KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje voor HelderTexel en Wieringen. Het Spookhuis. No. 2854. Zaterdag 23 Juni 1900. 28ste Jaargang. Bureau Zuidstraat 72. Bureau: Spoorstraat. Telefoonn". 59. Atoonnomont p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., m. Zondagabl. 87'/, Ct. id. franco per post 75 id. fl.20. id. voor het Buitenland fl.25, id. f2.00. VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder. Bureauxi Spoorstraat en Zuidstraat. Advertentlën van 1 tot 5 regels25 Cent. Elke regel meer5 Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMOKGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. KALENDER DER WEEK. JUNI, Zomermaand, 80 dagen. Opkomst der Zon 3 u. 39 m. Onderg. 8 u. 24 m. 24 Zondag Maandag 25 Dinsdag 26 Woensdag 27 Donderdag 28 Vrydag 29 Zaterdag 30 Nieuwe Maan. Aan onze abonné's buiten de gemeente wordt beleefd verzocht het verschuldigde abonnementsgeld Vliegend Blaadje en Zon dagsblad, 2e kwartaal 1900, te willen over- 1 maken per Postwissel of in postzegels vóór 5 Julii zullende anders daar over met 5 cents verbooging per post worden beschikt. Postwissels voor dat doel behoeven slechts met een zegel van 2 x/3 Ct. beplakt te worden. DE UITGEVERS. Uit het Buitenland. PEKING. Nn or dagelqks zulke onrustbarende be richten uit Peking de hoofdstad van China komen, ïb het niet van belang ontbloot, van deze stad, die pl. m. 500.000 inwoners telt, iets naders te vernemen. De stad bestaat n t twee deelen hot noordelijkste deel is de 1 artarenstad, het zuidelijkste de stad der Chineezen. De beide deelen zijn zeer regelmating van vorm. De Tartarenstad is nagenoeg een zniver vierkant, door een muur omgeven. De Chineezenstad vormt oen ook weêr tamelijk zuiveren recht hoek, die met een der lange zijden tegen het noorderljjk deel der stad aansluit. Ook deze stad wordt door een muur omgeven, welke zeven poorten heeft. De aanleg der straten is in beide deelen der stad zeer regelmatig vooral in het noordelijk gedeelte is het krui sen der straten onder rechte boeken regel. Binnen de stad vindt men zoowel nitgestrekto waterpartijen als parken. In de Tart ar en- stad ligt een vierkant de Roode of Ver boden stad de residentie des Keizers ook weör met muren en grr-hten omgeven. De huizen hebben meestal maar ée'ne ver dieping, doch de audientie-zalen des Keizers staan hier en daar op hooge onderstukken. Een eigenaardigheid der straten is nog, dat zjj op de kruispunten vaak trinmfpoorten ver- toonen, bouten bogen, soms maar ééD, soms ook vier op een kruispunt. In de Chinee zenstad ligt de ontzaglijk uitgestrekte Tempel des Hemels, en de ook zeer groote Tempel van den Landbouwvoorts liggen daar de Chineesche schouwburgen, en zijn er vele winkels, benevens een Tempel, die dienst doet voor de zeer druk bezochte weekmarkt. In de Tartarenstad liggen in het Zuiden de gezantschappen, voorts twee groote kathedralen, een paar groote Russische kerk gebouwen, protestantsche bedehuizen, zendings gestichten, hospitalen, enz. en eene menigte Chineesche tempels, pagoden en andere ge bouwen. Ook zijn er drie of vier Mohamme- daansche Moskeen. De meeste gebouwen dor Europeanen liggen in het Oosten en Zuiden der Tartarenstad, en wanneer wjj dus vernemen, dat er gebouwen zijn verwoest in het Oosten van de stad, dan is het stellig te vreezen, dat het juist de grootste kerken en hospitalen zullen zjjn. De vreemde lingen, die er in Peking wonen, zyn, meent men, niet meer dan 200 in getal. Zy behooren tot de Enropeesche gezantschap pen of tot de Zendelinggenootschappen. '.China telt 400 millioen inwoners. Vol gens don .Almanak de Gotha,* verblijven in dat land 87 Nederlanders. In het BriUche Lagerhuis deelde dezer dagen de onder-minister voor Boitenlandsche Zaken het een en ander omtrent den toestand in China mede. Hjj merkte echter op, dat de tel^graphische gemeenschap gestoord is, doch dat in elk geval de geruchten niet be vestigd zyn omtrent een aanval op de Euro- peescho gezantschappen te Peking. Wel komen or berichten in van ernstige gevechten en van het aan wal gaan van detachementen van alle aanwezige Europeescho oorlogssche pen. Tegen a. s. Donderdag worden aan de Chineesche kust versterkingen van troepen verwacht. Van Manilla en Hongkong znllen Britsclio oorlogsschepen derwaarts gaan. Do Minister v. Buitenl. Zaken in Frank rijk heeft den Chineeschen gezant te Parjjs bij zich ontboden, en hem verzocht, onmiddel lijk aan den onderkoning te Yunnan te seinen, dat deze met zyn leven moet instaan voor de aldaar gevangene Fransche onderdanen, en dat Frankrijk hem altjjd wel zal weten te bereiken. Overigens zijn de berichten uit China verward en tegenstrijdig. Dit schynt evenwel zeker, dat door de Chineesche op standelingen de onde R.-K. kathedraal en de Zendingshuizen der Engelschen en Amerika nen vernield en honderden inlandsche Chris tenen, alsmede de bedienden van de Euro peanen vermoord zyn. Men vreest voor nog meer moorden en brandstichtingen. Geruchten van moorden, op Europeanen gepleegd, zyn nog niet bevestigd. Volgens een der berich ten zijn 500 bekeerden der R.-K. missie ver moord. De Chineezen worden bjj plakkaten opgeruid, om de Europeanen te dooden, en hnnne hnizen in brand te steken. De toe stand is in hooge mate hacheljjk. En om te beseffen, hoe opruiend de taal is, die door de opstandelingen wordt gebezigd, wordt mede gedeeld, dat de Chineezen in die plakkaten worden aangespoord, om te vechten tegen de •vreemde duivels*. .Goden beschermt de Boksers .Den vaderlandslievende^ harmonischen [Bond r Deze opruiende regelen waren in April 11. reeds aangeplakt in eene der provinciën van China. Een der Engelsche bladen geeft eene vertaling van 't gcheele gedicht, 't welk tot opschrift heeft: «De vreemde duivels". Die .duivels" dat zyn wy, Europeanen worden, dus wordt in 't gedicht gezegd, niet door de raenschen voortgebracht. Zie ze slechts goed aan De oogen dier •duivels zijn blauw achtig. Geen regen valt erde aarde wordt droog zoo heet het verder. Dit is, omdat de kerken den hemel dichthouden. Aan 't einde wordt gezegdtDoch weg met den spoortrein, trekt de telegraafpalen uit den grond, vernielt terstond daarna do stoomboo- ten. Het groote Frankryk zal koud en neer slachtig worden, Engelschen en Russen zullen zeker verspreid, en alle //duivels" moeten ge dood worden. En moge het bevallige Rijk van de groote Ching-dynastie altijd voorspoe dig zyn 1" 't Ligt voor de hand, dat de inhond van zulk een gedicht, als aanplakbil jet dienende, een grooten invloed heeft gehad op de onontwikkelde volksmassa. Men mag gerust aannemen, dat de vervaardiger van dit gedicht veel beter weet, doch dat hij slechts den snooden toeleg had, op de groote menigte indruk te maken. Voegt men daarbjj de op hitsende taal in de theewinkels, dan is het te begrijpen, dat de opgewondenheid in die twee maanden zeer groot is geworden onder de Chineesche bevolking. Volgens verschil lende berichten, zal Amerika van de Philip- pijnen terstond 5000 troepen zenden naar de kust van China, en heeft Japan er reeds 2000 heengezonden. NIEUWSTIJDINGEN. HELDER, 22 Juni 1900. Bedankt voor het beroep naar Koedijk door den heer R. E. Wieringa, predikant te Maartensbrug in de Zijpe. Een j u b 11 Onze voormalige plaatsgenoot, de heer J. H. J. Schmidt, magazijnmeester der Marine te Hellevoetsluis, herdacht jl. Maan dag den dag, waarop hij 50 jaren geleden in betrekking kwam bjj de Marine. Op dezen zeldzamen feestdag vielen hem zeer vele bljjken van belangstelling en waar deering ten deel. - Met ingang van 1 Juli bij het de partement van marine eervol ontslag ver leend, op zjjn daartoe gedaan verzoek, ter zake van meer dan 65-jarigen leeftijd, aan den referendaris E. V. F. Ahn, onder dankbetuiging voor de goede en langdurige diensten den lande bewezenbevorderd tot referendaris, de hoofdcommies W. N. M. Huardtot hoofdcommies, de commies K. H. A. Wolffenspergerbenoemd tot ad junct- commies, de lste klerk E. A. Becht. Met ingang van 1 Juli 1900, bij het departement van marinebevorderd tot eerste-klerk, de tweede-klerk R. H. Ver beek benoemd tot tweede-klerk, de heer J. H. Bimberge. - Door de arr. rechtbank te Alkmaar is D. L. D. te Helder tot 14 dagen ge vangenisstraf veroordeeld wegens brand stichting. Ter tegemoetkoming in de kosten barer buishouding zijn, behalve de gewone bijdragen in zake het Lager Onderwijs subsidieëu uit 's Rijks schatkist verleend o. a. aan de gemeenten Petten en Egmond aan Zee respectievelijk ad f 1700 en 15000. Wetsontwerp-Leerplicht. Aan bet voorloopig verslag betreffende het onderzoek van het Leerplicht-ontwerp in de afdeelingcn der Eerste Kamer ontleenen wij het volgendeOnderscheidene leden waren van oordeel, dat de Regeering dit wetsontwerp na de gehouden eindstemming in de Tweede Kamer had behooren intetrekken. Het was toch een bekend feit, dat, ware niet op den dag der eindstem ming één lid door een ongeval belet geworden in de vergadering tegenwoordig te zyn, het ontwerp de meerderheid van stemmen niet zon hebben bekomen. De aanneming zou dus slechts te danken, of, volgens eenige leden, te wyten zyn geweest aan een toeval. Bovendien hadden twee Ministers door hun stem tot dien uitslag medegewerkt. Een wetsontwerp, zoo van nabij in betrekking staande, mocht, meen den deze leden, op zoodanige wjjze niet worden doorgedreven en kon nooit een nationale wet worden. Om die redenen behoorde de Eerste Kamer de wetsvoordracht, als zy niet mocht worden ingetrokken, te verwerpen. Door andere leden, waaronder enkele, die overigens de bo venstaande opvatting deelden, werd niet afge keurd, dat twee Ministers-Kamerleden hadden meêgestemd. De hier weörgegeven meening bleef niet onbestreden. In de eerste plaats werd opgemerkt, dat in ieder geval vormelijk het ontwerp in de Tweede Kamer is aangenomeD. Ook doet do vraag, hoe groot de meerderheid maet zjjri, niets af. Tegen het beweren, dat de aanneming slechts aan het toeval zon ver schuldigd zyn, werd opgekomen met de op merking, dat niet alleen de eindstemming be hoort in 't oog te worden gevat, maar ook de stemmingen over verschillende amendementen, die op de eindstemming van invloed waren. Voorts werd er op gewezen, dat, indien men op grond van eene geringe meerderheid in de Tweede Kamer, de verwerping eener wetsvoordracht van de Eerste Kamer verlangde, omgekeerd de consequentie zou medebrengen, dat een wetsontwerp, 'twelk in de Tweede Kamer eene aanzienlijke meerderheid had gevonden, altjjd door do Eerste Kamer zou moeten worden aan genomen. De leden, die de zaak aldus be schouwden, verwierpen beide meeningen, en oordeelden, dat elk wetsontwerp naar zyn eigen verdiensten moest worden beoordeeld. Nederlanders in Transvaal. In het tjjdsdhrift Vragen des tijds" van 1896 komt, onder den titel: «De Chartered Britiscb South-Africa Company en de Zuid-Afrikaansche Republiek", een artikel voor van de hand des hee dr. H. P. N. Muller, waaraan wij het volgende ontleenenIndien ooit een volk belangen te verdedigen heeft in den vreemde, dan hebben wij het Nederlanders, in Transvaal. Moreele en materieële Waar sir J. de Wet het aantal der daar wonende Nederlanders op 1420 schat in 1891, noemt hij een cijfer, dat in elk geval nb veel te klein is, want alleen de Zuid-Afrikaansche Spoorwegmaatschappij heeft er meer in haar dienst. In 1895 alleen zond zij niet minder dan 335 Ne derlanders voor haar dienst uit, daarge laten al degenen, die op eigen gelegen heid naar Transvaal gingen, en daar door Maatschappij zijn aangesteld. Er is tegenwoordig onder de met het hooid werkende klasse in Nederland haast nie- ïd, die geen bloedverwant of goede kennis in Transvaal heeft. In deze Maat schappij en andere ondernemingen in Zuid- Afrika hebben duizenden Nederlanders kapitaal gestoken. Geen wonder dus, dat de gebeurtenissen in Zuid-Afrika door het Nederlandscbe volk met onverdeelde be langstelling worden gadegeslagen. Een kritiek oogenblik. De »D. Ct." vermeldt het volgende ge val, dat Zaterdagavond voorviel in een wildebeestenspel op de Dortsche kermis. De oudste dierentemster werkte met een viertal leeuwen. Twee ervan zijn van een zeer gevaarlijk karakter, telkens tot aan vallen gereed. Maar ze weet ze toch altijd te beheerschen met haar machtigen wil. Reeds had ze de beesten om zich heen laten loopen en ze ook door brandende hoe pels laten springen, toen een nimmer volgde, waarbij fuseeën te pas kwamen. Zoo'n fusee werd voor het hok aangesto ken en den vrouw door de tralies van het hok overhandigd. Ongelukkigerwijs raakten daarbij de kleeren van de dierentemster in vlam, zij laat de fnsee vallen, tracht on middellijk het vuur te blusschen, en valt, misschien door de pijn. Een kritiek oogenblik. De heerschap pij over de dieren is zjj kwijt. Een der leeuwen, woedend, onmiddellijk ten aanval gereed, wil de dierentemster bespringen Maar de knechts vóór het hok en de dierentemmer trachten het heest met ijze ren haken af te houden. Het gevaar voor het leven der vrouw is echter groot, klimt iedere seconde Gelukkig staat de dierentemster oogen- blikkelyk weer op, maar doordat zich een paar leeuwen vóór den uitgang van het hok bevinden, kan zy dit niet verlaten. De dierentemmer begeeft zich nu dade lijk, gewapend, in het hok, verdrijft de dieien, en de dierentemster kan het hok verlaten. De kleeren hangen baar langs het ljjf, en de borst heeft zij een weinig gebrand. Overigens geen letsel. Dit alles is natuurlijk in eenige weinige seconden afgespeeld, en het meerendeel van het publiek begreep nog niet goed wat er gebeurd wa3. Eerst toen de knechts de brullende leeuwen met hun ijzeren haken gingen tuchtigen, en een paar der beesten erg wilde sprongen door de hok ken maakten, werd het onrustig. Een pa niek werd gelukkig voorkomen. De vrouw trad in een volgende voor stelling weer op. Defensie. De minister van marine en oorlog hebben aan de Tweede Kamer, uitsluitend ter ken nisneming voor de leden, doen toekomen het in een vroeger kabinetsschrjjven be doelde «Algemeen plan van de defensie aan de zeezijde". De «Noord-Brabant" te Kiel. KIEL, 20 Juni. De Keizer ontving in den voormiddag den commandant van den Hollandschen kruiser «Noord-Brabant", den kapitein ter zee A. W. F. C. van Woerden, in audiëntie. De Oorlog in Zuid-Afrika. De >Time8-correspondent te Lorentjo Mar- quez beweert dat lord Roberts rechter Van Leeuwen naar president Kruger heeft ge zonden om hem te zeggen dat hij in het land zou mogen blijven, als hij zich nu onderwierp. Ongelukkig kwam de rechter net aan, toen de president sliep en werd hy ontvangen door staatssecretaris Reitz, die hem afscheepte met de mededeeling dat de president niets van zijn voorstellen wilde weten. Tot zoover is het bericht begrijpelijk, maar nu volgt de laster waarin mjjnheer Moneypenny zoo sterk is, veel sterker dan in het opsporen van juiste berichten. De president zou wel toegeven, beweert hy, maar de heer Reitz zal hem wel niet de boodschap overbrengen die rechter Van Leeuwen heeft meegebracht. Waarom de man met zulk een belangrjjke boodschap niet kon wachten tot de president ontwaakt was, heeft de correspondent maar niet nagegaan. De Britsche gevangenen te Nooitgedacht zyn slecht gekleed in gescheurde zomer pakjes. Hun eenig voedsel bestaat in mielies. De Britsche consul te Loren§o Marquez neemt maatregelen om hen van warme kleederen en schoeisel te voorzien. In den Vrijstaat. HAMMONIA, 18 Juni. Een groote Boerenmacht is bijeen tegenover Rundle's troepen met de bedoeling naar het Zuiden door te breken. Zy staat onder bevel van De Villiere en Hermanus Steyn, een broe der van den president, die op het oogen blik ook te Bethlehem is, nu de hoofd stad van den Vrijstaat. Het hoofdlager werd verlegd vyf mylen dichter naar Ficksburg. De Boeren beschoten het kamp te Ficksburg heden met kanonnen, de Yeomanry was op den linkervleugel en in het front den heelen dag met tusschen- poozen in het vuur. Een macht Trans valere die voor Boller terugtrekt, ver- eenigt zich met de Vrystaters. Het Engelsche departement van oorlog heeft een lijst openbaar gemaakt van de Engelsche officieren die te Waterval ge vangen hebben gezeten en nu weer in vrijheid zyn. Het is droevig om die namen te lezen, de dagen te binnen roepende toen de Boeren keer op keer de Engelschen versloegen en ze bij hoopen gevangen maak ten. Daar is luit.-kol Möller van het 18e huzaren, gevangen gemaakt bij Dundee op den 20n Octoberluit.-kol. Bullok van het 2e Devonshires, de man die zich by Colenso niet wilde overgeven en door een Boer tegen den grond werd geslagen, toen hij nog met schieten doorging, nadat zyn troep teekenen van overgave had gegeven luit.-kol. Hunt vau de veldarttillerie, die, meenen wy, de twee batteryen welke toen iu handen der Boeren zyn gevallen, vlak voor den mond der Mausers bracht; en zoo voorts. Er zyn er onder de nu vrij gelateu officieren ook een groot aantal van de Zuid-Afrikaansche vrijwilligerskorp sen die hebben de Boeren dus niet allen meegenomener zijn ook drie oorlogs correspondenten bij, Lord Rosslyn, Lord Manners en Donohue. In dit verband leze men het volgende telegram van Lord Roberts, den 18en uit Pretoria verzonden over Zeerust«Alles rustig in deze stad en te Johannesburg. Gisteren is het dageljjksche bericht niet I afgezonden, omdat er stoornis op de lijn was. (Die stoornis scheen op de ljjn ui het zniden den 18en nog niet hersteld, want dit telegram ging over Zeerust.) Meer dan tweeduizend geweren met toebohooren zijn er te Pretoria sedert onze bezetting ingeleverd; zij worden gebruikt voor de bevryde krijgsgevangenen. Er zijn 148 officieren en 3039 manschappen bevrjjd. Van de officieren liggen er 12 in het gast huis, van de manschappen 248. Ongeveer 900 krijgsgevangenen zyn er den 4en weg gevoerd. Onze verliezen op dien dag be droegen in het geheel 2 man gesneuveld en 48 gewond. LONDEN, 20 Juni. Lord Roberts seint uit Pretoria van hedenHuuter's colonne bezette den 18en Krugeredorp zonder tegenstand. Lord Methuen, die een groot convooi naar Heilbron escorteerde, verstrooide een Boerencommando onder Christiaan De Wet dat hem poogde te beletten, Heilbron bin nen te trekken. Hutton's bereden infanterie nam twee kanonnen van commandant Duplessis. De spoorweg- en telegraafverbinding met Kaapstad is geheel hersteld. In Johannesburg zyn de winkels geopend, De markt wordt eiken dag drukker. De opstand in China. Aan de berichten over het nemen der forten van Takoe bykt, dat de aanval der forten op de oorlogsschepen vrjj onver wacht kwam, naar men zegt ten gevolge van een rechtstreeksch bevel uit Pekiog van de Keizerin-Weduwe. De eskaders wa ren, hoewel verrast spoedig tot verweer ge reed en verbaasden de Chineezen ten hoogste (zegt de «Daily Mail") door ver schrikkelijk en geweldig vuur. De Chi neezen meenden alreeds dat hun schieten en de gelegde torpedo's de schepen der mogendheden hadden vernield. Zoo spoedig raogelyk werden twee dui zend man troepen, Britsche, Amerikaan- sche, Italiaansche, Dnitsche, Japansche, Russische, Fransche en Oostenrijksche aan land gezet die na eenigen strijd zich toegang wisten te verschaffen en de Chi neezen stelling namen. Zjj houden die nu bezet. Er moeten in den strjjd ruim vierhon derd Chineezen zyn gesneuveld. Bovendien zyn de Chineesche torpedobooten voor Ta- koe buitgemaakt. De gemengde strijdmacht der aanvallers verloor bij het Britsche detachementéén doode, vier gewonden, bij het Duitsche drie dooden, zeven gewonden, bjj het Russisch® zestien dooden en 45 gewonden en bjj het Fransche één doode en één gewonde. De Russische kanonneerboot «Mandjnr" werd getroffen door een Chineesche granaat die in het arsenaal van het schip sprong en de boot deed uiteenslaan. Daarby kwamen zeven matrozen om het leven en werden ve len gekwetst. De oorlogsschepen der mogendheden die voor Takoe liggen of binnenkort worden verwacht zijn zestig in getal. Daarvan heeft Engeland er twee slagschepen, negen krui sers, een adviesjacht en twee barkassen Rusland twee slagschepen, drie kruisers, zes kanonneerbooten en eenige torpedo booten de Vereenigde Staten een slagschip, een kruiser, en vier kanonneerbooten Duitschland vier kruisers en een kanon neerboot. Het Japansche eskader ia vyf schepen sterk, terwijl nog twee worden verwacht, het Fransche eskader evenzoo vyf schepen, het Italiaansche eskader drie en Oostenrijk heeft er slechte een torpedo kruiser. JFJB UXXjXJHTOTST. 86) Traverse dacht by zich zelf, of de beerde St. Mery niet eer het verstand verloren had, want zooiets te beweren van de ongelukkige dame kwam hom onbegrjjpeljjk voor. De vreemde of miss Montclar, zooals de directeur haar noemde, scheen ongevoelig geworden voor haar rampzalig lot, hetgeen onze vriend nog al een groot verschil toescheen met stomp zinnigheid. Traverse besloot met byzondere opmerk zaamheid den geestestoestand van de zooge naamde ongeneesbare te volgen, die reeds, alvorens hij hare lijdensgeschiedenis kende, zjjne deelneming ten zeerste had opgewekt. Wat de heer de St. Mery hom van de edel moedigheid van den vadorlyken vriend van miss Montclar verteld had, bevredigde den jongen arts maar half. Hy begon te twijfelen of de heele geschiedenis niet eene gefingeerde was, om daarachter eene misdaad te verbor gen. Hy onthield zich daarom van een be paald oordeel over deze zaak, daar hy eerst de jonge dame nauwkeurig wilde gadeslaan en zich persoonlijk wilde overtuigen of ze niet het slachtoffer was van eene schandelijke kuipery, zooals men die in krankzinnigenge stichten niet zelden vindt. Het was hem op vallend, dat de heer de St. Mery zoo beslist aan hare genezing twjjtelde. Vergiste zich de directeur of handelde hy volgens eene geheime opdracht van den .edelen en recht schapen* officier, die er wellicht een bijzonder belang by had, miss Montclar hier gevangen te houden. Traverso besloot dit te onderzoeken en do waarheid met alle hem ten dienste staande middelen uit te vorschen. Volgens de opdracht van den heer de St. Mery moest hy dagelijks al de krankzinnigen bezoekenhy kwam das ook met miss Montclar in aanraking en trachtte haar vertrouwen door eene goede behandeling te winnen. Het duurde dan ook niet lang of de dame merkte duidelyk het onderscheid tnssclien de oprechte hartelijkheid van den jongen dokter en de gemaakte hoffe lijkheid van don directeur, waarin zelfs een zweem van spot was. Op zekeren dag betuigde miss Montclar onzen jongen vriend daarvoor haren dank. Gy vergist u nooit,' zei ze. .Gjj noemt mjj altyd mevrouw of mylady, geeft mij den titel, dien my toekomt en spreekt niet zoo spottend als do anderen. Hoe komt het, dat gy hierin eene uitzondering maakt?* Wyl ik overtuigd ben, dat gy op dien titel geen aanspraak zoudt maken, indien hy u niet toekwam,* hervatte Traverse met eene buiging. Maar mijne ongelukkige buurvrouw hier naast beweert koningin te zyn en wenscht majesteit genoemd te worden. Weet ze dan ook, welke titel haar toekomt?* gO, mevrouw, hoe kunt ge u door zulk eene vergelijking beleedigeu riep de jonge dokter. Wol, bewonen wy niet beiden dezelfde verdieping, waar zich de ongeneesbaren be vinden hernam de jonge dame. Helaas, ja, maar tengevolge van een on begrypelyk misverstand van den heer de St. Mery, die blykboar uwen toestand valsch beoordeelt. Ik vind, mevrouw, dat gij zeer goed bjj uw verstand zjjt, terwyl de onge- lukkigen, bjj welke men u hior gevangen houdt, zeker hun verstand voor altjjd verloren hebben, is het uwe ongedeerd gebleven, on danks toestanden en gebeurtenissen, die iemand anders wel krankzinnig zouden ge maakt hebben.* Een uitdrukking van dankbare vreugde sprak nit de schoone oogen der arme vrouw. •O!* riep ze, »do kracht van God heeft mjj gedurende de lange rjj van jaren, dat men mjj mjj tot vertwjjfeling zocht te brengen, voor waanzin behoed Doch,* voegde zij er bjj, «hoe komt gjj tot do overtuiging, dat ik niet krankzinnig bon? Weet ge dan, of ik nu niet soms een helder oogenblik heb, dat wat langer duurt dan gewoonljjk Vergeef mij, mylady, wanneer ik u beken, dat ik u sedert dat ik hier ben, nauwkeurig gadesloeg. Ik werd zoo te zeggen een spion, die u niet uit 't oog verloor, ik lette op elk woord, elke beweging, elke verandering van gelaatin één woord, ik achtte het mjjn plicht als dokter uw toestand nauwkeurig te bestudeeren. «Verre vandaar, dat ik u zou moeten ver geven," zei de dame, •moet ik u veeleer danken, dokter Rocke, want ik houd u voor een rechtschapen man, die het goed met mjj meent. Toch ben ik verwonderd, dat gjj niet, zooals de anderen, do meening deelt van den heer de St. Mery, die mjj ongeneeslijk acht.' Mylady, ik sprak zjjne meening van het eerste oogenblik af tegen en nu vraag ik mjj, hoe het mogoljjk is, dat de St. Mery zich zoo in u vergissen kan." O, dit is gemakkelijk te verklaren,* her nam de dame, «de St. Mery is geen boosaar dig mensch, maar hjj is een kwakzalver, die niet veel meer verstaat dan zjjn eigen voor deel. Men bracht mjj bjj hem, betaalde voor my vyf jaar vooruit, cn vertelde hem van mjj eene geschiedenis, die bjj in zjjn eigen belang geloofde. Daar hij van mooning is, dat men hier goed verzorgd is, dat men niets beters cn aangenamere kan verlangen, dan rustig en zorgeloos in dit huis, midden eener prachtige streek te wonen, neemt hjj het zoo nauw niet met het onderzoek naar den geestestoestand zijner kostgangers, ja, hjj acht het een zeker bewjjs van krankzinnigheid, wanneer men dit paradijs*, dit «Eden' wil verlaten. Over tuigd, dat men hem over mjj de waarheid vertelde, houdt hjj rajjne bewering voor de uitspraak eener krankzinnige. Men verzekerde hem, dat alles wat ik omtrent mjjn zwager vertelde, slechts een idee fixe was, dat ik krankzinnig was geworden, omdat men mij niet met een zekeren officier liet trouwen. De heer de St. Mery vond het gemakkeijjker en voordeeliger deze leugens te gelooven, in plaats van zich bewjjzen voor mijne bewering te verschaffen, en zoo bleef ik bier. Doch waarom zjjt gjj niet zoo lichtgeloovig als de andere assistent-artsen, die het nooit waagden hom tegen te spreken?* Wjjl ik onafhankeljjk van hem ben,' her nam Traverse, »en ik mag onverholen mijne meening uitspreken. Wat de anderen niet durfden zeggen, uit vrees van wellicht hunne broodwinning te verliezen, dnrf ik oponljjk tegenover de heele wereld staande houden. Neem het mjj niet kwaljjk, mylady, wanneer ik beken, dat uwe droefheid en uwe overge ving van 't eerste oogenblik af mjjne sym pathie opwekten. Ik beoordeelde n, zooals gjj ii aan mjj vertoondet en Goddank, spoedig zag ik, dat ik mjj niet vergiste en ik werd overtuigd, dat gjj zoo gezond van geest en lichaam zjjt, ais men het maar wenschon kan.' Ja, gjj hebt mjj juist beoordeeld,' riep de dame, .ja, ik bezit mjjn volle verstand Al liet ik mjj in den beginne tot wanhoop en toorn verleiden, dien de hoor de St. Mery als razernjj verklaardenooit was mjjn geest be neveld.' ,Op mjjn eerewoord, mylady, gjj behoeft mjj dat niet te verklaren ik ben van uwo helderheid van geest volkomen overtuigd.' ,En toch,* zuchtte de dame, .zal my dit in 't huis van den heer de St. Mery weinig baten. Niemand zal naar uwe verklaring luisteren, niemand zich door u tot andere inzichten laten brengen. Wat mjjn geslepen zwager over mjj vertelde en door don lieer de St. Mery geloofd werd, gelilt hior als de onomstooteljjke waarheid. Spreek ik, men houdt het voor de taal cenor krankzinnige. Laat ik mjj tot toorn verleiden, dan heet het, dat ik aanvallen van razernjj krijg. Om de onjuistheid der laatste bewering te bewjjzen, besloot ik mij te bedwingen en dit gelukte mjj- Reeds vóór uwe aankomst onderdrukte ik elke uitbarsting van toorn, doch gjj ziet, dokter, wat het mjj baatte. Volgons hunne theorie zeggen zo nu, dat mjjn ziekte het hoogste punt bereikt heeft en dat ik stomp zinnig zal worden, tengevolge waarvan men mjj hier deze kamer aanwees onder de onge neesbaren.* «Vertrouw op mjj, mylady,* sprak Traverse tot de ongelukkige. ,Ik zweer, dat ik alles wat in mjjne macht is, in 't werk zal stellen, om u te redden. Ja, ik zal slechts rusten, wanneer ik n teruggeschonken heb aan uwe familie, aan uwo vrienden.* «Aan mjjne familie? Aan mjjne vrienden herhaalde de jonge damo. >0, mjjnheer, geloof mjj, ik zou hier geen treurige dagen beloven, indien ik familie of vrienden had. Neen, dokter, ik bezit niemand op do wereld als eene dochter en deae kent mjj niet, want zjj werd I onmiddelljjk na hare geboorte uit mjjne armen gerukt. Gjj ziet, dokter Rocke, dat ik alleen en hulpeloos op de wereld sta, wanneer gjj u mijner niet aantrekt.' En dat zal ik, mylady; ja,de Voorzienig heid heelt mjj niet zonder reden tot u ge voerd. Ik zul van den heer de St. Mery beslist uwe invryheidsstelling vorderen. Wil hjj daaraan geen gevolg geven, dan zal ik mij tot de jostitie wenden en luidde en opon ljjk verklaren, dat gjj uw volle vorstand hebt en men zal, men moet u vrjjlatcn. Ik hub eeno goede moedor en eene lieve bruid, waar gjj liefdevol zult opgenomen worden. Tot haar zal ik u brengen en dan zult gjj onze vreed zame woning in de bergen van Virginiü met ons deelen." «In de bergen van Virginië herhaald® de dame met bljjde verrassing. «Ach, Vir ginië is ook mjjn vaderland, zjj 't dan ook mjjn tweede. Doch luister. Ik zal u mjjne geschiedenis vertellen.' «Mylady." hervatte Traverse, «gjj zult in mjj een oplettenden toehoorder vinden.* «Mijn vader,* begon de dame, •behoorde tot den Franschen adel en stierf, toon ik nog geen dertien jaar oud was ia- nooddruftig® omstandigheden, want de revolutie had ona vermogen verzwolgen. In hetzelfde jaar had ik ook nog het ongeluk mjjne moeder to ver liezen cn zoo stond ik als wees in de wjjd® wereld. Een vroegere bediende van ons, die ondertnsschen portier in een hotel geworden was, trok zich mjjner aan. Ik woonde bjj den portier en ging door als zjjn kind. Onder de vele vreeradelingon, dio in 't hotel gehuis vest waren,' bevond zich ook een jong, rjjk Virginiör, die voor zjjn genoegen in Parjjs was. Hjj heette Eugèno Lenoir (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1900 | | pagina 1