
treden zyner woning, de plotselinge ontvangst
van vrouw en kinderen, die, onvoorbereid als
zy waren, door zyn verrassend binnentreden,
daar hy goene gelegenheid vond huu op zyne
aankomst voortebereiden, kennelijk nog
dus meent hy onder den indruk verkeeren
van zyne ongedachte tehuiskomst en van zyne
niet onnatuurlijke opgewondenheid. Hy ver
zekert zyn vriend, dat zyoe eerste persoonlijke
kennismaking met zyne lieve dochter op hem
den meest aangenamen indrnk heeft gemaakt
dat de berichten, die hy in het verre OosteD
over haar en hare lichamelijke en geestelijke
ontwikkeling ontving, door de nu reeds op
gedane ervaring nog vorre, zeer verre zyn
overtroffen, en dat hy inzonderheid ten hoogste
ingenomen is met hare groote vorderingen op
het gebied van muziek en zang. Op zyn ver
zoek plaatBt zich de' vreemdelinge nogmaals
aan de pianino en speelt en zingt zjj opnieuw
het nieuwe lied, dat zjj daar straks als wel
komstlied deed booren. Zang en spel worden
ook nn door alle aanwezigen bewonderd. Zjj
klinken liefeljjk en schoon. De heer Delfosse
betnigt zjjne groote ingenomenheid met het
geen hjj daar zooeven heeft gehoord. En zoo
zittOD, nadat de bezoeker is heengegaan, de
beide ouders, met de vreemdelinge op de
canapé, de heer Verstraete in 't midden, ter
wyl Honry, tegenover hen ia een fauteuil ge
zeten, dit zonderling tooneel aanstaart. De
maaltjjd volgt en is hoogst gezellig. Nn en
dan veraangenaamt de vreemdelinge het huise
lijk samenzijn door haar bewonderenswaardig
pianospel, van tyd tot tjjd ook door hare fraaie
liederen. En als de nacht naderbjj is gekomen,
begeven de huiagenooten zich ter raste. Het
vreemde meisje vleit zich op de haar gespreide,
zachte legerstede neder, en denkt er aan, dat
zjj, zonder dezo zeer toevallige ontmoeting,
wellicht heel wat moeite zon gohad hebben,
eon dak te zoeken, waaronder zjj verblyf had
knnDon vinden. Het ontzettend vreemde ge
val, dat zich dezen dag in dit huis heeft voor
gedaan, de liefkozingen van een vader, die
in haar zjjne overledene dochter meende te
zien, 6temt haar tot ernstig nadenken en brengen
haar levendig te bianen de gelukkige dagen,
toen hare onders nog leefden, wier oogappel
zjj was. Mevronw Verstraete en haar zoon
men kan zich lichteljjk hun gemoedstoestand
voorstellen dien toestand beschrijven is ons
niet mogeljjk. Zonder eenige afspraak met
elkander, kwam het drietal echter daarin over
een, dat dit hoogst zonderlinge geval van
zelve tot eone oplossing moest komen, eene
oplossing, die men niet kon of mocht ver
haasten. 't Eenige was dit begreep ieder
volkomen den loop der dingen aftewachten.
Het was toch, by de opgewondenheid, waarin
de heer Verstraete verkeerde, bjj zyne opge
togenheid over de kennismaking mot zjjne ver
meende dochter te eenenmale on mogeljjk te
achten, hem de ware toedracht der zaak op
het oogenblik te openbaren. En daarom heeft
men tot nn toe gezwegen en daarom zal men
daarin vooreerst blyven volharden. Wellicht
komt er ongezocht cono gelegenheid, die de
zaak tot eene gewenschto oplossing brengt.
Deze oplossing te verhaasten dit dnrft
niemand van het drietal te ondernemen. Het
meisjo is bevreesd, dat, komt de toedracht der
zaak voor den hoer dos huizes aan 't licht,
zjj wcê* eenzaam en verlaten zich bevinden
zal in deze haar onbekende groote stad. Na
eene zóé strooiende ontmoeting, zon dat voor
haar eene vreoselykr ontgoocheling zjjn.
Zoo gaan er in dit gezin dagen voorbjj,
zonder dat er eenige aanleiding ontstaat om
do toevallige vergissing op te helderen en aan
het licht te brengen.
(Wordt vervolgd).