KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Helder, Texel en Wieringenm
No. 3041.
Woensdag 9 April 1902.
30sto Jaargang.
BureauSpoorstraat.
Telefoonii0. 59.
BureauSpoorstraat.
Telefoonn0. 59.
Uit het Buitenland.
Omtrent de oorlogsgebeurtenissen in Zuid-
Afrik* hebben de jongstverloopen dagen be
richten opgoleverd, die hooi wat beweging
veroorzaakt en tot vele beschouwingen en
opmerkingen, zoo in Engeland als daarbuiten,
aanleiding gegeven hebbon. Aanvankelijk waren
die berichten van particulieren aard, en kon
den, ofschoon men wol aannam, dat ze tot
werkelijke gebeurtenissen in botrekking ston
den, niet maar zoo grif worden geloofd. Door
de nieuwsbladen in Engoland zolfa ook
door regoeringsgezinde bladen werd toen
de wensch uitgedrukt, dat de regeering er
toe zou overgaan, om medetcdeelen, wat er
inderdaad was geschied, on welke omstandig
heden daarmedo gepaard waren gegaan. Op
die wijze zouden dus meende men het
best verkeerde gevolgtrekkingen voorkomen
of gowyzigd worden. In het laatst der vorige
week is, vanwege hot departement van Oor
log te Londen, aan dat verlangen voorloopig
voldoening gegeven, en ofschoon eerst later
een volledig rapport kan worden tegemoet
gezien, zjjn nu de feiten van regeeringswege
in hoofdzaak medegedeeld. Een onderzoek
heeft aan het licht gebracht aldus het
voorloopig rapport dat vijf officieren van
het Engelsche leger in Zuid-Afrika aldaar
voor oen krijgsraad hebbon terecht gestaan,
wegens in twaalf gevallen gepleegden moord
op Boeren-krjjgsgevangenen en wegens mede
plichtigheid daaraan. Twee officieren de
luitenants Handrock en Morant werden
schuldig bevonden en veroordeeld. De beide
doodvonnissen zijn bekrachtigd en voltrokken.
Deze officieren waren mede beschuldigd van
moord, gepleegd op den Duitschen zendeling
Hesse. Hoewel een sterke verdenking bestond,
dat Handrock, aangezet door Morant, de daad
had bedreven, waren do bewijzon niet vol
doende, om hem aan dat feit schuldig te
verklaren. De beide ter dood veroordeelde
officieren waren Australiërs, en uit Sydney
wordt nu te hunner verdediging aangevoerd,
dat de door hen gedoode Boeren behoorden
tot een bende treinvernielers, en Bchuldig
waren aan het verminken van het lijk van
•on Engelschen kapitein, een officier, bekend
om zijne buitengewone wreedheid. Tijdingen
ui» Australië doen uitkomen, dat de veroor
deeling der officieren aldaar een ongunstigen
indruk varwekt en aanleiding gegeven heeft,
dat een SOtal manschappen, voor Zuid-Afrika
bestemd, zijn gedeserteerd.
Behalve de beide genoomde officieren, werd
ook luitenant Witton oveneons ter dood ver
oordeeld, doch de hem toebedeelde straf werd
veranderd in levenslangen dwangarbeid, omdat
hij op bevel had gehandeld. Luitenant Pieton
werd wegens doodslag ontslagen, en majoor
Lenakan werd met een berisping naar het
land zjjner herkomst Australië terug
gezonden, omdat hij, na kennis ie hebben ge
kregen van het gebeurde, dit heeft verzwegen.
Door den minister van Oorlog wordt aan hot
voorloopig rapport toegevoegdDe schuld
der veroordeelden is boven allen twijfol ver
heven. Zü hebben tor verontschuldiging
hunner misdrijven beweerd, dat leden van
hun korps door de Boeren waren mishandeld,
doch deze bewering is door de getuigenver
klaringen niet bevestigd".
Nog steeds wordt verlangend, doch tot
hsden vruchteloos, uitgezien naar bepaalde,
stellige berichten omtrent den gang en den
waarschjjnljjken uitslag der besprekingen en
onderhandelingen, die, naar den algemeenen
wensch, er toe zonden moeten leiden, om te
komen tot herstel van den vrede in Zuid-
Afrika. Volgens ingekomen berichten, welke
échter ook wel geruchten kunnen zijn, zjjn de
leiders der Boeren Schalk Burger en
Steyn het niet geheel met elkander eens
over hetgeen als vredesvoorwaarden zal wor
den gesteld en gevraagd. Mocht dit werkeljjk
het geval zjjn, dam zou het spoedig beëindigen
van don oorlog daardoor zeker niet bevorderd
worden. In Engeland, waar men om begrijpelijke
redenen den oorlog zeer moede is, ziet men
algemeen hoopvol uit naar hut slagen der
onderhandelingen, on bewerkt men slechts
leedwezen en spjjt, dat de zoozeer gewenschte
saak naar weinig of in het geheel niet vordert.
Daar te lande meent men hot er stellig voor
te moeten houden, dat Schalk Burger, de
waarnemende President der Zuid-Afrikaansche
Republiek, voor mildere bepalingen gestemd
is, doch dat President Steyn, van den Oranje-
Vrjjstaat, veel minder of in het geheel niet
gezind is, om water in den wjjn te doen.
Ondanks de gekoesterde begeerte naar het
herstal des vredes en de verspreide geruchten
over voorgenomen of geopende onderhandelin
gen, honden de Boeren in Zuid-Afrika niet
op, om zich krachtig te handhaven. Weer
hebben z\j de Engelschen een paar geduchte
klappen gegeven. De meening, in Engeland
gekoesterd, dat de vijanden daarginds het
bjjltje er bjj zullen neerleggen, dat zjj niet
meer willen en kunnen vechten, is op die wjjze
weer duidelijk weersproken, De vertellingen
over spoedige, zeer aanstaande onderwerping,
worden door zulke sprekende feiten geheel en
al te niet gedaan, en zouden haast aanleiding
geven tot de vraagof Engeland meent door
zjjne nederlagen de Boeren tot ondorworping
te dwiDgcn. Nu de mededoelingon der Engel-
Bche regeering omtrent de jongste ontmoetingen
groot oponthoud hebben ondervonden en zeer
onvolledig zjjn, is het zoo goed als zeker, dat
er wel genn sprake kan zjjn van een neder
laag der Boeren, Zoo iets zou onmiddellijk
en mot kleuren on geuren vermeld zjjn ge
worden. Een drijfjacht werd onlangs door
de Engelschen tegon de Boeren gehoudeD,
en toen dezo succes had, bljjkcns een groot
aantal gevangenen, was Lord Kitchoner spoe
dig gereed, om hiervan mededeeling te doen,
en de regeering bleef niet in gebreke, om die
kennisgeving terstond publiek te maken. Er
word nog aan toegevoegd eeno merkbare ver
mindering van do getalsterkte der Boeren-
commando's, welke zoo ongeveer tot kleine,
oribetoekenende troepjes waren ingesmolten.
Van zulk een geringe macht dor vjjanden
hadden de Engelschen geen kwaad te vreezen.
Hieraan werd nog toegevoegd, dat de indruk,
door de overwinningen door do Engelschen
behaald, bjj de Boeren het besef zullen doen
ontstaan, dat verdere tegenstand geheel nutte
loos is, zoodat hot verlangen naar vrede toe
neemt. Herhaaldelijk is do Engelsche natie
door zulke praatjes misleid, op het dwaalspoor
gebracht en gehouden. Men vraagt zich af,
of het Engelsche volk, 't welk do scheve ver
draaide oorlogsberichten met de verzekeringen.,
der regeering zoo grif gelooft, dan toch nooit
eons wjjzer zal worden.
KIEUWSTIJUnGEl
HELDER, 8 April 1902.
Het tooneelgezelschap van Stoel en
Spree gaf Vrjjdagavond in >Casino" de
laatste voorstelling in dit seizoen. De zaal
was niet zoo goed bezet, als dit gewoon
lijk bjj dit gezelschap het geval is. Als
stuk werd gegeven het boeiende drama
Stel la, de dochter van den Staatsgevan
gene'*. Mevrouw Spree, die de titel- en
hoofdrol vervulde, was in haar volle kracht
als liefhebbend en alles opofferend kind
de heer Ten Hoonte wist, als onschuldig
veroordeelde, te boeiende heer Spree, als
Ulrich Burl, bracht nu en dan eeuige
vrooljjkheid in al de droevige tooneelen en
de overige spelers kweten zich uitstekend
van hun taak en deden hun best het stuk
goed van stapel te doen loopen, hetwelk
hun dan ook wel gelukte, afgaande op de
aandacht, waarmede het spel gevolgd en
op het applaus dat hun gebracht werd.
Helpt Elkander.
De Vereeniging .Helpt Elkander", fonds
tot oudorstouning van werklieden bjj ziekte
on overljiden, hield j.1. Zaterdag in «Tivoli"
een feestvierende vergadering ter gelegenheid
van haar 25-jarig bestaan. De zaal was goed
geruid met feestgenooten. Do Voorzitter, de
hoer P. Goudswaard, heetto allen, zoowel
leden als donateurs, harteljjk welkom od ging
vervolgengs in korte trekken na, wat de ver
eeniging in haar 25-jarig bostaan gedaan had
en constateerde, dat zjj het lot vai: velen had
verzachtzjj had den leden bjj ziekte en
verwonding geldeljjke bjjdragen uitgekeerd,
overleden leden grafwaarts gobracht en aau
weduwen hulp verleend. Daarom werd een
woord van hulde gebracht, aan do mannen, die
den 17en Maart 1877 de vereeniging hadden
opgericht. Hunne namen zjjn J. Broers, J.
Schuitemaker, H. Kerkhof, J. School, F. Isak-
son, A. v. d. Bron, D. de Vries, G. de Bruin,
R. Roerdomp, L. de Haan en P. Koinders.
Het aantal leden nam weldra too, het fonds
is nog steeds in bloei toenomende en telt
thans 209 leden, 70 donateurs en 1 donatrice.
De kas verkeert ook in goeden staat, want
zjj wees in Dec. 1.1. een bedrag aan van
ruim f 1200.Enkele jaren overtroffen de
uitgaven wel do ontvangsten, maar door den
steun der donateurs kon men toch altjjd aan
zijn verplichtingen voldoen, waarom dan ook
een woord van dank voor dien ondervonden
steun gebracht wordt. Eveneens past oen
woord van dank aan den heer Hejjblok, die
steeds zjjn uiterste best doet om donateurs te
werven. Ten slotte wensch te do President
allen een genoogeljjken feestavond en gaf de
verzekering, dat do feest-commissie al het
mogoljjke gedaan had, om deze prettig te doon
zjjn. Na deze toespraak werd door het Be
stuur en eenige dames oen welkomstlied ge
zongen en vervolgens een varioerend pro
gramma uitgevoerd, bestaande in alleraardigste,
vrooljjke voordrachten en eon tweetal toooeel-
stukjes, waardoor de lachspieren niet woinig
in beweging werden gebracht. Tot afwisse
ling klonken tusschen do verschillende num
mers de tonen van Helders Harmouiekapel
en nu en dan werden door alle aanwezigen
feestliederen aangchoven, zoodat men zich
buitengewoon amuseerde. Natuurlijk volgdo
een bal tot slot.
Nog dient vermeld te worden, dat in de
pauze eon collecto voor de uitgesloten textiel
arbeiders te Enschedé werd gehouden, die
f 11,39* opbracht.
„Oefening kweekt Kunst."
De Scherm- en Gyranastiek-Vereeniging
«Oefening kweekt Kunst" hield Zaterdagavond
1.1. in Casino" ter viering van baar 20-jarig
bestaan een foesteljjke uitvoering.
Do zusterverenigingen ,Pro Patria", «Uit
spanning door Inspanning" van hier, on ,Ly-
curgus" van Schagen verleenden daarbjj hun
welwillende medewerking.
De Voorzitter van ,0. k. K.", de heer C.
S. Jaring, opende met een toepasselijk woord
de bijeonkomst. Hjj riep een harteljjk welkom
toe aan de turnraakkers, aan de vertegen
woordigde gymnaatiek-rereonigingen, zoowel
van hier als elders, die mede wilden werken
om het te vieren feest te doen slagen, aan
het bestuur van «Volksweerbaarheid", dat zoo
krachtig de zaak der gymnastiek bevordert,
en aan de vroegero leden van «O. k. K dio
als hljjk van belangstelling van verro naar
hier zijn overgekomen; herdacht met sympathie
eenige oud-ledon, zooals De Wijn en Van der
Wal, die in don Z.-Afr. oorlog aan de zjjde
der Boeren streden on thans als krijgsgevan
genen op St. Hclena en Ceylon zjjn en knoopte
daaraan den wensch, dat deze onrechtvaardige
oorlog na niet te langen tjjd ton gunste onzer
stamverwanten mocht eindigen. Daarna
wjjdde Spr. ecnigo woorden aan 't nut van
het turnen, betoogende, dal dit veel bjjdraagt
tot bevordering van volksgezondheid en -weer
kracht, verder herinnerde hjj er aan, dat nu
20 jaren geleden door den sergeant Louw met
een aantal anderen in de Marine-cantine alhier
,0. k. K." werd opgericht en ten slotte riep
hjj de medewerking in van alle aanwezigen
tot bereiking van hot dool, dat de vereeniging
zich voorstelt.
Vervolgens voerden de heeren F. C. H.
Schlahmilch namens »Pro Patria" en A E.
Redelé, namens «Volksweerbaarheid" het
woord, om de feestvierende vereeniging te
feliciteeren met haar jubilé, daarbjj de beste
wonBchen uitsprekende voor «O. k. K." in 't
bjjzonder en voor de gymnastiek in 't algemeen.
Nadat nog medegedeeld was, dat telegram
men waren ontvangen van 't Ned. Gymnaniiek-
Vcrbond en van 't Gewestelijk Bestuur en
brieven van onderscheidene oud-turn makkers,
behelzende gelukwenscbiDgen, ging men over
tot de uitvoering van ket programma, dat
enkel gymnastieknummers bevatte. Kranig
werd er door de verschillende vereenigingen
gewerkt, het was eon edele wedstrjjd, alle
spanden hun beste krachten in om iets goeds
te laten zien en wjj zouden niet weten wien
de eerepalm toekwambjj de een bewonderden
we de orde en regelmaat, bjj de andero do
vlugheid, bjj een derde do krachtsontwikkeling.
«O. k. K." gaf fraaie staafoefeningen en een
serie paard, «P. P." werkte onvermoeid aan
brug en ladder, «Lycurgus" vormde schoono
groepen en voerde staafoefeningen uit en do
korporaals-vereeniging »U. d. I." gaf in marsch-
tenue een eigenaardig nummer, n.1. colonne
geweer, tcrwjjl het laatste nummer, keuren
boogrek, door turners van alle deelnemende
vereenigingen gegeven werd.
Het was een echt gymnastiek feest, maar
het laatste nummer was niet het slot van den
avond. Dit was een gezellig bal, dat door het
zingen van turn- on feestliederen nog opgc-
vroolijkt werd*
Uit Delfzjjl wordt gemeld, dat het
Nederlandache schip >Hillechiena Helena"
vandaar naar de haven »Het Nieuwe-
diep" zal worden gesleept, om dan naar
Petten te worden overgebracht, waar het
zal worden gesloopt. Waarschijnlijk zal
dit zijn naar Burgerbrug in de Zjjpe, ge
legen aan het Noordhollandsch kanaal,
nabij dorp Petten.
Onze voormalige plaatsgenooten, de
heeren A. Bommel en G. Bakker hebben,
na veeljarigen diensttijd, eervol ontslag
bekomen als onderwijzers der 1ste klasse
bjj het openbaar lager onderwjjs in Nederl.
Oost-Indië.
Cursus voor de hoofdacte L. 0.
In het jongstverschenen nummer van «Het
Schoolblad Courant voor Lager, Middelbaar
en Gymnasiaal Onderwjjs (Uitgave van Noord-
lioff te Groningen), komt, onder het opschrift
Vragen, beantwoord door oneen rechtsgeleer
den Adviseur', o. a. het volgende voor:
Vraag Is oen gemeenteraad bevoegd
subsidie te verleenen aan een cursus voor do
hoofdacte, door een onderwjjzorsvereoniging
opgoricht
Antwoord. Neen art 3 der wet op het
Lager Onderwjjs verbiedt uitdrukkelijk het
toekennen van subsidie door de gemeente aan
do bjjzondere inrichtingen tot opleiding van
onderwijzers.'
Onze lezers, die gewoon zjjn, de verslageu
der zittingen van den Heldorschou gemeente
raad te volgen, zullen zich hcrinnoren, dat
nog bij do behaudeling der bogrooting voor
19U2 door genoemd college een subsidie voor
gemeld doel aau een vereeniging van on
derwijzers is toegekend.
In den besctirjjringsbrief voor de dit jaar
to houden algemeen e vergadering van het
Nedorlandsch Ondcrwjjzers-Genootschap komt
o. a. voor het voorstel der afdceliog Schoon
hoven en omstreken «Het Rjjk subsidieëre
de cursussen voor de hoofdacte'.
Vrijdag heeft de inspecteur van het
geneeskundig staatstoezicht in Noord-Hol
land den vlektyphus te Zaandam als ge
ëindigd verklaard.
De oudste inwoner van Friesland, de
heer H. Pruimstra, in het dorp Jubbega,
is overleden, üjj bereikte den ouderdom
van ruim 100 jaar en 7 maanden.
Te Leerdam heeft de heer Bats
jl. Zondag zijn 102den verjaardag gevierd.
Geen zjjner zintuigen heeft hem nog ver
laten, geen ziekte die hem plaagt.
Door een koffiefirma te Amsterdam
werd een bediende uitgezonden om circa
f 1400 te ontvangen aan de Twentsche
Bank aldaar. De man was Vrijdagavond
nog niet terug met het geld. De politie
is met het geval in kennis gesteld.
Een Ontkentenis herroepen.
In de zittiDg van de strafkamer der Arr.
Rechtbank, te Amsterdam, werd Donderdag
j.1. een vonnis gewezen, dat nog al de aan
dacht trok.
't Betrof een jongeling, dio zich had schuldig
gemaakt aan verduistering van eenige klee-
dingstukken, en tegen wien deswege negen
maanden gevangenisstraf was geëischt.
Bjj zjjn eerste verhoor voor de politie had
de jongeling volledig bekend, en later, voor
don rechter van instructie, eveneensmaar
bjj de behandeling in de openbare zitting
was zjjn houding plotseling veranderd en
ontkende hjj hardnekkig.
Het vonnis der Rechtbank herinnerde aan
deze houding van beklaagdo, maar voegde er
bjj, dat deze naderhand uit de gevangonis
een brief aan de Rechtbank had gericht,
waarin hjj berouw betuigde over zjjn houding
ter openbaro zitting cn mededeelde, dat de
hem toegevoegde verdediger hem den raad
gegeven bad te ontkennen. Beklaagde had
zich daar eerst tegen verzet, maar had op
nader aandringen van zjjn advocaat toegege
ven on was er zoo too gekomen het hem ten
lsste gelegde te loochenen.
Dit overwegende, oordeeldo het vonnis, dat
bjj de behandeling van de zaak voor de
Rechtbank, tengevolge van beklaagdes houding,
niet het volle licht op do feiten govallen was
en beklaagdo daardoor ook niet in de gele
genheid was geweest aan te voeren wat tot
zjjne verontschuldiging kon strekken.
Daarom besliste de Rechtbank, dat de
behandeling van do zaak zal worden heropend,
teneinde te vernemen wat thans door beklaagde
zal worden in het midden gebracht.
Dinsdag 8 April zal nu dezo zaak worden
voortgezet.
Ingezonden.
Schets uit het marineleven.
't Is vandaag kat van de stoel jongens
zegt de sergu-schrjjver Jansen tot eon zjjner
collega's in het underofficierslogioa, aan boord
van een Hr. Ma. Schepen, terwijl hjj met
zjjn borst vooruit en de rechterhand in den
zak zjjn negentien gulden traktement van de
afgeloopen veertien dagen laat rammelen. Z'n
kameraad lacht eren on zegt »'k zou 't maar
gauw naar huis gaan brengen, getrouwde
bok", wat Jansen zich geen tweekoer laat
zeggon en zich begiut op te knappen door
eon papieren boord van vier centen om te
doeu, on met een «bonjour hoeren" 'm to
smeren.
Na aan don officier der wacht gevraagd te
hebben «of 't gepermitteerd is" en nu don
schildwacht gesulueerd te hebbon, dio netjes
voor bom in de positie gaat staan met hut
geweer bjj don voet, loopt hjj met verblijd
gezicht langs de straten en kjjkt stoelsgowjjs
eens naar de Cafó's want bjj beeft wel een
beetje trek in een potje bier, maar na nog
even in z'n zak gevoeld te hebben of er ook
een gaatje in zit, komt hjj tot bezinning en
stapt moedig door naar hnis.
Dag Va 1 Dag Va Dag Va 1 klinkt hem
al in de ooren als hjj z'n huis binnentreedt,
en na z'n vrouw en kinderen gekust to hebbon
telt hjj do negentien guldon voor z'n vrouw
nèor, die ze zuchtend opneemt en als ocd
goede huismoodor al haar «kas" begint op
te maken.
«Nu moetje toch eens zien wat er nu van
overblijft" zegt ze en als zjj alles volgens
baar berekening er van af genomen heelt wat
zjj gedurende de a.s. veertien dagen aan
huishuur enz. noodig heef:, ziet hjj nog 10
gulden op tafel liggen.
«Dkkr moeten wo met ons vjjven hot nou
maar moo stollen" zegt ze, terwijl ze met een
bonepen gezicht naar het geld kjjkt. «Is bet
mijn schuld" roept Jansen, terwjjl hjj van z'n
stoel opvliogtmaar z'n vrouw is hem voor
ou zegt «wel neen, boste vontl dat weet ik
ook wel" en weet hem direct in een goede
stemming te brengen door hom van haar
armoedje een kwarijo zakgeld te prosentoeron,
wat bjj aanstonds accepteert met de woorden
«voor pruimtabak".
«Wacht maar, zegt hy, «over een jaar of
vjjf kr\jg >k misschien het koor" vaste korps
onderofficieren en dan krjjg ik honderd galden
in 't jaar meer"maar of die toekomst van
«o*er sjjf jaar" wel veel indruk op z'n vrouw
maakt, weet hjj niet, want z'n «mop" gaat
niet erg op als kjj het zuur-zoete gezicht van
z'n vrouw ziet.
Of over vijftien jaar Marieals ik eons
gepensionneerd ben, hé wjjf dan gaan we
met ons tweeën, en de drie konjjnen (hjj
wjjst op z'n kinderen) op een dorpjo in
Gelderland wonen en dan doe ik dat niet
mcor (hjj knipt op twee vingors).
«Schei maar uit vont, ik denk al veol meer
over do Oost, waar jo wóor voor 3 jaar naar
too moet". Als jjj dan maar gozond bljjft dao
ben ik al dubbsl tevreden."
Hot gezicht van Jansen betrekt als hjj ziet
dat er waterlanders bjj z'n vrouw te voorsckjju
komen. Hjj zegt ,kom ben jo wel goed wjjf,
onkruid vergaat niet, hoor," terwjjl hjj op
zich zelf wjjst en in een gemaakte lach schiet,
want er zit 'n prop in z'n keel.
Na vier weken zien wo Jansen op 't dek van
z'n schip staan kjjken naar den wal, want do
Commandant heeft al bevel gegeven om de
trossen los te gooien terwjjl de equipage
klaar staat een driewerf «hoezee" to roepon.
Hoezee 11wordt er door allon op één na
geroepen, want Jansen kon niet. Wat 'm
scheelt weet hjj niet, maar terwjjl hjj z'n pet
afneemt om ook te joelen, ontsnapt hem een
snik en spoedt hjj zich naar z'n kantoortje
in het benedenschip, gooit de deur dicht en
begint als 'n kind te huilen.
Hij dacht op dat oogeriblik aan hot afschoid
van dieu morgen. Aan zijn vrouw, dio gerui-
rncn tjjd buiten haar zeiven bad gelegen on
waar z'n moed inspreken niols had goholpon.
En als hjj 's avonds weder In het onder-
•fiicierslogies zit, zeggen z'n kameraden «kom
zeg, wat bob ik nou met jo, jo laat jo kop
toch Diet hangen, kom zanik niet" als ze zien
dat hot huilen je nader staat als het lachen.
Maar hjj kan niet opgeruimd wezon voor en al-
li «o uitdrukking die meermalen bij bel ml mi tra
perauueel ven de marine gebruikt wordt eo waarmee d«
blijdauhap wordt weergevaren ia het huitgexio.
eer hjj wat van z'n vrouw en kinderen weel
hoe ze het maken.
«Dood"! «O God Dood"! gilt juffrouw
Jansen terwjjl zo buiten konnis valt
Twee jaar zjjn vorloopcn sedert haar man
naar Indiö vertrok, en leefde zjj maar steeds
in hrt bljjdo vooruitzicht om na verloop van
oen jaar haar bcsto vont wóor te zion.
Tot nu toe had zij zich steeds ferm gehou
den en haar man opgeruimde brieven geschreven,
ook over hun kinderen hoe voordoelig die het
maakte. Zjj heeft steeds ook van naaiwerk
gedurende dien tjjd geloefd, want bet geld
wat haar man overmaakte was niet voldoende
voor hun vieren. Maar hot bljjde vooruitzicht
van over een jaar haar man wedor te
zien, gaf baar steeds moed om niet te
morren.
En nu
Ziet eens naar die vrouwNogmaals leest
zjj den brief over, dien zjj hedenmorgen ontving
met do tijding dat haar bravo man aan de
Cholera dio gevreesde ziekte gestor
ven is.
Verwilderd staart zjj rond! zjj kan hot niet
gelooven dat haar kostwinner er niet meer
is. Maar gelukkig een vloed van tra
nen ontspringt haar oogen, waardoor zjj na
verloop van ecnigo oogonblikken in een soort
van verdooving valt.
Wat is haar vooruitzicht?
Van do algemceno liefdadigheid afhangen
en haar lichaam afsloven, wil zjj en haar
kinderen niet van gebrek omkomen.Want
do Staat ziet niot meer naar haar om, niet
tegenstaande haar man in 's laadt dienst z'n
leven liet.
Met den dood van haar echtgenoot zjjn al
hare illusiën vervlogen. Geen rustigen ouden
dag, geon profiteoron van oen pensioon, waarop
haar man, zoo hoopvol bouwde.
Neen, weduwe Jansenvoor U wordt het
thans een zwoegen on tobben van don vroe
gen morgen tot den laten avond, om een eerljjk
stuk brood te verdienen voor U zelf en voor
Uwo arme kinderen, die nog te jong zjjn om
met U hot groote verlies van bun vader te
beseffen.
De Oorlog in Zuid-Afrika.
Terwjjl de Engelsche bladen hun lezers
volstoppen met berichten, waaruit ze wel
de gevolgtrekking moeten makea dat de
Boeren niets liever zouden doen dan zich
onderwerpen, dat de aanvoerders ernstig over
den vrede beraadslagen, dat Steyn in hoogst
eigen persoou den onverzoenljjken De la
Rey is gaan opzoeken, vergasten de pein
zende, op onderwerping broeiende Boeren
hen op een paar geduchte klappen, die een
duideljjk bewjjs zjjn van hun niet meer
willen en kunnen vechten. Al die praatjes
over spoedige onderwerping enz., naast
deze twee harde feiten, doen onwillekeurig
de vraag rjjzen of Engeland soms door zgn
eigen nederlaagen de Boeren tot onderwer
ping hoopt te brengen.
Want Engelsche nederlagen zjjn beide
gevechten zeer zeker, al weten we van de
bijzonderheden zoo goed als niets, of liever
juist daarom. Als er sprake kon zgn van
een nederlaag der Boeren een groote
nederlaag ran De la Rey noemt de Daily
Telegraphe het gevecht bjj Driekuil
had men niet van Maandag tot Zaterdag
behoeven te wachten op berichten van de
gevechten.
En welke berichten dan nog
Van beide gevechten weten wjj niet veel
meer dan de Britsche verliezenbjj Driekuil
3 officieren gesneuveld, 16 gewond, 24
man gesneuveld en 136 gewondbjj
Boesuiunskop of Leeuwkop, geljjk het in
de verliezenlyst wordt genoemd t wee offi
cieren geaneveld, onder wie een majoor,
vjjf gewond, van wie vier ernstig twintig
man geeucnveld en 56 gewond. Van
het laatste gevecht weet men niet eenmaal
waar het plaats haduit de benaming
Leeuwkop zou men opmerken dat het inder
daad is geleverd bjj den Boesmanskop in
het Noordoosten van den Vrijstaat.
LONDEN, 4 Matrt. Lord Kitchener
seint uit Pretoria, dat volgens een bericht
van Walter Kitchener uit Driekuil in hot
IFiHUIIjIjZETOIISr.
De doode Millionnair,
89)
Proft en Schmelzer hadden elk hun eigen
vermoedens, maar niet het geringste bewjjs,
dat hnn het recht gaf den een of anderen
schurk als medeplichtige van Heinz Werling
in hechtenis te nemoD.
Weet, go, Schmelzer, zei Proft op
zekeren dag, toen zjj mot elkaar hot geval
bespraken, ik weet niet, hoe gjj er over
denkt, maar het komt rajj voor, dat de zaak
hoe langer hoe moeilijker te doorgronden
wordt.
Schmelzer knikte toestemmend.
Ge hebt geljjk, Proft, maar onder
ons gezegd ergona zullen wjj ten slotte
toch wel wat vinden, dat one op het spoor
brengt. Wjj werken echter elkaar niet genoeg
in de hand.
Zoo is het juist. Ge hebt nu eenmaal
soo'n gunstige meeuing omtrent dien Heinz
Worling, en daar zjjt ge niet af to brengen.
Maar ik ben overtuigd, dat hjj medeplichtig
is aan dea moord en don diefstal nog
meer dan vroeger, nadat onze chol dezen
morgen een kleine mededeeling heeft ont
vangen.
Welke mededeeling ie dat dan?
Graaf Ahlers bezat oen poli op zijn
leven tot een bedrag van vierhonderd duizend
mark die polis had hjj overgedragen aan
den bekenden geldachiotor Goldstein. Dat
Hollenberg klanten heeft geworven voor
Goldstein, weten wjj reeds lang. Wanrschjjn-
ljjk hooft hjj dus ook den graaf en meer
zulke «losee" heeren mot den graaf in kon nis
gebracht. Hot is wol mogeljjk dat de polis
is overgedragen wegens gelden, die werkelijk
geleend zjjn, maar waarschjjnljjk is het niet,
als wjj bodenken hoe oneerlijk Goldstein altjjd
zjjn klanten behandelde. Volgens rajjn inzien
is het grootste deel der verxekerinsgsom niets
dan woekerwinst, en het zal wel bljjken dat
de gezamenlijke wissels van den graaf in
handen zjjn van andere woekeraars die allon
ten volle uitbetaald zulleu worden.
Dat is alles goed eu wel, antwoordde
Schmelzer, maar toch begrjjp ik niet, waarom
Goldstein, die er tweehonderd duizend mark
bjj wint, thans Werling van den moord be
schuldigt.
Ge wilt zeker blind zjjn, Schmelzer,
want ik vind dat zeer begrjjpeljjk. Hollenberg
bracht Werling in kon nis met den graaf en
had daarbjj de bedoeling den streek uit te
voeren, maar Werling deed zjjn werk bjjzon
der slim. Hjj voldeed aan de wenschen van
zjjn vroegeren vriend uit het tuchthuis on
hielp den graaf bovendien uog naar do andero
wereld wat een winst van tweehonderd duizend
mark aanbracht, behalve eon rjjken buit aan
juweelen on andore sieraden. Hollenberg
heeft zelf aan den rechter verklaard dat hjj
Werling in aanraking bracht met den graaf,
opdat deze hem in dienst zou nomen om hum
op reis to vergezellen. De late reis die zjj samen
ondernamen, vulde hun zakken met vierhonderd
duizend mark. Dat was niet kwaad bedacht.
De diefstal zou dan als de eigen ljjk bedoelde
misdaad worden aangezien, du moord zou dan
slechts gepleegd zjjn toen de dieven op hoeter-
daad werdon betrapt, on aldus zou er geen
bezwaar gemaakt kunnen worden tegen do
uitbetaling van de polis dor levensverzekering,
immers er zou beelemaalgeen verdenking wezen.
Dat klinkt allos zeer mooi, on als ik
mjjo eigon inzichten niet had, waarvan ik mjj
nu eenmaal niet kan losmaken, zou ik zeggen
ja, zóó moot het zjjn. Dat Hollenberg eene
bedoeling had, toen hij Werling met den graaf
in kennis bracht, geef ik gaarne toe. Doch
ik zeg: als Werling aan den moord mede
plichtig was, zou hjj niet nog twee dagen ge
bleven zjjn in de woning, die bjj ons slaat
ingeschreven. Luister nu eens verder en denk
or over na allereerst vonden wjj het extra
blad, waarin do moord, op graaf Ahlers ge
pleegd, word bekend gemaakt.
Ja, dat is zoo.
Omdat extra-blad te koopen, moot hjj
op straat geweest zjjn of allorminst aan do
straatdeur.
Zeker,
Nu heb ik den man ondervraagd, die
in de Reicbeobergerstraat dat extra-blad uit
ventte. Ik heb hem een nauwkeurige beschrij
ving van Werling gegeven en daarop xeide
hjj dat hij zich zeer goed een man herinnerde
die aan mjjn besehrjjring beantwoordde en
die nit een dranksljjterjj aan de overzjjdoder
straat op hem kwam toeloopen. Op mjjn vraag,
of die man knovels droeg, aotwoordde hjj be
vestigend. Bjj navraag in die sljjterjj vernam
ik dat daar dien avond eon man was gekomen
die geheel met de besehrjjring van Werling
overeenkwamhjj scheen zeer zenuwachtig
en kocht wat cognac die hij in een fieschjo
meenam.
Zeer goed mogeljjk, zelfs zeer waar
schjjnljjk, dat hot Werling geweest is, zei
Proft kalm vermoedelijk heeft hjj laat gohad
van zijn hartkwaal en is daarom wat cognac
gaan koopon.
Goed, maar die krantenverkooper on do
juffrouw uit de sljjterjj weten beiden secuur,
dal hjj toen knevels had hjj moet die dus
afgeknipt hebben nadat hjj het extra-blad ge
kocht bad, waarin de moord werd bekend ge
maakt. Dit is voor mjj bet zekerste bewjjs,
dat WerlÏDg eerstjtocbcrcidselen voor de vlucht
maakte, nadat hjj het nieuws van den moord
had vernomen.
Ge wilt bowjjzen, dat hjj onschuldig
was, en toch wilde hjj vluchten.
Welzeker! Omdat hjj dion avond bjj
den graaf in huis was geweest, dit is
buiten twjjfelomdat hjj geld van don graaf
hoeft bekomen, en misschien zjjn er nog
veel meer redenen die wjj niet kennen, waar
om hjj zich niet kon zuiveren van de vreese-
ljjke verdenking die tegen hum moest ontstaan.
Ik bljjf er bjj, de schrik, tocQ hjj van den
moord hoorde, en daarbjj do angst hebben
bom eon beroerte op het ljjf gejaagd en zjjn
plotselingen dood veroorzaakt.
Dat laat zich wol hooren, maar er is
toch een zwak punt in, zei Proft na eenig
bedenken. Als hot werkelijk Werling is ge
weest, die de cognac gehaald en naar Unis
gobracht heeft waarom is dan de flesch
niot de kamer gevonden
Schmelzer keek bedremmeld voor zich. Zijn
ambtgenoot had geljjk, waar was die flesch
gobloven
Ge ziet, waarde vriend, vorvolgde Proft,
go zjjt op een verkeerd spoor en zult bet ten
slotte nog met mjj ccni worden. Het beste is
dat wjj elkaar zooveel mogeljjk helpen.
Wel had Proft voor de redeneeriugen van
Schmelzer slechts een ongoloovigen glimlach
overgehad, maar zoodra hjj afscheid had ge
nomen van zjjn ambtgenoot, werden zjjn ge
laatstrekken zeer ernstig.
Die geschiedenis met de cognac geeft te
denken, zei hjj bjj zichzclveo, het kan Wer
ling geweest zjjo, dio krant had hjj ook ge
kocht het is raadselachtig ik moet
eens mei de krantonverkooper en met do juf
frouw uit de sljjterjj spreken.
Dienzelfden middag ging bjj naar de woning
van Kobitz cn sprak met Gusta. Die wist
mot zekerheid te zeggen dat er geen flesch
was te vinden geweest, waarin cognac zou
geweest zjjn, noch in Werling's kamer, jnoch
in dn keuken.
Van de juffrouw in do sljjterjj vernam lijj
dat Worling volgens beschrijving kon het
geen ander geweest zjjn haastig gekomen
was om cognac te halen en gezegd had dat
hjj ze noodig had voor iemand dio ernstig on
gesteld was.
Heeft hjj de oognac meegenomen vroeg
Proft.
Ja.
En heeft bjj er hier niet van|gedronken
Noen, dat weet ik precies. Hier is het
geld zei hy en liep weg.
De juffrouw liet hem een fioschje zion zoo
als dio waarin oen bepaalde kleino hoovoel-
heid cognac gewoonljjk verkocht wordt. Hot
etiket droeg den naam van den distillatour
Frans Rommel'.
Proft kocht het floscbjo. Hoe meer hjj over
dezo oogenschjjnljjk onbeduidende nevenom
standigheid nadacht, hoe raadselachtiger de
zaak voor hem werd.
Waar was de flesch gebleven, daar Wer
ling toch op zjjn kamer gebleven was?
Hiervoor is slecht eéne verklaring, sprak
hjj bjj zichzelven, terwjjl hjj in gepeins ver
zonken op straat bloof staan. In den nacht,
toen bjj stierf, moet er iemand bjj hem ge
weest zjjo en de cognacflusch meegenomen
hebben.
HOOFDSTUK XXXV.
Een vrouw met bleek gelaat, midden in
do dertig, mot vlasbond haar, stapte uit een
wagon derde klasse.
Zjj kwam van verre, had den goheelen
nacht en do helft van den vorjgen dag in
den_ troin gereisd on zag er nu zeer vor-
mooid uit.
Zjj groep haar handkoffertje, stapte uit en
kook xoekend rond onder de vele meusohen
dio op het perron waren om vrienden of
bloodverwanten te verwelkomen. De opslag
van haar grooto, donkerblauwe oogen deed
denken aan het ljjden eener martelareshaar
vragende, zwervende blik boezemde onwille
keurig muduljjden in.
Nadat de vreemdelinge zich had overtuigd
dat do door haar vewachte persoon er niet
was, ging zjj naar het bagagekantoor. Hier
moest zjj lang wachtenioder wilde cent ge
holpen worden, on bjj ervaring wijtenden
witkielen dat liodon «van haar soort* geen
ruimo fooien govon, alzoo maakten de mannen
piot veel haast om haar bagage af to leveren.
Zjj droeg een donkere japon van goedkoopste
slof en haar handschoenen waren versleten.
Toen er niet voel menschen bjj de bagage
stonden, wocs zjj op een kleinen eenvoudige»
koffer.
Zoudt go mjj dien koffer willen [geven
vroeg zjj.
Dezen
Dien ernaast, met rajjn naam Tborese
Loraine.
Met die bagage in haar hand, dacht zjj een
oogonblik na, waar zjj zou heengaan, toon
haastig een man van do straat kwam, zoekend
rondkeek cn daarna vlug op haar toetrad.
(Wordt vervolgd^