dors convoceeren voor een vergadering en
dit kan vóór 1 Juli niet meer.
De heer Van Neck betoogt, dat de voor
gestelde wyze den eenigen weg is. Omtrent
de waarde komt alleen in aanmerking het
materieel, dat in een zaak als de waterleiding
bruikbaar is en dit moet door taxatie bepaald
worden.
De heer Vorlaille deelt deze zienswijze,
maar betwist de verplichting en wil de eind
beslissing aan zich zelf houden.
Do heer Hartsinck sluit zic!> bij den heer
Verfaille aan.
De Voorzitter begrijpt niet, wat er tegen
is, als alles door belangloozc lieden getaxeerd
wordt. Nog wijst lip er op, dat meu in een
vreemden toestand komt, als het voorstel ver
worpen wordt.
De heer Frowein zegt, dat de Commissie
gaarne een anderen weg bewandeld had, maar
wanneer de oude Waterleiding overgenomen
wordt, kan deze successievelijk verbeterd
worden, om aan de geheele gemeente water
te kunnen leveren. Op advies van oen bekend
rechtskundige, is de clausule aldus gesteld.
Hy is evenwel niet zoo bang als de Voor
zitter, maar vreest toch tal van moeiclyk-
heden en elke staking is in 't belang der Di
rectie van de Waterleiding en iu 't nadeel
van de gemeente.
Do heer De Wit heeft nog eenige bezwaren.
Er is niets bepaald omtrent den tyd, wan
neer de arbiters benoemd en beëedigd moeten
worden en wanneer de taxatie zal plaats
hebben.
De heer Over de Linden acht zulks onnoodig.
De Voorzitter antwoordt, dat er geen ver
andering meer in de bepalingen kan gebracht
worden. De tijd dringt.
De heer de Wit vreest deze dreigementen
nietis zulks zoo, dan had de Voorz. do
vergadering vóór den 20en Juni moeten uit
schrijven.
De Voorzitter zegt, dat zulks in overeen
stemming met de Commissie is geschied,
waarop de heer do Wit repliceertmaar dit
was geen goedkeuring, doch een kennisgeving.
De Voorzitter beschuldigt den heer de
Wit van onwaarheid en herinnert aan een
geheime zitting van den Raad. Dc heer
Korver bevestigt het gezegde van den heer
de Wit en zegt, dat daar geen besluit, geen
beslissing is genomen. De heer Seven-
huysen schaart zich aan de zyde des Voor
zitters.
Hierna wordt het voorstel van B. W.
in stemming gebracht en met 11 tegen 4 stem
men aangenomen. Tegen stemden de heeren
De Wit, Van Ede, Korver en Verfaille.
De heer Hartsinck bleef buiten stemming.
Alsnn volgt de gewone rondvraag. De heer
Van Twisk wystop den onhoudbaren toestand
van de sloot by de vischdrogery en op den
slechten weg, die naar school 8 leidi. Do
Voorzitter belooft, zooveel doenlyk daarin ver
betering.
Niemand meer het woord verlangende,^
de Voorzitter de openbare zitting en gas.
Raad over in eene met gesloten deuren
onderzoek van eenige reclames tegen den i
slag in den hoofdelyken omslag.