MUZIEK. IIKUHNTIJIHIUI:». HELDER, 26 September 1902. Ons bericht omtrent de oproeping van sollicitanten, naar de betrekking van adsistent en amanuensis bjj het »diepzee- onderzoek", was zeer onvolledig. Hieronder volgt nu het officieel bericht, zooals het in de Staats-Courant voorkomt De .minister vau waterstaat brengt ter kennis van belanghebbenden, dat aan het binnenkort te den Helder te stichten Rijks instituut voor het onderzoek der zee te vervullen zullen zjjn, ^oorloopig voor den tijd van drie jaren 1. de betrekking van adsistent voor het chemisch-physisch oceanographisch deel van het onderzoek 2. die van tweede-adsisteut voor het biologisch deel van het onderzoek 3. die van amanuensis voor chemisch- physisch deel van hot onderzoek. Aan eerstgenoemde betrekking is eene jaarwedde verbonden van f 1800, aan de tweede eene van f 1200 en aan de derde eene van f 700. Zij die voor een dezer betrekkingen in aanmerking wenschen te komen, gelieven zich vóór 1 October a. s. bjj gezegeld adres te wendeu tot den wetenschappelgken adviseur in visscherjjzaken te den Helder, onder opgave van naam, woonplaats, leef tijd en bijzonderheden omtrent opleiding en tegeuwoordigen werkkring, Texel, 25 Sept. De fancy-fair, alhier gehouden ten bate van de beide bewaarscholen, heeft aan ontvangsten gegeven f 974,87, waarvan een netto bedrag overblijft van f 607,26 of voor ieder bestuur f 303,63. Maandag j.1. strandde in de Eierlandsche Gronden de jjzeren gaifelschoener Johanne" komende van Hamburg en bestemd naar Portsmouth. Visscherlieden, die op de Vliehors werk zaam waren, brachten een anker uit, een gedeelte der lading, uit soda bestaande, werd over boord geworpen en een gedeelte in schuiten overgeladen, zoodat het schip des avonds weder in vlot water kwam. Vau de sleepboot Hercules" werd geene hulp verlangd. Minister van Koloniën. De Staatscourant" bevat de raededeeling dat tot minister van koloniën is beioemd de heer A. W. F. Idenburg, lid der Tweede Kamer, zijnde de miuister van oorlog, de gep. luitenant-generaal Bergansius, eervol ontheven van het interimair beheer van het departement. In verband hiermede is de heer Idenburg op zjjn verzoek eervol ontslagen uit den militairen dienst als kapitein bij den gene- ralen staf van het Indische leger op nonac tiviteit. De Tweede Kamer beraadslaagde j.1. Dinsdag over het ont- werp-adres van antwoord op de Troonrede. Bij de behandeling van dit ontwerp trad voor het eerst sedert de terugkomst van zgn reis naar en door Oost-Indie als spreker op de heer van Kol, die uit eigen aanschouwing een sombere schets gaf van den toestand op Java. Hg verzekerde, dat daar gebrek heerscht, dat velen er voeding en kleeding missen. Spreker schreef dien toestand toe niet geheel aan wanoogst, zooals het in de troonrede luidde, doch aan wanbeheer, slechte regeling, veroverings-oorlogen, enz. Z. i. ligt de schuld aan de Nederlandsche regeering en aan de Volksvertegenwoor diging. Nederland is, volgens spreker, verplicht, krachtdadig hulp te verleenen. Dat doet de regeering dus werd door den minister van Binnenlandsche Zaken verzekerd zg heeft in de residentie Semarang ruim 2 millioen, in Kedoe meer dan 240.000 gulden en in de andere streken tienduizenden guldens in 't belang der noodlijdenden ten koste gelegd. Het adres is zonder wijziging aangenomen, en door eene Commissie, met den voorzitter aan 't hoofd, der Koningin aangeboden. Aan den heer ter Laan is verlof verleend, om op eeu nader te bepalen dag den minister van Binnenlandsche Zaken te in- terpelleeren over het feit, dat bg het begin van den cursus der R. H. B. Scholen verschillende leerlingen, die voldoende examen hadden afgelegd, en in 't bezit waren van een bewgs van onvermogen van den burgemeester, niet zgn toegelaten, in strijd met de gewoonte der laatste jaren. In de namiddag-zitting heeft de Kamer de Beroepswet aangenomen. Vervolgens werd vastgesteld, dat de suppletoire begrooting voor den aanbouw van een pantserschip en het wetsontwerp tot aanvulling der Arbeidswet op 30 dezer in behandeling zullen komen. Bg de discussie over de regeling der werkzaamheden werd het verlangen uitgesproken naar kennisneming van het rapport der Commissie omtrent de organisatie van het machine-kamer- personeel. Valsch kassiersbriefje. De Rechtbank te Amsterdam veroor deelde de beide jeugdige kassiersbedienden, die terecht stonden ter zake dat zg een valsch kasbrriefje tot ruim f26.000 hadden gemaakt en bg een kassierskantoor daar ter stede ter betaling hadden aangeboden, tot gevangenisstraf van 9 maanden. De cholera. De cholera grijpt te Batavia langzaam maar gestadig meer en meer om zich heen, lezen wij in het Bat. N. bid. van 24 Aug. Woensdag kwamen vijftien gevallen voor waarvan 13 met doodelijken afloopDon derdag 6 gevallen, alle doodelgk en gisteren werden 17 personen aangetast van wie 8 stierven. Ook op Magelang, bekend als gezond, moet de cholera vreeseljjk huishouden en reeds veel slachtoffers hebben gemaakt. Verscheidene Europeesche inwoners die het doen kunnen, hebben de plaats verlaten. De cholera heerscht in Malang, naar men van daar aan het Soer. Hbl. schrjjft, op verontrustende mate. De heer en mevr. R. zgn er aan overleden, mejuffrouw S. is met die ziekte naar het hospitaal gebracht. Ook onder de militairen zgn verscheiden sterfgevallen voorgekomen. Uit de Indische begrooting. De begrooting van inkomsten en uitga ven voor Nederl. Ost-Indië voor den dienst1 van 1903 is in de vorige week bg de Tweede| Kamer der Staten-Generaal inge diend. Daarin wordt o.a. voorgesteld, gelden uittetrekken voor eene uitbreiding van het Marine-établissement te Soerabaja, en voor den aanleg eener drinkwaterleiding aldaar, 't Voorstel wordt gedaan tot voortzetting van den stoomtramweg op de Noord- en Oostkust van Atjeh De bouw wordt voor gesteld van de kustbatterijen op Poelo-Wé, een punt, dat hoogst belangrijk is voor het wereldverkeer, dat meer en meer de aandacht trekt als kolenstation, en dat versterking behoeft om, in geval van oorlog tusschen bevrieude mogendheden, onze onzijdigheid te kunnen handhaven. De vorstelijke gift. LONDEN, 25 Sept. De schenker van de honderdduizend dollars, die Bothu ont ving door bemiddeling van Arnold White was Henry Phipps van de Carnegie Steel Trust. Bij het schenken dezer gift hoopte Phipps, dat thans de vrede zou gekomen zijn en alle oneenigheid begraven zou wezen, en dat niets zou gedaan worden wat vjjandig is tegen Engeland. Hg wenschte dat het bedrag zou worden be heerd door Botha en De La Rey en een derde. Generaal Botha zeide, de gift aanne mende dat hij niet aarzelde te verzekeren, dat het geld geheel voor liefdadige doel einden zou worden besteed, en volstrekt niet zou worden gebruikt op een wijze die vjjandig tegenover Engeland zou kunuen zijn. In overeenstemming met het denkbeeld van Phipps stelde Botha voor, dat Innes, de opperrechter van Transvaal sir Richard Solomon, de attorney general van Transvaal of sir H. J. Gould Adams, luitenant-gouverneur van den Oranje- Vrjjstaat. Bol ha voegde daaraan toe: Ik sloot vrede in den volsteu zin des woords, mijn eenig doel is thans mijn landgenooten bjj te staan in hun ellende. De heer Phipps zeide dat de gift alleen bestemd was voor weduwen en kinderen. Frans Rosier. Voor de Rechtbank te Haarlem stond gisteren terecht de beruchte Franciscus Hendricu8 Rosier, 28 jaar, van beroep smid, zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande, thans gedetineerd te Haarlem, »ter zake dat: lig in den voormiddag van 8 October 1901 tusschen 10 en 11 uur te Haarlem, zich heeft begeven naar de woning van Anna van der Nes, weduwe Gerrit van Dregt, Nieuwstraat 3 boven, en na te zgn binnen gelaten in de voor kamer dier woning uit zgn zakken heeft te voorschijn gehaald en op die weduwe heeft gericht gehouden met dreigend ge baar een revolver en een dolk of dolkmes, en dat hg alstoen door aan gemelde weduwe te zeggen, dat hij honderd guldon van haar moest hebben, waarmede hg gered zoude zgn, en door daaraan toe te voegen, de bedreiging dat als zij het geld niet gaf en leven maakte, hg baar dood zou schieten of althans dat zij niet levend vau de kamer zoude komen, al kostte hem dit ook zgn leven (houdende hij haar daarbij de revol ver voor het aangezicht om te laten zien, dat dit wapen met scherpe patronen was geladen) en dat als bg na zgn vertrek vernam, dat zg toch over het gebeurde had gesproken (bg stilzwijgen harerzijds zou hij haar het geld binnen enkele weken terug geven) hg op haar leven zoude loopen of haar 13-jarig zoontje Nicolaas Johannes zoude oplichten, haar, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordeelen, heeft gedwongen om te voorschjjn te halen en aan hem af- of over te geven, twee bankbiljetten, ieder van f40 en een zak inhoudende zilvergeld tot een bedrag van f 57 50, een en ander toebehoorende aan meergemelde weduwe, althans aan een ander dan aan hem beklaagde, van welke gelden hjj beklaagde een bedrag van f 135 heeft tot zich genomen en zich toegeëigend, alles na binnen de laatste 5 jaren aan dit voorafgegaan gevangenisstraf beiu opgelegd wegens diefstal" onder verzwarende om standigheden, geheel te hebben ondergaan." Als eerste getuige wordt de wed. v. Dregt gehoord, die pertinent verklaart de beklaagde te herkennen. Ook een der buren herkent beklaagde en nog twee andere getuigen leggen bezwarende getuigenissen at. Rosier bljjft echter ontkennen. Reeds 11 jaar bracht hg in de gevangenis door. De eisch is 12 jaar gevangenisstraf. Uitspraak over 8 dagen. Zondagavond heeft er op St Vincent plotseling een hevige vulkanische uit barsting plaats gehad. Het kabelschip Newington, dat zich op acht kilometer vau de kust bevond, moest zoo spoedig mogeljjk het ruime sop kiezen, het scheelde weinig of het schip was in brand geraakt door den regen van gloeiende stoffen. De werkzaamheden tot herstel van den gebroken kabel zgn gestaakt. Het heet, dat er twee pogingen zgn ge daan om den keizerljjken trein, waarmede de Tsaar van Koersk terugkeerde, te laten verongelukken. Op twee plaatsen waren de rails weggenomen. Den eersten keer bemerkte de machinist hetop de tweede plaa's vloog de nood-express uit het spoor. De Tsaar is heelhuids teruggekeerd. In«ozonaon. Vreemdelingenverkeer. Er bestaat to dezer pluatso, zoo 'k meen reeds sinds eon jaar of twaalf, eene Voree- niging tot verfraaiing der gemoente en ter bevordering van haar bloei, onder den naam Helder's belang*. Sedert haar stiebtingheeft zij in onderscheidene opzichten nattig voor deze gemeente gewerkt. Er kan echter meer worden gedaan, en wellicht zou eene aanslui ting bjj eldors gevestigde Voreenigingon mot overeenkomstig dool zoor aantobevelon zgn. .Helders belang" is eene Voreeniging, dio overeenkomt met de in vele andere plaatsen brsta&Ldo Voreenigingon tot bevordering van het VreemdclingonveAeer. Dio vereenigingen vormon een Bond, welke 38 plaatseljjko af- decliDgen en p.m. 8000 leden telt. Op 7 dezer hield deze Bond zgn zeide jaarlijk9che. alge- meeno vergadering te Middelburg, tegeljjk met de viering van hot tienjarig bestaan van do aangesloten plaatselijke Voreoniging aldaar. Vanwege don Bond wordt oon vouwkaart van Nederland verspreid, waarvan do inscriptie in do Nederl. taal on ook in do moderne talen is vervat, 't Plan bestaat, om in't vervolg oon orgaan van don Bond uittegoven en te ver spreiden, en 't is zoo goed als zeker, dat con algemeen informatie-bureau voor ons goboelc land te Amsterdam zal worden gevestigd. Wellicht dat do aansluiting van onzo plaat seljjko Vereeniging bjj don Neder)andschon Bond in 't belang was van de plaats onzor inwoning. Eon geringe en minkostbaro wgzi ging der Statuten zou daartoe alloen voreischt worden. De Voreeniging, 't Koggeschip" to Amsterdam heeft zich op de algemeene ver gadering te Middelburg bjj don Bond aange sloten, en daardoor 't voorbeeld gegeven van medowerking tot eendrachtig streven. Ook to Haarlem ou te Alkmaar bestaan afdeelingen; .Helders belang* vindt daarin misschien voorbeelden ter navolgiug. Helder, 20 Sopt. 1902. X. KaartlegsterNu dan, op den dag van uw begrafenis! Heldersche Moppen. Heer: En wannoer zal dat zgn KaartlegsterDat mag ik u niet zeggen. HeorHier is nog oen gulden dien geef ik u, als gjj bet mjj zegt Wij achten ons gelukkig uitvoering to kun nen gevcu aan oen voornemen, botwelk in den kring ^nzer lezers ongetwijfeld mot grooto belangstelling zal wonion begroet. Als P HE MIE voor de abonnós op onze Courant stellen wo verkrijgbaar do MUZIKALE BLOEMLEZING", eene uitgave eenig in den lande. Zii zal verschjjnen twcomaal per maand, elke aflevering zal bestaan in vier pagina'*, belang wekkende lectuur, bevevens Twaair jroot folio pagina's Muziek. bevattende 4 a 6 Muziekstukkon van compo nisten van beteekenis. Do rauziokstukkon worden gokozon uit de beste, veelal nieuwe composities, van eersto componisten uit binnon- en buitonland. Door eon rijke afwisseling van classieke en moderne muziek, ernstige on geesteljjko molc- diën, van stuk kon voor piano on voor zang met pianobegeleiding in vorscheidonhcid van stijl en schrijfwijze, zal het blad zoowel be vredigen don middelmatigcn beoefenaar dor muziek als hen die hooger eischen stellen. Elke aflevering zal inhouden eone be spreking op welke wfjzode bij elk Num mer beboorende muziekstukken boboo ren te worden gespeold, hoe do door den componist in muzieknoten neergeschreven ge dachten moet worden vertolkt. Bovendien beschouwingen over do Leer der Harmonie, tal van wetenswaardigheden on muzikaal nieuws. Aldus zal het blad zijn eon orgaan, dat den beoefenaar der muziek tot vraag baak, tot trouwe gids dient. Tegen betaling van slechts 80 ots, por drie maanden, ontvangt men Zes afleveringen te zamen 25 a 35 Muziekstukken bevattende. Elk muziekstuk kost dus slechts 2 ots. Nog nimmer werd muziek van eerste compo nisten. zóó uitmuntend bewerkt en met zorg uitgevoerd, tegen zulk een ongekend lagen prijs aangeboden. Aan onze abonuds, bjj wie onze courant per bod>» wordt bozorgd, zonden wjj een proef exemplaar gratis tor booordeeling. Wegens de hoogo portokosten kunnen wjj goon Ex. doen toekomen aan al onzo post-abonnds. Zjj, die con Ex. wonscbon to ontvangen, znlien wjj hetzelve op nanvrago gratis toezenden Deze aanbieding is wourljjk een p r a c h- t i g e p r o in i o voor do lezers van onze cou rant die, wjj twjjfelen er niet aan, allen daarvan willen gebruik maken en ons het onder staande intcekenbiljet ten spoodigste ingevuld zullen teruglenden. DE UITGEVERS. INSCHRIJVINGSBIIJET. De ondergetekende verlangt bij zijne courant geregelde toezending ran „MUZIKALE BLOEMLEZING", tweemaal per maand verte/lijnende tegen den prijt van 60 Cts per drie maanden (franco per post 85 cts.) Naam Woo.vpi.aat8 FEUILLETON. .Stayton smeekte zjj klagend, en die enkele uitroep was genoeg om hem tot het besef te brengen, dat er nog iets anders en iets beters was, hetwelk aanspraak op zjjne liefde en zorgen bad, dan zjjn schip. «Er is niets meer aan to doen, kapitein*, zei de stuurman golaten, toen do gezagvoerder zich in de barkas liet noervieren. Stayton spande zich in om zjjn govoel te onderdrukken. Het verlies van zjjn schip smartte hem zeer. Hjj stak zjjn stuurman de hand toe en sprak«wjj hebben gedaan wat wjj konden, stunrman, meer vermochten wjj niet*. Toen gaf bjj last om de vanglgn nog wat te vieren en niet los to gooien voor hjj het gebood. .Als wjj straks heengaan, kapitein*, zei de opperstuurman, .mogen wjj wol allerocrst eens gaan zooken naar Btuurman Anton en jnffrouw Jane. Ik geloof dat er niet eens eon riem in do giek aanwezig was*. «Stellig gaan wjj ben met den dag on- middelijk zoeken on wjj zullen hen wol vinden ook, waut er is geen missen op of zjj zitten recht beneden wind vun ons.' Lijdeljjk werd no bjj het brandende schip de wacht gehouden, oven alsof men waakte aan de sponde cener zieke wiens uiteinde ieder oogenblik kan worden tegemoet gezien. De giek, met het joDgo paar er in, was door don wind reeds een paar mjjlen afgedreven. De lekkage der boot was nu niet bjjzonder groot meer. Bljjkbaar waren de openingen grootendoels dicht gotrokkon. Van don brand was, na het neervallen der brandende masten, woinig meer uit het bootje te zien dan de gloed, die de lucht over een grootore kring verholderdo. ,Als men ons nu maar terugvindt*, eprak J»nc bezorgd. ,Ben je bang, Jare?« „Ik vrees niets in uwe nabjjbeid.* «Mag ik hot or voor houden, dat gjj gaarno bg mij zjjt ,YVat zou daar tegen zjjn?* «Er zal dan ook zeker wel niets tegen zjjn, als ik n op dit oogenblik onder vier oogen verzeker hoe innig lief ik u heb, Jane. Zie, zou mjj leed doen wanneer gjj soms dacht, dat ik misbruik van den toestand maakte waarin zeer toevallige omstandigheden ons hebben gebracht. Meent gjj dit soms, spreek dan slechts een eükcl woord en ik zal zwjjgen. Had onlangs bot dochtertje van kapitein Stayton ons niet gestoord in ons prettig onder houd, zeer stellig zou ik u dan de groote vraag hebben gedaan, die over mjjn wel of mjjn wee moet beschikken. Jane zat daar nog zwjjgend op dezelfde plaats achter in de sloep, ten prooi aan aller lei gedachten en droomde onwillekeurig van een heerljjk verschiet. Haar helderblauw oogenpaar straalde van een zaligen gloed, terwjjl zjj trouwhartig in de bruine kjjkers van Anton staardo, voor zooveel het maanlicht dit tocliot, Slechts een oogwenk bad zjj 't gewaagd zoo do oogen op to slaan, toen richtte zjj zo naar om laag on staardo naar den duisteren bodem der boot. Haar zwjjgen, dat meer zei dan de wel sprekendste woorden, moedigde de jonge stuur man aan. .Lieve Jane*, ving hjj weer aan, .ge weet wat ik voor n gevoel, wat ik van hoop en hoe ik u bemin. O, maak mjj gelnkkig door aw lot aan het mjjno te verbinden. Zeg, wilt go?' Hjj had hare hand gogropon en zjj dood geen poging om zo te bevrjjden. Weer fluisterde hjjJane, o zeg dan dat gjj mjj wilt toebohooren, dat gjj mijne bruid wilt zjjn. Schenk mjj het onuitsprekelijke voor recht u gelukkig te mogen maken. Ik bid u, spreek.' «Anton*, hernam zjj op zochten toon on met iets onvast in hare stem, «vraag mjj dit alles wanneer gjj mjj tot mjjne mooder geleid zult hobboD. Ik beloof n plechtig, dat ik tot zoolaDg nooit iom»Dd anders hart of hand zal schenken*. Ik dank u Jane, ik dank n uit don grond mjjns harton." Thans was bjj gerustgesteld en wist genoeg. Was zjjn stontsten wensch dan ook niot ge heel vervuld geworden, toch moest hjj het erkennen, dat de wjjze waarop het meisje zjjn misschien wat onbescheiden vraag had beantwoord, van evenveel verstand als van rein gemoed getuigde. In Anton's oog steeg daardoor nog hare waardo. .Jane*, vroeg hjj weer, «wilt go niot be proeven wat to gann slapen Heeft de tocht u niet vermooid en hebt ge geen last van den koelen nachtwind «Als gjj maar geen last hebt Anton, met znlke natte kleederen. Ik hoop dat go er maar geen ziekto door op den hals znlt' halen .Wees niot bezorgd voor mjj, liovo Jane. Straks als de dag aanbreekt, zal ik beproeven of wjj niet een weioig kunnen zeilen. De barkas zal ons dan des te eerder opmerkeo en n in voiligheid te zien, zal mjj volkomen gerust stollen.' «Gjj spreekt van zeilen on er is niets in de boot». ,Daar weet ik wol raad op, als 't eerst maar dag is«. Toen do zon eindeljjk weer in 't oosten uit de golven opdook, was er noch van het schip, noch van do barkas iets te zien, hoe Anton ook rondkeek. Hg brak een der latten uit de boot, be- vcstigdo daar zoo good en zoo kwaad 'tging zjjn jasje aan en maakte dit met een oind van don vangljjn vast. Toen nam hjj het beuntjo achter uit do giek en beproefde dit als roer te bezigen. Do boot kon nu halfwind zeilen en maakte over stuurboord liggende aan aardig vaartje. Anton rekende er op, dat de barkas wel voor den wind zou komen zeilen en hij stellig dat vaartnigje zon moeten zien, als hjj met de giek bleef kruisen. Bjj 't atjjgen der zon leed echter het paar 7eer door den dorst, llot smartte Anton boven mate, dat hg niets kon doen om zjjne geliefde gezellin eonigo lafenis te bezorgen. Even voor bet aanbreken van den dag was het lot van do .Benbraok* benlist geworden. Wat door het vuur gespaard was gebleven, wenl door het wator ten ondergang gebracht. Nadat hot prachtige vaartuig tot nagenoeg op do waterljjn was afgebrand, begonnen de golfjes or in to spoelen en na korten tjjd zonk het onderschip luid sissend in de diepte weg. Het zeil werd op de barkas geheechen on voor don wind ging het recht op Saigon aan, dat men in drie of vier etmalen hoopte to bereiken. Had Anton geen zeil geheschen, dan zou de barkas vermoodeljjk de giek hebben gezien. Nu word bjj niets van do boot gewaar en hoopte de gezagvoerder dat reeds een of aodor schip do zwervers zou hebben opgenomen. HOOFDSTUK XVII. REDDIKG EX Scheiding. Hoo de jongo stuurman ook langs don om trok tuurde, nergens werd zjjn blik gewaar wat naar eon barkas of ander vaartuig geleek. Fel straalde do zon on schoot haro stralen loodrecht op do kleine boot, dio daar op de wjjde wateren zwierf. Anton poogde maar steeds zjjne geliefde te bemoedigen en hoop in to boezemen. »'t Zou oen wonder zjjn, Jane* sprak hjj als wjj niet werden opgemerkt. Bjjna allo schepen die naar Japan, China on Lucon gaan of nit eene der havenB van die streken komen, moeten bier p&ssoeron. 't Zou dus een wonder zjjn als men ons nog voor de avond aanbrak niot ontdekte on opnam. 't Doet me maar zooveel leed, dat ik voor u niets te drinken en to eten heb.' .0, bekommer u over mjj niet te veel, Anton, ik denk 't wel minstens even lang uit te houden als gjj, hernam het moedige meisje. Inmiddels werd in den namiddag de barkas gezien door het Spaansche barschip .Dolores*, dat met eene lading tabak en sigaren van Manilla kwam, met bestemming naar Buenos- Ayres. De Spanjaard nam do Engelschen bereid willig op en toondo zich aanstonds dienst vaardig met hen aan to bieden bon zoo nabjj Saigen to brengen, dut men 't land in het gezicht bad en dus bot overige van don tocht zonder bezwaar per barkas kon ondernomen. Toen hg echter van kapiten Stayton ver nam, dal or °ok nog oon kleino sloep rond dreef, bemand met den tweeden stuurman ©n de kindermeid, zoo althans een ander schip 't tweetal niet had opgenomen, bood de Span jaard grootmoedig aan ccn etmaal to kruisen, teneinde naar de vonnisten te zoeken. Dit aanbod word even dankbaar aangenomen als hot welwillend was gedaan. Ofschoon de zon reeds do westerkimmo na- dorde, werden terstond do schuoten aangehaald cn scherp bjj de wind gestuurd. 'lao ging het den gchcvlen nacht door, ter wjjl van tjjd vau tjjd oen flambouw wenl ont stoken om do aandacht te trekken, alhoewel men vooruit wist, dat do personen in de giek toch niet in staat waren het sein te beant woorden. Niet lang nadat do Spaansche bark do schepelingen met do Engolscbu barkas had opgenomen, zag ook Anton, dio in zjjn bootjo vjjf a zes mjjlen zuid-oostoljjker zat in de Chincesche zee, ook een zeil. Hij wuifde uit al zjjn macht met een klec- dingstuk om de aandacht te trekken, terwjjl Jane onophoudelijk haar zakdoek zwaaide. Vol hoop werd de nadering van het vreemde schip verbeid. Toch vervulde tegeljjk oen gevoel van vrees Anton's borst. .AIb 't nu maar een EngeLchman of een Nederlander is", dacht de jongo stuurman, «dan komt alles wol in 0>-do, doch met ceno andere natie dienen wjj dit nog af te wachten. Weldra bleek bot hem, dat bet vreemde schip een bark was. dio bljjkbaar tlirk zeilde. Onophoudelijk wuifde het paar het naderend schip tegemoet. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1902 | | pagina 5