KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor HelderTexel en Wieringen.
EGON's VROUW.
No. 2902
Zaterdag 8 December 1900.
28ste Jaargang.
Bureau
Zuidstraat 72.
Bureau: Spoorstraat.
Telefoonn". 59.
Abonnement
p. 3 maanden binnen de gemeente 50 Ct., m. Zondagabl. 877»Ct.
id. franco per post 75 id. f 1.20.
id voor het Buitenland f 1.25, id. f2.00.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureaus i Spoorstraat en Zuidstraat.
Aavertentlön
van 1 tot 5 regels25 Cent.
Elke regel meer5»
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VKIJDAGSMOKGENS vóór 10 uur aan de Bureaus bezorgd zijn.
KALENDER DER WEEK.
DECEMBER, Wintermaand, 31 dagen.
Opkomst der Zon 8 u. Om.
Onderg. 3 u. 44 m.
Zondag 9
Maandag 10
Dinsdag 11
Woensdag 12
Donderdag 18 Laatste Kwartier.
Vrijdag 14
Zaterdag 15
IJlt het Buitenland.
Lord Roberts, zich gereed makende, om
eerstduags hot toonoel zynor werkzaamheid
in Zuid-Atrika te verlaten, heeft een afscheids-
legerorder uitgevaardigd, waarin hij gewag
maakt van den moed, do vaderlandsliefde, de
taaiheid en de menschlievendheid der troe
pen, en besluit met do verzekering, dat hy
als opperbevelhebber gedurende dezen oorlog
dingen geleerd heeft, die hem van dienst zul
len zyn by de volvoering van zyn taak, welke
nu voor hem volgt, om het geheele Engelsche
leger tot een volkomenheid te brengen, als
een leger mogelykerwyze zyn kan.
Haat tegen Éngeland's onmenschelijk op
treden in Zuid-Afrika geeft menigeen gereede
aanleiding, om verontwaardigd te zyn over
het antwoord, dat dezer dagen door Keizer
Wilhelm van Duitschland werd gegeven aan
President Kruger, die daardoor van zijne reis
naar Borlyn heeft moeten afzien. Een der
Duitscho bladen spreekt zich daarover als
volgt nit: .De Boeren in Znid-Afrika znllen
dan ochzelven moeten helpen en dat zal
wel gaan. Maar voor millioenen Dnitschers
is de Kenlsche Boodschap een moeilijk te
verdnren erkenning van afhankelijkheid ge
weest afhankelijkheid van den door het
volk gehaten Eogelschman". Toch zyn er
in Engeland niet weinigen, die de staatkunde
der Engelsche regeering en de daden der
Engelsche legerbevelhebbers op het oorlogs-
terrein in Znid-Afrika ten sterkste af keuren.
Daarvan getuigden nog in de jongstverloopene
dagen onderscheidene artikelen in enkele En
gelsche dagbladen, en vooral brieven van
Engelsche mannen on vrouwen, die door eigen
oogon durven zien on die de gruwelen,
daarginds bedreven, ten sterkste verfoeien.
De wetenschap hiervan doet menigeen de
hoop koesteren, dat van lieverlede het getal
van hen, die van de staatkunde van Salis
bury en Chamberlain niet gediend zijn, zal
toenemen. En ongetwyfeld zal het antwoord
des Duitschen Keizers, aan President Kruger
gegeven, do oogon van uog meerderen doen
opengaan voor de onrechtvaardigheid van den
oorlog, en voor liet voortduren der onmen-
schelyke wreedheid jegens weerloozen.
Do weigering van Keizer Wilhelm, om Pre
sident Kruger te ontvangen is in de laatst-
verloopen dagen wel liet hoofdonderwerp ge
weest der bespreking in de dagbladpers. De
zaak ia natuurlijk van alle kanten beschouwd,
en ofsohoon het gegeven antwoord des Kei
zers in Engeland over hot algemeen byval
vindt, heeft dat besluit in Europa alge
meen heftige betuigingen van afkeer ge
wekt. Een persorgaan stelt onder anderen de
vraag, of deze Keizer Wilhelm dezelfde Vorst
is, die in Januari 1896, na den verfoeilijken,
verradelyken inval van dr. Jameson en zyne
handlangers op Tranvaalseh grondgebied,
aan het adres van President Kruger het na
volgende telegram afzond ,Ik wensch u op
recht geluk, u en uw volk, dat gy, zonder
zelfs de tusschenkomst dor bevriende mogend-
beden intoroepeo, met uwe eigene krachten
de gewapende bandieten hebt teruggeslagen,
die in uw land waren gevallen, en de onaf
hankelijkheid van uw land tegen vreemde
aanvallen hebt gehandhaafd.* Waarlijk, dan
is de overtuiging van dezen Keizer in de
sinds verloopen vyf jaren heel wat veranderd,
en valt zyne consequentie niet te roemen.
Misschien dat lig, nu dezer dagen een der
I^uitschs, dagbladen aan den inhoud van het
biwhuta talegram herinnerde, nog eens tot
nadenken komt, en zich niet ongeneigd be
toond, om hulp te verleenen aan den grjjzen
Staatsman, die voor zyn volk de bemiddeling
der mogendheden te hulp roept.
Niet het minst in Duitschland is een on
aangename indruk gewekt door do weigering
van Keizer Wilhelm om President Kruger
te ontvangen, 't Is niet onbolangryk de uit-
eenloopende uiting der dagbladpers ook daar
te lande daaromtrent te vernemen. Een der
Berlynsche dagbladon meent, en tracht die
moening ingang to doeD vindon, dat de
oorzaak van 's Keizers woigering gelegen is
in eene schending der etiquette, welke mede
brengt, dat een man als do heer Kruger zyne
komst naar Borlyn vroeger had moeten aan
kondigen. Vreemde vorsten, laten, wanneer
zy een bezoek by een gekroond hoofd moeten
afleggen, hunne aanstaande komst zeer tijdig
weten, opdat hy, wien dit bezoek geldt, daar
op kan zyn voorbereid. Tegelyk met de
doelloosheid van 's Prosident's bezoek aan
Berlyn, heeft do Duitsclie Regeering nu doen
blyken, dat zy acht heeft gegeven op het
veronachtzamen van het gebruik, 't welk eene
ruimschoots vroegtijdige kennisgeving voor
schrijft. Bedoeld blad vindt do door de
Duitscbe Regeering gevolgde handelwijze niet
zoo heel erg min, ja, zelfs beter dan 't geen
men in Frankrjjk heeft gedaan, waar men
den President wel boffolyk ontvangen, doch
eigenlijk niet anders verricht hoeft, dan ver
wachtingen opgewekt, welke toch niet te ver
wezenlijken zyn. President Kruger heeft nu,
zoo wil het blad het uitdrukken, op ondub
belzinnige wijze de wetenschap opgedaan, dat
er te Berlijn voor zyne zaak niets te doen is.
En wat men nu op die wyze te weten komt,
is te beschouwen als ingegeven door of van
wege de Duitsche Regeering. Daar lynrecht
tegenover staat echter, dut byna alle andere
Duitsche bladen de bedoelde afwijzing afkeu
ren, als een gevolg er van, dat de Regeering,
wegens staatkundige en familie-belangen, En
geland naar de oogen ziet.
N1EUWST1JD1XGES.
HELDER, 7 December 1900.
Het is voorzeker een prijzenswaardig
iets van verschillende ingezetenen, die de
Weesinrichting te Huisduinen bedachten
en ook de kinderen verblijdden door het
zenden van boekjes, spelen enz. Het is
misschien niet ondienstig er eens op te
wijzen, dat men vele ongebruikt liggende
voorwerpen, geschikt voor kleine of groo-
tere kinderen, daar eene goede bestemming
kan geven.
Ons is door den uitgever W. Spruit
te '8 Gravenhuge ter kennismaking toege
zonden het boekje »Zoo zingt Jong Hol
land", bevattende zeven feestliederen, die
bij gelegenheid van het aanstaand huwe
lijk der Koningin door de jeugd gezongen
kunnen worden. De woorden der liedereu
zijn niet hoogdravend, maar bevattelijk
voor kinderen en de zangwijzen meest alle
bekend en geliefd. Men heeft o. a. de me
lodieën van de Zilvervloot, De Koning
leev'Wien Neerlandsch bloed, Wilhel
mus, De vierkleur van ons dierbaar land
en De Wacht am Rhein. Verder vesti
gen we de aandacht op een in het vorig
no. van ons blad voorkomende adverten
tie, waar dit boekje geannoceerd is.
Men schrijft ons van Wieringen, van
4 December 1900.
Zaterdag 1 Deo. werd in 't logement van
den heer C. Koorn, onder leiding van den heer
Burgemeester, een vergadering van visschers
gehouden, teneinde de droogmaking der Zui
derzee te bespreken en te overwegen, welke
nadoelen die voor de visschers sou opleveren.
Naar aanleiding eener circulaire van den heer
Calkoen, burgemeester van Edam, was deze
vergadering belegd. In bedoeld schryven werd
de 'wenschelykheid betoogd een vergadering
uit afgevaardigden van alle visschersplaatsen
te houden, om gezamenlyk bovengenoemde
zaak te bespreken. Na toelichting der zaak door
den Voorzitter verklaarden de aanwezige vis
schers zich bezorgd te maken over de vernie
tiging van hnn bedryf, als de Zuiderzee droog
werd gemaakt, en waren overtuigd van het
nnt eener zoodanige vergadering, wanneer
door deze stappen in 't belang der Zuiderzee-
visschery werden gedaan. Tot afgevaardigden
werden gekozen de visschers L. Wigbout en
J. Tysen, terwyl de heer Burgemeester even
eens de vergadering wenecht bij to wonen.
Vervolgens werd nog besloten tot oprichting
van een onderling Visschers- en ondersteu
ningsfonds van Wieringer visschers. Reeds
dadelijk traden een twintigtal der aanwezigen
als lid toe, terwyl 4 personen zich als donateurs
aanmeldden. Door dezen word nu een voor-
loopig bestuur gekozen, bestaande uit do hoeren
J. Niemoyer, M. Kaptein, J. Koorn, A. Peore-
boom en J. Metselaar, die met den burgemeester,
als adviseur, een concept-reglement zullen op
maken en de werkzaamheden voor oen defi
nitieve oprichting van het fonds nader zullen
regelen.
In de voorgaande week hoeft onze muziek-
vereeniging Harmonie" hare tweo eerste
uitvoeringen in dit seizoen gegeven en wel
Woensdag voor ongehuwde- eu Vrydag voor
gehuwde leden. Een zestal muzieknummers
werden ten gehooro gobracht en keurig uit
gevoerd, waaruit bleek, dat do vereenigiDg
goede vorderingen maakt op het gebied der
muziek. Verder werd de uitvoering aan
gevuld met de opvoering van een blyspel met
zang, getiteld ,Do vrouw op schildwacht'.
De dilettanten hadden alle oer van hun werk
en deden hnn gehoor schateren van 't lachen.
Een gezellig bal besloot het geheel. Tor
herinnering aan het 12Yi-jarig bestaan ont
ving de vereeniging van den hoer Burge
meester een vergald zilveren medaille, welke
aan het vaandel werd gehecht.
Dinsdagmiddag is er een felle brand
uitgebroken te Oudesluis, gern. Zjjpe, in
den timmermanswinkel van G. Jonker. De
brand tastte spoedig de belendende woon
huizen aan. Deze zyn in asch gelegd. De
inboedel van de wed. C. v. d. Oord, een
der bewoonsters, was niet verzekerd. Er
is byna niets gered kannen worden.
Te IJmuiden was Maandag de stu
kadoor Martens met zijn knechts werk
zaam op den hoogsten steiger van een in
aanbouw zijnd huis. Hy werd aldaar
lastig gevallen door een door hem ont
slagen stukadoorsknecht, die op dit oogen-
blik onder den invloed van sterken drank
verkeerde en nu betaling eischte van loon,
waarop hy recht meende te hebben. Door
de herhaalde plagerijen in drift oustoken,
gaf M. den man een duw, waarop deze
van den steiger viel en met het hoofd op
een hoop steenen terecht kwam. De on
gelukkige was terstond dood.
Martens stelde zich dadelyk ter beschik
king van de justitie. Na een voorloopig
onderzoek, door den Officier van Justitie
ingesteld, werd hy in verzekerde bewaring
gehouden.
De deelneming in het lot der beide
slachtoffers is groot. Martens staat be
kend als een flink en oppassend werkman
en huisvader, die voor zyn groot gezin,
vrouw en tien kinderen, altyd in de
weer was.
De stukadoorBknecht, zekere v. E., uit
Haarlem, laat eene vrouw met zeB kinde
ren na.
Men schryft:
De befaamde H. de Jong, van wien in
de laatste dagen weer sprake ia geweest,
is nog voortvluchtig en wordt daarom
door de Belgische justitie by verstek ver
volgd wegens weerspannigheid en niet
wegens den moord op de tsvee vrouwen
te Gent.
In de Nes te Amsterdam is Dinsdag
nacht omstreeks half twee de hulp van de
politie ingeroepen bij een hevig vechtpar
tij, waarbij iemand door eea messteek ern
stig werd gewond.
In een cafe'-chantant, een nachtlokaal,
waar zekere Laufer kastelein is, kwam een
clubje van vyf Dnitschers, verbonden aan
een bierbrouwerij hier ter stede, en maak
te daar eenige vertering. Toen 't op beta
len aankwam, kreeg men geschil over het
verschuldigde bedrag, dat de bezoekers
te hoog vonden, maar dat de kellner toch
van hen bleef eischen, omdat de chanteu
ses toch ook hadden meegedronken. De
Duitschers verkozen niet te betalen wat
er gevraagd werd, de kastelein kwam er
by, een paar andere bezoekers gaven hem
gelijk, de woordenwisseling werd heftiger
en heftigerhet lokaal raakte in rep en
roer, de pianist en de kellners kwamen er
by en ten slotte werd men handgemeen.
In de hitte van het gevecht trok een
van de Dnitschers een lang, scherp jacht
mes en gaf daarmede den kastelein Laufer
een steek in den buikeen van de twee
andere bezoekers, die voor den kastelein
partij trok, kreeg een steek in den rug.
De dader vluchtte op straat, maar werd
door den nachtportier van een ander lo
kaal tegengehouden en gegrepen een po
litieagent kwam er bij en nam hem in
verzekerde bewaring. Hy trachtte het mes
nog heimelijk weg te werpen, maar dit
mislukte. Op het politiebureau legde de
gearresteerde een volledige verklaring af.
De beide gewonden zyn naar het Binnen-
Gasthuis gebracht en daar verbonden. Daar
na hebben beiden zich weer naar huis la
ten brengen, niettegenstaande de toestand
van Laufer van dien aard was, dat de
doctoren hem zeer ernstig aanrieden in
het Gasthuis te blijven, omdat zyn ver
wonding inderdaad ernstig was. De dader
is na afloop van het voorloopig verhoor,
ter beschikking van de justitie gesteld.
(N. v. d. D.)
Alweer inbraken.
Zondagavond is te Amsterdam door in
brekers weer een stout stukje uitgehaald
Toen de familie H. Bremer, Reguliers
gracht 85, thuis kwam, werd ontdekt, dat
ongewenschte gasten in de woning waren
geweest. Vermoedelijk zyn ze met een
nagemaakten sleutel door de voordeur bin
nengekomen.
In de binnenkamer hebben zij een pe-
nantkast opengebroken en daaruit een
^•oren geldkist medegenomen, waarin
Oostenryksche loten a fl 100 en twee
Antwerpsche loten, waarvan de nummers
onbekend zijn, benevens ruim f 900 aan
bankpapier, biljetten van f 25 en f 10, dat
de inbrekers zich eveneens toeeigenden.
Nog werd gestolen een klein kistje,
waarin een zilveren horloge en eenige
kleinigheden, terwyl een blikken trommel
werd opengebroken en daaruit werd ont
vreemd een bankbiljet van f 25, een gou
den dameshorloge en een zilveren arm
band iu den vorm van een gesp.
Politiehulp werd ingeroepen en onmid
dellijk werd een onderzoek ingesteld, dat
echter tot nu geen resultaat had.
Buren hadden omstreeks 9 uur twee
mannen op de stoep van het perceel zien
staan, maar konden geen signalement van
hen opgeven.
Er bestaat vermoeden, dat de daders
weer erg bekend zyn in het hotel •Lam
metje Zondag", want sedert Maandagoch
tend wordt dit hotel voor en achter door
politie bewaakt.
Uit alles wat deze inbraak betreft blykt,
dat de dieven zich vrij zeker waanden. Ze
hadden volstrekt geen baast Dit misschien
temeer, omdat ze wisten, dat een groot
deel van de recherche dienst deed in den
omtrek van den Dam, Nieuwendyk en Gra
venstraat om te surveilleeren by een groot
kantoor, waar men een inbraak verwachtte.
Zooals men weet, is er te Marseille,
te Parys en te Luik tijdens het bezoek
van Kruger door Engelscben geld onder
de menigte gegooid. Het blykt nu, dat
dit valsch geld is geweest, n.1. nagemaak
te Tranvaalsche ponden. Aan de redactie
van de Dordrechtsche Courant" is een
dier stukken vertoonddat met nog an
dere te Parjjs werd opgeraapt. Het stuk
is, volgens dat blad, werkelyk keurig na
gebootst, zoo goed dat zelfs, op een
kassierskantoor te Dordrecht niet het min
ste bezwaar werd gemaakt om het voor
echt in te wisselen. Het eenig kenmerk
van valschheid, behalve gewicht en klank,
is dat onder de spreuk van het Trans-
vaulsche wapen het woord >imitatea" (na
gemaakt) is aangebracht. Men zij dus op
zyne hoede.
Vergiftiging in Oostenrijk. v
Oostenryk heeft in navolging van Enge-
laud zyn groote vergiftigingszaak gehad.
Eenige dagen geleden hadden eenige vis
schers uit Isoli, een dorp aan de Adria-
tische Zee, zeeslakken gevischt en die aan
de bewoners verkocht. Nadat men er van
gegeten had vertoonde zich vergiftigings
verschijnselen en binnen eenige dagen wa
ren zeven personen overleden.
De justitie uit Triest heeft den verderen
verkoop der zeeslakken verboden en een
lijkschouwing bevolen.
Onder de zieken zijn nog zooveel ern
stige gevallen, dat men meer slachtoffers
verwacht.
Overstrooming in Italië.
Naar luid der laatste beriehten is de
Tiber op verschillende plaatsen buiten zyn
oevers getreden. Geheele wijken van Rome
zyn onder water gezet of geblokkeerd.
Om de gemeenschap van de afgezonderden
met de buitenwereld te onderhouden, heeft
de overheid karretjes en schuiten te hun
ner beschikking gesteld. De straten, welke
naar het Vatikaan voeren, staan alle blank,
en het Panthéon, met zyn magnifieke zui-
lenrjj, duikt uit een meer op.
Tragisch voorval bij een voetbal-wedstrijd
te San-Francisco.
De bekende belangstelling, welke alle
Angel-Saksen aan den dag leggen, was
oorzaak, dat Donderdag jl. by den voetbal
wedstrijd te San-Francisco duizenden toe
gestroomd waren. Een honderdtal had
ook plaats genomen op het groote dak
van een glasfabriek. Plotseling stortten het
dak in en de ongelukkigen tuimelden in
de groote kuipen met gloeiend-vloeibaar
glas, die vlak onder het dak gelegen waren.
Dertien toeschouwers waren oogenblikke-
lyk dood, compleet verbrand, terwyl een
twintig man min of meer zwaar gekwetst is
Vrouwenwapens.
Te New-York zoo wordt verteld
was een werkstaking uitgebroken onder de
naaisters van een der grootste modemaga
zijnen. De overheid, bevreesd, dat in de
buurt van baar voormalige werkplaats
ongeregeldheden zouden plaats hebben door
den overprikkelden toestand, waarin de
staaketers verkeerden, zond een sterke
afdeeling politie om de orde te handhaven.
Maar daar had je de poppen aan 't dansen
PolitieWat dachten ze wel Ze hadden
geen oproermakers, geen Chineesche bok
sers voorRad ter tong, zooals de ver
tegenwoordigers der zwakke sekse in den
regel zyn, begonnen de staaksters al spoe
dig levendig te disputeeren met de diena
ren van den H. Hermandad. Met eebt
wysgeerige gelatenheid hoorde deze het
geheele naaistersscheldwoordenboek afram
melen, en toen het hun te erg werd, re
kenden ze eenige verontwaardigde woord
voersters in, som er den schrik in te
jagen." En no was het uit zou men
denken. O, neen, nu begon het pas. De
stakende naaisters zonnen op wraak, be
legden een buitengewone vergadering en
kwamen na veel over en weer praten tot
eensgezindheid omtrent de vraag, hoe te
handelen met de gehelmde maagdenroovers.
Zy wapenden zich allen met een groote
hoedeuspeld en trokken ingesloten gelede
ren tegen den vyand op. Er had een korte,
doch bloedende botsing plaats. Als reus
achtige wespen vielen de «dames" op de
politie-ambteuaren aan, en menige venynige
prik deed de meeBteu hunner een goed
heenkomen zoeken. Arrestaties hadden
evenwel niet plaats.
Een strenge echtgenoot.
Een dame te Washington, in den Ame-
kaanschen staat Cohnectïcut, die voorzit
ster is van de Reform Club, werd deüer
dagen op de openbare straat met een
zweep afgerost door baar echtgenoot, orh-
dat zy, in weerwil van zyn verbod, in het
publiek wa9 verschenen in een costunm
met fietsbroek. Een vriendin, die haar
vergezelde en gekleed in eenzelfde pak,
te hulp wilde snellen, kreeg van den
woedenden echtgenoot eveneens een af
straffing.
De echtgenoot werd voor den rechter
gedagvaard en veroordeeld tot 10 dollars
boete, doch de rechter gaf het geld terug
met de mededeeling, dat, hoewel de be
klaagde volgens de wet schuldig was, hg
de dankbaarheid der Samenleving verdiend
had voor zyn moed, om het hoofd te bieden
aan het misbruik, dat maar al te veel in
zwang kwam onder de vrouwen in de
Vereenigde Staten, n.1. het zich vertoo-
□en in het openbaar in een costunm, dat
in strjjd was met de zedelijkheid. De._
rechter voegde er bjj, dat hy bly geweest
zon zyn, als kg de echtgenoot* had mogen
straffen, indien deze voor hem was ver-
Schenen onder de aanklacht, mannenklee-
ding te hebben gedragen.
Gemeenteraad van Wieringen.
Vergadering van 3 December 1900.
Voorxiiter ile Barnerueeitcr. De VooriitUr opent 4*
vergadering, de notulen worden roorgeleien en mtgeateld.
lugekomen stokken
le. Goedkeuring der Gemeente-begrooting voor 1901,
door Heemi Gedeputeerde Staten.
2e. Bericht dat door den Hjjk.-ontranger aaa de 6e-
meonte-onlVBQger is betaald f 253.23.
3e. Opgaaf van de w(|ziging van diealt van den poet-
schipper, die voortaan dei namiddag* 3 nre van Wielingen
vertrekt en 41 nnr van de Ven Ewjjokiluii.
4e. Venoekschrift tot het verbeteren van het looppnd
aan den Oever en h«t plantawn van ean lautaarn bjj da
brundapuit. Gesteld in handen on het Dageljjkteh Be
stuur om adviue.
5e. Verzoekschrift van eenige wierpersera om het poraea
van het zeegras in het openbuur aan te betteden.
Duar uit een rapport in do laatste raadsvergadering door
Burgemeester en Wethouders overgelegd, blijkt dat aan
besteding niet in het belang der Gemeente is, wordt het
verzoek voor kennisgeving aangenomen.
6c. Advies van bet Dagolykaeh Bestuur om afwijzend
te beschikken op hel verzoek van D. Bakker om toegrma
voor de Gemeente te mogen ponsen. Overeenkomstig dit
advies wordt besloten.
7e. Maaadstaat van den («egnuhandel over Oetober.
8e. Voorste) van het Dugvlijksch Bsstunr, om aan de
weduwe vao den overleden Gemeente-Secretaris een pen
sioen toe te keonen.
Hierover aal aerst ia besloten vergadering werden
gesproken.
9e. Inatraetie voor don Gemeente-Secretaris. Onver
anderd vastgesteld.
10c. Voorstel tot het aangaan eener geldleening ras
f8000, tol betaling der subsidie voor de aanlegplaats aan
den Oever, met daarbg bchoorende anppletotre begrooting.
Aangenomen.
11e. Wijziging van den ligger dar wegen. Goedgak>«fd.
Vervolgens gaat de Raad in gtbeims vargadering orar.
Nadat da openbare vergadering weider li geopend, wordt
besloten om aan de weduwe ven den overleden Gemeeate-
•eereUrii ten panaioea toe U kennen Tan f 200 per jaar.
Daarna wordt overgegaan tot do benoeming van een
Gemcente-aeeretart*.
Op de voordracht nj n geplaatst in alphaWttaeha volg
orde, de koeren J. Bronl, te Vfieringon «a G. van dar
Eerstgenoemde wordt benoemd en terstond door da
Voemlter beëedird.
Bij de rondvraag bespreekt d* beer Koat den aeWtqd
op Ooitcrlaod «n de bergplaats der kieertn van da
schoolkinderen. De Voorzitter zal bat onderzoekt*.
yESUILLETON.
S9)
Het klonk zonderling in deze uitgestorven
eenzame en prachtige zalen, waarin het leven
en de kaarsen uitgedoofd bleven, waaruit alle
gezolligheid geweken was. Graaf Egon merkte
dit eens op een half botreurenden toon aan
de ontbijttafel op.
,Hm, de statiezalen konden in al haar
pracht prjjken, het schitterende, met ordes
getooide gezelschap hier weder binaentrekken,
wanneer ons de diamanten gebleven waren,
dio oen groote wuardo vertegenwoordigen,*
antwoordde de gravin-moeder.
,Dat betwijfel ik nog,* hjj trok de schou
ders op. ,Ik heb onlangs in de familiesta
tuten gelezen, dat de oudere sieraden erfstuk
ken zyn eD al» zoodanig in de familio
moeten blgven die van lateren tijd en daar
onder do brillanteii, zjin het bijzondere eigen
dom van do overleden gravin Else. Graaf
Nicolaus kocht zo aan en juist die, meen ik,
hebben een driemaal grootere waarde dan
Jutta'a diamanten, welke bovendien veranderd
zyn.*
.Welzeker. waarom niet eigendom
van gravin Else. Gestolen heeft zy alle kost
baarheden, gestolen, zeg ik je
•U moet die beschuldiging terugnemen,
moeder, totdat het bewijs geleverd is. Ik kan
niet dulden, dat een lid van ons hnis ge
schandvlekt wordt."
(Natuurlijk, ik heb weer ongelijk. Hoor
eens, Egon, ik begin merkwaardige dingen
te vermoeden.'
wDat sfaat u volkomen vrjj, moeder, ik
wilde n alleen maar zeggen, dat ik geheel
andere zaken op het spoor ben. Ik voor
mg geloof niet meer, dat Elisabeth de dia
manten met zich medegenomen heeft, doch
n moet ik verzoeken om de verwijten tegen
een doode zoolang terug te houden totdat de
bewijzen aanwezig zgn.*
Bewgzen? Is hot ontbroken der edelge
steenten dan al geen bowys genoeg.*
Neen," antwoordde de graaf kortaf en
beslist.
Daarbg bleef het.
Gravin Stephanie zond echter een woeden
den blik naar de plaats, waar Lindis zat,
die in den strgd om het onbezoedelde aan
denken harer oud-tante oen machtigen bond
genoot verworven had en o, verraderlijk
spel van het noodlot, gravin Steplianio lachte
met alle smart dos harten de zoon kampte
tegen de moeder.
Sinds dat tooneel op het terras had Lindis
geen enkele maal verzuimd, om goregeld
haar plaats aan do graaflijke tafel in te
nemen.
Eugenie von Bietinghnff was slim genoeg
om daarvan geen notitie te nemen, gravin
Stephanie daarentegen matigde slechts met
moeite haar wrevel, zjj wierp hare boosaur-
dige pijlen behendig naar den hoek dor tafel
en vond daarin oen bijzonder genoegen.
Egon zelf heeft zich dat blok aan hot
been gebonden, ik gebruik geen consideratie,
hg moet maar hebben, wat er by staat,* ver
klaarde zg kalm.
En zg gebruikte dan ook geen consideratie,
er waren zelfs oogenblikken, waarin do ste
kelige woorden der graaflijke vrouw de bleek-
boid van 't diepst bcleedigd zjjn op Lindis'
donker gezichtje joegen en de graaf geër
gerd zich op de lip beet, doch hg zoowel
als Lindis waren machteloos tegenover deze
uitvallen, alleen verwonderde hg zich met
iederen nieuwen dag over den standvastigen
moed, waarmede zij zich op de plaats hand
haafde, die hg haar had aangewezen.
Zij week geen haarbreed. .Impertinent,*
noemde Eugenie met een voornaam neusop-
halen deze volhardendheid. En .het voortdu
rend verschijnen van de spruit des woekeraars
is een verregaande onbeschaamdheid,* be
weerde de gravin, doch beider pljjcn stieten
werkeloos af op Lindis. Er lag ieta vastbe
radens in het energieke kindergelaat, ginds
aan den .verpesten' hoek der tafeL
En al richtte graaf Egon ook maar zeidon
het woord tot haar wellicht, dat hij zich
gegeneerd gevoelde door de tegenwoordigheid
der anderen zoo wist toch zg evengoed
als de aanwezigen dit wisten, dat hij huar
met achting cn verschooning behandolde.
Gravin Uallwey hief de ontbijttafel zeer
spoedig op. Het vertrouwelijk keuvelen toch
was thans immers niet mogelijk in tegenwoor
digheid van die persoon en daarom bevrijdde
zij zich zelve on do anderen zoo spoedig als
dit maar eenigseins aanging van dun lustigen
dwang.
«Geloof me, liove Eugenie, Egon hoeft van
harte berouw ovor zyn overijlden stap,* zeido
zij met innerlijke voldoening, wanneer haar
zoon meestal zeer ontstemd en met een boos
gezicht van tafel heenging. .Hoe onsprauk-
zaam is hg geworden en hg ziet haar zelfs
geen enkele maal aan.*
En Eugenie? Zy lachte kirrend als een
duif, doch in hare groote, grijze oogen vlamde
't angstwekkend op, wanneer zy zyne schoono
gestalte met don fier gedragen kop nakeek,
die zich ook jegens haar niet vriendelijker
had betoond dan jegens de vreemde. In haar
hart mokte en knaagde bet, bemerkte zy ein
delijk, dat zij in zyne achting gedaald was
sinds die noodlottige dagen in den watertoren.
Op zekeren avond toen die drie gravin
Stephanie met haar zoon en freule von Bie-
tinghoff, nog laat op het terras zaten, was
graaf Egon plotseling stil opgestaan, was in
den gondel gestapt en had don ketting losge
maakt. Helder bescheen de maan het water.
Zoete bloemengeur on goDzende insecten
trokken door de luchtde wonderbaarlijkste
nachtegaalstommen zongen in het park en
ginds in hot prinselijke bosch hare onnavolg
bare liederen, in één woord, het was een
avond geschapen tot vertrouwelijke gesprek
ken, betuigingen en verzekeringen. .Neem
mij mede,* had Eugenie geroepen. Zy beefde
by het verlangen om met hem daar te varen
zoo alloon op bodemlooze diepten, om zich
heen niets anders dan het spiegelende nat en
hoog aan den eenzamen horael de groote ern
stige maan. De oogenblikken van het alleen
zijn waren zoo karig afgemeten en zij had
hom toch zooveel te zeggen, zooveel te ver
zoeken.
«Ik vaar naar den watertoren,* had hg
kortaf geantwoord.
.Graaf Egon toe, doe mo pluzier.'
«Geef u geen moeite, ik ga alloon." Hy
had daarbij ruw gelachen, een zonderlingo
onvriendelijke lach, gelijk hg dien in den
laaUten tyd had aangenomen, evenals kweldo
hem iets, dat hem het laatste restje blijmoe
digheid uit het hart verjoeg.
Mot forschc riemslagen roeide hy het moor
op, hare verdere verzoeken niet meer afwach
tende.
Zij stond verstomd. Dus was het dan toch
zoo. Hy kon haar niet vergeven, dat zg hem
destyds nageslopen en medegevaren was naar
den watertoren. Verachtte hy haar klein
hartigheid, hare ijverzuchtige opwellingen
Of was het wat anders Eugenie wiechte de
gedachte niet uit, maar zg balde hare hand
en sloeg haar z66 heftig tegen de steenen der
balustrade, dat de fljne vingers bloedden.
In 't prinselijk slot repten zich alle handen
voor de avondfeestelijkheid. Het park en
het meer zonden daghelder verlicht, mnziek-
kapellon langs den oover geplaatst worden
en het gohcele gezelschap, nog vermeerderd
door velen uit do residentie, zon in schilder
achtig versierde gondels een roeitocht op het
moer makeD. Een vuurwerker arbeidde met
zyn knechts aan de verlichting en beproefde
do vuurspuwende vuurpijlen, die heden den
glans van het feest verhoogen zonden. Hot
gejuagde heen- en weerdraven der getroste
lakeien kon men van uit het park van Hall-
wey gadeslaan. Wonderlijk gevormde lumpen
on lampion» hingen van de hoornen langs
don oeverrand evenals waren zg tot een kerst
versiering voorbereid.
Lindis had reeds vroeg in den morgen het
park doorwandold en de koortsachtige drukto
aan don tegenovergelegen oever gadegeslagen.
Zy was terstond na het ontbijt dezen weg
opgegaan en had thans moer tgd noodig dan
gewoonlijk voor haar tochtje, wyl zij vaak
was blijven stilstaan om to kyken naar de
drukte in hot prinselijk bosch. Op het
hoogste punt van Let hier eenigszins hellende
terrein, stond een 1 id zomerhuisje, dat graaf
Egon voor zich hau aten inrichten. Lindis
had hem daar ook v k in zien verdwynon,
den sleutel zorgvuldig ehter zich uit het slot
halend. Hjj ptudeerde daar, schreef er brie
ven of musiceerde. Want zoo vaak hy voor
geruimeu tjjd naar Hallwey kwam, werd
daarin een piano gebracht, en hg vertoefde
soms vele uren achtereen in het sierljjke ge
bouwtje. Lindis had, verscholen achter het
dichte struikgewas, vaak oen schuwen blik
naar de geopende vensters geworpen, tuascben
wier witte, kanten gordjjnen de fraaie mili
taire kop, over een boek hoen gebogen,
zichtbaar werd, of ook wel 's avonds, wan
neer de vogels in de Ukken sliepen en een
zachtere Bchcmcring in de schaduw der boo-
men heerschte, in do nabijheid geluisterd naar
de heerlijke tonen, die lijj aan 't instrument
ontlokte.
Lindis vernam plotseling schreden achter
zich en do zachte uitroep van «Juffrouw
Worner,* boreikto haar oor. Verschrikt bleef
zg staan, tot dusver was eg het zomerhuisje
steeds behoedzaam ontweken, heden echter
had zg daar niet om gedacht.
Do vensters Btondon wel opon, doch er was
niemand te bespeuren, mogelijk dat graaf
Egon het tuinhuisje verlaten had om alleen
aan den frisohen morgen on boachlucht den toe
gang te verleenen hjj placht dat meermalen te
doen, z\j had hem dan in het park gezien,
waar hg op on neer wandelde, doch bloef
duarbjj toch Btooda in de Dabjjheid van het
hnisjc. In hare oorsto ontsteltenis had t|J
gemeend, dat do uitroop van hom was uitgo-
gaun, doch zulks was ochter niot het geval,
gclyk zjj zich bjj het omwenden overtuigde.
Freule Von Biolinghofl'kwam lichtvoetig over
het grasperk aangesneld.
.Ik ben u nagospoed. Zou ik u even mo
gen ophouden
Do jonge vrouw kon zich niet herinneren,
dat liet trotscho meisje zich ooit had ver
waardigd haar aan te Bpreken, des te meer
verwondordo zjj zich nu over de lichte ver
legenheid in den toon dezer anders zoo ge
biedende stem.
(Wordt vervolgd.)