KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor HelderTexel en Wieringen,
Ho. 2761.
Woensdag 2 Augustus 1899.
97sts Jaargang.
Bureau: Zuidstraat.
Telefoonn0. 32.
Bureau: Spoorstraat.
Telefoonn0. 59.
Atoonnoment
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., met Zondagsbl. 80 Ct.
id. franco per post 75 id. fl.121/,.
id.voor het Buitenland f 1.25,id. f2.00.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bupcmuki Spoorstraat en Zuid»tra«t.
Advertentlên
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5»
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
Uit het Buitenland.
De berichten omtrent de verwikkelingen
tnssehen Engeland en de Znid-Afrikaansche
Republiek wijzen nog niet op de opheffing
van het gevaar voor eene andere dan eene
minnelijke schikking. Een der Engelsche
miniBters ditmaal niet Chamberlain, maar
Balfonr verklaarde dezer dagen openlijk,
dat, wanneer alle hulpmiddelen der diploma
tie zonder uitwerking bljjven, naar andere
middelen moeten worden omgezien. Alweder
dus een dreigement met oorlog! Genoemde
minister zei verder nog in zyn fraaie speech
.Het is toch duidelijk, dat het onmogelijk is,
vrygeboren Engelschen voortdurend te behan
delen, alsof zjj van minder ras waren. De
Minister sprak deze vyoorden, gezeten aan een
wèlvoorzienen dischze zyn dns wellicht niet
zoo heel erg bedoeld. 'tZou anders voor de
hand liggen, er op te antwoorden, dat wan
neer het den Engelschen in een vreemd land
niet aanstaat, niets hun belet, weder naar
hun bakermat terug te keeren. Een behan
deling, die hun niet bevalt, behoeven zy zich
niet te laten welgevallen. Staan de wetten
van het vreemde land, waar zy zich wilden
vestigen, hun niet aan welnu, zij behoeven
er niet te komen, en kunnen zich subiet ver
wijderen. Wanneer Engelschen zich in een
ander land van Europa vestigen, dan wordt
er toch ook geen leven van gemaakt, als hun
eiet onmiddellijk staatkundige rechten worden
verleend. Do Engelschen trachten steeds,
terwijl zjj de onafhankelijkheid van Transvaal
niet kunnen ontkennen, te doen, alsof de toe
standen van voorheen nog bestaan. Maar er
zyn gedenkwaardige plekken in Zuid-Afrika,
waar zij aleens geducht klop gehad hebben
van de Boeren. Zulke gebeurtenissen, zyn,
zelfs by een feestmaal, toch maar niet weg-
tepraten Over de bewuste qnaestie zjjn
in 't laatst der vorige week belangrijke be
raadslagingen gevoerd in de beide huizen
van het Britache Parlement. De heer Camp
bell Bannerman hield in het Lagerhuis
•ene rede, waarin hjj, wjjzende op het ge
vaar, dat eene gewapende tusschenkomst tot
rassenhaat in Zuid-Afrika zou leiden, zijn
waarschuwend woord besloot met de belang
wekkende vraag: Waarom zou niet, met de
noodige zorg en het noodzakelijke geduld,
hier betzelfde resultaat bereikt kunnen wor
den als in Canada, waar de rassenhaat tus-
sohen Engelschen en Franschen geheel ver
dwenen is Minister Chamberlain ant
woordde hierop Wij gelooven dat de vrees
voor vervreemding van het Hollandsche ele
ment o erdreven is. Niemand denkt er aan,
het land terug te winnen, dat wjj eenmaal
vrijwillig hebben afgestaan. Het is ons be
laag, om vrjjheid en voorspoed in Transvaal
te doen voortbestaan. Ik ben vol hoop voor
de torkomst, omdat ik geloof, dat wjj Presi
dent Krüger zullen kunnen overtuigen, dat
wjj niet streven naar het benadeelen van
hem of van zjjn land, maar veeleer hem hel
pen, om zjjnc positie te handhaven. In
het Iloogerhuis sprak de minister-president,
lord Salisbury, ongeveer in denzelfden geest.
Middelerwijl komen uit de Engelsche ko
loniën mededeelingen, dat zich troepen heb
ben aangeboden, om voor Engeland tegen
Transvaal to vechten ditmaal zjjn het
1800 officieren en manschappen uit Nieuw
Zuid-Wales. En nader wordt nog gemeld,
dat de Indische en Engelsche regeeringen
hebben besproken, hoeveel troepen Britsch-
Indië, ingeval van een oorlog in Zuid-Afrika,
zou kunnen leveren. Men zegt, dat de beide
regeeringen zijn overeen gekomen, dat Indië
10.000 man zou kunnen missen waarvoor de
uitrusting en transportmiddelen gereed zjjn.
De rede van Minister Balfonr, waarvan we
hier boven melding maakten, had wel degelijk
invloed op de Londensche geldmarkt. Ofschoon
de toon van dezen Minister gematigder was
dan die van Minister Chamberlain, bleek toch
uit den inhoud der redevoering voldoende, dat
ook de heer Balfour van meening is dat de
Zuid-Afrikaansche quaestie nog alles behalve
geregeld is. Dit maakte des te meer indruk,
omdat men tot nu toe algemeen dacht, dat de
heer Balfour, naast lord Salisbury, een der
krachtigste elementen in het ministerie is, ge
neigd om de ambitie vaa den heer Chamber
lain in toom te houden.
Namens 1050 aanzienlijke personen uit ver
schillende deelen van Europa, togen nu onlangs
een zestal mannen met een adres op weg naar
St. Petersburg, met het doel, dat adres, aan
don Keizer van Rusland te overhandigen, en
daarin eerbiedig te vragen, terug te komen op
het keizerlijk besluit, waarmede de zelfstandig
heid van het groot-hertogdom Finland is
vernietigd, om dat land bij het groote Russische
Keizerrijk intelyven. De Czaar had vroeger
al geweigerd, om, tot gemeld doel, aan eene
commissie uit het Finsclie volk gehoortever-
leenen een zelfde lot onderging nu de poging
van buitenlanders, die evenmin tot den Keizer
werden toegelaten. Uit Nederland nam prof.
van der Vlugt aan de deputatie deelaan het
hoofd daarvan stond de heer Frarieux, oud-
Minister van Frankrijk. Na het mislukken
hunner zending, trokken de leden der deputa
tie, op weg huiswaarts, door Finland heen.
Overal, waar zij kwamen, werden zjj, om de
hulp en den bjjstand, die zij gepoogd hadden
in 't belang van het onderdrukte volk tever-
leenen, met geestdrift ontvangen overal werd
hnn de meest mogelijke erkentelijkheid be
toond. Op hun tocht kwamen de heeren o.a.
te Abo. De ontvangst daar wordt door prof.
van der Vlugt volgonderwyze beschreven:
Het was twee uur in den nacht, toen wij
Abo bereikten. Reeds aan het station ontving
ons een deel der bevolking. Een eind verder,
bij de boot, wachtten ons in het late uur let
terlijk duizenden op. De dames waren allen
in den rouw. Toen men ons zag naderen, week
de menigte een weinig uiteen, zoodat een
smalle doorgang voor ons openkwam en open
bleef. De burgemeester der stad trad op den
heer Frarieux toe, en drukte hem stil de hand.
Niets meerWas het gewild, als om te doen
verstaan, dat in dit geval woorden toch maar
zwakke klanken zouden zjjn Was het toeval
wellicht, dat de burgervader het Fransch niet
machtig was Hoe bet zjj, zjjn stil gebaar was
in dat oogenblik welsprekender dan zelfs een
mooie rede had kunnen zijn. Zes dames, in 't
zwart gekleed, traden daarop één voor één
met vochtige oogen naar voren, om een ruiker
aantebieden aan elk der afgevaardigden. Wij
gingen zwjjgend langs de zwjjgende rijen. Zij
groetten ons dankbaarwy groetten hen ge
troffen terug. Geheel ons pad was met seringen
bestrooid. Eindelijk, toen wij op bet schip
stonden, daar barstten, onder het teere halflicht
van den wolkeloozen Noordschen Zomernacht,
hl die dnizenden op eenmaal los in de wee
moedige, kloeke, nationale hymne, waarmede
we op onzen tocht door Finland herhaaldelijk
hadden kennis gemaakt. O, dat ik een pen had,
om dat oogenblik te teekenen naar waarheid
Om te schilderen dat schouwspelOm te doen
hooren dien klankOm te schetsen dat volk,
hl zijn bekommering en zyne hope, zyn zelf
vertrouwen en zyn dank jegens zyne vrienden,
nitdaverend als één man in zyn aangrijpend
leed. En toen opeens, als won de hemel raeê
gaan zingen, in het oogenblik, dat het anker
werd gelicht, achter, boven dit alles de snel
rijzende zon
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 1 Aug. 1899.
Ds. N. H. Koers, te Wanswerd, heeft
het beroep naar de Gereformeerde gemeente
alhier aangenomen.
Verkiezing-Gemeenteraad.
In het Iste en in het Ilde district wordt
heden alhier stemming gehouden, ter ver
kiezing van twee leden van den Gemeente
raad, wegens buitengewone vacaturen.
Ter gelegenheid van den verjaardag
van H. M. de Koningin-Moeder, zal op
morgen, des namiddags, vanwege de Helder-
sche Harddravery-Vereeniging, eene hard
draverij gehouden worden aan de West
straat alhier.
Zondagmorgen omstreeks halfzeven,
ontdekte men brand in de Vijzelstraat, in
den hooischuur van den beer J. Smids.
Na mislukte pogingen om den brand in
't begin te stuiten, rukte de brandspuit
No. 2 van het Ankerpark aan, waarna spoe
dig het gevaar geweken was.
De Duinwaterleiding van Den Helder
en het Aieuwediep.
Nu dezer dageu de aandacht van de inge
zetenen dezer gemeente byzonder gevestigd
is op de bestaande Duinwaterleiding, tot wier
overneming door den Gemeenteraad is besloten,
ineenen wy, dat het niet onbelangryk is, de
stichting er van, die ruim 40 jaren gele
don plaats had, te vermelden. We onllee-
nen deze mededeeling aan hot werk, ten
jare 1875 door wijlen den heer D. Dekker
samengesteld, on onder den titel«Ontwik
kelingsgeschiedenis en beschrijving der ge
meente Helder", bij den boekhandelaar Berk
hout en Co. alhier uitgegeven. Op pag. 121
on 122 lezen we het volgende: .Tot 1856
was de bevolking van het oostclyk deol der
gemeente, by langdurige droogte dikwijls vor-
stoken van het genot eener frisscbe teug
waters. Schrijver van dit werk herinnert
zich zeer levendig, dat hij op een zomerdag,
by een tbermometerstand van 80 gr. Faren-
heit, smachtende was naar een glas water,
en dit in den omtrek van eenige minuten
niet kon bekomen. Wèl leverden de putten
by Huisduinen heerlijk drinkwater, wèl waren
er een aantal lieden die dit met kar en paard
den inwoners, dikwyls voor veel gold per
emmer, aanvoerden, maar in tyden van alge
meen gebrek, duurde het vaak zeer lang eer
ieder, vooral de bewoner van de verstafge-
legen punten van de duinen, er van voorzien
was. De voerlieden der waterkarren leverden
niet zelden tegen hoogen prys slecht wator,
dat zy voor het gemak uit slooten schepten,
in plaat, van dit uit de duinputten te halen.
Amsterdam had het voorbeeld der duinwater
leiding gegeven. Naardien de afstand der
gemeente van de duinen slecht een uur be
draagt, had een waterleiding te dezer plaatse
niet veel bezwaren in, en beloofde bovendien
goede voordeelen te zullen opleveren, daar
do oorlogs- en koopvaardijvloot, die tot hier
toe drinkwater van het naburige eiland Texel
liet aanvoeren, zeker van deze gelegedheid
gaarne zou willen profiteeren. Tengevolge
van deze overweging vormde zich eene Maat
schappij, waarvan de heer mr. Ch. Bosch
Reitz als directeur optrad. In de jaren 1855
en 1856 werden de gebouwen en machineriën,
er voor benoodigd, opgericht, de ijzeren pijpen
ter leiding van het drinkwater in den grond
gelegd, en reeds in Juli van laatstgenoemd
jaar leverde de Maatschappij het eerste water.
Deze stichting is inderdaad een zegen ge
worden voor de plaats onzer inwoning. Het
frissche, heldere duinwater is te allen tjjde
tegen matigen prys verkrijgbaar, en wanneer
men in droge tyden op vele plaatsen zucht
over het gemis van het kostbare vocht, ge
voelt men hier eerst recht, welk genot de
duinwaterleiding verschaft. De Maatschappij
levert aan onze oorlogs- en koopvaardijsche
pen haar helder, frisch en gezond drink
water.
Aan de mededeeling van de gescheidenis
der wording van onze duinwaterleiding, voegen
we ten slotte toe de uitdrukking van den
wenscb, dat, komt deze zaak eerlang, by
overneming, in exploitatie by het Gemeente
bestuur, de voorwaarden voor den aanleg in
de woningen der ingezetenen milder mogen
worden, opdat de weldaad, door de duinwa
terleiding teweeg gebracht, meer dan tot heden,
gemakkelyk onder ieders bereik komen, en
zoodoende het gebrnik van zuiver drinkwater
bevorderd worden moge
De Bond van oud-onderofficieren
hield jl. Vrijdag te Nijmegen zyne jaar
vergadering. Uit het jaarverslag bleek, dat
de Boud thans telt 37 afdeelingen met
1288 leden, 68 beschermers, 8 bescherm
vrouwen, 1346 militairen-donateurs, 873
burger-donateurs en 2<> donatrice*. Uit het
financiëel verslag bleek, dat om betrek
kingen aanvrage werd gedaan door 122
leden, 4 kinderen van leden en 35 mili
tairen-donateurs, van wie resp. 78, 3 en
26 geplaatst werden. Tot het verstrekken
van ondersteuning was f993.60 beschik
baar, aan alle aanvragen om hulp kon
worden voldaan. Er werd voor dit doel
f717.13 uitgegeven, en f2615 aan rente-
Ioob voorschot verstrekt.
Dr. W. Krol. f
Te Wiesbaden is in de vorige week in
71 jarigen ouderdom overleden de oud-kolo
nel bij den geneeskundigen dienst der land
macht dr W. Krol, die vroeger, jaren lang,
als officier van gezondheid der lste klasse
hier werkzaam was. De heer Krol verwierf
zich te dezer plaatse een allergunstigsten
naam ook bij de burgery, want buiten den
kring zijner eigenlykc werkzaamheid ver
leende hjj menigmaal op belanglooze wjjze
bijstand en hulp, die, ook door zyne groote
mate van kennis en ervaring, ten zeerste wer
den gewaardeerd. Ook op maatschappelijk
ied betoonde hjj zijne medewerking
zoo was hjj indertijd by de stichting der
Volksbijeenkomsten alhier de eerste spre
ker, die daarin met eene populair weten
schappelijke voordracht optrad. De ont
slapene bracht zjjne laatste levensjaren door
te Arnhem, waar hij zich mede niet onbe
tuigd liet by de behartiging van maat
schappelijke belangen.
Tot boschwachter bij het Staatsbosch-
beheer is o. a. benoemd N. Min, opziener
der domeinen op Texel.
Aan de dezer dagen te Groningen
afgenomen examens voor de hoofdacte werd
o. a, deelgenomen door twee candidaten,
die 't voor den tienden en den dertienden
keer beproefden.
Bij 't vernemen van de tijding, dat ze
geslaagd waren, vielen beiden van vreugde
flauw. De een werd na 20 minuten weer
bjjgebrachtbij den andere duurde 't lan
ger, zoodat men een oogenblik zelfs voor
zyn leven vreesde,
Zaak-Troelstra.
De Haagsche rechtbank heeft Vrijdag
mr. P. J. Troelstra, die verleden week
terechtstond wegens smaad den officier van
justitie te Leeuwarden aangedaan, van alle
rechtsvervolging ontslagen, aannemende dat
hier aanwezig was het geval bedoeld in
art. 261 sub 3° W. v. S. (Noch smaad
noch smaadschrift bestaat voor zoover de
dader klaarblijkelijk heeft gehandeld in het
algemeen belang of tot noodzakelijke ver
dediging.)
Het vonnis overwoog te dien aanzien
o. m.dat bekl. alle middelen had uitge
put om de z. i. bestaande onschuld van
de gebrs. Hogerhuis aan het licht te bren
gen en, dat toen de beschikking van den
off. v. just. te Leeuwarden openbaar werd
gemaakt, er voor beklaagde reden bestond
die beschikking aan te vallen om eene
strafvervolging uit te lokken. Verder over
woog het vonnis dat beklaagde door nauw
gezet onderzoek en door verschillende ver
klaringen tegenover hem afgelegd, tot de
overtuiging was gekomen dat de gebrs. H.
onschuldig gevangen zaten en het algemeen
belang vordert er toe mede te werken dat
geen onschuldigen gevangen bljjven. Ver
der wordt overwogen dat bekl. op goede
gronden de overtuiging heeft kunnen be
komen dat de gebrs. H. onschuldig waren
dat hij, door den off. v. just. te Leeuwar
den bepaalde feiten ten laste te leggen,
dit heeft gedaan om eene strafvervolging
uit te lokkeu en revisie van het vonnis
betreffende de gebrs. Hogerhuis mogeljjk
te maken en daardoor heeft gehandeld in
het algemeen belang.
Moord te Berkel.
Bij den officier van justitie te 's-Graven-
hage is een brief ontvangen van een ze
keren J. D. Wapperom, die in het huis
Tan bewaring zat krachtens een vonnis der
Rotterdamscbe rechtbank, waarin deze ver
klaart de dader te zijn van den moord te
Berkel op 16 Januari van dit jaar bedreven.
W. is naar aanleiding van dien brief overge
bracht naar de gevangenis te Scheveningen.
Kookt toch de melkl
Te Axel zyn een meisje van 10 jaar en
een boerenknecht ernstig ziek geworden
door het drinken van ongekookte melk
van koeien, welke lijdende waren aan mond
en klauwzeer.
Beider toestand is hoogst bedenkelyk.
De postbode L. te Helden (bjj Ven-
loo) ontving van H. M. de Koningin f 30
ter tegemoetkoming in de opvoeding van
zyn twaalfde land, dat hy Wilhelmina
had gedoopt.
Moord in een trein.
De allerbrutaalste moord in den trein
tusachen Atrecht en Rysel gepleegd, wordt
voortdurend besproken. De justitie heeft
daarby een uiterst moeilyke taak, daar de
dader geen enkel spoor heeft nagelaten.
Men heeft den vermoorde, de heer Schot
mans, in het station Douai kranten ,zien
koopen. De misdaad moet dus gepleegd zjjn
tusscben Douai en Seclin, een afstand,
waarvoor de trein 27 minuten noodig heeft.
Te Seclin is een jonge man van ongeveer
25 jaar uit den coupé gestapt, naast dien,
waar de heer Schotmans, met zeventien
messteken doorboord, is gevonden. De man
was zeer goed gekleed en stapte haastig
naar den uitgang. De controleur vroeg hem
zyn kaartje, waarop een abonnementskaart
werd vertoond. Sommigen beweren, dat dit
de kaart van den vermoorde moet zyn ge
weest, terwijl de controleur verzekert, dat
het portret van het abonnement overeen
kwam met den toonder.
Men zoekt ijverig naar den jongen man,
hoewel ook in andere richting, volgens aan
wijzingen van een stoker en een conducteur,
die ieder meenen den mogeljjken dader te
hebben gezien, gezocht wordt.
De familie van den heer Schotmans heeft
vjjfduizend gulden uitgeloofd voor het op
sporen van den dader.
Ingezonden Mededeelingen.
Beoordeeling «en
DE SIOÏSII .4 H P.
Van de vele uitvindingen der laatste ijjd
is er één, die bizonder onze aandacht trekt,
vooral omdat zjj de menschen thuis houdt.
Het is een muziek-instrument, door de fabri
kant genoemd ,,Sion8harp" en volgens het
Prospectus, voor elkeen binnen 5 minuten te
leeren. Het spreekt van zelf, dat men by het
lezen daarvan ietwat ongeloovig de schouders
ophaalt, vooral als men geen noot kan zoo
groot als een sohilderhnis, doch deze ongo-
loovigheid maakt spoedig plaats voor groote
verwondering, als men zichielven zoo op eene
een lied hoort spelen zoo zuiver en harmo
nieus, als men alleen van kunstenaars hoort
en dan de toon 1 Wjj hebben velo mooie
accoordzithers gehoord, doch daargelaten, dat
deze lang nog zoo gemakkelyk niet waren
als deze, veroorzaakte het voortdurende strjj-
ken over alle snaren toch altjjd een onaango-
bjj-geluiddit is by do SiOltsharp volkomen
vermeden, de klank kan zoo zacht gemaakt
worden, dat het op hemelsche accoorden in
de verte geljjkt, daarentegen ook zoo sterk,
dat het een flink gezelschap bjj het zingen
kan ondersteunen. De toon is helder en vol,
de prys is zeer laag 12,50), bet instru
ment ziet er keurig en solide uit. Het pro
gramma omvat ca. 120 Psalmen, Gezangen,
Liederen eet., zoodat wjj niet twjjfelen of de
Agent
G. BAAS Az., alhier,
zal niet alleen financiëele resultaten behalen,
doch ook menig huisgezin aan zich verplich
ten door hen voor geringen prys in de ge
legenheid te stellen aangename avondjes door
te brengen.
FEUILLETON.
85).
.Vrouw Franzka gy moet met uw man in
een andere kamer wachten tot ik vernomen
heb wat de professor mjj te zeggen heeft. Ik
wjja er n op, dat gy tegen niemand luister
goed, tegen niemandeen woord van den
vondst moogt zeggen. Gy stelt u aan een
zware verantwoordelijkheid bloot, wanneer ge
dit bevel niet opvolgt. Wacht tot ik n laat
roepen. Ik zal u en uw man spoedig nog
maals in verhoor nemen en ge zult dan uwe
verklaringen moeten beëedigen. Ga thans.
Wenscht ge ook dat de dokter zal heen
gaan, professor
«Neen, integendeel, in zyne tegenwoordig
heid wil ik myne mededeelingen doen. Hjj
zal hetgeer. ik u te zeggen heb, kunnt-n aan
vullen.4
Ik wachtte tot de waard ei de waardin
zich teruggetrokken hadden en my toen tot
den adjunct wendende, zeide ik
.U, mynheer de adjunct, heeft op den dag,
toen de ongelukkige oude man vermoord werd,
zyn dochter de plicht opgelegd, den moorde
naar op te sporen en aan het gerecht over
te leveren. Ik was getuige van de woorden
vol vertwijfeling, die het jonge meisje uitte
en van de belofte die gy, wel is waar niet
in woorden, doch stilzwijgend aticgdet. Thans
herinner ik u aan die belofte.4
.'k Zal mjjn plicht doen. De schuldige,
wie hjj ook zijn moge, zal de straf niet ont
daan, als hem zyn schuld kan bewezen
worden."
Ik zal u dat bewijs leveren, zoo duidelijk,
zoo onwederlegbaar, dat geen twjjfel kan
overbljj ven. Luister
Het was moeielyk in korte, doch duidelijke
woorden den adjunct de feiten mede te deelen,
die bewyzen tegen den moordenaar waren hoe
hjj mij bedrogen had, verdenking tegen Franz
Schorn, zelfs tegen de schoone Anna had
opgewekt, om ten slotte te vertellen van die
oude kast. Ik besloot met de woorden
Dit is de reeks bewjjzen, die ik n geef,
en thans cisch ik van n, dat ge krachtens
uw ambt den waren moordenaar aan het ge
recht te Laibach zult overleveren, opdat de
onschuldige geen unr langer dan noodig de
smaadvolle boeien zal dragen.4
.U legt my een zware, vreeseljjke verant
woording op,* zeide de adjunct meteen diepe
zucht, .doch ik zal mij daaraan niet onttrek
ken. Wat gjj my thans hebt medegedeeld,
bevestigt een vroeselyk vermoeden, dat ik
reeds van den dag van den moord met mjj
omdroeg. Ik heb nooit aan Schorn's schuld
geloofd, steeds de verdenking tegen den
rechter gekoesterd, doch ik mocht dit ver
moeden niet uiten, daar ik daarvoor niet het
minste bewjjs heb. Ook thans draag ik eene
vrecaelyke verantwoording als ik optreed
tegen mjjn chef, als ik hem laat arresteeren
en naar Laibach brengen, toch zal het ge
beuren, zoodra hy hedenavond uit Görz terug
keert. Den dag zal ik gebruiken om alle
bewyzen na te gaan, die ge mjj hebt mede
gedeeld de getuigen, u zelf, juffrdttw Anna
Pollcnz, de waard en de waardin zal ik
verhooren en alsdan de met bloed bevlekte
kleeedingstukken en bankbiljetten naar Lai-
buch zenden. Dan moet de officier van ju
stitie zjjn plicht doen, ik ga met de arres
tatie van mjjn chef al buiten mjjn ambt. Ik zal-4
Hjj brak op eens af. Een rjjtuig ratelde
door de nauwe straat en hield voor het huis
stil. De dokter liep haastig naar het raam.
De rechter I' riep hjj, .hy is juist uitgestapt
en het huis ingegaan
De adjunct schrikte op en verblcekend
zeide hij
Hjj komt te vroegNog heb ik geen
ambtelijk vastgestelde bewyzen tegen hom,
nog geen recht hem te doen arresteeren.'
Wilt ge hemdan den tjjd laten om te ont
vluchten riep de dokter, .als bjj in zjjn
slaapkamer komt en de kast mist, zal hjj
dadcljjk begrjjpen dat hjj verraden is.'
.Gjj hebt gelijk. Ik waag allesPapier,
pen en inkt, professorMaar vlugop dit
oogenblik bon ik nog de vertegenwoordiger
van het gerecht te Luttachhet verlof van
den districts-rechter is nog niet om, hjj heeft
zijn ambt nog niet op zich genomen.'
Vlug schreef hjj eenige regels. .Dit bevel
moet dadelijk aan den chef der gendarmerie
worden gebracht. Wilt gjj u daarmee be
lasten, dokter?'
Zeer gaarne! Binnen vjjf minuten ben ik
met de gendarmen hier. De vogel zal ons
niet ontsnappenzeide de dokter. Hjj rukte
den adjunct het papier uit de hand en stormde
er de kamer mede uit. Nog kon hjj de huis
deur niet bereikt hebben, toen wjj boven den
rechter reeds hoorden roepen: «Mizka
Mizka
Mizka riep van beneden eenige Slavische
woorden, toen volgde een kort gesprek in de
Slavische taal.
Hy heeft de kast gemist en Mizka heeft
hem gezegd, dat die in uw kamer is gebracht,
omdat gjj haar noodig had, professorfluis
terde de adjunct.
Boven hoorden wjj den rechter daarop
antwoorden met een Slavischen vloek. Toen
hoorden wjj hem de trappen afkomen, meer
springend dan loopend, daarop werd de deur
mjjner kamer opengerukt en zonder eerst aan
te kloppen, trad de rechter binnen. Toen hjj
mjj niet alleen, doch in gezelschap van den
adjnnet vond, deinsde hjj terng. Hjj bleef
als vastgenageld een oogenblik in de deur
staan. Met fonkelenden blik keek hjj mjj en
den adjunct aan, keek de kamer door en toen
zijn biik op de zwarte kast viel, schitterden
zyn oogen van woede.
Haastig liep hjj op mjj toe en zeide op
barschen toon
Hoe durft ge gedurende myne afwezig
heid uit mjjn kamer een menbel laten ver
wijderen om dat zelf te gaan gebruiken
Hjj zag er vreeeeljjk nit, terwjjl hy die
woorden sprak. Zyn bleeke lippen trilden,
de oogen puilden uit hunne kassen en richtten
zich dan op mjj, dan op de onde kast.
Dat brutale optreden hinderde mij zeer,
doch ik bedwong mjj en antwoordde kalm
.Ik moet u verzoeken hoffelijker te zjjn in
de kcoze uwer woordenals ge meent dat
er inbreuk gemaakt is op uw rechten, dan
hebt ge u daarover niet tot mjj, doch tot
vrouw Franzka te wenden. Zy vertelde mjj
dat die kast nooit door n werd gebruikt en
gjj bljj zondt syn, dat dit overtollige menbel
uit nw kamer was. Slechta op die verzeke
ring stond ik toe, dat de kast hierheen werd
gebracht.'
Mjjn antwoord scheen hem kalmer te
stemmen, want op bezadigder toon hernam hjj
.Maar gij ziet toch dat ik die kast noodig
heb, dat de bovenste lade gesloten is Hjj
trad op de kast toe en trok aan de handvat
sels toen de lade niet open ging, herademde
hjj on geheel anders dan straks wendde hjj
zich tot mjj en zeide
«Vergeel mjj mjjn ruw optreden, ik liet
mjj door mjjn toorn medeslepen. Het hinderde
mjj, dat gedurende mjjne afwezigheid beschikt
werd over zaken, die ik noodig heb. Die
oude kast dient mjj tot bergplaats van vuil
goed en kan ik niet missen. Ik moet n dus
verzoeken, haar weder aan mjj al te staan.'
Zjj is mjj door de eigenares, vronw Franzka,
gegeven, ik heb er dus niet over te beschik
ken."
.Gjj weigert dus?« riep hjj, weder opstui
vende doch hjj matigde zijn toonwantrou
wend keek hjj mjj aan, toen rukte hy de
deur open en riep: .Vronw Franzka Vrouw
Franzka
De waard en de waardin hadden in een
andere kamer gewacht, tot de adjunct hen
zou roepen, thans verschenen zjj, vrouw
Franzka met verlegen gezicht, waarop haar
bewustzijn van schuld duideljjk leesbaar was.
Nu de rechter er weer was, stoorde ijj
zich niet meer aan den adjunct, den rechter
diende zjj te antwoorden.
«Hoe durfdet gjj die kast uit mjjn slaap
kamer te nemen Dadelijk laat ge er haar
weer brengen !4
Met schuwen blik, bevende van angst,
keek vronw Franzka den woedenden man
aan.
.Wees niet booa, mynheer,' zeide 7.jj ang
stig, «ik dacht dat de kast geheel ledig waa,
ik zon haar zeker niet gegeven hebben, als
ik gewetea bad, dat u er zooveel geld in
hadt. Maar wjj zjjn er niet aangekomen
mynheer de adjanct heeft den sleutel.'
(Wordt vervolgd.)