KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
Het kwade geweten.
voor Helder, Texel, WIerIngen en Anna Paulownam
32ste Jaargang.
No. 3307.
Woensdag 26 October 1904.
Bureau: Spoorstraat.
Telef. 59.
Bureau: Koningstr. 29.
Iaterc.-Telef. 50.
Abonnement
Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct., fr.p. post 75 ct., Boitenl. f 1.25
j i Zondagsblad 37' 45 0.75
11 Modeblad 55 80 0.90
I Mnzik. Bloemlezing »>»60»»»»85» 0.90
Voor 't Buitenland bjj vooruitbetaling.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
UitgeversBSRKHOUT Co., te Helder.
Bureau i Spoorstraat.
Aavertontlön
van 1 tot 4 regels.25 Cent.
Klke regel meer6
4 geplaatst, 1 maal gratis. Bewjjs-ezemplaar 21/, Ct.
Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur mui het Bureau bezorgd zijn.
Indische Fenkrassen.
Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden.
82.
•Generaal van Hontsz benoemd tot Gou
verneur Generaal!" Dit bericht uit Holland
heeft blijdschup verwekt, allerwego in Indië.
Het komt one zoo voor, dat er nu veel, heel
veel anders gaat worden. Do ambtenaren van
het laat-maar-waaien-systeem, en er zjjn
cr zoo enkeion do mannon van den ungst
voor soesab en de schrijvers der geflatteerde
rapporten, zjjn natuurljjk niet in hun schik
O neen 1 het is hun maar al te goed
bekend, hoe de ijzeren veldoverste van Atjeh
■teeds sans pitió was voor de non-valeurs,
voor de gemakcuchtigen, voor de z.g. bootaf-
houderaAan mooie praatjes en lange p pie
ren vertoogen heelt de generaal gloeiend 't
land, daden wil hg zien en resultaten en ik
geloof wel te mogen voorspellen, dat er erg
•paansch zal worden hnis gehouden onder de
mannen van negatieve waarde onder de
bureaucrates satisfaits. Aan persoonlijke be
langetjes van mjjnheer X of Y heeft de zeer
zeker niet gemakkelijke Excellentie zich
nimmer gestoord, hg' denkt uitsluitend aan dc
algemeeno zaak, die hg en zijne onderge
schikten hebben te dienen, te dienen met lijf
en met ziel, zonder meerWat zullen do
prjjzen der luierstoelen nu dalen, ze worden
nog te geefl
Nederlandsch-Indië treedt een nieuwe pbase
in, een phase van aanpakken, een phasc van
initiatief
Hulde daarom aan de rogeering in Neder
land, die 't met onzen modernon Daondels
flinkweg heeft durven wagen.
Leve de nieuwe Landvoogd!
Het past ons hier ook 'n woord van eer
biedige waardeering tc wijden aan den straks
vertrekkenden Gouverneur-Generaal, die, dat
weten we allen in Indië, ha»d, zeer hard
gewerkt heeft en in de eerste plaats zjjn
groote militaire kennis gaf om Java meer
verdedigbaar te maken.
Excellentie Rooseboom was een man, die
het goede wilde, doch al dadeljjk voor de
groote moeiljjkheid stond, dat hg een out sider
was in Indische zaken. Hg heeft gedaan wat
hg kon, hg arbeidde over dag, hy werkte vaak
'•nachts, en dat er hier zoo ontzettend veel
te verbeteren valt is zeker r.iet aan Zjjne
Excellentie to wjjten.
Wjj wensclien den aftredenden Gouverneur-
Generaal een behouden terugkomst in het
Vaderland, welverdiende rust in 't vorstelijk
's-Gravenhage ofeen zotcl in het
„Hoogerhuis.*
Er gaat een edel man ons Java verlaten
•Tante Post,* zoo noemen we hier onzen
Turkschen pardon ik bedoel Indischcn
Post- en Telegraafdienst, heeft zeker in de
eerste plaats eens 'n ferme verbetering noodig 1
De oude juffer is al heel erg langzaam on
lui uitgevallen, schandelijk duur in 't gebruik
eu Oost-Indisch doof voor klachten.
Brieven, couranten en tijdschriften aan haar
,zorg* toevertrouwd, komen o zoo dikwjjls
niet terecht. Zjj houdt er dan ook zelfs wel
brievenbestellers op na 't is bcuach waar,
al klinkt 't een beetje onwaarschijnlijk
die nog geen A van een B kunnen onder
scheiden er. die 't Europeesche publiek be
leefd om hulp verzoeken bg do bezorging
van 'n poststuk I In plaats van netto, goed
onderwezen, liefst Hollandsck sprekende jonge-
lni, op 'n behoorlijk tractement van veertig
gulden 's maan da aan te stellen, behelpt de
oude dame zich met ongeschoolde koelie's,
snffe kerels op 'n koopie. Op die manier
■njjdt het mes van twee kanten, denkt de
oeconomische mamsel, de uitgaven zjjn weinig
en 't publiek begint er zoo langzamerhand
toe te komen om maar net als 't Gouverne
ment, alle brieven en stukken, i\ raison van
10 cent, aan te teekenen of ook wel door
niet-frankeeren tot bezorging, doch tevens do
geadresseerden tot duur strafport te dwingen.
Ook ken ik menschen, zelfs minvermogen
de Inlanders, die bjj do ontvangst van eiken
brief 2'/j cent fooi aan don besteller geven,
een reden voor zoo'n man dus, om de minder
stheutigen voortaan nog slechter to bedienen.
Op do Post- en Telegraafkantoren overal
gebrek aan personeel, gevolg, dat de enkele
dames en hoeren die er al 't werk doen,
afschuwelijk worden afgebeuld en prikkelbaar
du9, ja soms onbeschoft doen togen het publick,
vooral logen het niet-Europeesche.
Een staaltje uit velen
Een pas te Semarang gearriveerd Majoor
kom', in burgerkleeren aan hot Postkantoor.
Hij wilde een postwissel verzenden en begon
nu mot heel geduldig to wachten voor het
loketje, omdat do commies juist druk bezig
was met invullen van een register. Toen die
ambtenaar eindelijk klaar was, giDg hij met
een collega een boom op zetten, misschien
over dienstzaken. De Majoor kuchte eens,
schraapte zjjn keel, geen resultaat
Eindelijk waagde het onze bescheiden hoofd
officier „in politiek* om wat meer ongeduldig
te vragen „Meneer, word ik nu eindcljjk
eeDS geholpen, ja of neen?*
Een erg minachtende blik van den ,amb
tenaar' naar den particulier', geen antwoord
echter
Majoor boos, begint nu uit een ander
vaatje te tappen, zegt dat het een schandaal
is, dreigt met den „chef'.
Zeker van diens stenn echter lacht de
onbeschaamde hoonend„doe wat u niet
laten kunt
Majoor woedend naar den Postdirecteur,
maakt er zich bekend, vertelt het voorgeval
lene en krjjgt tot bescheid, ja raad eens
't Spjjt me erg Majoor, dat het gebeurd is,
ik zal er dien mgnbeer ernstig over onder
houden, maar waarom hebt u zich ook
niet dadeljjk bekend gemaakt 1 Dan natuur
lijk wus zoo iets nooit voorgorallon
Ik zou bonderden gevallen kunnen mede-
deeleu over do onbehoorlijke wijze, waarop
do particulier sadja* (een particulier maar!)
door de ambtenaren bjj do verschillende
takken van dienst wordt behandeld. Ik zou
wel een jaar lang Pcnkrassen kunnen schrij
ven over die lieve «Tante Post,* alleen over
hare tarieven enz. enz.
Een ander staaltje
U moet weten Nederlanders, dat er b.v.
aan hot Post en Telegraafkantoor te Bandocng
dón, zegge óón Inl. klerk belast is met den
toesteldicnst (telegrafie) en tevens met de
behandeling der postquitanties, eene behan
deling die in Indië al heel onderwetsch, om
slachtig en dom is 1
Reeds in November 1903 heb ik den wd.
Hoofd inspecteur van Post- en Telegraafdienst
geschreven dat de rBintang Hindia* een
groot kantoor to Bandoong ging oprichten,
dat volgens don Chef daar, 't personeel veel
te zwak was, om de meerdoro werkzaamhodon
te verrichten, dat ik zjjn Hoogedelgestrenge
daarom zeer beleefd in overweging gaf mocr-
dere klerken in dienst te stellen, enz. enz.
Ik kreeg natuurljjk geen antwoord.
Antwoorden doen zulke booge menschen
hier in Indië ons particulieren niet. Verbeeld
je zoo iets, een particulier antwoorden Enfin,
soedah, 's Lands wjjs, 's Lands oerMaar
wat erger is, de gevraagde vermeerdering
van personeel bleef ook uit en nu brengen
de duizenden postquitanties voor abonné's
BiDtang Hindia* van het le kwartaal bet
gehcolo Post- en Telegraafkantoor Bandoong
op stelten, vooral ook omdat vele andere
belanghebbenden door die ongewone drukte
niet kunnnen geholpen worden. En toch is
nu pas ongeveer de helft van die qnitanties
verzonden, terwijl de verzonding van hot 2o
kwartaal alweer voor de dour staat 1
Toen de gepensionneerde Majoor Tuinen-
burg. Directeur van het kantoor «Bintang
Hindia,* dien Hoofdambtenaar eens dringend
schreef en dreigde met don directeur B.O.W.,
toen kreeg Zjjn Hoogedelgestrenge waarachtig
een antwoord, nu al zes weken geleden, en
wel, dat er overwogen zou worden, wat er
in dezen zal moeten geschieden.*
Intusschen vind ik en zeker velen met
mjj, .zes weken overwegen* wel wat kras.
Op Atjeh krjjgt men bjj heel wat moeilijker
kwestie's zooveel tjjdniet! Van den jongsten
sergeant wordt daar besluitvaardigheid ge
ei'cht, ook in oogenblikkon van dreigend
levensgevaar en mist hjj die, dan weg met
do strepen
En nu genoeg over onze „Tante Post,* we
hopen liarteljjk, dat ze, onder 't régime van
straks, haar leven beteren zal en meer zal
gaan geljjkcn op hare zuster in Patria 1
Mangkoe Negara de beheerscher van het
Rjjk is de titel van een te Soerakarta geves-
tigden .Prins, die van don Soesoehoenan ge
heel onafhankelijk is, ook een soort Kraton
hier op Solo heeft, een eigon gebied bestuurt
en tegen eene bepaalde jaarljjksche vergoeding
do verplichting heeft om troepen, het z.g.
Legioen, bestaande uit Infanterie en Cavalerie,
ten dienste van het Gouvernement, te onder
houden. Ik schreef over dat Legioen reeds
vroeger uit Sindanglaja. Toen betreurde ik
't, dat do Boldaatjes van Mangkoe Negara
en ook de Barisan van Madoera met 't oude
Boaumont geweer bewapend waren, thans kan
ik met bljjdschap constateeron, dat juist dezer
dagen die Inlandscho Hulpkorpsen hetleger-
apuitje, de Manlicher, ontvingen. Eene groote
verbetering das 1
Pangoron Adipati Ario Mangkoe Negara
VI is Kolonel Commandant van dat Legioen,
dat onder adelljjke officieren, familieleden van
den Prins, geheel op Europeesche wijze is
ingericht, gekleed en geoefend. Alleen dragen
allen een zwart blauwen hoofddoek. De Kapitein
G. K. Djjkstra is met do instructie van hel
Bataljon Infanterie on do 1ste Luitenant P.
Sorgdrager met die van hot Escadron Cavalerie
belast. Beide officieren verzekerden mjj, dat
het Legioen, wat discipline en gevechtsvaar
digheid betreft, zich gerust met elk korps van
het Leger meten kan en dut ook do Inland-
sche officieren zeer goed voldeden. Ik heb
voor mjjn persoon een uitstekende indruk
van het vlotte Legioen gekregen.
De Majoor-Commandant der Infanterie
Pangeran Ario Djojokisworo, een broeder
van den «ünufhankcljjken Prins* cn ook de
Ritmeester Radben Mas Pandji Socmod&rmoko
die 25 jaar den lande als officier dient,
hebben er don wind onder en ik bogrjjp nog
niet, dat het Gouvernement, met zoo'n kranig
Legioen als inodel, al niet lang over geheel
Java dcrgeljjke Inlandscho Iinlpkorpsen heeft
doen organisccron.
Ik heb verschillends onderofficieren cn min
deren van Mangkoe Negara gesproken en allen
zijn wat trotsch op hun tjjdeljjken dienstplicht.
De Kolonel Pangeran Adipati Ario Mangkoe
Negara VI is een prettig aangenaam mensch,
hjj spreekt heel verstandig, verstaat wel geen
Uollandsch, doch is zeer wostorsch in zjjn
optreden. Zijn dalem of Kraton ziet er keurig
uit en is zeer goed onderhouden.
De Prins is een uitstekend financier ook.
Toen hjj aan 't bestuur kwam was de geldkist
leeg en drukte een groote schuldenlast bet
Vorstoljjko Huis; thans is door zuinig cn
practisch beheer dien toestand geheel ver
anderd en de Pangetar dubbel en dwars
millionnair.
Lt. Clockkner Brocsson. b. d.
Solo.
Nieuwstijdingen.
HELDER, 25 October 1904
De ïnuziekvereeniging Crescendo"
af deeling der Maatschappij voor Toonkunst
had het loffeljjk idee opgevat om de
operette Woudkoningin nog eens op te
voeren en wel voor een liefdadig doel.
Vrijdagavond gaf zjj gevolg aan dat voor
nemen en ging de Woudkoningin voor een
volle zaal. Uit het applaus, dat telkenmale
weerklonk, kon men opmaken dat de toe
schouwers zich wel amuseerden.
Mr. P. J. Troelstra in „Casino".
J.l. Zaterdagavond werd in „Casino* door
do afd. Helder van de S. D. A. P. een open
bare vergadering gehouden, waar Mr. P. J.
Troelstra als spreker optrad ter behandeling
vt'. het onderwerp „De politiek der tegen
woordige regcoring in verband met de debatten
over de troonrede'.
Vóór do vergaderzaal had zich een mili
taire patrouille gestationeerd, om militairen
to beletten de ver«raderiDg bg te wonen. De
rnime zaal was evenwel dicht bezet.
Nadat de Voorzitter, de heer P. F. N®vr,
de vergadering had geopend en daarbjj zjjn
tevredenheid over de opkomst had te kennen
gegeven, de sterke politiemacht, die aanwezig
was, afkeurde en bet wegbljjven van den
heer Staalman laakte, verkreeg de heer Troel
atra het woord. Deze begon rnet to wjjzen op
de hoog gespannen verwachtingen, die men
had toen in 1901 de christelijke regcoring
zegevierde. Dr. Knijper en do zjjnen zouden
behartigen do christelijke- en de sociale be
langen on zij zouden zich daarbjj in hun sociaal
en democratisch streven van do andere par
tijen onderscheiden, als staande op den wortel
des gcloofs. Thans na 3 jaren is men zeker
wel gerechtigd een oordcel uil to spreken
over do gekoesterde verwachtingen en na te
gaan of zjj verwezenlijkt zjjn. In dit laatste
jaar toch kan niet veel meer tot stand gebracht
worden, als men in aanmerking neemt, dat
de begroolingsdebatten den tjjd tot Februari
in beslag nemen cn in Mei de Tweede Kamer
naar huis gaat.
Toen Dr. Kuijper, die steeds had beweerd
dat een liberale regeer ng voor ons land
noodlottig was en scherpe critiek op haar had
nitgeoefend, in Dec. 1901 zjjn program als
regeeringspersoon ontvouwde, spitsten velen
do ooren. Doch er bleef weinig van de ver
schrikkingen der liberalen over, want hjj
verklaarde voort to zullen bouwen op de
grondslagen van ons christelijk volksleven.
Verbazing wekte het toen dc premier op een
vraag van Mr. Tjjdeman of de vrjje school
nu werd ingevoerd, antwoorddegeen sprake
vanw(j zullen in dezelfde ljjn voortgaan,
liet gaat goed zoo. De oud-liberaal, do heer
Mees, verklaarde zelfs, dat het ministerie in
verscheidene opzichten zjjn vertrouwen bezat
en hjj met haar wilde samenwerken ton op
zichte van hel kiesrecht cn de arbeidswet
geving. Toen Dr. Kujjper herinnerd werd aan
hetgeen hjj in 1891 geschreven had over
socialen arbeid en democratie, zcidc hjj, dat
hjj van die ondo plunje niets meer wilde weten
en verwees ze naar de prullomand. Dnidcljjk
bleek, dat h'i in bjjna alle opzichten het
tegenovergestelde deed van wat hjj had ge-
leeraard, cn wat onder christelijke beginselen
is to verslaan, weten we na 3 jaren nog niet
dat is ook niet to verwonderen, want do
bjjbcl bevat geen voorschriften voor politiek.
Ten opzichto van de ontbinding der le Kamer,
toen zjj de Hooger onderwijs-wet verwierp
handelde Dr. Kujjper geheel in strjjd met het
anli-rovolutionair beginsel. Hjj bracht liet
koningschap in gedrang on mankte er een
marionet van, afhankelijk van den wil der
kiezers. Nog nooit hebben wij een minister
gehad die handelde als hjj die politieke reizen
maakt en de Koningin op den achtergrond
stelt. - Hjj dineert, luncht en viert feest aan
Europeesche boven en laat zich door pers-
muskieten interviewen.
In 1902 zouden do chriateljjko beginselen
vertoond worden De minister van Justitie
diende een wet op het strafrecht in en wel
een op het militaire strafrecht. Deze had de
liberale regeering laten liggen en een liberaal
professor werd uitgenoodigd dit ontwerp te
verdedigen. Bjj de gemeentewet kwam
eet ige koeren de eedskwestie ter sprake,
waarbij bleek dat do anti-revolutionairen ver
schillende opvattingen hadden over den eed.
Het hoofdpunt van actie der anti-revolu
tionaire partjj, de vrjjmakiog van het bjjzon-
der onderwjjs, komt niet aan de orde. Wel
is een wetsontwerp ingediend, waarbjj bepaald
wordt dat do minimum-traktementen drr bij
zondere onderwjjzers uit de staatskas zullen
betaald worden, hetgeen 3 millioen zal vor
deren, doch de gelden daarvoor ontbreken,
evenals de som benoodigd voor pensioenen van
oude arbeiders. Om deze te krjjgen, moeten
de invoerrechten verhoogd worden en daarom
is een slechte en onvolledige toegelichte tarief-
wet ingediend, die dit zittingsjaar niet behan
deld kan worden, cn daarom een kluifje wordt
voor do verkiezing van 1905. evenals de onder
wijswet en bet pensioen voor oude werklieden.
En wat heeft minister Kuyper wél gedaan
Een wet op het Hooger onderwjjs tot stand
gebracht, ten voordeele van zjjn vrjje univer
siteit. Maar de groote massa van het volk
heeft daar niets aan. Zoodoende bljjft er
weinig van de christelyko beginselen over.
En toch wordt gezegd, dat de christelijke
regeering de zedelijke vraagstukken voorop
zet. Maar toen verleden jaar in N. Brabant
schandelijke oplichtergen plaats hadden door
groote dieven als baronnen en graven ton
nadeele van kleine, njjvero burgers, zouden
door de christelijke partyen van al die schur
kerijen niets gezegd zjjn, als spreker het niet
gedaan had. Bjj hot adres-debat hoeft men
eveneens de xcdcljjke diepte van deze regeering
kunnen bewonderen. Toen Van Kol wees op
de moordtooneelen van kolonel Van Daalen
do Gajoe- en Bataklanden, waar 2s35
dooden zjjn gemaakt, waaronder 1007 vrouwen
en kinderen, antwoordde do zachtaardige
christen, Dr. Kuyper, dat dio bloedige tooneeUm
op hem geen indruk maakten.
De zedeljjkheid van onzo Christoljjko ro
geering in de practjjk bljjkt verder uit de
drankwet, waarvan do beste bepalingen nog
afgestemd zouden zjjn. indien niet 6-maal
do onchristelijke socialisten de regeoring ge
steund hadden. Aan dio slecht in mekaar
zittende wet is 2 maanden van den tjjd ver
knoeid. Dan kan men nog wjjzen op de
indiening van de wet tot afschaffing der Ssats-
loterij in het jaar nul.
Hierna behandeldo spreker den socialen
kant van het tegenwoordig ministerie en ving
aan met er op te wjjzen, dat van een goede
sociale politiek geen sprake kan zjjn, indien
hot volk in al zgn geledingen niet aan de
regeering kan deelnemen. Daarvoor is algemeen
kiesrecht noodzakeljjk, of volgens Dr. Kuyper
algem. huismans-kiesrecht. Maar door do tot
standkoming van de regeerings-coalitie is hot
kiesrecht-vraagstuk op den achtergrond ge
schoven, tot voordeel van hot conservatisme,
tot nadeel van de democratie. Evenwel is niet
alles van bot kiesrecht to verwachten. De
arbeiders moeten zich in vakbonden vereoni-
gen en een regcoring, die werkeljjk do arbei
ders wil helpen, moet gelegenheid geven, dat
deze zich zoo ruim mogeljjk kun* on ontwik
kelen. Spreker wees daarna op do vakorga
nisatie van het spoorwegpersoneel en wees
er op, hoe deze 13 jaren lang door do directie
cn regeering genegeerd werd, tot dat op 31
Jan. 1903 een staking van enkele uren uitbrak.
In den breede besprak hjj daarna do gevolgen
daarvan, de indiening dor stakingswetten en do
Aprilstaking daarbjj den nadruk er opleggende
dat min. Knyper geen gevoel heelt, een kracht
mensch is, een bulhond, dio zit bjj de brandkast.
Er is door hem een nieuwe polithk inge
voerd, die do machtsvormeerdrring van het volk
inoot tegODgaan. Indo le plaats is hjj oen vjjand
van de soc. dem. en volgt do tactiek van
Bismarck. Maar hel zal hem niet gelukken
die beweging den nekslag te geven, zjj groeit
steeds tegen do verdrukking in.
Met do rogeering van dr. Kuyper is een
tjjdperk van reactie ingeluid on deze uit zich
in het ontslag van ambtonaren, zooals dat
van Lindeman en van Kiippetcin. Bjj dit
laatste ontslag deed het kleine potentaatje,
bet zioleknjjpcrtje, do christeu-democruat
Staalman zich als een waardig leerling van
Kujjper kennen. De reactie oufent dwang op
andersdenkenden, kweekt liuichelarjj en bevoor
recht met het schenken van baantjes en be
trekkingen ieder, dio zich vroom voordoet.
Die rcaclio is op militair gebied nog erger
en ten hewjjzo daarvan kan men wjjzen op
bot ontslag van het hoofdbestuur van don
Malrozenbond. De minister zegt zoolang de
personen te zullen ontslaan, als zjj onder
leiding zjjn van de soc.dem. Maar spreker
verklaart nadrukkeljjk, dat er niet de minste
vooling bestaat tusschen den Matrozenbond
en de S.D.A.P., hoewel hjj niet ontkent, dat
onder zgn leden ook soc.-dein. zjjn. Zoolang
men niet in den geest van den oud-kolonel
Van Rossum handelt, en de autoriteiten geen
acht geven op de grieven en klachten der
matrozen, zal men den bond niet kunnen
weren. Spreker, hoewel zelf anti-militairist,
meent evenwel dat do matrozenbond nooit
een anti-militaire vereeniging mag zjjn. Daarom
geeft hjj den matrozen den raad Wecst
voorzichtig, houdt n strikt ien dc grenzen
der vakvoreeniging, vermjjdt 's don schjjn
anti militair te zjjn, zorgt cr jr, dat men
u niet kan vorwjjten de tucht te ondcrmjjncn.
De soc.-dom. staan tegenover den bond als te
genover iedere andere vakvoreeniging en staan
zon noodig voor hunne belangen op de bres.
De heer Staalman daarentegen maakt zich
schuldig aan een groote fout. Hjj heeft de
beweging opgewekt door de superieuren aau
tc vallon cn voor de matrozen op te komen.
Nu er ook soc. dem. dit deden; kon hjj dit
niet velen en mgnbeer Staalman, wiens
Extra Tijding* op de oorlogsschepen ver
boden werd, poseerde als modestander van
den minister. Maar is het waar, vraagt spreker,
wat do lieer Staalman in de Kamer beweerde,
dat "/j, van de bevolking van Helder ver
ontwaardigd was over hetgeen de soc.-dom.
doen ten opzichte van den matrozenbond Ook
in andere opzichten is de tweeledige houding van
den beor Staalman af te keuren. Hjj verwekt
oerst een agitatie, is de zaak aan het rollen
dun is hjj bang voor do conBokwontie en trekt
zich terug. Dit ziet men bjj de christen
democraten en ban landdag.
Hierna behandelde spreker in 't kort nog
het ingediende arbeidscontract, de voorgestelde
bclastingvcrhoogingon, de meerdere druk dor
militaire uitgaven, om ton slotto een oordeel
uit to sproken over do tegenwoordige regeering.
Dit was zeer ongunstig en noemde haar een
ramp voor ons land, omdat zjj den onzaligen
strjjd tusschen clericaal en anti clericaal doet
ontbranden en zjj zicli tot ocnig doel stelt de
vernietiging van het roode spook, hetgeen
neerkomt op den stijjd tegen den vooruitgang.
Spreker ziet met genoegen de regcering in
deze handen, want dit heeft ten gevolgeden
groei en bloei dor sociaal democratie.
Van do gelegenheid tot debat maakten .'ge
bruik do hoeren Groot, H. Noot Sr. en J.
de Vries.
De eerste debater was onbegrjjpoljjk, zoodat
de vergadering toestemde hem het woord le
ontnemen. De tweede vroeg Wat er nog
voor Jezus overbloef nu Dr. Kuyper 700 kerken
onder zjjn beheer heett, waarop de inleider
geen antwoord kon geven. Do derde
slingerdo Mr. Troelstra eenige beschuldigingen
cn verdachtmakingen naar liet hoofd en vor-
kl&arde zich als christen-dom. geheel homo
geen met den hoor Staalman. Uitvoerig
diende do heer Troelstra dun laatstou spreker
van repliek en keurde het gemodder van den
lieer Staalman ten sterkste af.
Hierna werd de vergadering, dio om half
acht was begonnen, om 12 nar gesloten.
Uit het Buitenland.
De Vrjjdag is, tooals wg reeds berichtten,
door de Fransche Kamer aangewezen als do
dag waarop de interpellaties sullen worden
behandeld. Verleden Vrjjdag waren aan de
orde do vragen tot het ministerie over zjjn
politiek ten opzichte van het Vaticaan.
In antwoord op die vragen protesteerde
minister Combea tegen de inmenging van den
Heiligon Stoel in do binnenlandsche aan
gelegenheden van Frankrjjk. lljj beweerde
dat do l'aus feiteljjk het concordaat schond,
omdat hjj den bisschop van Lava! vervolgde.
In hem vervolgde do Pans de ondorwerping
aan de rogeering en de wot en dat mocht de
rogeering niet toolatcn. Daarom riep zjj haar
gezant terug. De geestelijkheid treedt vjjandig
tegenover de republiek opdut kon de rogeering
niet langer dulden. Minister Combea crilisecrde
verder den Syllabus en 't leerstuk van do
onfeilbaarheid des Pausen. Met een macht
gevormd als dio van den l'aus was niet te
onderhandelen. De oppositio liet zich niot on
betuigd. De heer liibot zeido dat een land
als Frankrjjk zich niet kon ontdoen van de
befrekkingen met het Vaticaan. Hgu.-ando
de meerderheid ernstig aan to overwegen
wat de gevolgen zouden zjjn. De afgevaardige
Dcscbaoel verklaarde dat hjj nooit zjjn ver
trouwen zou schenken aan een rogeering die
begon met een breuk te maken. Minister
Combee stelde daarop de kwestie van ver
trouwen en sloot zich aan bjj een motie van
den afgevaardigde Martin luidende„Do kamer
keurt do vc.' laringen der rogeering goed ea
verwerpt elke toevoeging'. Deze motie werd
aangenomen met 325 tegen 237 stemmen
cono vrjj groote meerderheid voor de regeering
dus. De prioriteit voor een voorstel Hnbbard
waarin de regeering word uitgenoodigd het
initiatief te nemen voor bet indienen van een
ootwerp betreffende scheiding van Kerk en
FEUILLETON.
14.)
Het jonge geslacht, dat zich eenvoudig,
thccreu von Knee* noemde, bloeide in bet
deftige huis, dat het voor zich liet bouwen
aan de groote populierenlaan do oade stam,
dio op het slot troonde, was aan het verdor
ren. En het was graaf Hans, die don grootsten
dronk kreeg uit den beker vol familieleed.
Het was ten tjjdo van den vrijheidsoorlog in
1813, toen de lentestormen geheel Duitschland
en alle Duilache harten in beroering brachten.
Toen had do landsheer een standenvergade
ring bijeengeroepen, om als bondgenoot van
Napoleon hulp voor den keizer te vragen.
De heeren hadden daar niet veel togen in
te brongenor werd zoo iets gesproken over
de trouwe aanhankelijkheid der ridders, van
den dank der steden, van bondgenootschap
pelijke trouw en een enkele had het gewaagd
schuchter het Continentaal stelsel te noemen.
Toen was graaf Hans von Knco opgestaan,
die daags te voren meerderjarig was gewor
den een jonkmam van oen on twintig jaar
met glinsterende oogen onder het lichtblonde
haar. Hij bad niet lang gesproken, nauwelijks
tien minuten van 's konings oproeping
ten strgde en van de geestdrift ginder in
Pruisen en hjj eindigde met te zeggen, (lat hjj
eene regcering niet kon begrjjpen, dio eene
politiek volgde, waartegen binnen weinige
preken geheel Europa zich sou verzette**
Daarover was groote drukte in de vergade
ring ontstaan en toen had graaf Hans genoeg
gehoord om te begrijpen, dat hjj hier niet
langer veilig was. Hjj had een langdurig
onderhoud met zjjn administrateur, Jurgen
Thorbeeken en stak vervolgens in de duisternis
van den nacht de ElBe over, om deel te
nemen aan den grooten vrijheidsoorlog. En
do laatste dor zandgraven was niot terug
gekeerd.
i, v toren stond er echter nog en keek
neder in de zandgroeve, in de marsch, op
het groote huis van den voormaligen admini
strateur en op do woeste baren, die tegen
den djjk sloegen
Gertrude von Knee, do laatste uit het ge
slacht dat hier gewoond had, liet peinzend
huur blikken over de marsch dwalen en over
het deftigo grjjze gebouw, dat daarginds
stond, omringd door vele schuren en kleine
boerenwoningen. Daar had haar grootvader
gewoond en ginds, waar de baren rolden,
duar had graai Hans met den wilgenstok in
de hand gestaan als een vluchteling, als
iemand zonder vaderland en van de
boot had hjj nog naar den toren opgezien,
Maar oom hoe kwam do ge-
beele bezitting behalve de bouwval iz
handen van Thorbeeken, den administrateur?*
„Jo grootvader verkocht hem do bezitting
voor twintig duizend thalorhet land was
in dien tijd spotgoedkoop. Nu is het tienmaal
zooveel waard.*
Maar hoe kwam de administrateur in
dien tjjd van armoede in het bezit van zulk
een groote som geld
De invalido haalde de schouders op.
„Dat bljjft een raadsel; maar ik heb met
eigen oogen den koopbrief gezien, en je
I grootvader heeft, zooals hjj eigenhandig schrjjll,
♦'vinlïg duizend thaler in v'd
betaald gekregen.*
Gertrude trad naar het Romeinscho boog
venster en keek in do diepte. Daar stonden
omstreeks veertig wagenshet rinkelen van
kettingen, het knallen der zweepen en ver
warde uitroepen troffen haar oor. Zjj was
bleek geworden. Plotseling scheen het, of zjj
bemerkt werd, cn juist wilde zjj zich terug-
trekkon, toen ru'wo woorden als van een
beschonken man haar in do ooren klonken
op dutzelfde oogenblik herkende zjj Thorbee
ken, dio riep
Het is gevaarljjk daarboven, zandgravin 1
Binnen korten tjjd stort alles naar beneden,
in de diepte.*
Gertrude giDg van het venster weg en keek
haar oom met vlammende oogen aan. «Hoort
ge, oom, dat waagt hjj!* En zjjn herhaalde
de bclccdigende woorden.
Ik heb het altjjd gezegd,zei Vos toornig,
hjj zul niet ruston, voordat de toren in het
Witte Knee ligt.'
Met beklemd hart nam het gezelschap
zwjjgend den terugtocht aanalle lust tot
verdere onderzoekingen van den bouwval
waren geweken. Vos trok met een harden
slag do deur ia het slot.
Toen zjj van hot duio afgedaald cn aan
het kruispunt van de laan en dei straatweg
waren gekomen, keek Franke nieuwsgierig
den straatweg langs.
ik wou zoo gaarne, dat iemand ons zag,
zei ze.
In de bocht van den straatweg kwamen
verscheidene daglooners uit Westdorf aan
stappen. Zjj hadden zeisen en houweelcn op
den rug. Onder hen was de oude Nuttelman,
die zijn levon lang bjj Thorbeeken of op de
akkers van het heerenhuis had gewerkt.
U ziet er wczenljjk goed uit, mjjnheer!* den ruk aan den halster, trok ticW»n «o mejuffrouw Muller den straatweg af en reed
Ik geloof, dat ik weer beter word, galoppeerde de laan op. j het plein van het huis. op. Christiaan Möller
Nuttelman!* Domme hals,* riop Vos met streng golaat, mende zelf; mot do donkerkleurige parasol
Kjjk die rogge eens, mjjnheer, die staat maar met een sehalkschen blik, .dat veulen in do hand zat zjjn moeder naast hem.
er niet slecht bjj. De haver is wat dan, zal alleen zjjn moeder wel vindenGa maar Toen het rjjtuig bjj de meisjes stil hield,
daar moet mest bjj. U moet ook eens hot aan je werk tred Gertrude naar voren en was zoo vrien-
erf rondgaan om te zien, waar de mest De jongen wierp nog een langen blik op j dolyk de juffrouw te helpen uitstappen. Da
ligt, on of de knechts aan bet werk zjjn cn Gertrude, toon vloog hjj terug den tuin in, kleine dame was daarbjj zeer spraakzaam,
if do paarden glad zjjn. U moet eens overal waar hjj in groote ontsteltenis zoo luid moge-
laar kjjken het is zeer noodig, mjjnheer!* ljjk riep: »Kr ia een wonder gebeurd, mjjn-
De invalide goroelde zich een beetje (linker lieer is gezond geworden De Zandgravin
«::l j:- _..j:u- 1 ift i.
dan gowoonljjkdie eenvoudige, practieche
woorden deden hem goed, en daarbjj kwam
hot bewustzjjn, dat hjj in den kring van
cerljjko, eenvoudige menschen was.
,Nu* zei hg. „Ik zal komen, Nuttelman....
ik zal eens gaan kjjken. Hoe gaat he' dan
andera met Hinze?'
Nuttelman haalde de schouders op, zoodat
het haardjjzer hard legen de zeia sloeg.
Ik zal slechts óón ding zeggen. Onze
lieve Hoer heelt de menschen geschapon
en ook katuilen een grooten hoop kat
uilen En een daarvan nu, dat kan
ik wel zeggen die is in den afgeloopen
nacht naar Hamburg gevlogen. En nu wil
Thorbeeken ook naar Hamburg, dezen avond
Gertrude voelde, hoe de arm van den
invalide zenuwachtig trok.
tZoo,' zeidu hjj langzaam, met hcesche
stem ,gaat Thorbeeken ook?* Daarop
knikte hjj den lieden met half neergeslagen
oogen toeVos en Nuttelman namen met
een blik afscheid van elkaar.
Toen het kleine gezelschap bet inrjjhtk
van den tnin voorbijkwam, tred er een tuin
jongen met een veulen aan de hand, juist
naar buiten. i*«.'naor I »Jr
heeft mjjnheer gezond gemaakt!'
Mjjnheer von Kocc hoorde het en keerde
zich langzaam om. Allen waren van hun werk
goloopen, tuinjongens, knechts en meiden, en
ze laahten vrooljjk en knikten. De invalide
knikte eveneons en wilde ook lachen, maar
hjj kon niet.
Hg keerde het gelaat van hen af en
weende.
Zjj verheugden zich allen slechts op óón
gelaat in huis waa angst te Iozcd. Vrouw
Siemens stond nog meer gebakt dan anders
voor den haardtelkens streek ze met de
magere hand langs haar haar en mompelde
met bevende lippen: „Wal zal er nu van hem
worden
Op dienzelfden tjjd draafden de (linke
paarden van Thorbeeken naar de stad. Hjj
wilde nog dezen dag met Hinze een samen
komst hebben te Hamburg. Van het uitstapjo
van den invalide vernam hg evenmin iets,
als van den veranderden toestand in het
hoerenhuis.
HOOFDSTUK VII.
Laat on» ^en..i"Wóróri.*
vereert zoo wat alle vrouwen maar
Hoe gaat het met je papa, Frauko
Frauke's gelaat strsaldo van vreugde, ter-
wjjl zjj antwoordde.TanteTante 1 Hjj ia
met ons naar den bonwval geweest!'
Frauke! Kind!' riep de juffrouw verheugd
uiL „Is het waar?' En Gertrude herhaalde
malen de hand drukkende, zeido zjj tot deze:
Dat hebt gjj weten gedaan te krjjgen!'
Weet Hinze, dat mjjnheer von Knee de
kamer vcrlaton beeft?*
vDie heeft er zelfs geen zwak vermoeden
van Sedert gisteren ia hjj op reis en morgen
komt hjj terug
Wat zal hjj er van schrikken!' sprak ds
dame met een knik, die hare voldoening
moest uitdrukken, terwjjl zjj in haar ruischende,
zwart zïden japon met kleine stapjes zich
naar do kamer van den heer von Knee begaf.
Frauke bleet in het voorportaal. Waarom?.
Hjj Christiaan Müller moest hier laogs
komen, elk oogenblik kon hjj verschijnen.
Daar zjj altjjd iets te doen moest hebben,
ving rjj do jonge kat, die op de trapleuning
zat cn haar beeld zag afgespiegeld op den
geel koperen bal aan het eind van de leuning.
Vervolgens riep zjj haar gludharigen vriend
Bob, die slaperig in de open huisdeur lag.
l I* lag nog
net was pikdonker, de herfstwind huil-
ikaers van uni iieurenuuia nau gewcrai. n*»r iiuiwii. i "v -V.vrouwen maar ae cn
„Wel, wel, hoe is het m*j*,.n,aa' I ginds schjjnt hjj de taak ernstig te moenen.1 aan 't
p do e, toe» ®cr*1 Aoea hüt gezelschap onder vnondeljjk ge-I Nu, het is den armen drommel niet ten kwade slem ri
».Tlï
dc cn floot» om het huis. Daar klopto iemand
't venster der slaapkamer; een bekende'
riep mjjn naam. iWordt vervolgd.)