T KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje Nikkelen „de Lindeboom'' 87 Weststraat 88. voor HelderTexel en Wieringen, itlJWEMt. W. V. BRUINVIS, J. BRUIJN, Cuisinier. Rijper's Gebakkraam Theepotten, Koffiekannen Suikerpotten, Melk kannen, Bouiloirs, Thee lichten, OPRUIMING DIRK VISSER Ho. 2750. Zaterdag £4 Juni 1899. *7 «te Jaargang. Bureau: Zuidstraat. Telefoonn0. 32. BureauSpoorstraat. Telefoonn". 81. Bij dit no. behoort een Bysueirsel, bevattende het ver slag der raadszittingvoor zoo ver het niet reeds aan de geabonneerden is KALKSDEfi CES WEEK. JUNI, Zomermaand, 30 dagen, Opkomst der Zon 3 u. 40 m. Onderg. n 8 u. 24 m. Zondag 25 Maandag 26 Dinsdag 27 Woensdag 28 Donderdag 29 Vrjjdag 30 Laatste Kwartier. JULI, Hooimaand, 81 dagen. Zaterdag 1 Aan onze abonné's buiten de gemeente wordt beleefd ver zocht 't verschuldigde abonne mentsgeld Vliegend Blaadje eu Zondags- bDd, 2e kwartel 1899, te willen over maken per Postwissel of in postzegels, vóór 5 Juli, zullende anders daar over met 5 cents verhooging per post worden beschikt. Postwissels voor dat doel behoeven slechts met een zegel van 2'/t Ofc. beplakt te worden. ;„-^aag*»iQ, Aan onze abounésin Amerika wordt beleefd verzocht 't ver schuldigde abonnementsgeld te wilku overmaken. DE UITGEVERS. Uit het Buitenland. Over de hangende quaeatie tusschen Enge land en Transvaal is gedurende de laatstver- loopon dagen heel wat gesproken en geschre ven. 't Is ons niet mogelijk, daarvan een over zicht te goven, doch wel willen we eenige opmerkingen mededeelen, die dezer dagen over de bewuste quaeatie gemaakt werden door Sir Henry Campbell Bannerman, de leider der liberalen in het Britsche Lagerhuis, in eene bijeenkomst te Illford«Wat we, zei genoemde staatsman bij veel wat we nog niet omtrent het vraagstuk weten, daaromtrent heel goed begrijpen, is, dat we, volgens de kranten, maar moeten gaan vech ten. Laat ons zien wat dat eigenlijk beteekent Is er echter wel iets onzinnige» denkbaar? We hebben een aantal medeburgers, die wo nen in een vreemd land de Transvaal en die medeburgers verlangen, niet langer onze medeburgers te wezeuze willen hunne en onze nationaliteit afleggen. Om nu toch maar te bereiken, dat zy toch maar hun Britseli burgerschap kwijt raken, om te be reiken, dat zij (de Uitlanden) toch maar bur gers van dat andere land worden, om ze Transvalere te maken en ze te ont-Britten, zouden wij met de Transvaal moeten gaan vechten, enkel en alleen omdat de regeering aldaar dat intressante procés niet zoo vlug op die Britten wil toepassen als deze wenschen. En dat willen ze dan doen uit Britsche va derlandsliefde, uit liefde en aanhankelijkheid aan het Britsche RjjkEr zyn reeds belang rijke concessies gedaan, en waarom zouden we niet trachten, door vreedzame onderhan delingen nog meer, zoo niet alles, te ver krijgen Onderscheidene invloeden werken met ons meê. En naast en boven dit alles is een andere invloed, een invloed, die zich ver heft hoog boven ons allen, een invloed, die onweerstaanbaar zal blyken op den langen duur, de invloed, welke uitgaat van alle wel denkende en veratandige menschen in de wereld. Die invloed een goddelijke kracht is het menscheljjk geweten, dat heerscht over onze gedachten en onze sympathiën dit geweten der menschen zal ook bcheer- schen die quaestie met Transvaal. Niets ech ter rechtvaardigt dat zinneloos geschreeuw om oorlog; oorlog, dat hatelijkste en uiterete middel, alleen geoorloofd als alle andere mid delen zyn beproefd en te vergeefs be proefd 1" Allerwegen vraagt men zich dezer dagen af, hoe de vermoedelijke afloop zal zyn van de dreigende Transvaalsche quaestie. Moeiclijk is het, dien afloop bij benadering te gissen. Dit schynt evenwel volkomen zeker, dat de Britsche regeering te eenenmalo ongezind ia, om in het voorstel van President Kriigcr te treden, en do hangende geschillen te onderwerpen aan eene beslechting door de oenc of andere vreemde mogendheid. Zulk eene inmenging wordt door Engeland verre van zich geworpen, en alle pogingen, die men zou aanwenden, om het daarheen te leiden, dat de wasch buiten 's li nis wordt gebracht, zullen zeer zeker schipbreuk lijden. Dezer dagen werd het gerucht verapreid, dat buitenlandsche mogendheden Duitschland werd o. a. genoemd hadden aangeboden tusschen beide te komen by de Regeering der Transvaalsche Republiek, (en einde die te be wegen, aan hare concessies omtrent de rechten der Uitlanders uitbreiding te geven, 't Gevolg hiervan zou zyn vermindering of wellicht het ophouden der bestaande grieven by dezen en genoegdoening van Engeland. Uit Pretoria wordt echter gemeld, dat er totnogtoe nog geene mogendheid geweest is, diezichin deze zaak heeft gemengd. Over de zaak de Dreyfus-zaak wordt thans, nu »de banneling van het Duivelseiland" de vaderlandsche kust bcgiut te naderen, weêr menig heftig woord gesproken, vooral naar aanleiding van 'tgeen dezer dagen in eene byeenkomst is geschied, waar aan de in veler oog schuldigen aan 't gebeurde in 1894 hulde werd gebracht. Daartegenover wordt door de besliste voorstanders der aanattrtfodfi herziening gewezen op het betreurenswaardT^feit der ontbonding aan beschuldigde en v< van stukken, die door of van wege den nister van Oorlog aan de leden van den toen^- maligen krijgsraad werden medegedeeld. Er moet recht geschieden dus wordt van deze zijde voor do zooveelste maal opgemerkt ook in militaire strafzaken. En nu, meent men, gaat het niet aan, de daders van toen nu te verheerlijken als waren zij vaderlands lievende mannen! De mislukking der poging, om een kabi net onder presidium van den heer Waldeck Rousseau tot stand te brengen, wordt in vele kringen te Parys en in geheel Frankryk be jammerd, en ook daarbuiten slaat men in dezen voor de Republiek bewogen dagen het verloop der crisis belangstellend gade. Geen dor bladen uit do Frunsche hoofdstad weet eigenlijk met eenige zekerheid te vertellen, wat aanleiding heeft gegeven, dat de vorming van 't nieuwe kabinet, waarvan men zich veel goeds voorstelde, onmogelijk word ge- maakt. Sommigen verzekeren, dat de heer Poincaré en zijDc vriendeB aan deze misluk king niet onschuldig zyn. Op het oogen- blik, waarop wy dit overzicht der buiten landsche gebeurtenissen samen stellen, is het bericht verspreid, dal de President der Fran- sche Republiek naar den Haag heeft doen sei nen, om don ond-Minister Bourgrois, thans gede legeerde ter Vredes-Conferentie, uitgenoodigd naar Parys te komen, om met den heer Lou- bet een onderhoud te hebben betreffende de samenstelling en optrediug van een nieuw Ministerie. Mocht deze poging gevolg heb ben, dan is binnen zeer enkele dagen dc cri sis geëindigd, doch dan verliest de Confe rentie een harer nuttigste en werkzaamste leden, die, toen hy onlangs van 't aanvaarden eener portefeuille in Frankryk werd aange zocht, om zyne werkzaamheid in den Haag meende te moeten bedanken. NIEUWSTIJDINGEN. HELDER, 23 Juni 1899. Dinsdagavond vergaderde in 't lokaal »'t Centrum" de liberale kiesvereeniging Helder" van het 2e kiesdistrict, die de beide aftredende Raadsleden, de heeren J. Sevenhujjsen en P. van Twisk, op nieuw candideerde. Nog werd een ingediende motie besproken en by meerderheid van stemmen aangenomen. Deze luidde »De vergadering van kiezers voor den gemeenteraad in 't 2e district spreekt hare afkeuring uit over het raadsbesluit, waarbij een belangrijke verhooging van schoolgel den is aangenomen, die drukkend zal zyn voor de volksklasse. Zjj betreurt het, dat een liberaal (radicaal) lid, de heer Dr. P. C. F. Frowein, daartoe mede het initiatief heeft genomen." Onder blyken van instemming werd nog een briel van 't vertrokken bsstuurslid Mr. A. Croockewit voorgelezen, welk schryven de beate wenschen bevatte voor den bloei der vereeniging. Ook in het le district werden Woens dagavond door deze vereeniging de beide altredende leden,dei heeren C. S. de Wit en H. M. Dito opfctieuw als candidaten geproclameerd. Woensdag j.1. werd door den Luit.- Kolonel, Garnizoens-Commandant te den Helder in het openbaar aanbesteedDe levering van ongeveer 800 H. L. aardap pelen, gedurende het tijdvak van 16 Juli tot 1 November. Ingekomen 4 biljetten, als volgtC. van Os f 2.40, F. Th. de Haas f 2.20, S. van Amesfoort f 1.98 en P. van Twisk f 1.97 per H.L. Op Urk moest Maandag de politie handelend optreden in bet koffiehuis voor geheelonthouders, waar een formeele vecht partij werd gehouden. Met geweld moest de politie binnendringen. Na slaags geweest te zyn, werd de bewoner achter slot ge bracht. De bezoekers maakten zich uit de voeten, op twee na, die op den zolder vlucht ten en iedereen bedreigden met zware stuk ken brandhout naar beneden te werpen. De politie vermocht verder niets en heeft om versterking naar den vastenwal geseind. Te Siddeburen is een 20-jarig meisje door den bliksem gedood. Te Engelbert is vrouw H eene moe der van drie kinderen, in baar woning door den bliksem gedood De Tweede Kamer, die vermoedelijk heden hare werkzaamheden voor dit zittingjaar zal eindigen, wydde zich de beide voorgaande dagen aan een hernieuwd sectie-onderzoek van de Ongevallenwet, waarop tal van amendementen, sommige vaa zeer ingrypenden aard, zyn voorgesteld. In de zitting van jl. Dinsdag waren eenige wets ontwerpen van zeer niteenloopenden aard aan de orde; de Kamer bewoog zich achtereen volgens op het gebied der belangryke water staatswerken, op het terrein der gezondheids wetgeving en regelde o.a. de belegging der kapitalen van liet ambtenaars-weduwenpensi- oenfonds. En by dit alles werden nog Indische aangelegenheden behandeld, en werd oa. be paald, dat de duiten uit de Indische geld circulatie met alle kracht, waarover de Regee ring beschikt, zullen worden geweerd. Ten slotte kwam de interpellatie van den lielder- schen afgevaardigde Staalman, betreffende het optreden der Marine-autoriteiten tegenover den predik. De Koe aan de orde. De iDterpellant her innerde, dat eenige weken goloden 't bericht werd verspreid omtrent eene beleediging van 't Marine-personeel door genoemden predikant, en ten aanzien van de door de autoriteiten, en vooral door den Minister van Marine, ge nomen maatregelen. Spreker verzekerde, dat het optreden van den Minister in deze erger nis heeft verwekt, en hy vroeg, na het maken van eenige opmerkingen, inlichting. In de ge bezigde uitdrukkingen had spreker voor het peraoneel der Marine niets beleedigends ge vonden. De aanwezige officieren zijn, meende spreker, geprikkeld geworden. Velen hunner hebben, meende spreker, eene eigenaardige opvatting van beleedigingzy trachten het zwygen opteleggen aan hen, die hnn de waar heid zeggen. Spreker kwam op tegen het ver bod aan de schepelingen, om de godsdienst oefeningen, door ds De Koe geleid, te bezoeken, en hy trachtte het recht der godsdienstvrijheid te handhaven. Hij meende, dat de Minister alle betrekkingen, met welk kerkgenootschap ook, moest afbreken, en stelde de vraag, in hoever de zee-officier bevoegd is, schepelingen te onttrekken aan het cathechetisch onderwjjs van ds. De Koe. De interpellaot besloot met drie vragen aan dan Minister van Marine te te doen 1. Welke beleedigende -voorden zyn door ds. De Koe gesproken 2. Waaraan ont leent de Minister het r -cht, om li :t bywonen van godsdienstoefeningen te verbieden en 3. Wanneer de Minister erkent, dat adelborsten, behoorende tot de Nederl. Herv. Kerk, zyn onttrokken aan het godsdienst-onderwys van ds. De Koe, waarom dan ook niet de schepe lingen der Marino De Minister antwoord de, dal nit de ontvangen klacht bletk, dat de Marine-man was beleodigd. Deze klacht, aan vankelijk overgebracht bij de Synodale Com missie, is thans in onderzoek bij de kerkelyke autoriteit. Voorloopig heeft do Minister bepaald, dat de kerkparade niet zal plaats hebben, om dat hy niet wil sanclioneeren do woorden van een voorganger, die van grootc minachting voor den Marine-man blyk geven. Wat de 3de vraag betreft, verzekerde de Minister, dat het bedoelde onttrekken der adelborsten is geschied in overleg met de onders dier jongelieden. Overigens had de Minister de kerkparade niet geheel afgeschaft. De jonge schepelingen kun nen 's morgens niet worden vrygelaten om te passagieren. De heer Staalman kwam nog op het aangevoerde terug, en wenschte vryhsid voor schepelingen om ter kerke te gaan waarop de Minister antwoordde, dat de sche pelingen naar de kerk van da. De Koe kunnen gaan zooveel ze willen dat toezicht i n de kerk niet noodig is, en toezicht naar de kerk in ieder geval moet plaats hebben. De interpellatie eindigde hiermede. Nieuwe rjjtuigen 3ke kl. zyn door de Holl. Spoor in dienst gesteld. Zy, bieden ruimte voor ongeveer 100 personen. De beste verbetering is, dat langs alle afdeelingen een gang looptmet het zoo slechte xliligencestelsel" der oude coupé'» wordt dus steeds meer gebroken. Elke waggon heeft twee privaten. De rytuigen zyn sierlijk afgewerkt. Onbevoegde bedienaars van stoom werktuigen! Door den Bond van Machinisten en Stokers in Nederland is aan de Tweede Kamer een adres ingediend waarin wordt verzocht a. bebalingen te treffen, waardoor het niet meer mogelijk is, dat beslist onbe voegden als bedieners van stoomtoestellen optreden, door een examen in het leven te roepen, waaraan alle machinisten moe ten voldoen, opdat zekerheid verkregen worde, dat zy practiach bekwaam zyn, en derhalve de noodige waarborg geschon ken wordt dat niet uit onkunde de zorg voor de veiligheid veronachtzaamd wordt b er voor te waken dat de ambtenaars van het stoomwezen, in het vervolg nim mer afwyken van hun plichthandha ving der stoomwet", opdat een strenge naleving der bepalingen dier wet regel worde, en dus ook door een volledige toe passing der stoomwet de veiligheid van personen en goederen meer gewaarborgd wordt. Van de 14 personen Tan het perso neel en het gezin van den bleeker T. Rek- veld, te IJselmuiden, die van bedorven vleesch hadden gegeten, zyn reeds twee personen overleden. Beiden waren gehuwd, Dinsdagavond te omstreeks halt elf liepen drie personen, onder wie twee broe ders, die den geheelen avond uitgeweest en nu eenigszins onder den invloed van amnk waren, door eene achterbuurt van Lnden en kwamen voorbij de woning van den uitdrager, wieus dochter verkeering heeft gehad met een der broeders. Al heel spoedig begonnen zij een kibbelpartij met der uitdrager, die voor zyn woning stond. Men wil dat er over en weer ge slagen werd. Opeens viel de uitdrager op den grond Het bleek dat hg op twee plaatsen ernstige verwondingen met een mes had bekomen, zóó ernstig, dat hy kort daarop den geest gaf. De daders waren spoedig aangehouden Zy ontkenden voor den commissaris van politie, aan het feit schuldig te zyn. Daarop ging die ambtenaar naar de woning van den verslagene en bleek hem by onderzoek dat een der broeders de moor denaar moest zijn. Nadat het lyk verzegeld was, is het overgebracht naar het laboratorium van een der hoogleeraren om inwendig te worden geschouwd. Aan het bureau onderging de verdachte een hernieuwd verhoor, waarby hem werd meegedeeld wat er omtrent hem gebleken was, waarop hij ten slotte bekende het feit te hebben bedreven en het mes in het water te hebben geworpen. Naar dat mes wordt sedert Woensdagmorgen vroeg gevischt. De instructie in de zaak wordt voortgezet. Men meldt ons nader dat de vermoorde uitdrager een oppassend man was, ter goe der naam en faam bekend, ongeveer zes tig jaar oud. De moordenaar is een 18- jarige haringvisscher. Hij had onlangs uit eigen beweging de liefdesbetrekking met de dochter van den verslagene afge broken. Het van ouds bekende Hötel en Café "A'ALI x -E3T met zijn ruime en luchtige Kamers, alsmede grootscha duwrijk Balcon, wordt den eilandbezoekers ten zeerste aanbevolen. - Uitstekende keuken, enz. De Waterleidingkwestie. Tot het verkrygan van een jnist overzicht van de Waterleidingkwestie, geven wy hier onder het geheele rapport van de minderheid der Raad «commissie, dat wy in het raads- veralag niet konden opnemen. In hoofdzaak zijn daarin opgegeven de gronden van de tegenstandera van bet voorstel, ingediend door B. en W. Aan den Raad! De ondergeteekende, Lid en Voorzitter der Commissie voor de Waterleiding, zich geheel aansluitende aan het Rapport, door genoemde Commissie aan uwen Raad uitgebracht, ver klaart zich wat betreft de oind-clausule van genoemd Rapport, onmogelijk te kunnen ver eenigen in de door do meerderheid der Com missie met Burgemeester en Wethouders vastgestelde overnemingsvoorwaarden der werken en eigendommen tot de Waterleiding behoorende. De voorgestelde overneming der eigendom men in den vorm waarin, en de wjjze waarop deze in het concept worden vastgesteld, zyn mjjns inziens beslist onaannemelijk. Hoofddoel toch is steeds geweest eene ge meentelijke exploitatie der duinwaterleiding door hsel de gemeente, wat zelfs volgens den tcgenwoordigen concessionaris, een uitbreiding van het buizennet met minstens twintig kilo meter hoofdbuis noodzakelyk maakt. Is of wordt deze uitbreiding aan dc inrichting ge geven, dan is daarmee tevens beslist, dat, èn de machines, èn de watertoren, èn de thans gebruikt wordende hoofdbuis, ten eenen- male ongeschikt zyn en zoo zy al niet geheel worden afgekeurd, zoodanige groote ver nieuwingen noodzakelijk maken, dat van de waarde, hun op heden toegekend, een zéér belangrük deel verloren gaat. Hoe nn in de overeenkomst eene olausule kon worden aan gegeven, om op niets wat de inrichting be treft, de taxatie van waarde als afbraak toe te passen, wat feitelyk geljjk staat, om iets, wat door de toekomstige bestemming weinig of geen waarde heeft, als waarde hebbend te taxeeren, is mjj een raadsel, althans zoo dit wordt bezien van het standpunt der ge meente als erentnëele kooper. Bovendien is de omschry ving van het c promis tusschen beide partyen uiterst sober en vaag gesteld vooral als men bedenkt, dat dit de eenige ofRciëele grondslag en maatstaf is aan de deskundigen, belast met de arbitrage, gesteldgeen enkele tijdsbepaling is aangc- uomeu, waarop de deskundigen zullen worden benoemd en beëedigdevenmin de tyd wanneer bnn rapport aan beide partjjen moet z\jn ingediend. Dat schept eene onzekerheid voor de toekomst, waarover zelfs eeoe rechterlijke beslissing niet kan worden ingeroepen. De tyd, waarop de «inrichting" aan de gemeente zal overgaan, is vastgesteld op 1 Januari 1901, dus rnim anderhalf jaar na heden, wat naar m|jn inzien véél te lang is en alleen in het voordeel kan zyn van den concessionaris, tot behond van de steeds door hem behaalde winsten en in het nadeel der duur water betalende burgery De in artikel 17 der concessie vastgestelde wjjze, waarop de inrichting der waterleiding óf aan een andere concessionaris, óf aan de gemeente kan overgaan, is door beide partyen losgelaten en daardoor prijsgegeven de onpar tijdige autoriteit van benoemingen toch is behouden het stelsel van arbitrage, wataltyd voor beide partyen een geheel onzekere uitslag hebben kan aan hun uitspraak, hoe deze ook moge zyn, tjjn beide partyen onderworpen, zonder dat een hooger beroep of loelating der overeenkomst mogeijjk ia. 'k Herinner hierby aan de zoo gevreesde clausule van het i neem-contract der gasfabriek, wat meer dan één raadslid met verklaarbare vreezu voorde eindcyfers der arbiters heeft vervnld. De aan het slot van het voorstel van B. en W. uitgesproken wenech, dat de concessio naris tot uitbreiding van het buizennet moge Standplaats hoek Postbrng, tegenover den WelEd. Gestr. Heer Paehlio, Geheel nieuw ingericht naar Zeeuwsche Methode. Nelte bediening en bestellingen bg elk» hoeveelheid thuis bezorgd. Oude Mannen- en Vrouwengestichten, kunnen Woensdags hunne bestellingen kosteloos doen. N.B. Nooit geen hoogmoed, dat is (verkeerd, Met een druk bezoek wensch (ik vereerd. FEUILLETON. 24). .Sedert mij de vreeselyke oplossing van het raadsel duidelyk werd, ontvliedt m|j alle nachten do slaap, ik wentel my rusteloos op myn leger, ik denk slechts aan de vreeselyke gebeurtenis in het afgelegen huisDikwerf dacht ik waanzinnig te worden Ik heb Anna innig lief gehad, ik heb haar nog lief, en ofschoon het dwaasheid ia, ik zal haar lief hebben tot myn laatsten snikNoch haar misdaad, noch de haat, dien zij mij toont, kunnen die dwaze my tot vertwijfeling bren gende liefde, dooden. En my heeft het nood lot aangewezen de onverbiddelijke rechter te zyn, de vreeeelQke aanklacht, die ook baar ondergang moet sjjn, tegen haar geliefde in te brengenDoch het moetIk zul myn plicht doen, al bloedt myn hart daar ook by l« Hy had alles verteld. Het verhaal had hem hevig aangegrepen, zyn gelaat was verwron gen, zjjn leden beefden, zyn oogen gloeiden koortsachtig. Ook ik was bjjna niet minder aangegrepen dan hy. Zjjn woorden hadden mij den sluier van de oogen genomenzooals hij, zag ook ik thans duidelyk de vreeselyke scènes in het afgelegen huis, hoe z|j zich voorbereiden en tot bet einde leidden. Hoe groot ook mjjn afschuw was, ik kon tock het medelyden voor het ongelukkige kind, dat door vertwijfeling tot waanzin, tot misdaad gedreven was, niet onderdrukken. Ik kon mjj indenken in de ziel van den ongelukkiger! man, die my daareven een blik in zjjn bin nenste had gegeven. Hoe lang wij zwjjgend naast elkaar hebben gezeten, weet ik niet. Wjj waren beiden te aangedaan, om in korte woorden uitdrukking te kunnen geven aan ons gevoeL De rechter vermaande zich 'teerst. Zjjn stem beefde niet meer, toen hy eindeljjk hernam «Wilt ge thans het proces-verbaal, dat ik zal opstellen, teekenen?» .Ja!' Ik haalde hem papier, pen en inkt. Ving schreef hy mjjne verklaring neer, by las mjj het proces-verbaal voor, ik had er niets in te veranderen en teekemie. Hij stond op en reikte my de hand. Ik heb nog een moeieljjken nacht voor my,' zeide hy, «want morgen vroeg moet, om den eersten trein naar Laibach te halen, het stuk reeds te Adclaberg zjjn. Op dien nacht zal voor ons beiden een raoeiljjke dag volgen. Het zal ook voor n niet geroakkelyk vallen professor, morgen met Franz Schorn in de grot te gaan, zonder uw afsehuw voor hem te laten merken. «Ik kan niet gaan. Ik zal mjj mot een on gesteldheid verontschuldigen.» «Neen, professor, dat moogt ge niet doen. Schorn heeft bepaald van Mizka vernomen, dat ik u in uw kamer gevolgd ben. Hy kan verdenking koesteren, de minste kleinigheid kan daartoe een moordenaar, wien hut kwade geweten pjjnigt, aanleiding geven.' «Ook gjj, doctor, hebt thans een zwaren plicht te vervullen, waaraan ge u niet moogt onttrekken. Gjj moet aan den tocht deelnemen, zooals ik zal doen doen. Noch de kapitein, noch Franz Schorn mogen vermoeden wat do naaste toekomst brengen zal. Ik vertrouw op u en weet dat ik mjj niet zal vergissen.' «Gjj zult u uiet vergissen. Ik zal mjj weten te beschermen.' Wjj drukten elkaar nogmaals krachtig de hand en scheidden. X. Veel geslapen heb in dien nacht niet. Terwjjl ik rusteloos op bod lag, hoorde ik boven mjj, evenals den eersten nacht na den moord, deB rechter heen en weer loopen, nog uren lang. 't Was alsof een magnetische hand my aan hem verbond, als moest ik denken, wat hy dacht, gevoelen wat hy gevoelde. Dezelfde vreeselyke beelden, die den slaap ver van hom hielden, kwamen ook bjj mjj op en ik kon ze evenmin bannen als hjj. Uur aan uur hoorde ik het slaan van den kerktoren, eerst toen de dag aanbrak, vond ik eenige rust. Even na vjjf uur werd ik wakker. Mjjn eerste gedachten na dat ontwaken golden de mededeelingen, die mij den avond te voren de rechter had gedaan. Zjj verschenen mjj thans in een ander licht dan den vorigen dag. Ik was kalmer geworden, die zenuwachtig heid van den vorigen dag was verdwenen. Ik kon thans nadenken over hetgeen ik ge hoord had. Den vorigen dag hadden de woor den van den diep gescliokten man dadeljjk op mjj gewerkt, ik had zo aangenomen als onaantastbare waarheid zonder er over te denken, thans eerst wekten zjj twjjfel bjj mjj op; het gisteren door het gevoel verdoofde verstand kwam weer tot zjjn recht. Had de rechter mij werkcljjk feiten mede gedeeld, die mjj recht gaven tot de overtui ging van de schuld van Schorn en mede plichtigheid zjjner geliefde Neen 1 Hjj had gecombineerd als de dokterEen feit was alleen dat Anna de verhouding tot haar vader niet naar waarheid verteld had. Was het niet natuurlyk dat de dochter ge tracht had de vlekken, die op de nagedachte nis haara vaders konden ruston, uit te wis- schen Het was zeer natuurlyk dat haar liefde voor haar vader na diens vreeseljjken dood □n tot volle recht kwam, dat Anna alles vergat wat er ooit tnsachcn haar en haar vader was voorgevallen, zjjn hardvochtigheid, zelfs zyne mishandelingen, dat zjj slechts dacht aan zjjn liefde, slechts daarover sprak. En daarom, daarom alleen zon de verdenking van medeplichtigheid jegens haar gerechtvaardigd tjjn Ik schaamde mjj over mjjn lichtgelovig heid. Kon Diet de rechter bevooroordeeld wezen, kon hy zich niet in de verhouding tusschen vader en dochter vergist hebben Een onvriendelijk, ruw woord, in zjjn bjjzjjn door den vader tegen Anna geuit, kon hem een vreeselyke beleediging hebben toege schenen, terwjjl Anna het misschien ternau wernood geteld had. Ik begreep mjj zelf niet dat ik den vori gen avond zoo lichtgeloovig was geweest, dat ik mij door de woorden des rechters had laten verleiden als feit te beschouwen, wat slechts combinatie bjj hem was. En als Anna niet schuldig was, dan was ook de verdenking tegen Franz Schorn niets meer! Ik had er thans berouw van dat ik het proces-verbaal had geteekend en mjjn woord had gegeven er over te ewjjgen. Doch ik had het geven en moeet het houden. Dacht ik er goed over na, dan was het misschien goed, dat mjjne verkluring zon leiden tot een ernstig onderzoek van alle tegen Franz Schorn ingebrachte verdenkingende juistheid daar van kon slechts nit een grondig onderzoek blyken en daardoor de jonge man van e«ne verdenking bevrjjd worden, die zich helaas! reeds onder het volk verbreid had. Ik voelde mjj door deze overwogingen merkbaar gerust gesteld ik kon thans gerust aan den tocht denken, dezen morgen met Frans Schorn te ondernemen, al was het voor mjj een akelig gevoel, dat het door mjj ge- teekende proces-verbaal naar den officier van justitie te Laibach op reis soa zjjn, terwjjl ik vriendschappelijk met den jongen man een pleziertochtje deedik zette mjj daar over heen, daar was niets aan te verandoren. Even na zes uur begaf ik mjj naar den tuin om daar myn koffie te drinken de ka pitein en Franz Schorn wachten rajj reeds om de voorbereidende maatregelen voor onzen tocht te maken. Franz Schorn was verheugd en levenslustigik had hem nog nooit zoo vrooljjk gezien, geen spoor van dien duisteren trek, die anders op zjjn gelaat lag, was daarop waar te nemen. Zjjn morgengroet was zóó harteljjk, dat ik myn schaamtegevoel moeet bedwingen, toen ik hem de hand schudde. En deze aardige, flinke jonge man zou een moord hebben gepleegd Het was dwaasheid, neen, misdaad, zoo iets slechts te denken Franz Schorn had reeds vroegtjjdig met alle voorzichtigheid de noodige maatregelen voor den toeht genomen, de kapitein en ik hadden nauweljjka meer iets te verlangen, zelfs den magnesiumdraad had hjj reeds. Twee sterke mannen, die beiden Doitsch konden spreken, waren gereed ons te vergezellen, ieder lionner was met een flinken haak ge wapend en had een lang, niet to dik, doch zeer sterk touw om het ljjf. Een half dozjjn pek fakkels had Schorn van de brandweer ge kregen en verder zooveel lantaarns, dat ieder deelnemer aan den tocht er een kon hebben. Twee korte, sterke ladders, die de mannen zouden dragen, lagen gereed. (Wordt vervolgd.) goüool nieuwe liouzo. i. VAN WILLIGEN. 1 wan aan partijtje Jongenspakjes en T ricot- Jongensbroekjes voor van de waarde. Pakjes van f6.00 voor f 1.50. Broekjes van f 1.80 voor 60 ct. enz. enz. ,,De Magneet". - H. Spruit. btéK" Kip bcr twrcl? 'Qpcral ptrkrijgbaar^i komt weder de Helderschs en Nieuwedieper Kermis bezoeken. 8tandplaats wordt later bekend gemaakt. Bg ondergeteekende is steeds ver krijgbaar Je kwaliteit PAARDENVLEESCH, hetwelk steeds voor en na hek slachten door Rjjksveeartaen gekeurd wordt. Prjjzen zjjn als volgt: Biefstuk 35 Rookvleesch 45 Rollade 22 Boter ham worsk 35 Lapjes en Gehakt 20 Metworst 30 en Rookworst 22 cent. Alles per 5 ons. Aanbevelend, Uw. dnr. K. SLIKKER. Hoofdgracht 55. MAYPOLEZEEP in alle kleuren. Verkade's Vaiiae Tlee- ei MlMtci Sunlight Zeep. Snowrtown- en Hoefijzerzeep. Windlucifers. Adams' Meubelpolitoer.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1899 | | pagina 1