KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje voor Helder, Texel en Wieringen. EGON's VROUW. No. 2867. Woensdag 8 Augustus 1900. 28ste Jaargang. Bureau Zuidstraat 72. BureauSpoorstraat. Telefoonn*. 69. Atoonnomont p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., m. Zondagabl. 877sCt. id. franco per post 75 id. f 1.20. id voor het Buitenland f 1.25, id. f2.00. VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder. Burcauxi Spooratraat en Zuidatraat. Aavertentlön van 1 tot 5 regela25 Cent. Elke regel meer5 Groote lettere worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VWfJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. 11 At het Hiiitrnland. In ééne week Ijjds twee moordaanslagen op regeerende Vorsten dit is in de vorige week geschied. Eerst, met doodolijken ailoop, op Koning Humbert van Italië, daarna, zonder ernstig gevolg, op don zich te Parys bevin denden Sjah van Perzië. 't Is geen wonder, dat er verband wordt gezocht tusschen .beide misdaden, en de gedachte is ontstaan aan een algemeen complot, 't welk zich ten doel stelt, alle vorstelijke personen te vermoorden. Men moet daarbjj echter niet voorbarig zyn, want van den man, die een poging ondernam om het leven van den Persischen Vorst te ver nietigen, weet men op het oogenblik nog maar zeer weinig. Wel wordt beweerd, dat hjj een medeplichtige heeft gehad, doch daarvan is maar heel weinig bekend, niet meer dan dat die man, net gekleed en met den dader zich bevond op de plek, waar hy den Sjah stond te wachten, 't Is bovendien hoogst onwaarschijnlijk, dat de Sjah begrepen is in de lyst der Vorsten, op wie de anarchisten het gemunt hebben. Debeheerscher van Perzië kan hoegenaamd geen politieken of socialen invloed hebben op de zakon van Europa, waar deze onzinnige party zich in de eerste plaats mee bezig houdt. Toch gelooft menigeen, dat, schoon beide moordaanslagen niet met elkan der in verband staan, wat de aanleiding er toe betreft, het ophef maken van zulke daden in een deel der dagbladpers toch wel dogelyk tot navolging uitlokt. Men verzekert, dat de man, die den aanslag op den Sjah heeft willen ondernemen, een zwakhoofdige is, die het, na de lezing van 't verhaal van den aanslag op 't loven van Koning Humbert, zich in 't hoofd heeft gezet, om ook zulk een daad te volvoeren, het deed er niet toe op wien. De Sjah moet echter wel eene schrif telijke waarschuwing, dat men het op zyn leven gemunt had, ontvangen hebben. De schryver van don brief deelde daarin mede, dat hy tot eeno vereeniging van anarchisten behoort, doch dat zijn menschelijk gevoel sterker was. dan zyn haat tegen vorstelyke per sonen. Er blijkt in elk geval uitditschryven,dat er iemand is geweest, die van het plan van den moordenaar vooraf heeft geweten, en dit heeft willen vorydelcn. De moordenaar van Koning Humbert heeft, dit is wel volkomen zeker^medeplichtigen gehad. In verband met irne ov<nVii7Ïng, worden d;.o nok in Italië vele arrestatiën gedaan. Sonvui_;e anarchisten schynen door een dolle mamlcstatie-manie te zij.? aangegrepen;., op verschjllende plaatsen hebben er geroepen leve do anarchieweg met den Koning De man, die een aanslag deed op het leven van den Sjah, is Salson geheeten,cn 24 jaren oud. Geboortig uit Avegron werkte hij daar als koekbakkersjongen, 't Laatst was hij te Parys woonachtig. In 1894 werd lijj tot 3 maanden gevangenisstraf veroordeeld, wegens anarchistische propaganda, en in 1899 wegens manslag tot 8 maanden hechtenis. In 1894 hield hy verblijf to Algiers. Hy moet don rechter van instructie verklaard hebben, dat, als het hem gelukt was te ontsnappen, hij dan een poging zou gedaan hebben, om den Keizer van Rusland te vermoorden. Over medeplichtigen of het bestaan van een complot laat hy zich niet uit. Do Engelsche regcering heeft zich verbolgen getoond over de vrijspraak van Sipido, den jongen Belg, die onlangs op het station te Brussel een aanslag deed op den Britschen troonsopvolger, den Prins van Wales. Bjj die vryspraak komt dan de omstandigheid, dat die knaap niet is aangehouden, om hem naar een verbeterings-gesticht te doen overbrengen. Nu is hy, vóór het daartoe kwam, naar Frankrijk uitgeweken, en de misdadige jongen blyft heel en al ongestraft. De Belgische regeering heeft zich echter behoorlyk verantwoord, en er op gewezen, dat zjj zich goheel heeft gehouden aan de wet. De Regcering in Engeland zou dus wordt beweerd niet anderB gehandeld hebben. Er zijn er echter, die het er voor houden, dat de sympathie, die men in België voorde Boeren van Znid-Airika betoont, niet vreemd is aan den heftigen aanval der Britsche re geering. Een der Belgische dagbladen zegt er vanDe Engelsche dagbladpers grijpt alle raogelyke voorwendsels aan, om, leugen en laster niet buitengesloten, maar goed te doen uitkomen, dat heel Europa Engeland haat, om op die manier hel Engelsche volk te overtui gen, dat om de veroordeeling van den oorlog in Zuid-Afrika door de heele wereld niets behoeft te worden gegeven. In het zuidoosten van ons werelddeel iB het nog heel niet in orde, wat betreft de ge lijkstelling der Israëlieten met de belyders van andere godsdiensten. In Rumenië laat znlks tegenwoordig, blijkens de vele gevallen van vervolging en van uitzetting buiten de grenzen, heel wat tewenschen over. Wel is indertijd in Rumenië bij de onafhankelijkheids verklaring des lands de gelijkstelling der Joden tot eene voorwaarde gesteld, doch de wjjze waarop daaraan is voldaan, blykt thans al zeer onvoldoende te zyn. Het volle burger recht is den Israëlieten nog niet verleend. Zij worden daar te lande nog zelfs verhinderd zich anders dan in afzonderlijke deelen dor steden (ghetto's) optehouden. Nu wil wel de landsregecring de belangen der Rumconsche Joden bevorderenzij wil hen opheffen uit hunnen onontwikkeldon toestand, en toestem men in de stichting van scholen en kerken en van kerkelyke gemeenten. Doch de anti semieten komen daartegen in verzot, en een aantal Joden zyn reeds het land uitgeweken. De meesten trekken naar het naburige Oos- tenryk-Hongarye. De regeering van dit land beeft getracht, de uitgewekenen, in zooverre zij geheel onbemiddeld zyn, weer over de Rumeensche grens te zetten, maar de Ru meensche regeering weigert eenvoudig, ze het land binnen te laten komen. Groote Israëliti sche vereenigingen, zooals de AUiance Israëlite, de Weener Allianz, enz. en ook particulieren hebben nu de handen inéén geslagen, om zoowel de uitgewekene als de achtergebleven Joden te ondersteunen. Protesteeren by de Rumeensche regeering schynt hoegenaamd geen gevolg te zullen hebben. AlEliWSTIJDIAGËV. HELDER, 7 Augustus 1900. Visschersvloot-Revue. HH. MM. de Kouingin en de Koningin- Moeder kwamen Vrijdag met groot gevolg te 11.50 van Soestdijk te Weesp aan, om zich van daar naar Muiden te begeven, teneinde aan boord van Hr. Ms. oorlogs- A'j\dem. >Buyskes" een .ww te houden over de vloot van visschersvaartuigen uit de verschillende plaatsen aan de Zuiderzee gelegen. De plaats voor de revue was, zoo - als bekend is, op het zg. Muiderzand, een deel van de ondiepte Pampus, waarop een fort van dien naam is, en welke zandplaat zich tusschen Muiden en Durgerdam be vindt. De vloot telde vermoedelijk wel 1400 a, 1500 vaartuigen, die aan rijen van boeien lagen, en ofschoon enkel met een vlag getooid, toch door deze groote hoe veelheid, en met vischnetten uit den top der mast afhangende een grootsch en in drukwekkend schouwspel opleverde. Op uitdrukkelijk verlangen van H. M. de Ko ningin waren zoowel in Weesp als in Mui den en Muiderberg zoo weinig mogelijk kosten gemaakt voor het korte bezoek. Aan de Amsterdamsche poort te Muiden, waren eenvoudige bloemversieringen aan hooge masten waaraan driekleur en oranjewimpel wapperde aangebracht. Te Weesp werden HH. MM. door den burgemeester, den heer P. de Haan, ont vangen. Onmiddellijk hierop begaven de Ko ninginnen met gevolg zich naar de achter het station gereed staande vier hofrjjtuigen en met den burgemeester voorop en geës corteerd door maréchaussee reden de Vorstin nen langs den hoofdweg van Weesp, waar huis aan huis gevlagd werd, allerwege door een dichte volksmenigte met luide toejuichingen begroet. Op een derde van den korten Weesper- weg was de grens van Muiden bereikt, waar de burgemeester dezer plaats, mede in ambtsgewaad, de Hooge bezoeksters op wachtte. Door de feesteljjk met vlaggen en groen versierde hoofdstraat van Muiden trok de koninklijke stoet stapvoets naar de sluizen over de Vecht, welke hoe eenvoudig ook door eeu viertal vlaggen versierd, toch wegens hare afmetingen onmiddellijk de aandacht der Hooge Bezoeksters trokken. Links om, de Heerengracht langs, wandel de de Hofstoet nu naar den steiger, inde inham, welke aanlegplaats smaakvol met bloem manden, vlaggen en wimpels aan lange masten was getooid. Hier lag de militaire stoomsloep Pam pus", die de dageljjksche communicatie onderhoudt tusschen het fort en de vasten wal, gemeerd, om bij onverhoopt ongun stig weder den Vorstelijken stoet aan boord der >Buyske8" over te brengen, wanneer deze stoomer wegens lage waterstand niet aan wal kon komen. Aangezien het gunstig weder was, werd voor dit doel de konink lijke sloep gebruikt. Zoodra HH. MM het Muider grond gebied hadden bereikt, werden van de West-batterg de gewone saluutschoten ge lost, wat herhaald werd door zwaar geschut van het fort Pampus", toen HH. MM. zich aan boord der »Buyskes" begaven. Aan boord der »Buyskes" gebruikten HH. MM. een dejeuner a la fourchette. Het weder, dat zich des morgens drei gend liet aanzien, verbeterde na en dan. Het oranjezonnetje deed wanhopige po gingen om zijn plicht te doen, waarin het ten slotte slaagde. De wind, ofschoon gelukkig een landwind, begunstigde de feestelijkheid niet. Des morgens vertrok van Amster^m een 150-tal kinderen, onder leiding van den heer A. van der Horst, beschermheer van »Oranje's Vriendenkring", uit de Willemstraat, om met medewerking van HH. bestuurderen een huldebetuiging te gaan aanbieden aan HH. MM., in den vorm van het door de kinderen toe te zingen twee liederen op de wijzen van het Wien Neêrlaudsch bloed en Piet Hein. daartoe vervang igd door den heer A. van der Horst. Een ongewoon schouwspel boden Fr ij dag morgen de Oranjesluizen, bjj Schellingwou- de. Een groot aantal booten en scheepjes kwam uit het IJ van de stadszjjde opzet ten, sierlgk met het dundoek getooid, om zeewaarts te worden geschut. Men zag er booten, die anders dienst doen op verschil lende Zuiderzeehavens, volgeladen met be langstellenden, die zich naar het terrein der revue gingen spoeden. De lucht was aanvankelijk weliswaar vrij bedekt, doch de straffe wind, die uit het Zuidwesten blies, gaf hoop dat de be zoekers der revue tenminste voor veel regen gevrijwaard zouden blijven. Menschon, die goed met weer en wind vertrouwd zijn, beweerden echter dat het op het ruime sop nog aardig zou blazen". Aan de sluizen heerschte veel bedrijvig heid met het doorschutten van' gepavoiseer- de stoomers en vaartuigen vol feestvieren den, waarvan velen mu/iek medevoerden. Onder de vele jacht< n en booten merkte men ook op het keurige jaclit van den Rijks waterstaat met genodigden, en de kanonneerboot Ever met den Minister van Marine aan boord. Het weder was intnsschen helderder ge worden. De lucht, die 's morgens met som bere regenwolken was bezwangerd, begon van achter de wolken verlioht te worden. Heldere gele lichtstrepen vormden zich tusschen het blauw-grys van het wolken floers. Om twaalf uur brak de zon door en nu vertoonde zich een onvergetelijk schouwspel. We bevonden ons vlak voor de visschersvloot. Met gestreken zeilen, de masten als pen dennenbosch opstrevend tegeo de teere lucht, met het rood-wit- blauw in top, het bruinzwart der vaar tuigen donker uitkomend op het zilverig- groene water, leverde het geheel eeu glo- rieuse aanblik. En daar stonden de stoere mannen en vrouwen in hun eenvoudige kleedij, van Volendara en van Marken, van Urk, ja van waar niet al. Ze stonden te wachten hun Koningin om Haar op het water, han element, te begroeten. De visschers waren in een opgewekte stem ming, kon het anders! Toen*de Baron van Dedem met de muziek voorbijvoer, schaarden zich vele lustige deerntjes op het dek der visscherbooten ten dans en van alle kanten klonk gejuich over het water bjj het vernemen der vaderlandsche liederen. Zoo stevenen wjj langs de vloot, die, hoewél niet progamatisch juist opgesteld de hevige wind belette dit met haar bjjna 1500 vaartuigen zich over een enorme oppervlakte uitstrekte. Lange lanen waren het van vaartuigen, vele met da ragfijne netten in top geheschen. Rechts van ons lagen een paar vaar- tuigei gereed, waarop de Willemstraatsche kinderen, die ook hier niet op het appèl ontbraken, straks H. M. hun geestdriftige liederen zouden toezingen. Om kwart over twaalf klonk het eerste schot, t teeken dat de Koninginnen te Weesp Wwien aangekomen. De >Buyskes" in de verte al kenbaar aan haar witle kleur, lag gereed om aanstonds de Vors tinnen te gaan afhalen. De sierlijkerader boot had geen andere versiering dan een voudig de driekleurop het achterschip wa9 voor de Koninginr. een ruimte af geschut, waar Zij zooveel mogelijk be schermd waren tegen den wind. Behalve het gevolg bevonden zich ook aan boord de burgemeesters Calkoen en Kolf-, respectievelijk van Edarn en van Wieringen. Te kwart voor een werden H H. M.M. aau boord van een achttien riems statie sloep naar boord gebracht onder het spelen van net WrAhelmus en het hoerageroep van de equipages <dj».r omliggende vaartui gen werd de Koninklijke standaard is p geheschen H M. de Koningin was in het wit, II. M. de Koningin-Moeder in het zwart gekleed. Kort na de aankomt op de »Buyskes" lieten HH. MM. zich met een sloep aan boord van verschillende vaartuigen roeien om van meer nabjj het bedrjjf der vis schers gade te slaan. De botters, welke door H. M. de Ko ningin werden bezochtzijn van T. Wouda van de Lemmer, K. Kos van Hui zen, J. Metselaar van Wieringen, C. Peere boom van Marken en II. Tuijp van Vo- lendam. De heer Calkoen vergezelde Hare Ma jesteit aan boord van de vaartuigen. Het laatste bezoek was bjj Tuijp, waar twee krvL'r-e Volendammer meisjes, Aaltje Bugs JaCobsdochter en Antje Mol Jansdochter, aan dek gereed stonden om bloemen aan te bieden. Om het aan boord komen te vergemakkelijken, waren op 's Rjjks werf te Amsterdam keurig afgewerkte houten trapjes gemaakt. Het is die bedoeling deze trapjes, voorzien van een koperen plaat met inscriptie aan de visschers, ter herin nering aan het Voretkljjk bezoek aan te bieden. Zoodra de Vorstinnen de laatste botter hadden verlaten, klonk een kanonschot, ten teeken dat de vlootschouw geëindigd was en waarop de visschers wachtten om weg te zeilen. Bjj den terugkeer van de revue te Mui den brachten HH. MM een bezoek aan het Muiderslot, waar de Hooge Bezoeksters ontvangen werden door den 84-jarigen slotvoogd. (A. Ct.). H. M. de Koningin heeft aan den heer H. J. Calkoen, burgemeester van Edam, lid van het Rjjks-College voor de Zee- visscherjjen, het volgende telegram ge zonden Bjj mjjne terugkomst op Soeatdjjk voel ik mg gedrongen u nogmaals te verzoeken, mjjneu warmsten en harteljjk9ten dank over te brengen aan allen, die mg heden op de Zuiderzee op zoo treffende wjjze hulde hebben gebracht. Ik stel de algeraeene deelneming en medewerking, die zooveel tot het welslagen der revue bijdroegen, op den hoogsten prjjs, en verzoek u aan de visschersbevolking de verzekering te geven dat zij mjjne Moeder en Mjj eenen onvergeteljjken dag bereid heeft, die bjj ons steeds in dankbare her innering zal big ven." Bjj Koninklgk besluit is L. Cta. Kolff, burgemeester der gemeente Wieringen, be noemd tot ridder in de orde van Oranje- Nassau. Bij Kon. besluit is lo. benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassan, de luitenant ter zee lste klasse E. de Haan 2o. toegekend de zilveren eereraedaille der orde van Oranje-Nassau, aan den ge zagvoerder van '8 rijks opnemingsvaartuig >Buyskes", H. Hofman. Bjj Kon. besluit is verleend de eere-me- daille van de orde van Oranje-Nassau in zilver aan T. Wonda, visscher te Lemmer K. Kos, visscher te Huizen J. Metselaar, visscher te WieringenC. Peereboom, visscher te Marken. Bjj Kon. besluit is de luitenant-generaal, commandant van het leger en efcs,' van het departement van oorlog in Nederlandsch- Indië, L. Swart, op zjju verzoek, met ingaug op 2 October 1900, eervol uit 's lands dienst ontslagen, met behoud vin aanspraak op pensioen en onder dankbjluiging voor de vele en gewichtige diensten, door hem den lande bewezen. „PRINS WILLEM I". Omtrent het te Mariguana gestrande stoomschip Prins Willem 1" ontving de directie van den »Kou. W.-I. Maildienst" een telegram, vermeldende dat de passa giers en de mail door het stoomschip Alps" zijn overgenomen dat het schip in het voorgedeelte en in de achterpiek vol water staatdat machine en ketels in goeden staat verkeeren en dat er misschien kans is om het schip af te brengen De lading is gedeeltelijk in lichters en aan den wal opgeslagen en men is bezig met lossen. Een gedeelte van de equipage is op Inagua-eiland geland. Allen zjjn gered Men schrjjft uit Utrecht Een extratrein uit Vlissingen, bestaande uit 15 waggons der verschillende klassen, kwam Vrijdagnamiddag ten 4 u. 20 m. hier aan en bracht een groot aantal ambtenaren der Z. A. S. M. met familie hier aan, aan gebracht met het Eng. stoomschip >Ger- tnan", waarvan de meesten met bestemming naar Amsterdam en elders. Het viel ieder zeer op hoe groot verschil in stemming er bestond tusschen deze passagiers en den vorigen avond aangekomene, en dit werd spoedig verklaard door hnnne mededeeling dat zjj het zoowel aan boord van de »Ger- man" als op hunne spoorreis in Zuid-Afrika veel beter gehad hadden dan die met de sArundel Castle" zjjn aangebracht. Er waren een zeer groot aantal kinderen, waaronder nog zeer kleine, die aan de borat der moeder hun voedsel kregen. Ook waren er vele ouden van dagen, grootmoeders dia met zorg voor de kleinen waakten en maar weinig van de reis schenen geleden te hebben. De mannen vooral waren opgewekt en prezen de goede zorgen, die de directie der Z. A. S. M. hier en iu Zuid-Afrika te hunnen behoeve had in het werk gesteld. Allen zagen er gezond en flink uit en vele jonge mannen drukten de hoop uit dat zjj weer spoedig naar Zuid-Afrika zullen terugkeer en, al ware het alleen om de Boeren te helpen de gehate Engelschman uit het land te ver- jagen. Dat er aandoenlgke ontmoetingen tus schen familieleden eu vrienden plaats hadden spreekt vau zelf, doch allen waren bljjkbaar vol hoop op de toekomst, waartoe niet weinig kieken bijgedragen te hebben de bemoedigende woorden die de directeuren der Z. A. S. M. bjj aankomst te Vlissingen ook tot hen hadden gericht. Toen de trein het station verliet, steeg er een juichend* ret uit de wachtende menigte op, terwjjl afreizendeu, uit het portier hangende, het Transvaalsche volkslied aanhieven. D* indruk, dien de gerepatrieerden maakten, was verre van ontmoedigend en doet velen met big verlangen de aankomst der nog verwacht wordende familieleden tegemoet zien. Vrjjdagnacht is bjj Tilburg een stroo- per, die zich verzette, door een Rijksveld wachter levensgevaarlijk neergeschoten. Uit Goedereede meldt men dd. 2 Aug.: Hedenmiddag is alhier een plaatsver vanger van den directeur van het post en telegraafkantoor aangekomen, zoodat de dienst weer zjjn gewonen loop heeft hervat. Heden zjjn er weer drie dySüterieljjdora aangegeven, zoodat hun getal thans 28 bedraagt, verdeeld over 14 gezinnen. 1M uitzondering van één gezin aan 't Haven hoofd wonen al de besmette gezinnen in de kom der gemeente. Diefstal van goud. Uit Chicago komt het bericht van een diefstal, die eenig in zjjn soort is. Gesto len werd voor een waarde van 8 millioen galden aan goud- en van 30,000 gulden aan zilverstaven Het goud bestond uit 48 staven, die ieder 100 pond wogen, en werd uit een waggon der Chicago Ter minal Transfer Railway-Line" ontvreemd. De eigenaars der bezending, die bestemd was voor een bankinstelling in Californii, wilden de zaak bjjzonder slim inpikken, om de kostbare lading te beveiligen, en lieten, hoe ongeloofeljjk het klinken moge, de staven in gewone vrachtkisten in eeu goederenwagen staan. De bjjzondere vei- ligheidswaggons voor geldverkeer trokken tot dusver geregeld de opmerkzaamheid der spoorwegdieven van professie en om dezen virtuozen dor inbrekerskunst, die de ergste plagen der Pacific Railway zjjn, te ontgaan, zou de geld verzending zoo wei nig opvallend, als mogeljjk was, geschieden. Het resultaat beantwoordde echter niet geheel en al aan de verwachtingen, want de geheele lading werd, zooals gezegd ia, geslolen. Voor het wegbrengen van de 2000 a 2500 K.G., die net goud en het zilver te zamen wogen, moeten bljjkbaar een vrg aantal personen geholpen hebben en het is niet heel duideljjk, hoe dat den wakers is kunnen ontgaan. De politie te Chicago heeft haar beste detectives aan het werk gezet, om de dieven op te sporen. FEUILLETON. ~*e>oo- De jonge Hallwey zeide niets, doch hjj trad naar de kleine toe en haar van den grond opbeurende, zeide hjj«Sta maar gerust op, mjjn kind, je bent er niet den blooten schrik afgekomen. Je hebt je toch niet bezeerd, is 't wel?4 Lindis schudde het donkere hoofdje en wierp een schuwen blik naar de verblindend schoone meisjesverschyning. «Dit is de boste gelegenheid om je te ver wijderen, Adèle,» fluisterde de officier zjjn bruid in de Fransche taal toe. «Er komen reeds meerdere wandelaars." Zjj kuchte. «Van avond de wals, vergeet haar niet,4 waarschuwde zjj glimlachend. Hoe zou ik dat kunnen,' lachte hjj op zjjn luchthartige wjjze en keek de slanke ge stalte na, tot dat zjj in de kastanjelaan ver dwenen was. «Waar heb je toch eigenljjk gezeten, kleine, vóór je dien luchtsprong naar ons toe maaktet?4 «Daar boven op den mnnr.' «En wat voerde je daar uit?« «Ik wilde door het venster kruipen.' «Eon vrjj zonderlinge weg," lachte de jeug dige officier luid. Tante woont daarbinnen, zjj wil nieraond 4jXiT van pa en van mjj weten.' h Zeer verklaarbaar.4 Hallwey knikte vroo Ijjk met het schoone hoofd. ,En nu wou het door list beproeven? Nn, dat moet zoggen, je hebt een aardje naar je vader!4 Met haastige schreden verwjjdorde hjj zich in de tegenovergestelde richting, terwjjl zjjn zacht, welluidend lachen van lieverlede weg stierf. Papa, iB u een woekeraar?' vroeg Lindis dienzelfden dag aan haren vader. Zottepraat, hoe kom je aan dat woord?' «De menschen noemen mjj 't kind van den woekeraar. Dat moei »och zeker iets leeljjks zijn, niet waar?" «Wie zei dat woord tegen je?» Eerst tante, toen de kinderen op straat, en vandaag noemde een schoone dame mjj zoo. Zjj houden geen van allen van u, is 't wel Neen, dat doen ze ook niet.4 ,Wilt u me dan niet zeggen, wat een woe keraar is ?4 Zeker wil ik dat. Het is iemand, die grove interesten neemt, zoo iemand, die de men- Bchcn uitzuigt het is eon vampier geljjk tante zegt." En zoo iemand bent u, papa?" ,De menschen zeggen het.' «En u Ik zeg dat het niet zoo is, ik ben het niet De avond was regenachtig en de storm huilde op alle mogeljjke tonen om het een zame huis bjj den stadsmuur. Ik zou nog wel eens naar buiten willen," zei de kleine Lindis, van de sofa opspringend, ^35^?-en lang gelegen had. ;i avond en in dit weer de tafel afnam en het tafel- Daar komt nicm&ndal van, lat maar uit mjjn hoofdje ,?4 .Ginds in zijn werkkamer, hjj laat zich 's avonds niet zien, Je weet immers, dat de klanten meestal dezen tijd voor hun zaken uitkiezen." Een boosaardige, dubbelzinnige lach speelde om den tandeloozen mond der oude huishondster. •Je moet me eons wat zeggen, Leonore, naar waarheid, ik weet anders niet, wien ik nog gelooven kan. Wil je dat Lindis had de handen der oude vrouw ge grepen en haar bruin gezichtje tot geljjke hoogte gerekt. Wat is er nu weer Dat kind heeft waar achtig kwikzilver in het ljjf. Zoo juist meende ik nog, dat zjj ingeslapen was en nu is zjj een vuur en vlam. Laat mjj eerst de borden en schalen wegbrengen, ik verlang naar rust en slaap. Of denk je, dat ik den ouderdom niet voel en dat verwenschte rhenmatismus in mjjn leden ?4 Je komt don drempel niet over, vóór je me geantwoord heb.4 Ik geloof waarachtig, dat je me bedreigt. Wat wü je dan van mc weten ,Of papa slecht is. Ik word niet wjjs uit die procenten en of daar bedrog bjj is. Zeg het mij maar kort cn bondig: ja of ne-n!» Hemelsche goedheid, wat een kind Hoe kom je er toch toe, om zulke malle vragen to doen Hoe zou ik, een oud, dom mensch, een meening kunnen hebben aangaande je papa, of zjjue zaken beoordeelen kunnen. Kom, Relindis, je droomt.» Maar jo weet het toch?» »Zo voelt me aan den tand En wanneer het al eens zoo ware, dan zou ik het je toch niet met ja of neen kunnen zeggen. Ben je nu tevreden Lindis schudde verachtelijk het bruine kopj" I - menschen, mompelde zjj. Geen een, die de waarheid zegt, zooals tante, alleen zij is onomkoopbaar.4 Langzaam schreed zjj de deur uit. De huisdeur was stevig gesloten, geljjk zulks steeds bjj het invallen der schemering ge schiedde. Lindis kende deze gewoonte. De sleu tel stak wel in het slot, maar een dikke jjzeren ketting versperde den toegang. Kern per alleen, misschien ook wel Leonore, kende het mechanismus. Met haastige schreden vloog Lindisde trap op naar den zolder, opende het smalle raampje van een dakven ster en stond in den bruisenden storm daar buiten op den stadsmuur. Door onzichtbare handen geleid vond zjj al tastend hier over haren weg, totdat zjj weldra op den gevel muur van het achterhuis stond, dio op de openbare wandelplaats uitkwam. Het zachte kloppen stierf onverhoonL.weg, ook het ster kere kloppen had geen gevolg. Lindis duwde nu met alle kracht tegen het raam, dat wel dra open ging. Mot een juichkreet sprong zjj naar binnen en blikte eenigo oogenblikkon later in het verschrikte gezicht der geliefde tante, die uit de aangrenzeodo kamer hetgc- druisch vernomen had en nu met do lamp in de hand in de deur verschoen. Ik bon het, tante, Lindis, uit het voor huis." De schrik week uit de trekken dor blinde vrouw. Een warme toon sidderde in «!e woor den, toen zjj vroog: .Wie ben je?» Kleine Lindis. Kent u mjj dan niet meer ?4 De poezele, warme kinderhandjes schoven zich onstuimig onder den arm der grijze dame, zoodat deze bezorgd achteruit trad naar de tafel en de lamp nederzette. Hoe ben je binnongekomen vroeg zjj verder. ,Door het venster. Wees nie» boos op mjj, tante, ik kon niet anders bij n komen 1" Gravin Hallwey zweeg, alleen hare groote strakke oogen blikten naar de plaats heen, vanwaar de kinderstem klonk. Plotseling strekte zjj hare handen nit en streelde liefkoozend het kleine, bruine kopje, dat zich vleiend tegen haar heup aanleunde. Niet waar, tante, ik mag nu altjjd komen en zoo dikwjjla ik wil?* .Ja, mjjn kind, maar door de deur, die halsbrekende weg jaagt mjj angst aan.' «En zal ik dan nooit meer gesloten deuren vinden? Zult u me weer ontvangen, zooals vroeger Als we nu eens zeiden, op bepaalde tjjden,» zeide de blinde aarzelend. Maar ik wil bjj u komen, wanneer ik verkies. U moogt mjj den toegang niet wei geren. En zeg me nu eens, tante, wat een woekeraar is «Lindis, Lindis, hoe zou ik dat kunnen «O, ik weet het wel, het is iets heel verach telijks voor oeaigen tjjd hadt u woorden met papa ik sloop juist de trap op, en toen sei u het ook, dat leeljjko woord. Maar na dien tjjd heb ik het dikwjjls gehoord, van kwajon gens en van groote menschen. Ach tante, het is een vreeseljjk woord, ik zon nog lievor willen sterven, dan het ooit weer te hooren. Ik heb immers niemand kwaad gedaan en toch beschimpen ze mjj allemaal.» Do zonden der ouders moetende kinderen dragen. Arme Lindis, het is van het begin der wereld zoo geweest.» Dat is hard," antwoordde de kleine, en terwjjl zjj snikkend het bruine gezichtje legen de verkoelende vensterruiten drukte, zat do gravin daar in diep nadenken verzonken en als droomend. Daarop begon do oude dame te spreken, meer tot zichzelf dan tot de kleine Lindis. «Ik heb veel schuld in mjjn leven gedragen, ik was immers zóó jong, zóó rjjk, zóó over moedig bjj den vollen, schuimonden levens- bekerlaat eerst kwam het schuldbewnsUjjn zóó laat, dat ik het niet meer kon goed maken. Wat ik beweend en berouwd heb, heeft togen mjjn bestaan opgewogen.» De blinde hief als bezwerend do vingers harer rechterhand omhoog, als wilde zjj een eed doen. «Steeds echter is het mjj een groote troost geweest, dat ik nooit een kind gehad heb, op 't welk do een of andere ondeugd mjjner jeugdige jaren zou kunnen overgaan. Gjj, Hall- wey's, kunt gerost zjjn, uw bloed is onver- valscbt. Het burgerljjk element, dat zooveel tweedracht onder u lieden heeft gebracht, is weggeruimd en onschadelijk gemaakt. De Hallwey's zjjn niet rjjk, is 't wel, tante?' onderbrak Lindis de zachte alleen spraak der gravin. •Niet rjjk,» herhaalde deze. «Och, het ver mogen heb ik naar allo kanten heen verstrooid. Nicolaus zag dit glimlachend aan en ver heugde er zich over, wanneer ik maar met volle handen gaf. Ik heb op een onverant- woordeljjke wjjze verkwist, de couranten noemden later de sommen, ik zou het zelf □iet voor mogeljjk gehouden hebben. Maar niet ik alleen, ook mjjn echtgenoot deed het. Later, veel later, toen hjj ziek werd, sprak hjj in zyn laatste oogenblikken zoo verward van den watertoren, ach wat had hjj geleden en wat had het verdriet van mjjn Heren Ni colaus gemaakt. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1900 | | pagina 1