't Vliegend Blaadie. Hf
KLEINE COURANT
VOOR HELDER NIEUWEDIEP EN TEXEL.
Jïkht (Muarda.
"TL
Ho. 2462
Zaterdag 19 September 1896.
24ite Jaargang.
Bureau: Zuidstraat.
Telefoonn". 63.
Abonnement
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., met Zondagsbl. 80 Ct.
id. franco per post 75 idem f 1.12
id. roor het Boitenland f 1.25, idem f 2.00.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
UitgevenBERKHOUT ft Co., te Helder.
Burnux SPOORSTRAAT «l ZUIDSTRAAT.
Ad.vertontl©n
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5
öroote lettere worden naar plaaternimto berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMQRGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
KALENDER DER WEEK.
SEPTEMBER, (Herfstmaand, 80 dageD).
Opkomst der Zon 5 u. 45 m.
Onderg. 6 u. m.
Zondag 20
Maandag 21 Volle Maan.
Dinsdag 22 Begin van den Herfst.
Israël. Loofhuttenfeest.
Woensdag 23 id.
Donderdag 24
Vrjjdag 25
Zaterdag 26
Aan onze abonné'e buiten de
gemeente wordt beleefd ver
zocht 't verschuldigde abonne
mentsgeld Vliegend Blaadje en Zondags
blad, 3e kwartaal 1896, te willen over
maken per Postwissel of in postzegels,
VÓÓr 5 Oct., zullende anders daar
over met 5 cents verhooging per post
worden beschikt.
Postwissels voor dat doel behoeven
slechts met een zegel van 2,/9 Ct. beplakt
te worden.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 18 Sept. 1896.
Woensdagavond werd in Tivoli de
aangekondigde Kunstavond gegeven. De op
komst van 't publiek was niet groot.
Met genoegen hoorden we 't pianospel
van den hr. Althoff, dat waarljjk niet weinig
er toe bijbracht om den geest wat op te
wekken.
Mej. Cohen droeg hare stukken los en
geestig voor en kwam wel 't voordeeligst
uit in no. 5 van programma Lachebekje."
De voordracht van den hr. Farber, die
we geen verdienste willen ontzeggen, zou
zonder twjjfel beter voldoen, wanneer aan
de uitspraak der woorden wat meer zorg
werd besteed.
De dialogen vielen algemeen in den
smaak.
De loting voor de Nationale Militie
zal alhier plaats hebben op Vrijdag 16
October a.s., des voormiddags 10 uur.
De Troonrede.
H. M. de Koningin-Regentes heeft Dins
dag jl. de zittingen der Kamers geopend
en de volgende rede uitgesproken
•Mijne Heer en!
Het is mij aangenaam de vertegenwoordigers
van het Nederlandsche volk wederom ter
behartiging van 's lande belangen vergaderd
te zien.
De toestand van land en volk geeft in menig
opzicht aanleiding tot voldoening.
De betrekkingen tot de buitenlandsche
mogendheden zjjn van den meest vriendschap-
peljjken aard.
Zee- en landmacht gaan voort zich zoowel
hier te lande als in de overzoesche bezittingen
op loffelijke wjjze van haren plicht te kwjjten.
Ik breng bolde aan de voortvarendheid en
den moed van het Nederlandsch-Indische
dat met krachtigen bijstand van de zee-
de afvallige hoofden in Atjeh de macht
wapenen op gevoelige wjjze doet onder
in. Met weemoed herdenk ik de offers,
die daarvoor moesten worden gebracht.
De oogst heeft, over het algemeen, de goede
verwachtingen, die daarvan gekoesterd werden,
niet teleurgesteld. In de uitkomsten van het
landbouwbedrijf kwam nog geeDe gnnstige
wending, doch overigens is in onderscheidene
takken van handel en nijverheid vooruitgang
merkbaar.
Ook in dit zittingjaar zal een inspannende
arbeid van U worden gevorderd.
Verschillende belangrijke wetsontwerpen zjjn
reeds bij U in behandeling. Andere gewichtige
voorstellen, waaronder die tot nadere regeling
der gemeenteffnanciëo en tot verplichte ver
zekering van werklieden tegen de gevolgen
van ongevallen, werden ingediend, of zullen
U eerlang bereiken.
De economische toestand onzer bezittingen
in Oost- en Weat-Indië kan over het geheel
gunstig worden genoemd.
Op Uwen ijver en Uwe toewijding tot vol
brenging dor veelomvattende taak die op U
rnst, bljjf Ik bij voortduring staat maken.
Mogen uwe werkzaamheden onder Gods
zegen strekken tot welzijn van ons dierbaar
vaderland.
In naam der Koningin vorklaar ik de gewono
zitting der Staten-Generaal te zijn geopend.'*
H. M. de Koningin-Regentes heeft
benoemd tot voorzitter van de Tweede Ka
mer der Staten-Generaal, gedurende het
a.s. zittingjaar, den heer mr. J. G. Gleich-
man.
Het Kamerlid Mr. Haffmans, een der
veteranen van de Kath. partjj, is Woens
dag jL te Venloo overleden.
Bjjna 30 jaren (sinds November 1866)
beeft de heer Haffoians zitting in de Ka
mer gehad.
Met hem verdwjjnt een der eigenaardig
ste figuren uit dat regeeringscollege. Vooral
in den Iaatsten tijd sprak de heer Haff
mans zelden, doch zjjn redevoeringen kruidde
hy immer met een zekere luimigheid, die
hy ook in het door hem geredigeerde
Venloosch Weekblad ten toon spreidde.
Te Amsterdam heeft zich weder op
de bekende wjjze een goudsmidsfirma laten
oplichten, die aan een Daitscher welke in
het hotel Adrian logeerde, eenige briljanten
op zicht zond. Niet dadeljjk een keuze
kunnende doen, liet de Duitscher den goud-
smidsbediende vertrekken. Deze bemerkte
op de trap, dat hem een der kostbare
steenen ontbrak. Onmiddellijk naar de kamer
des Duitschers terugkeerende, vond hg den
vogel reeds gevlogen, die ook in het hotel
eene onbetaalde rekening heeft achtergelaten.
liet dynamiet-complot.
De laatste dagen zjjn voor de dynami-
tards niet zeer gelokkig geweest. Dank zjj
het handige en doortastende optreden der
politie te Antwerpen, Rotterdam» ^onden,
Glasgow en Boulogne is een flinke B(ag
gealagerii £en complot, ten doel hebbende
den Czaar te vermoorden, werd ontdekt
een chemisch laboratorium tot het ver
vaardigen van dynamietbommen gevonden,
en de aanleggers van het complot werden
voorloopig opgeborgen.
Ook de Franscbe politie beeft een goede
vangst gedaan. Zjj beeft Zaterdag te Mont-
pellier een anarchist gearresteerd, die zich
Clarenson noemde, maar die gebleken is
niemand anders te zjjn dan Rabardy, de
man die in 1893 en 1894 de aanslagen
ondernomen heeft in de Rne Saint Jacqnes
en de Rne Saint Martin te Parjjs.
In 1894, na den mislukten aanslag vbd
Pauwels in de Madeleine, verklaarde de
politie dat Pauwels ook de dader van de
beide aanslagen was. Thans is uit de ver
klaringen van Clarenson gebleken, dat de
politie zich vergist heeftdat Rabardy en
hy dezelfde persoon waren.
Dit Rotterdam meldt men nog:
De beide gearresteerde anarchisten
hadden den 7en September in de Rne des
Champs te Antwerpen een huisje gehuurd
en hebben daar tot Vrjjdag 11. vertoefd.
Beide gearresteerden weigereu op de vragen
van den hoofdcommissaris te antwoorden.
In handen van den hoofdcommissaris is een
brief, gedagteekend 12 Sept., waarin aan
Walace gevraagd wordt naar Boulogne
over te komen. Dit verklaart het voorne
men van de beide gearresteerden om met
de »Spaarndam" te vertrekken.
In het bezit der anarchisten is o.a. ge
vonden een rekening van een Antwerp-
echen apotheker van 10 September, voor
de levering van een groote hoeveelheid
chemische stoffen".
Omtrent het gebeurde te Antwerpen ont-
leenen wjj voornamelijk aan het Hbl. van
Antwerpen nog het volgende:
Graty en zjjne gezellen, uit Amerika geko
men, stapten te' Liverpool aan wal en reisden
naar Londen. Van daar staken zjj het Kanaal
over en namen hunnen intrek in het Hotel
des Anglais te Antwerpen op do bovenver
dieping van het groote magazijn New Eng-
land.
Graty en Buil hingen de aristocratische toe
risten uit, zy bezochten Brussel, Spa en andere
steden en keerden vervolgens naar Londen
terug.
De twee andoron schijnen meer de werklie
den te zyn. Ook deze kwamen op zekeren dag
naar Antwerpen afgezakt. Op al die reizen
verlieten de detectives hen geen oogenblik.
Een van de //werklieden," Kerry, heeft in
Antwerpen eene schoonzuster, vrouw Gewonen-
de in het havenkwartier, wier man zich met
eeno landverhnizeraaifaire bozig houdt.
Met haar stelden Kerry met zjjn gezel zich
in betrekking; daar de vrouw echter naar het
schjjot nog al aan den drank is, was dit ge
vaarlijk. De politie, die geholpen door den
EngeLschon detective O'Brion, vernam dat
vrouw G. tot de anarchisten baboorde, ver
nam dat zjj voor hen een huis gehuurd had
te Berchem, in de Veldstraat, no. 21.
Zaterdagnacht kwam de Engelsche detective
den hoofdcommissaris Moonens verwittigen, dat
Kerry met zijnen vriend ten hnizo van vrouw
G. overnachtte. Zondagmorgen te 5 uur on
derhandelden de politie beambten, de detective,
de oppercommissaris Moonens, de adjuncten
Pouillio, Wharlop, De Teek en Colard en zon
der er gras over te laten groeien werd besloten,
dadelijk tot de aanhouding over te gaan. Zon
der toevon begaf toen de politie zich naar het
buis van vrouw G., maar zy vond er noch
haar, noch de anarchisten.
Er was dos niet anders te doen dan eene
huiszoeking te Berchem. Vergezeld van de po
litie dezer gemeente en flink gewapend, be
gaven de politie-oificieren zich met den detective
naar de Veldstraat no. 21, te Berchem. Het
huis was gesloten en niemand kwam openen
toen er gebeld werd. Men ging dus langs het
nevenstaande huis, no. 23, binnen, klom over
den tuinmuur en kwam zoo in den tuin van
no. 21. Zoo stil mogeljjk ontsloot men door
een gat, dat in de ruiten der tuindeur gemaakt
werd, de gang, doch men vond binnen al de
kamerdeuren gesloten.
Een smid werd geroepeo, wien men, zonder
hem te zeggen welke gevaarlijk expeditie het
gold, beval de deuren te openen.
In de keuken vond men porseleinen en gla
zen toestellen voor het bewerken van schei-
kandigo producten. Eon dezer stond te midden
van eene hoeveelheid jjs, om den inhoud op
eeDe lage temperatuur te houden, wat genoeg
aantoonde, dat het eene gevaarljjke stof moest
zjjn. De detective lichtte het deksel op en nu
verspreidde zich door de keuken een zoo onver-
drageljjke stank, dat men vorsche lucht moest
laten binnenkomen. In eene kast stonden twee
tiesschen van ongeveer 40 liter inhoud, de eene
gevold met vitriool, en de andere met glycerine.
Het galon tegen de straat en de daarop
volgende kamer bevatten eenige meubelen, een
stel gordijnen om aan de vensters gehangen te
worden en eenige kleeren met plekjes er op,
die aantoondou dat er eenige druppels bran
dende of invretende vloeistof op gemorst was.
Ook lagen er eenige kranten, die in Antwerpen
gekocht waren, bljjkbaar om te zien of er nog
niet over hen gesproken werd.
Boven was het nog erger. Op oene der ka
mers stond een kist kleiaarde. Zjj was half
uitgeschud op den vloer en in dit gedeelte zag
men duideljjk dat er in gewerkt, en zelfs met
de blooto voeten in gekneed was. Daarenboven
stonden er drie damo-jeannos waarvan de eene
nog gesloten en gevuld en de andere reeds
begonnen waren.
Vrouw G.werd eiudeljjk in de buurt ge
vonden. Zjj was dronken on, behendig uitge
vraagd, kwam men oindeljjk van haar te weten
dat haar schoonbroer Kerry en zjjn gezel naar
Rotterdam waren vertrokken. Dat zjj nog niet
lang weg waren, bleek duideljjk uit de nog
versche sporen in de kleiaarde en uit het nog
ongesmolten jjs in de keuken. Beseffende dat
zjj nog niet verder gereisd konden zjjn, misschien
zelfs nog niet eens daar aangekomen waren,
werd dadeljjk een telegram naar Rotterdam
gestuurd en daar werden zjj door de politie
aangehouden.
Valscke bankbiljetten.
De rechtbank van omgang te Soerabaja
beeft 15 AugustuB in de zaak der valsche
bankbiljetten vonnis gewezen.
Poei Tjin Tik is schuldig verklaard aan
het namaken van bankpapier en aan poging
daartoe met begin van uitvoering en ver
oordeeld tot 20 jaren dwangarbeid in den
ketting en betaling van twee geldboeten,
groot f 60,250 en f 81,875, invorderbaar
by lyfsdwang gedurende 15 en 21 maanden.
Han Siau Goan is schuldig Terklaard
aan medeplichtigheid aan de genoemde
misdryven en veroordeeld tot 10 jaren dwang
arbeid in den ketting en betaling van twee
geldboeten, groot f30,125 en f40,937.50,
invorderbaar by lyfsdwang.
Han Tjong Ling is schuldig verklaard
aan poging tot bet namaken van bank
biljetten, en veroordeeld tot 15 jaar dwang
arbeid in den ketting en betaling van pen<
geldboete van f 81,875, invorderbaar by
lyfsdwang gedurende 3 jaren; alles met
hoofdelyke veroordeeling in de kosten.
Gemeenteraad van Wieringen.
Vergadering van 14 September 1896.
Voorzitter de Burgemeester.
De Voorzitter opent de vergadering, de n(
talen worden na voorlezing vastgesteld.
Door C. de Wit aan den Oever is een ver
zoekschrift ingediend tot vrjjstelling van school
geld, hetgeen hem voor de helft wordt toegestaan
"Ijj de kasopneming ten kantore van der
gemeente-ontvaoger, is in overeenstemming
met de boekhouding, in kas bevonden f 570.75.
Ingekomen is een schrijven van den heer
Inspecteur van het Loodswezon in het 3e
district, waarbij wordt verzocht om in
belang der knstverlichting, tot het verkrjjgen
van een beteren weg naar het Licht op Wester-
land, gebruik te mogen maken van een gedeelte
weg der Gemeente, hetgeen met algemeene
stemmen wordt toegestaan.
Tot tjjdeljjk Wethouder wordt gekozen de
heer P. P. Tjjaen.
Na de gewone rondvraag spreekt de Voor
zitter, die den 15 September dezes jaara als
Bargemoester aftreedt, de volgende woorden tot
afscheid
Mijne Heeren!
Het is bjjna acht jaren geleden, dat ik als
Hoofd dezer gemeente in deze vergaderzaal
door *flen oudsten Wethouder, den heer v. d.
Speek Obroen, als zoodanig werd geïnstalleord.
Onder welke omstandigheden ik het bestunr
alhier mocht aanvaardcD, daarbij wensch ik
thans niet stil te staan. Het zjj mjj vergnnd
bjj mjj zeiven de overtuiging te mogen mede-
dragen, dat al mjjn arbeid, hier verricht, door
mij alleen is geschied met het oog op het alge
meen belang en moge dan in vele opzichten
mjjn arbeid niet als eon volmaakten kannen
worden beschouwd, zoo ben ik de eerste om
dit te willen erkennen. Is mjjn streven steeds
geweest om hier nattig te mogen zjjn, dan
heb ik dank nit te brengen aan H.H. Wet
houders en Raadsleden, die mjj in mjjn soms
zeer moeieljjken arbeid ter zjjde stonden, mjj
hebben gesteand in alles wat ik in het alge
meen belang heb mogen verrichten, ook al
liepen onze sieoswjizen omtrent verschillende
aan de orde gestelde zaken dikwerf verre
uiteengenoeg was het om ten slotte te ge
raken tot de overtuiging, dat alles geschiedde
om het algemeen belang. Heb ik M. H.
steods getracht het gezag hoog te houden,
do orde, die in eene geordende maatschappij
ooodig is to hol pon handhaven mot demjj ten
dienste staande middelen, dan ïb het te bejam
meren en doet hot mjj leed, dat ia den voor
avond van den dag mjjner aftreding nog een
wanklank moest worden gehoord door hetgeen
toen voorgevallen is. Gotronw aan mjjne be
ginselen, heb ik de orde weten te herstellen en
zal ook thans nog zorgen, dat men het gezag
zal moeten bljjven eerbiedigen. De overtreders
sollen hunne verdiende straf wel niet ontgaan.
Mop, dan mjjn arbeid in 't algemeen belang,
hetgeen ik hier tot stand heb mogen brengen, bjj
allen een aangenamo herinnering achterlaten.
Mog. het strekken tot verderen bloei dezer
gemeente 1 Moge de welvaart toenemen in elk
gezinIk breng n allen nogmaals, alsook den
Secretaris mjjnen dank, den Iaatsten voor zjjn
arbeid, der gomeente onder mjjn bestaar ver
leend en hiermede leg ik het insigne mjjner
waardigheid af en geef dit over in handon van
hem, die mjj als loco-burgemeester vervangt,
den ondaten Wethouder, den heer Obreen".
Hierop neemt de heer Obreen het woord
ik tot U spreek, Bargemoester I
dan is het nit naam van den Raad dezor ge-
moente, zoo ook namens alle gemeentenaren
en ik weet, dat zjj allen met mjj instem-
i, wanneer ik U namens hen allen dankzeg
betgeen U in het belang dozer gomeente
gedaan heeft, voor al uw arbeid, hier verricht.
Ik zal niet lang spreken, maar moge het U
eene genoegzame voldoening zjjn, dat U van
hier vertrekt met den dank van allen en den
sch, dat het U en nw gezin elders steeds
moge welgaan".
De Voorz., gevoelig voor de tot hem ge
sproken woorden, sluit deze voor het laatst
door hem geleide vergadering.
Propna van lel 15de Zomer-Concert,
te geven op Zondag 20 September 1896,
'snam. 2V« oor.
1. «Gcoéral Zaragoza", Marche Mexicaine,
A. Ortéga. 2. «Akademische Fost-Onverture",
Johannes Brahms. 3. «Chevalier et Chatelaine
sur le Bal Costnmé", Antoo Rubinstein. 4.
Fantaisie de 1' opéra «Les Pécheors de Perles",
Géorges Bizet. PAUZE. 5. *110 Ouverture do
Concert", C. Christophe. 6. Fantaisie de
1' opéra-comiqne«Dr. Piccolo", Charles Le-
cocq. 7. .Deutaches Land, dn schönes Land",
Walzer, C. Hanschild.
Burgerlijke eiand, gemeente Texel,
van 9 Sept. tot 15 Sept.
ONDERTROUWD: Jacob Kooiman (Waal
en Burg)en Frouwtje Marrot je Dalmejjer (Waal).
Pieter Vlaming en Grietje Vlaming (Oosterend).
GETROUWD: Daniël Stark en Dirkje Kep-
pel (Eierland).
GEBOREN: Annaztja, dochter van Jan
Witte en Neeltje Schraag (den Hoorn). Hendrik,
toon van Hendrik Smit en Neeltje van Keeren
(Westen). Maartje Maria, dochter van Adriana
Alderlieste (Eierland). Dirk, zoon van Jacob
Daalder en Pietje Ellen (Oosterend). Marretjo
Hendriks, dochter van Hendrik Bremer en
Marretje EN man (Nienweschild).
OVERLEDEN: Geene.
Marine en Leger.
Hr. Ma. pantserschepen «Kortenaar," «Evert-
n" en «Piet Hein" worden via IJmniden te
Amsterdam verwacht en zullen aldaar eenige
dagen vertoeven, om voor de ludon der Staten
Generaal en verder voor liet publiek ter be
zichtiging te worden gesteld.
Bjj Kon. Beal. is, met ingang van 1 October:
lo. aan den officier van gezondheid le kl.
bjj de zeemacht, dr. A. J. Gjjsen, op zjjn ver-
ok, eervol ontslag nit den zeodienst verleend
2o. de officier van gezondheid 2e kL bjj de
emacht, H. C. Tamsao, bevorderd tot officier
van gezondheid le kl.
Da kapitein der mariniers P. J. van Trooyen
is te Amsterdam opgetreden als adjudant van den
commandant van bet korps mariniers.
Bjj kon. besluit zjjn, met ingang van 1
November a.s.
lo. de schout-bjj-nacht jhr. T. E. de Brauw,
rvol ontheven van de betrekking van direc-
jr en commandant der mariDo te Hellovoet-
lis, tevens commandant der Stelling van do
monden der Maas on van het Haringvliet;
2o. op pensioen gesteld a. do vice-admiraal
hlenbeck, o
C. E. Uhl
op zjjn verzoek, onder dank
betuiging voor de vele goede en gewichtigs
diensten door hem aan den lande bewezen
b. de schout-bjj-nacht jhr. T. E. de Brauw,
op zjjn verzoek, onder dankbetuiging voor de
goode on langdurige diensten door hom aan
den lande bewezenen hun toegekend, aan
eerstgenoemde een pensioen van f 3000 's jaars
en aan laatstgenoemde een pensioen van f 2700
PBTTXIJIJBTOM
12)
Mjjn moeder zag hem verbaasd aan, want zjj
dacht, dat hjj haar voor den gek wilde honden.
Maar Eduarda scheen zich dadeljjk in de zaak
(e kannen Bchikken. Z\j na.kte opeens een
neiging zóo diep, dat ik niet anders dacht, of
sjj zou op den keukenvloer bljjven zitten. Dat
giDg echter beter dan ik dacht, licht als een
veertje roes zjj weer overeind, en allen gin
gen wjj vervolgens op onze stoelen zitten en
begonnen het ontbjjt te gebruiken.
Die man had een verbazenden slag om mot
vrouwen om te gaan. Als Jacob Horsecroftof
ik zoo iets geprobeerd hadden, zou het ons erg
mal gestaan bobben en de meisjes hadden ons
bepaald uitgelachen. Maar hem ging alles zoo
eenvoudig en gemakkeljjk af en hg wist daarbjj
zoo goed zjjn woord te doen, dat men niet kon
nalaten naar hem te luisteren. Als hjj tegen
moeder of Eduarda sprak en dat deed hjj
dikwjjls maakte bjj telkens een buiging,
vergezeld van oon dankbaren blik, alsof'teen
groote goedheid van haar was, naar hem te
luisteren: en het antwoord ving hjj op met
een gezicht, alsof hjj elk haror woorden voor
eeuwig in zjjn geheugen wilde prenten. En
toch was er in al zjjn deemoedigheid iets,
hetwelk mjj deed vermoeden, dat hjj alleen
voor haar zoo zachtmoedig was, maar dat hjj
tegenover anderen stunrach gonoeg zon kunneD
zjjn. Wat mjjn moeder aangaat, die was weldra
£ebeel met hem ingenomon en binnen een
half nar had zjj hem al onze familie-aangele
genheden verteld, waaronder dingen, die ik haar
nog nooit had hooren noemen. Zjj sprak met
hem over den dood van mjjn broeder Rob, en
de tranen stonden hem in de oogen, hem,
die ons voor een oogenblik zonder do minste
aandoening had verteld, dat hjj eens driedui
zend man had zien doodhongeren. Eduarda
sprak niet veel, maar zag den vreemdeling nn
en dan op oen zonderlinge wjjze aan, en hjj
deed hetzelfde ten opzichte van haar.
Toen het ontbjjt was afgeloopen en hjj naar
zjjn kamer was gegaan, haalde mjjn vader
acht goadstokken voor den dag en legde ze op
tafel.
//Wat zeg je daar wol van, vrouw?" vroeg
hjj.
Dus heb je de zwarte rammen toch ver
kocht?"
«Wel neon, dat is voor een maand kostgeld
van Johan's vriend. Zooveel krjjgen we no
alle vier weken.
Maar dut is waarljjk te veel," zei mjjn
hoofdschuddend. En vooral nu die arme
hier zoo iu 't ongeluk is geraakt, moesten we
;el geld niet aannemen."
«Kom, kom," sprak mjjn vader, «hjj kan
het best missen met zjjn tasch vol gond. En hjj
heeft het zelf aangeboden.
«Op dat geld kan geen zegen rusten," her
nam mjjn moeder.
«Maar vrouw, ik geloof waarljjk, dat die
vreemdeling met zjjn mooie praatjes n het hoofd
heelomaal op hol heeft gebracht.
«Het zon een geluk zjjn, als andere mannen
wat van zjjn manieren wilden overnemen,"
antwoordde mjjn moeder, en dat was de eerste
keer in mjjn leven, dat ik haar mjjn vader
hoorde tegenspreken.
Do Lapp kwam spoedig weer boneden en
vroeg mjj of ik wat met hem ging wandelen.
Toen we op weg waren, haalde hjj een kruis
van roodo steenen nit den zak. Ik had nog nooit
znlke fraaie dingen, gezien.
«Dit zjjn robjjnen", zeide hg. «Twee znlke
krnizen kreeg ik te Tudelo, in Spanje. Een
er van gaf ik aan een Littausch meisje. Deze
is voor u, ter herinnering aan nw goedheid
en vriendelijkheid, mjj gisteren bewezen. Ge
kant er een mooie dasspeld van laten maken."
Ik bedankte hem voor het kostbare geschenk,
in mjjn oogen een schat, zooals ik nog nooit
had bezeten.
«Ik ga naar boven op de Muir om de lam
meren te tellen", zeide ik. «Hebt ge ldsl om
mot mjj mee te gaan Gjj kont daar den gan-
schen omtrek overzien."
Hjj dacht eenige oogenblikkea na en ant
woordde toen:
«Ik zon wel gaarne willen, maar ik heb
eenige brieven te scbrjjven, die zoo spoedig
mogeljjk verzonden moeten worden. Ik zal dus
liever dezen morgen te huis bljjven om die in
Den geheelen voormiddag bracht ik op de
ide door, en ge kunt wel begrjjpen, dat ik
nergens aan dacht als aan den vreemdeling,
die op znlk een zonderlinge wjjze in ons h
"Vaar had hjj die innemet
huis
was gekomen. Waar had hjj die innemende
manieren toch geleerd, en van waar die trotsche
uitdrukking xjjner oogen? En wat moest hjj
veel beleefd hebben! Hjj was erg goed en
voorkomend voor ons, maar toch had ik een
gevoel van wantrouwen, dat ik maar niet kon
overwinnen. Misschien had Jaoob Horsecroft
wel geljjk gehad en had ik verkeerd gedaan,
den vreemdeling mee naar huis te nemen.
Toen ik 's namiddags thuis kwam, zag bjj
er nit en deed hjj alsof hg op de hoeve go-
borec en gelogen was. Hjj zat in den grooton
honten armstoel, met de zwarte kat op zjjn
knie. Hjj hield een streng wol op sjjn armen
en mijn moeder was bezig die op te
Ednarda zat naast haar en ik kon aan haar
gezicht zien, dat sjj geschreid had.
«Lieve hemel, Eduarda, wat scheelt n?"
vroeg ik.
Onze gast antwoordde voor haar: «Made-
moiselle bezit, evenals alle goede, ware vrou
wen, een zeer gevoelig hart. Indien ik had
kannen denken, dat het haar zdó zon aan-
grjjpen, had ik liever gezwegen. Ik vertelde
van het ljjden der soldaten in den winter van
1808, toen zjj het Gnadarama-gebergte over
trokken. O, het was erg jammer van die dap
pere mannen en die mooie paarden. Het was
een vreeseljjk tooneel, ze zoo maar in da af
gronden to zien storten. Maar de weg was
zoo glad en er was niets, waaraan men zich
kon vasthonden. Eindeljjk vormdon de ver
schillende afdeeli o gen schakels, door elkander
bjj de armen en handon vast te honden, en
toen hot wel wat beter. Maar de hand
van een artillerist, die ik vasthield, viel af,
wjjl die sedert drie dagen bevroren was ge-
de man tuimelde op zjj in den
.k stond met open mond te luisteren.
■En de ondero grenadiers", vervolgde hjj,
kondon niet goed meekomen. Maar bleven zjj
achter, dan werden zo door de boeren gegre
pen en op vreeeeljjke wjjze afgemaakt, wat
zoor vernederend was voor dio oude, dappere
krjjgers. Zoodra ze dan uiet verder konden,
was het verwonderlijk om te zien, wat ze
deden. Ze gingen dan op den grond zitten,
op ban knapsak of zadel, en na gebeden to
hebben, legdan ze hun kin op don loop van
het geweer en trokken met hun voet den
haan over, en paf! dan was alles uit, en die
brave, dappere grenadiers behoefden niet ver
der te mare heeren. Ja, ja, het ging er ruw
toe in het Guadarama-gebergte t"
■Welke armée was dat?" vroeg ik.
•Och", antwoordde hjj, «ik heb in s
verschillende legers gediend, dat ik er soms
zelf mee in de war raak. Ja, ja, ik heb heel
wat van den oorlog gezien en moegemaakt.
Maar ik zie daar iemand aankomen. Zou
dat de man ook «Sn, di„ mqn brieven kan
medenemen en op de post bezorgen?"
«Ja, dat is de knecht van den pachter
Whitehead. Zal ik hem de brieven geven?"
«Asjeblieft. Misschien zal hjj er nog beter
voor zorgen, als gjj ze hem geeft dan als ik
het doe."
Hjj nam de brieven nit sjjn zak en gaf se
mjj. Toen ik buiten kwam, viel mjjn oog op
het adres van den bovenste. Het was mot groote
lottere en zeer duideljjk geschreven:
A. Sa Majesté
Le Roi de Sucle
Stockholm.
Ik verstond niet veel van het Fransch,
maar toch genoog om te begrjjpen, dat deze
brief gericht was aan den Koning van Zweden.
Welke adelaar dacht ik bjj mjj zolven
zou in ons nederig neet zjjn verdwaald
Het sou mjj te ver voeren en het zon mjjn
lozers waarschjjnljjk ook vervelen, indien ik
in bjjzonderheden wilde vertellen, hoe bet bjj
ons aan huis toeging, sedert die vreemdeling
er zjjn intrek had genomen, en hoe gemakke
ljjk hjj aller vriendschap wist te winnen. Met
de vrouwen was hjj van het eerste oogenblik
ai op een goeden voet, maar zelfs mjjn vader,
die van natuur terughoudend was, had hjj
binnen korten tjjd weten in te pakken, Zelfs
Jacob Horsocroft, die h >m bjj onze eerste ont
moeting niet zeer vriendelijk had behandeld,
was spoedig met hem^ngenomen.
(Wordt vervolgd).