den nacht alle commandanten bjj elkaar roe pen en hield krijgsraad. Dczo duurde maar ongeveer een half nar. De commandanten keerden naar hunne kampen terng en lieten do manschappen wokken. Allorwege klonken nu bevolen en geroep. De ossen, die vreed zaam onder 't juk trokklaar lagon to slapen, bogonnen bij al die dry vigheid te loeien. Daar op eens de trompet, 't signaal voor .opzaal' on dan van mond tot mond gaande 't com mando.naar do posities, kerels.* 't Was pas ongeveer 4 nur in don morgen, onze dekons waren hard gevroren en daarhy was 't bjjna geheel donker. En dan in dio barre koude, zonder oen warmen verkwikkendon morgendrank, niets dan een harden klinker om op to kauwen. Do meeste Boeren hadden tenten of wagens om in te slapen, wy niet do harde grond vol met kleine bniltjes was onze legerstede, de bloote hemel was ons dak. Maar onze diensten werden gewaardeerd door een man als generaal De Wet, meer vroegen wy niet. Volgens den correspondent van de Daily Mail" te Louren$o Marqués, is een Duit- scher met de »haiser" naar Europa ver trokken, met dépêches van president Steyn voor president Kruger. Daar de kabels in Engelsche handen zjjn, zegt de correspondent, is dit de eenige manier voor de Boeren in Europa en Zuid-Afrika om met elkaar van ge dachten te wisselen. Nog een Boerenlager verrast. Lord Roberts seint van 3 November dat generaal Smith-Dorrien het Boerenlager op Witkop is gaan verrassen. Natuurlijk was het succes volkomen, inaar omdat het zoo hard regende en de mannetjes doornat waren »kon Smith-Dorrien het succes niet voltooien en besloot hg wgselgk terug te keeren". Toen de Boeren dat zagen hérstelden zjj zich van de verrassing en verrasten zij Smith-Dorrien door zgn troep zeer nauw te achtervolgen. Zij waren zoo stout moedig dat één Boer op vijftig yards af stand van de Britsche troep werd dood geschoten. Overigens waren de verliezen der Boeren zeer zwaar, want het terrein was open een afdoend argument voorwaar De Engelsche verliezen waren 1 offic. en een man gesneuveld, twee officieren en 12 man gewond, een man vermist. CRA'DOCK, 4 November. Een militaire trekmachine met voorraden geladen goe derenwagens (trucks) trekkende en, onder geleide van tien man van het Kimberley- regiment, gaande naar Boshof, is op 15 KM. afstands van Kimberley door twintig Boeren aangevallen. Dezen maakte zich van den trein meester zonder een schot te vuren en lieten de machine springen. LONDEN, 7 November. Aan de bladen wordt uit Durban gemeld dat de Boeren Maandag een trein uit Pretoria bjj Stan- derton van het spoor hebben laten loopen en den stoker hebben gedood. LONDEN. 7 Nov. De correspondent van de Daily Mail" te Pietermaritsburg gaat don staat van zaken in het oosten van de Zuid-Afrikaan8che Republiek korteljjk na en komt tot de slotsom dat het hoogst onwaarschijnlijk is dat de uitgeweken En- gelschen nog in dit jaar naar den Rand zullen terngkeeren. De Delagoabaailijn noch de spoorweg van Natal naar Johannesburg zgn veilig, door de herhaalde aanvallen van de Boereu Chistiaan Botha bedreigt met een commando van vierhonderd man Volksrust, -de Engelschen in Natal zijn ongerust over de strooptochten van de Boeren, die meestal] uitgaan van wraak zuchtige Natalsche oproerlingen. Volgens een bericht nit Newcastle heeft de censor verboden om van Robert's bewegingen melding te maken. Over den aanslag op den trein bg Stan- derton meldt Central News": Men bericht dat een gemengde trein uit Pretoria gisteren bij Standerton uit het spoor geloopen is, nadat de Boeren de rails losgeschroefd hadden De machine en zes goederenwagens werden vernield. De Boeren, die in hinderlaag waren, schoten op den trein zoodat de stoker gedood werd, ook schoten zg op een trein die tot ontzet kwam opdagen, maar die kon wegstoomen zonder getroffeu te zgn. En zonder de schade hersteld te hebben, klaarblijkelijk. De correspondent van de Daily Mail" te Pietermaritsburg, uit wiens telegram reeds een en ander gemeld is, seinde nog Het land ter weerszijden van den spoor weg uit Transvaal naar Natal wordt af- geloopen door troepen uitstekend bereden Boeren, die niet door transportmiddelen belemmerd worden. Men berekent dat er omstreeks 1500 burgers onder de wapens zijn van den spoorweg in de buurt van Heidelberg tot aan Greylingstad, Bethel, Ermelo en Carolina, een tot dus ver niet bezette streek, en een streek die niet schoongeveegd is door generaal French jongsten tocht van de Delagoa- lijn naar Heidelberg. Integendeel, wat over dien tocht bekend geworden is, bewijst dat de troepen van generaal French het dikwijls zwaar te verantwoorden hadden, en dat de Boeren groote stoutmoedigheid aan den dag legden. Zelfs Natal is niet vrij van den vijand kleine troepen Boeren dalen van den Dra- kensberg af tot op enkele mijlen van La- dysmith, om proviand op te doen. Eenige dagen geleden reed een trouwgebleven Boer in de buurt van den Titanjoue, toen er zeven schoten op hem gelost werden dat was waarschijnlijk het werk van Na talsche rebellen, onder wie er zgn die zich willen wrekenjop hen, die trouw gebleven zgn aan de regeering. Tijdstippen van verzending der Brievenmalen. Naar Oost-IndiS: Veriendingaweg. Datum der ter post-bezorg. Tydst. der laat. busl. a/li Postk. P. xcepost via Amatcrdam. 0 en 28 Nov. 7.— 'aav. P. xeepoat via ({otterdam 16 en 30 7— 'a av. P. Hol!, mail via Genna 20 7-— av. p. Holl. mail via Maraeillc 18 en 87 8.30'snam. p. Krauschc mail via Marseille 16 en 80 7— 'a av. p. Engelache mail via Brindiat (naar Palembang, Rionw, 28 Banks, Billiton on Z. W. en zo amor. Nanr Atjek en do Oostkust eiken Vrgdag 9.'amor. p. Duitache mail via Napels 12 en 26 Nov. 11.50'amor. Naar Guyana (Suriname): p. zetpoet n. Amsterdam Il4 en 80 Nov.l 7.— av. p. mail over Engeland 18 «n 86 7._ 1T p. mail via St. Naxaire 1 Dee.| 7.'s tv* Naar Curaqao, Bonaire en Aruba p. zeepost via Amiterdam 14 en SONov.l 7.— 'aav. p. mail via Sontbampion cl keu Dinsdag 8 80'«nam! p. mail via Qticeustown «Ikon Vrijdag 8.:t0'snam. p. mail via Genua1 Dec.i 7 'i av. (alleen op verlangen der afzenders). Naar St. Martin, St Eustatius en Saba p. mail over Engeland. 18 en 26Nov.|7.— 'a av. Naar de Zuid-A/rtkaansche Republiek: via Engeland: eiken Vrjjdag, 8.30 's namiddags. Correspondentie voorHr. Ms. «Nautilus" te zenden naar Santa Cruz de Teneriffe. Marine en Leger. Blijkens by het Dep. van Marine ontvan gen bericht is Hr. Ms. pantserdekschip (Gel derland*, onder bevel van den kapitein tor zeo J. H. L. J. baron Sweerts do Landas Wyborgh, 5 dezer to Djiboeti aangokomen, on zyn Hr. Ms. pantserdekschepen Konin gin Wilhelraina der Nederlanden'-' en «Hol land", onder bevel van den divisie-comman dant, kapitein ter zee L. A. H. Lamie, 6 dezer te Tandjong Priok aangekomen. De hoofdraachinist J. Gerritsen, aan boord Hr. Ms. .Kortonaer*, en de sergt.-hofmeester v.k. P. Herman, aan boord Hr. Ms. Wacht schip, worden respectievelijk met 21 November en 1 December wegens langdurigon dienst onder toekenning van pensioen nit Hr. Ms. Zeedienst ontslagen. Met 16 November worden overgeplaatst bootsman v.k. W. F. Ragnt van W/schip W/oord op tBulgia', bootsman v.k. A. Kamp van .Evertsen" op W/sobip W/oord, boots man v.k. P. J. Kroes van «Kortenaor* op W/schip W/oord, sergt.-schryver H- F. W. Langschmitt van .Zeehond* op W/schip W/oord, stoker-majoor A. W. van Herpen van .Evertsen" op •Marnix*, sergL-stoker v.k. K. Boere van .Evertsen» op W/schip W/oord, sergt.-stokers v.k. G. van Alfen en F. Gorree van «Marnix* op .Evertsen*. Blykens by het departement van marine ontvangen bericht zyn Hr. Ms. torpedobooten .Hydra» en .Scylla», onder bevel van tle luitenants tor zee der lste klasse W. T. de Booy en W. C. J. Smit, 6 dezer gezamenlijk te Colombo aangekomen. Na een half uur stapvoets gereden te bob ben, hield het troepje halt. Er werd geloot wie de paarden zou oppassen. In verspreide orde gingen de anderen vooruit, vooraan Van Ham eu de burggraaf, gebruik makende van elke dekking, die het terrein hun aanbood, nu eens kruipende op handen eu vouten, dan weer zich voortschuivendc op den buik, go- ruischlooH als Indianen. Oogen en ooron wor den goed den kost gegeven. Zoo kwam men eindelyk aan de eerste vjjandeljjke schansen. Hiervoor hadden do, Engelschen cenc ongeveer twee meter breede y terdraad versperring aan gelegd. Ook deze moeielykheid werd over wonnen, hoewel de handen door 't puntige stekeldraad werden ontveld. En daar op ongeveer 40 passen rechts een donkere go- daante, even nitkomend togen den schaam verlichten hemel, een schildwacht kalm op zjjn geweer geleund, niets vermoedend, mis schien slapend. Hjj stond boven op den aar den wal. De bespieders bleven dicht by elkaar. Allen waren zoo donker mogelyk gekleed en aangezien de Engelschen den grond zwart gebrand hadden, kon men geen menschelyk lichaam, dat zieh schuivende voortbewoog, onderscheiden. Zonder oonig geluid werd de aarden wal beklommen. Nu vertoonde zich opeens oen vuur, waar omheen enkele hel rossig verlichte gedaanten domtpelden met 't geweer tusschen de beenen, zekerlyk de kampwacht en daarachter een weinig verder door het schynsel beschenen de eerste rjjen tenten. Men was dus in 't vyandelyk kamp. Op goed geluk werd verder gekropen, men wist niet tot hoever 't vyandelyk kamp zich nit- strekto't Engelsche kamp scheen alleen ter rechterzyde van don weg to zyn. Men ont moette ten minste niets meer. Eindelyk kwam men aan de rivier, die vlak by 't dorp stroomt. In de nabijheid van deze, een boe renplaats, waar nit een der vensters een licht straalde. Hier sloop men naar toe. Daar begint oonsklaps de hond to blaffen, aanhou dend en luid. Eon Engelsch soldaat of offi cier treedt naar buiten on tracht met een scherpen blik de duisternis te doorboren. Niets bespeurende van onze vermetelon, vloekte hy tegen den hond en dwong hom door een paar schoppen tot stilte. Daarop ging hy weder naar binnen. Na een oogenblik gewacht te hebben sloop Van Ham vooruit en keek door het raam naar binnen en zag daar vcrschillendo officieren gezeten om oen tafel, met kaarten on papera«Hen voor zich. Zjj spraken luid, zoodat hy byna alles ver staan kon. Een oud officier met grjjzen stoppelbaard en snor, vermoedelijk de gene raal, was bezig te dicteeren en uit hetgeen Tijj zeide kon Van Ham opmaken, dat men van plan was den volgendon dag de Boeren- stellingen aan te vallen. Nn wis» hy genoeg en gaf order om terug to gaan. Nogmaals moest dezelfde afstand ufgelegd worden. Ein delyk, na vijf nur afwezigheid, kwam do kleine heldenschaar doodvermoeid, overal ge kneusd, do handen tot bloedens toe geschramd, in ons kamp terug. Zjj werden met een war men handdruk ontvangen. Dadelyk werd generaal De Wet van den uitslag der zending op do hoogte gesteld. Nadat Van Ham ver slag gedaan had van zyn tocht, stond gene raal De Wet op, drukte hom ferm de hand en voegde hom toeJjj is toch maar oen vinnige Hollander." x Generaal De Wet, nu op de hoogte van de plannen der Engelschen, liet raidden in Graaf Egon roeide zelf, de kleine, sierlijke gondel schoot pijlsnel over de golven en werd aan de overzyde van het meer by de, van verre schitterende marmeren trap, door de prinBelyke bedienden opgewacht. Lindis wondde zich zwygend af, ook Mar- garetha deed het, die tot dusver het paar mot de oogen gevolgd was. .Nu zyn zjj er,* zeide zjj droogjes. Lindis zweeg en ging later naar het park, waar zij heden ongestoord haar gedachten den vryen tengel kon laten. Voor een uurtje was zjj naar Ciska in de pachthoeve gegaan, die wegens den hooioogst de handen vol werk hadmet de belofte om spoedig terug te ko men, ging zjj heen. Langzaam wandelde zjj langs den oever van hot moer, waar zjj vroe ger ook eens met Guttheim had geloopen en zie daar dook ginds ook eindelyk de water toren op. Een onzeker vermoeden doortrilde haar, wanneer zij daar eens in konde komen, slechts een enkelen keer. Hy moest ongesloten zyn, nu, zjj die spele vaarden op het meer, vermeden hem dan ook gaarne, dien huiveringwekkeDden toren 'met zyn dooden. De zon neigde ter kimme. .Het diner in het prinselijk lustkasteeltje is roods lang afgeloopen, en graaf Egon zal zeker al op weg zyn naar L.,* overlegde Lindis schie- ljjk. Van deze zyde behoefde zjj al zoo geen storing van haar plan te vreexen. In de bocht naast den kruisweg welke naar de pachthoeve voerde, lag een onde boot. Lindis had haar dcstjjds al bemerkt en ver nomen, dat zjj tot Hallwey behoorde en nooit werd gebruikt. Mot rasscho schreden snolde zjj de helling afhare lichte gestalte zou de verweerde boot wel dragen, en zjj was ook nog zeer stevig, geljjk zjj zich overtuigde. Zjj maakte de ketting van den ring los, nam met beide banden den roeiriem en sprong in de boot. Aanvankelijk danste zjj wel wat schommelend op het water, maar by Lindis' roeislagen en den kalraen, bijna beweging- loozon spiegel, gleed zij toch zachtkens het meer op. Een indrukwekkend iets maakte zich van Lindis meester, dat zjj thans den macht bezat om iets naar haren wil te besturen, tot dusver hadden de golven van het noodlot met haar gespeeld, en haar rondgeworpen geljjk een bal, die den zwaksten kinderhand werpen kon. Dichte jeneverstruiken omzoomden den oeverrand, langs welke de ranke boot hoen- gleed. Een dikke, afgezaagde boomstronk stak, door het water luchtig bespocld on door slingerplanten omwoeker.1 boven het meer uit, on bood eon gemakkeljjke gelegenheid aan om in en nit te stappen. De takken van het dichte wilgenbosch langs don zoom van het park hingen onbeweeglijk diep in het water en beletten iederen blik in het park, slechts op enkele, byzonder fraaie ge zichtspunten had men het hout laDgs den oever wat gedundtoen Lindis zoo oven langs zulk een plaats voer, had het haar too- gcschonen, alsof zjj oon gestalte gezien had, die ijlings in de schaduw van het bosch voortschreed. Zij dacht er nog aan, of het wellicht geen zelfbedrog was geweest, toen er «halt* geroepen werd. Met een krachtigen ruk hield de boot plotseling stil. Graaf Egon stond op een boomstronk en hield de boot vast. Hy had zich zóóver voor overgebogen, dat zyn schoon gelaat zich slechts op korten afstand van haar bmiue wangen bevond. Zjjne trekken waren somber als altjjd, wanneer hy zjjne vrouw zag. Lindis ontstelde hevig, de roeiriem ontviel aan hare hand. Hy greep hem en werkte zich in de boot, doordien hy den roeiriem een stennpunt tegen den boomstronk gaf. «Ge kunt niet roeien en wilt toch op het meer Weet ge wel, dat het zeer lichtzinnig van u is, om dit plan uit to voeren Er sprak goen bezorgheid, veeleor geme lijke berisping uit zjjne woorden. .By deze windstilte is het gevaar denkelijk zoo groot niet en ware dit wel het geval, dan zoudt ge zooveel te eerder verlost zyn.' Hy beet zich op de lippen. .Hadt go een bepaald doel op het oog, of wildot go slechts op goed gelnk rond varen Zjj aarzelde. Zou hy hot afkeuren, wan neer zjj bekende, dat zij Jutta's graf wilde opzoeken Las hy twjjfel in hare trekken ,Ik wilde naar den watertoren," bekende zjj openhartig. Hy knikte onwillekeurig en dacht een se conde na. Daarop keek hy op zyn horloge. .Ik zal er u heenvaren en als ge den toren bezichtigd hebt, weder hierheen terugbrengen. Maar wilt ge me dan ook boloveD, om niet weer alleen op het water to gaan ,Gjj moest gcon belofte verlangen, nadat ik verraden heb, dat «Graaf Egon neemt ge me mede. Ik dacht n al lang op weg naar L: Gij badt znlk een haast, en nn hebt ge nog den tjjd gevondon om te gaan roeien.* Als een blauwo onweerswolk kwam Euge- nie von Bietinghoff den berg afgestormd. Het met bloemen bezaaide dunno gewaad bleef in ilardon aan de verraderlijke joneverstruikon hangen, zjj sloeg daar echter geon acht op, in de hoop het geheimzinnige tête-a-tüte der beide echtgenooten te onderbreken. De graaf had een klenr als vuur gekregen. Lindis vergiste zich niet. Geljjk een don kere slang kroop het bloed naar zjjne slapen oowaarts, en als moest hjj zijn misnoegen lucht geven, stiet hjj den roeiriem loodrecht in het waterdit laatste spatte hoog op, en wierp dikke droppels op Lindis eonvoudig kleedje. .Waar gaat het pleiziertochtje heen Eu- genie keek van den een naar den ander met een groenachtige weerschjjn in de oogen. Vreesde zjj een geheime verstandhouding tusschen die beidon, welke de nauwste band verbond en dio elkander toch zóó vreemd waren Hallwey gaf haar eeno verklaring, wel iets of wat tegen zjjn zin, maar toch zeer omstan dig, evenals schaamde hjj zich over zjjn aan wezigheid alhier, Hjj had den weg naar het station te voet willen afleggen en*was daarbjj door het park gegaan. Van nit de verte had hjj juffrouw Werner bespeurd, die zich op het meer gewaagd had. Hare onbekendheid met het roeien veronderstellende, was hjj hier heen gesneld, om haar tegon te houden. Eugenio knikte gerustgesteld. Zooals van zelf spreekt, maak ik het tochtje mede,» zeide zjj met een zonderlingen glimlach en nam op de bank naast den graaf plaats. ,lk dacht, dat ge steeds zeer bang waart voor de zwarte Jntta,' kwam bet eenigszins sarcastisch van zjjne lippen. «Nu, dat is ook wat moois. Ik zon bang zjjn in uwe tegenwoordigheid. Ik had al lang eenB naar den watertoren willen gaan. Gjj zjjt daar toch zokor al dikwjjls geweest (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1900 | | pagina 6