KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Helder, Texel, Wloringon en Anna Paulowna*
De Gouvernante.
No. 3557.
Woensdag 20 Maart 1907.
85ste Jaargang.
Nieuwsberichten.
Bureau: Spoerstraat.
Telef. 59.
Bureau: Koningetr. 29.
Interc.-Telef. 50.
Aan onxe abonné's buiten
de gemeente wordt beleefd
verzocht 't verschuldigde abonnementsgeld
Vliegend Blaadje en Zondageblad le kwar
taal 1907 te willen overmaken per Post
wissel of in postzegels vóór 5 April,
zullende anders daarover met 5 cents ver
hooging per post werden beschikt.
Postwissels voor dat doel behoe
ven slechts met een zegel van 21/* Ct.
beplakt te worden.
van diverse Costumes, of onderdeelen
daarvan, van Mantels, Kinderjurken en
onderkleeding, worden met uitvoerige toe
lichtingen in „HET NIEUWE MODEBLAD"
opgenomen.
Elk nummer telt acht groot folio blad-
zjjden, bezaaid met afbeeldingen ook van
handwerken. Ongerekend het groot patro-
nenblad, hetwelk daaraan is toegevoegd
en dat een praktische leiddraad biedt voor
het navolgen van de elegant» coupe der
verschillende toiletten.
Voor de praktische huisvronw is het
blad evenzeer een trouwe raadsman, als
voor wie hoogere eisohen stellen.
De uiterst geringe prijs is voor niemand
die belangstelt in Mode-Artikelen een belet
sel zich op dit uitnemend tijdschrift te
abonneeren. Prijs f 0,35 per drie maanden
(franco per post f O.SO),
UV Men teekent In bi] den Uitgever
van deze Courant.
Ingezonden.
Mgnheer de Redacteur!
Het zal den getrouwen lezer van Uw blad
zeker niet zijn ontgaan, hoe de afgeloopen
maand in verhoogde mate onze aandacht
vroeg, voor alles wat op de zee en de oor
logsmarine betrekking had. Wjj denken dan
aan de verschrikkingen van de vreeseljjke
ramp van de „Berlin", op 22 Pebr. j.1aan
den Hoek van Holland, het vergaan van een
schip met man en muis, op 8 Maart j.1., in
de buitengronden nabjj onze gemeente, waar
van de namen der slachtoffers nog niet eens
bekend zijn, nu op 12 Maart weder de ver
schrikkelijke ontploffing aan boord van de
«Jéna", te Toulon.
Deze groote rampen vestigden aller blik
ken op het woeste onstuimige element, waar
mede wjj hier in Helder zoo vertrouwd zjjn
en wy mogen dankbaar erkennen, onze ge
meente en hare inwoners thans gespaard zyn
gebleven voor die groote rampen, welke haar
zoo dikwijls troffen. Tevens werd in deze at-.
geloopen maand de aandacht der geheele we
reld op ons klein land en onze zeevarenden
gevestigd, waarvan de namen van tal van
eenvoudige heldhaftige mannen thans op ie
ders lippen zijn.
Doch het behoeft hier niet herhaald te
worden, hoe wy ons thans ook voorbereiden
een anderen grooten Nederlander te herden
ken, den grooten Admiraal Michiel Adr. de
Ruyter. De roem van De Ruyter is thans
nog verspreid over geheel de beschaafde we-1
reld en ook De Ruyter iB steeds dezelfde
eenvoudige man gebleven, die zijn plioht
deed en zijn groote' daden verrichtte, zonder
ophef en steeds even eenvoudig. Die nobele,
Godvruchtige man is dikwerf verguisd door
zijn i eigen land- en tijdgenooten, waar hij
toch honderdmaal zijn leven gewaagd had
voor zijn vaderland en het genie van De
Ruyter-; in. de zeeslagen van Schooneveld en
Kykduin niet alleen de zege bevocht, doch
zeer zeker oók ons onafhankelijk volksbe
staan redde.
Daarom, laten wij dan toonen dien grooten
Vaderlander niet te hebben vergeten, en dat
wjj nog gevoelen van hetzelfde bloed te
zijn als die dappere zeelieden, welke onder
de Ruyter's leiding 21/» eeuw geleden zoo
menige zegepraal hebben bevochten.
Ons kleine land bereidt zich voor den
300sten geboortedag van de Ruyter waardig
te vieren en reeds thans weten wij, dat ook
uit Denemarken en Portugal op dienzelfden
dag een hulde zal gebracht worden aan dien
grooten zeeheld. Onze zoo geliefde Koningin
en hare wakkere Gemaal Prins Hendrik,
geven door hun tegenwoordigheid blyk, zij
eveneens in deze Nationale Hulde met groote
belangstelling deelen.
De ,Marine-rundschau«, het Duitsche
Marinetijdschrift, wijdt in zijn pas verschenen
nummer een belangrijke studie aan de Ruyter
en zijn geniale leiding der reuzenvloten van
de 17e eeuw.
Ook de gemeente Helder heeft zich niet
onbetuigd willen laten, doch de stormwind,
welke thans om onze schoorsteenen huilt en
de regen en hagel, welke onophoudelijk tt w
onze ruiten kletteren, zij herinneren ons er
tevens aan, dat de maand Maart minder
schikt is om hier in Helder feest
vieren. Wij wenschen feest te vieren in
open lucht en daarom zal het zeker wel
ieders instemming hebben, dat wy besloten
hebben te wachten tot de mooie Junidagen
om door een historischen optocht enz. de
Ruyter waardig te eeren en te berdenken.
Het comité bericht thans reeds in dank
f 850 te hebben ontvangen, terwjjl nog
enkele bijdragen zyn toegezegd. Van dit be
drag is f 150 afgedragen aan het Centrale
Nationale Comité als bydrage van de gemeente
Helder voor het Blyvende Nationale Hulde
blijk, waarvoor ons Comité reeds een zeer
waardeerend schryven van het Centrale
Comité mocht ontvangen.
Ook worden nog plannen overwogen om
onder de «eer gewaardeerde leiding van den
heer A. J. Leewens, plaatselijk muziek-direc-
teur, een feestcantate uit te voeren, terwijl
de heer B. H. Polak met een 50-tal zijner
leerlingen zich voorstelt een zangspel op te
voeren, met eenige épisode's uit het zoo be-
langryke jaar 1672, waarbjj de Ruyter een
der hoofdpersonen zal zyn.
Het blykt dus wel, dat onze gemeente zich
voorbereidt voor het de Ruyter-feest, doch
op 23 Maart zal meer speciaal de schooljeugd
verblyd worden door een vrijen dag en het
de Ruyter-gedenkboekje, als een geschenk
van ons Gemeente-bestuur.
Doch, Mynheer de Redacteur, mogen wij
i deze inleiding nog eens van Uwe gast-
vrjjheid profiteeren, door alle plaatsgenooten
uit te noodigen om op 23 en 24 Maart a.s.
door het uitsteken der Nationale
driekleur, te toonen, dat wij in Helder
nog steeds een der groote figuren uit onze
geschiedenis, een held zonder vrees noch
blaam weten te eeren en hoog te houden.
Hopende onze roepstem een geopend oor
moge vinden bjj de Heldersche burgerij,
blyven wij, M. do R. na vriendelyken dank
voor de verleende plaatsruimte, hoogachtend
Het Dagelijksch Bestuur van het
Plaatselijk Comité te Helder voor
een Nationale de Ruyterhulde
J. H. ZEEMAN, Voorzitter.
C. ADRIAANSE, Penningm.
H. M. BEECKMAN.
H. J. BOLDINGH.
M. WIJT, Secretaris.
Uit het Buitenland.
kan niet zeggen dat het de Russische
voorspoedig gaat. Nu is weer de zol
dering van het gebouw waar zjj vergadert,
ingestort. Gelukkig gebeurde het ongeluk op
een tjjd dat het gebouw ledig was. Natuur-
lyk dacht men in 'teerst aan eene ontplof
fing, waarschjjnlyk wel eene, veroorzaakt
door de reactionnairen, maar later is geble
ken dat er een heel natuurljjke oorzaak voor
was het paleis was oud en om de lucht
in 'de vergaderzaal wat frisch te houden wa
ren beven de zoldering ventilatietoestellen
aangebracht, die oene te-zware belasting
scbynen te zyn geweest. De vergaderingen
zouden daarop in eene andere zaal gehouden
worden doch deze bleek daartoe ongeschikt.
Na eene korte zitting van Vrijdag noodigde
minister Stolypin den Doema-voorzitter in het
ministerspaviljoen te komen, waar. verschil
lende ministers aanwezig waren. Na eene
korte- beraadslaging werd besloten het onbe
schadigd deel der zoldering weg te breken en
de zaal voorloopig te overspannen met zeil
doek. De zittingen zullen 20 Maart weer
aanvangen.
Wel merkwaardig dat het ongeluk oor-
ak was dat de verklaring der regeering,
die doar minister Stolypin zou worden afge
legd en waarnaar men nieuwsgierig uitzag,
weer moest worden uitgesteld. Toch is nu
een en ander bekend geworden uit die ver
klaring. De ,Retsj" het orgaan der K. D.-
partjj, deelt mee, dat zy is kort en in libe
ralen zin opgesteld. De regeering betuigt haar
leedwezen dat zy moest regeeren zonder mede
werking der vertegenwoordiging, zy hoopt
dat de staat van beleg weldra geheel zal
kunnen worden opgeheven.
De regeering erkent dat eene regeling der
landquestie dringend noodig is, zy wil die
tot stand zien te brengen zonder geweldadige
vernietiging van het particulier grondbezit.
De belastingen zullen worden herziende
regeering zal eene opklimmende inkomsten
belasting voorstellen. Betreffende de regeling
der arbeidsquestie worden voorstellen in ge
reedheid gebracht.
De linkerzyde besloot by meerderheid deze
verklaring zonder debat aan te aanvaarden.
De socialisten willen zich daarby niot neer
leggen en verklaren, dat zy critiek zullen
uitoefenen op de politiek van het kabinet.
De overige linkerzijde ontraadt dit beslist
ze zal het trachten te beletten en alle dis
cussie afsnijden. Als de socialisten by hun
voornemen volharden is scheuring tusschen
de linksche party zeker.
Het gerechtshof heeft nogmaals de aanvraag
der kadetten-party om wettelijke erkenning
afgewezen op grond dat in het program der
party niet de middelen opgegeven worden,
door welke men langs grondwettigen weg
democratische doeleinden wil bereikeD. Deze
middelen konden dan de openbare veiligheid
wel eens in gevaar brengen.
Aan de verbeterde betrekkingen tusschen
Engeland en Duitschland wijdt de tSlowo"
een artikel, waarin de overtuiging wordt uit
gesproken, dat door de sluiting van eei e
overeenkomst tusschen beide landen en de
grootere toenadering tusschen Rusland en
Japan, de vrede zoowel in Europa als in
definitief verzekerd wordt. Hoe hechter
vrede hoe beter, des te meer kans ook
dat de betrekkingen tussohen Amerika en
Japan zullen verbeteren, want in troebel wa
ter is 'tgoed visschen en Amerika kon
eens van een algemeene ruzie gebruik
om Japan eens h faire te nemen.
't Sohjjnt dat het met den oorlog tusschen
de beide staatjes Nicaragua en Honduras toch
nog ernst zal worden. De republiek San Sal
vador heeft plan Honduras by te springen,
welk voornemen ook aan Costa Rioa en Gu
atemala wordt toegeschreven. De regeering
der Vereenigde Staten ziet den toestand blijk
baar ook voor ernstig aan. Zij zond
kanonneer booten tot bescherming der
kaanBche belangen.
.Helder, 19 Maart 1907.
Schermen.
Zaterdagavond had te alhier de eerste
schermwedstrjjd plaats van de „Marine-Sport-
Vereeniging", opgeluisterd door de tegen
woordigheid van den vice-admiraal. De com
mandant en officieren van het Duitsche
opleidingsschip „Stein" woonden met zeer
veel belangstelling dezen wedstrijd by. De
uitslag was als volgt
Sabel (klasse pryswinners)le prjjs luit.
tor zee 2e kl. Osten, Nieuwediep2e prjjs
luit. ter zee 2e kl. Van Schreven, Amsterdam.
Sabel (klasse B)le prjjs Visman adelb.
le kl., Amsterdam2e prjjs jhr. v. GeeDe,
luit. ter zee 2e kl., Amsterdam3e prjjs Van
Schreven, luit. ter zee 2e kl. Amsterdam
4e prijs v. Duim, luit. ter zee 2e kl. Nieu
wediep 5e prjjs Oudemans, luit. ter zee le kl.,
Nieuwediep6e prjjs Djjkema, adj.-adm., Nieu
wediep.
Dueldegen (klasse prjjawinnera)le prjjs
Osten, luit. ter zee 2e kl., Nieuwediep 2e
prjjs v. Nie, adelb. le kl., Nieuwediep.
(Klasse B)le prjjs v. Nie, adelb. le kl.,
Nieuwediep; 2e prjjs Visman, adelb. le kl.,
Amsterdam.
Midden-Celebes.
Bljjkens een uit Ned.-Indië ontvangen
telegram is by de vermeestering van het
Allah-rotscomplex in Midden-Celebes 1 in-
landsche militair gesneuveld, en zyn zwaar
gewond 2 Europeesche en 1 inlandsohe,
en licht gewond 7 inlandsche militairen,
allen beneden den rang van officier. De
vyand liet 280 dooden, onder wie vele
hoofden van het verzet, en 65 geweren
achter.
Gevangen genomen werden 72 mannen
en 200 vrouwen. („St.-Ct
Tramwegongeluk bij Beestenwaag.
Ook de werkmeester Noorda is aan de
gevolgen der bekomen brandwonden over-
n. De andere gekwetste, Wesseling, is
vooruitgaande.
Rijwieldiefstallen.
De politie te 's-Gravenhage is een reeks
rywielverduisteringen op het spoor geko
men, door een dame uit deftigen stand ge
pleegd. By verschillende rijwielhandelaren
huurde zy, onder een valschen naam, rij
wielen en reed dan op het gehuurde »kar-
refcjez naar de Bank van Leening of naar
een z.g. huis van verkoop met recht van
wederinkoop, waar de fiets bleef.
Met het geld van de eene beleening
nog in den zak werd weer naar een an
deren rywielbandel&ar gewandeld, waar
hetzelfde spelletje werd gespeeld.
Da daderes, door den commissaris van
politie der le afdeeling, den heer Olivier,
gehoord, heeft bekend.
Men meldt ons uit 's-Gravenhage nog
over de door een dame gepleegde rywiel-
verdQisteringen
Zich in geldelyhe moeilijkheden bevin
dende, had zij by verschillende rijwielhan
delaren, na eens op haar eigen naam, een
anderen keer op den naam van haarman,
rywielen gehuurd. Zy liet deze beleenen
door een harer kinderenook deed zy dit
wel zelf, waarby zy telkens andere namen
opgaf. In 't geheel zyn op deze wjjze een
tiental rywielen verduisterd, waarvan er
reeds zeven zyn inbeslaggenomen.
De daderes is een 40-jarige vrouw.
Het wrak van de >Berlin".
Volgens mededeeling van den Inspecteur
van het Loodswezen is het wrak van het
stoomschip Berlin" in den mond van den
Nieuwen Rotterdamschen Waterweg ge
deeltelijk opgeruimd en geeft het voor de
scheepvaart geen belemmering meer tot
op ongeveer 75 Meter uit den kop ran
den Noorddam. De mast is verwyderd en
het wrak wordt niet meer aangeduid.
(Avp.)
De ramp van de >Berlin."
Vrijdagavond is op Rozenburg een lyk
aangespoeld, dat herkend is als dat van
den Engelschman Arthur Herbert, koerier
des Konings, een der passagiers van het
stoomschip Berlin". Het lyk is naar i
Hoek van Holland overgebracht. Het was
geheel ongekleed.
Door den heer C. Korff A. Qzn.,
consul-generaal van Zweden, te Rotterdam,
zyn Zaterdag op het consulaat 4 gouden
horloges aangeboden aan den loodsschipper
lste klasse J. P. Plooy, den zeeloods J.
Pettelaar, den loodskweekeling 2e klasse
C. de Gorter en den matroos O. van Lien.
In zyn toespraak herinnerde de heer
Korff er aan, hoe, toen op den 5den No
vember 11. by stormweder en hooge zee
door den loodskotter No. 8 van Goereö en
Brouwershaven, waarover schipper Plooy
het bevel voerde, het in nood verkeerende
Zweedsche stoomschip »Concordia" werd
opgemerkt, waarvan de bemanning, uit
12 man bestaande, in levensgevaar ver
keerde, door de vier wakkere mannen
weder één van die voorbeelden van naas
tenliefde, van grooten moed gegeven werd,
welke onze Hollandsche zeelieden zoozeer
tot eer strekken en welke den roem van
hunne daden, in den laatsten tyd, terecht
tot ver over de grenzen van ons klein
vaderland hebben doen weerklinken.
De reedery van het stoomschip, de
firma Witt Co., te Helsingborg, heeft
nu den consul-generaal verzocht aan de
vier redders, waarvan C. de Gorter ook
aan de redding van de overlevenden van
de >Berlin" heeft deelgenomen, de boven
genoemde herinneringsgeschenken aan de
manhaftige redditfg van 5 Nov. te over
handigen. De horloges dragen een inschrift
in dezen geest.
zand begraven.
Vrydagmiddag is in Hengforden (gem.
Olst) een vreeselyk ongeluk gebeurd. Twee
jongens, 17 eu 13 jaar oud, zoons van
T. v. W., waren niet ver van huis be
zig met zandgraven. Toen ze om 5 uur
niet thuis kwamen, ging de vader kyken
en vond later de beide jongens bedolven
onder het ingestorte zand beiden leven
loos.
Aan hen die voornemens mochten
zyn naar Canada te emigeeren, wordt aan
geraden zich aan te schaffen een in de
Engelsche taal geschreven handboek over
dat land, bevattende vele nuttige inlich
tingen en hetwelk tegen vooruitbetaling
van eene penny te verkrygen is by het
Emigrante' Information Office' 31 Broad-
way, Westminster, London S. W.
Speciaal aan landbouwers die naar ge
noemd land wenschen te gaan, wordt in
overweging gegeven zich eerst in betrek
king te stellen met het Dominion of
Canada Emigration Office" 11 12 Cha-
ring Cross street, London.
Voor klerken en kantoorbedienden is in
Canada geen arbeid te vinden.
Afgeraden wordt naar Canada te gaan
aan hen die geen Engelsch verstaan of
niet in het bezit van de genoegzaam ka
pitaal zyn om in den eersten tyd na hunne
aankomst daar te lande op eigen koBten
te kannen leven. (Stct.)
Biljarten.
De Engelsche biljartspeler T. Reece heeft
Donderdagavond in de Leicester-square-hall
Londen, in een wedstryd tegen Inmau,
een serie van 1825 caramboles gemas"
Er kwam door het ketsen van de kou een
eind aan de serie.
Zevenvoudige giftmengeter voor 't gerecht.
Onder ontzettenden toeloop van het pu
bliek is Vrijdagmorgen vroeg voor het ge
rechtshof te Hirschberg, onder voorzitter
schap van rechter Baier, de behandeling
begonnen van de opzienbarende Granauer
vergiftigingszaak.
Op de bank der beschuldigden verschynt
de 52-jarige baanwachteres Feige, uit Gru-
nau bjj Hirschberg, beschuldigd van vier
voudige vergiftiging, n.l. van de volgende
personenin 1906 van de kleermakersvrouw
Brückner, in 1903 van den arbeider Josef
Janitscbek, in 1899 van haar stiefmoeder,
de weduwe Müller, en in 1897 van haar
schoonzuster, de weverin Friederike Feige.
Buiten deze gevallen bestaat er nog ver
denking, dat het afschuwelijke wyf nog
drie andere personen door vergift uit de
wereld heeft geholpen. Als motief noemt
het Openbaar Ministerie hebzucht. Alle
vermoorde personen, in pension by het echt
paar Feige, hadden een klein spaarpotje
bijeengegaard, en in alle gevallen moet de
moordenares hen hebben weten te bepra
ten, hun vermogentjeby testament aan
haar na te laten.
Eindelijk, toen in 1906 vrouw Brückner
ouder verdachte omstandigheden stierf, en
vrouw Feige zich weer presenteerde, om
de aan haar nagelaten 1000 mark te ko
men opstrjjken, kregen de onterfde bloed
verwanten agwaan, en een aanklacht werd
ingediend.
De ljjken werden opgegraven en de aan
wezigheid van arsenicum geconstateerd.
De beschuldigde is sedert 26 jaar ge
huwd en heeft 4 kinderen de oudste zoon
is gehuwd, een dochter is getrouwd met
den hotelbezitter Markertde laatste is
in 1902 plotseling gestorven. Ook in zyn
lyk, dezer dagen opgegraven, is een aan
zienlijke hoeveelheid arsenicum gevonden.
Mijnramp.
Forbach (Lotharingen), 16 Maart. In de
myn Kleinrosseln is gisterenavond een mijn-
gasontploffing geweest. Ongeveer 80 man
waren beneden. Er zjjn 65 dooden en 12 «waar
gewonden te voorschijn gebracht.
Saarlouis (Trier,) 16 Maart. In de schacht
Mathilde van de mjjn Gerhard is van ochtend
de kabel van den ophaalbak afgeknapt. In
den bak zaten 22 mijnwerkers, die, volgens
het Saarloniser Journal, zjjn omgekomen.
St. Johann (Trier), 16 Maart In de Vuille-
ninschacht waren 240 tot 245 man afgedaald.
Bjj de onmiddellijk aangevangen reddings
werkzaamheden werden tot hedenmiddag 12
nor 67 dooden en 12 zwaargewonden te
voorschijn gebracht. Vermist worden nog
40 man, die zonder twjjfel onder steenen en
puin begraven liggen.
Te Londen heeft Zaterdagmorgen
vroeg in de buurt van de City Road een
hevige brand gewoed, die een schade van
200,000 pd. st. berokkende. Twee en dertig
stoomspuiten hebben gewerkt om het vuur
meester te worden, hetgeen eerst gelukte
nadat verscheidene huizen van 5 en 6 ver
diepingen, die voor opslagplaatsen dienden,
in de asch waren gelegd. Persoonlyke on
gelukken zyn niet voorgekomen.
De overstrooming in de V.S.
Pittsburg, 15 Maart. Een overstrooming
heeft hier een schade aangericht van tien
millioen dollars, honderdduizend menschen
zyn werkeloos, dertigduizend dakloos, veer
tien gedood. Alle openbare diensten zyn
door de overstrooming benadeeld.
Pittsbnrg 15 Maart. Het water be
reikte het hoogste punt hedenochtend te
6 uurtoen begonnenjde rivieren te vallen.
In twee verschillende deelen van de Btad
brak brand uit, het blusschen met water
had weinig uitwerking elf gebouwen waar
in handelszaken gevestigd waren en wonin
gen, waren tegen elf uur door brand vernield.
Pittsburg, 15 Maart. 12 u. 30 's nam.
De branden zyn geblusoht door middel van
chemische bluschmiddelen, nadat twee pak
huizen, vier handelsinrichtingen en vyftien
woningen in de asch waren gelegd.
In de stad Derwent in Obio is de be
volking, ten getale van 2200 personen,
door het water uit hare huizen verdreven
on heeft ze een toevlucht gezocht op de
heuvels.
De ramp van de „Jéna".
Het geul der omgekomenen bjj de ont
ploffing aan boord van de „Jéna" is thans
bekend het bedraagt 118. Honderd drie ljjken
waren tot Vrijdagavond teruggevondenzeer
velen zjjn onherkenbaar. Ze zjjn bjjna allen
gevonden in het achterschip, maar enkelen op
den bodem van het dokhet is dus wel
duideljjk dat de ongelukkigen door de ontplof
fingen en de zich daarbjj ontwikkelende gassen
zjjn gedood. De ljjken zjjn Zaterdagochtend
begraven. President Fallières, minister
president Clemenceau en minister Picquart
zullen met den minister van marine aan de
droevige plechtigheid deelnemen.
Het achterschip van de „Jéna" is onher
kenbaar. Het is een chaos van verwrongen
jjzerdeelen, verkoold hout, scherven van
allerlei soort, uiteengeslagen kamers endoor-
eengeworpen magazijnen, waarin zelfs do beBto
kenner van het inwendige van het sohipden
weg niet weet te vinden. Daarin hangt oen
verstikkende kruitdamp, die het binnendrin
gen bjjna onmogeljjk maakt. Dat er niettemin
reeds zooveel ljjken zjjn geborgen, is te wjjteu
aan de omstandigheden dat ze op hoopen bjj
elkander lagen.
Van het geweld der ontploffingen getuigt
ook de buitenwand van het achterschip.
Daarin zjjn groote gaten geslagen, de pant
serplaten vertoonen de grilligste verbuigingen
en de meest onverklaarbare denken. Op het
bovendek, op de plaats waar de hut van den
gezagvoerder was, zyn een veldbed en een
jjzeren tafel plat tegen den bodem geslagenvan
de hutwand is geen splinter op zjjn plaats
gebleven.
En als men dan van dit tooneel van ver
woesting den blik wendt naar het voorschip
welk een tegenstellingAlles ia daar
keurig op zjjn plaatst gebleven, de kabels
liggen netjes opgerold op het dek bjj de
kluisgaten en in de holten speelt een oude
kat met haar jongen. Het ondergoed der
matrozen hangt nog vlekkeloos wit, op ljjnen
tusBchen de masten, te drogen. Het is als
ware tusschen beide scheepsdeelen een ondoor
dringbare scheidsmuar opgetrokken, die aan
het verwoestend element paal en perk stelde.
Meer en meer wint de onderstelling veld
dat ten gevolge van de ontleding van het
kruit zich een ontplofbaar mengsel heeft
gevormd in de kruitkamer en dat dit van
zelf is ontbrand. Daarvoor was een warmte
graad van 35 gr. C. noodig en nu wjjstmen
er op, dat terwjjl het schip in het droogdok
lag, de zon ten volle kon inwerken op de
metalen romp, waarvan een aanmerkelijke
temperatuursverhooging binnen het gevolg
kon zjjn.
Toulon, 16 Maart De nitvaart van de
slachtoffers van de „Jena" is allerindrukwek-
kendst geweest. President Fallières was er bjj
tegenwoordig en hield een ljjkrede. Er was
een ontzaglijke menigte op de been.
IFIE TJXXjXJEITOIT.
Naatvhet Duitsch.
25)
Carmela dacht, dat de duisternis in de
kamer misschien de neerslachtigheid vanEli-
sabeth- in -de hand werkte. Daarom trok zjj
-«de gordjjncn open, zoodat het .volle «ebt bin-
s. Elisabeth
nen stroomde. Elisabeth opende de
Men kon nu door het dunne loof der
duideljjk het huis van mevrouw Bergenau
onderscheiden. Alle luiken waren gesloten,
allea aag er eenzaam en verlaten uit.
Kjjk je naar onze buren hierover? vroeg
Carmela. Ja, die zjjn al lang weg. Mevrouw
Bergenau vertoeft met haar zoon en schoon
dochter in het zuiden van Frankrjjk.
Elisabeth keek haar vriendin onrnstig aan,
alsof zjj verwachtte nog een anderen naam
te hooren. Eindelijk vroeg ze:
En Laura
Laura ia te Venetië. Ze i> met mjjn
broer getrouwd. En wil je nog meer weten?
Elisabeth bloosde hevig.
Neen, antwoordde zjj kortaf, en nu
begon Carmela over onverschillige dingen te
spreken.
De zieke was weer in haar stoel terugge
zonken. Het korte oogenblik dat haar geest
helder was, scheen vervlogen, de vroegere
vermoeidheid en stompzinnigheid kwam weer
over haar.
Elisabeth 1 riep Carmela.
Ach, laat mjj met ruat! verzocht de
zieke zacht. Ik voel me heel wel, maar roep
me niet zoo dikwijls.
Luister eens naar mjj Mk heb recht om
dit van je te verlangen l
Met zichtbare inspanning richtte Elisabeth
zich op in haar stoel.
Toen je een kind waart en ik je ge
heel vreemd was, gaf je mjj den grootsten
schat, dien je geven kon, dien halsband van
kastanjes. Nu kennen wjj elkaar...
Nu ben ik nog armer dan toen! Nu
kan ik je geen anderen halsband geven dan
dezenviel Elisabeth in en met een zwak
lachje sloeg zjj haar blanke armen om Car-
mela's hals.
Harteljjk dank, zeide de sangeres en
af haar een kus. Ik neem dien halsband
terugne-
_n eigen
dom!
Verlaat mjj niet, Carmela, smeekte Eli
sabeth. Ik ben zoo zwak, dat ik nauweljjks
de oogen kan opslaan. Wat doe ik nog op
de wereld? Ach, Carmela ik ben aan den
rand van het graf geweestik geloof niet
dat ik ooit weer flink genoeg wordt om mjjn
aan, maar je mag hem niet meer teraj
men. Ik behoud je nu, je bent mjjn eij
eigen weg te kunnen
Zjj verviel weer in somber gepeins.
Er is nog een sprankje leven in haar,
dacht Carmela. De gedachte aan hem deed
dit sprankje opvlammen. Om haar in het
leven te houden, moet ik die vonk wat aan-
Zjj belaste Ellen met een boodschap en
weldra hoorde zjj Edgar's stem in het aan
grenzende vertrek.
Wordt wakker, Elisabethriep Car
mela. Daar komt een oud vriend om te zien
hoe het met je gaat.
Wie? vroeg Elisabeth droomerig. De
dokter
Neen, niet de dokter, maar een jongere
vriend, die hier gebleven is, toen alle anderen
heengingen.
Elisabeth begon te beven.
Wees nu verstandig! Tjjdens je ziekte
was hg zoo ongerust over je! Toon hem nu,
dat je weer wat opknapt, al doe je het alleen
maar om hem wat gerust te stellen.
Elisabeth leunde wankelend en bleek op
den arm van haar vriendin. Toen de deur
openging en Edgar binnentrad, begonnen haar
oogen te schitteren en haar wangen werden
zacht rood gekleurd. Nu zag Carmela, dat
zjj het reohte middel gekozen had om de
levensvonk weer aan te blazen.
Zonder zich te bekommeren om de
woordigheid van Carmela, die trouwi
delijk de kamer verliet, anelde Edgar naar
Elisabeth, die haar handen in afwerende
houding uitstrekte.
Elisabeth, sprak hg, ik kan niet lang
zaam en voorzichtig komen om als een vreem
deling naar nw gezondheid te vragenIk
ben te gelukkig 1 Weet ge, wat er gebeurd
is? Laura is weg, ik ben vrjj I Niettegen
staande mjjn smart over uw ljjden, troostte
mjj de gedachte: De barmhartige God zal
haar niet aan mjj ontnemen, nu ik vrjj bent
O, ik weet het wel, vervolgde hjj, terwjjl hjj
ernstig naar heur gelaat keek, dat langza
merhand zjjn frissche kleur verloor, ik weet
wel, dat ik u onrecht heb aangedaan, ik ben
hardvochtig tegen u geweest.
Zjj schudde zacht het hoofd.
Ja, het is toch zoo; dat geeft mjj nog
meer recht om u te beschermen en te be
minnen, en daarom juist wil ik mjjn recht
laten gelden.
Hjj was zoo onstuimig, dat Elisabeth terug
week.
Ga heen in vrede, baron Edgar, zeide
zjj kalm. Tegenover mjj hebt ge niets meer
goed te maken. Spreek niet zoo hartstochte-
ljjk, ik mag u toch niet begrjjpen.
Maar begrjjpt go dan niet, dat ik u
bemin? Moet ik er thans voor
mjjn verlangen naar u moest verborgen,
toen ik door mjjn woord aan eene andere
gebonden was? Wjj hebben allebei geleden,
ElisabethLaten wjj samen trachten het door
gestane leed te vergeten 1 Wjj zjjn nog jong,
voor ons ligt een mooie nieuwe wereld!
- Een wereld vol vlammen, zeide «ij 6»
daarbj) hield ze als verblind de hand voor
de oogen. De onde wereld heeft mjjn krach
ten verbruikt, en de moed ontbreekt mjj om
die nieuwe wereld in te gaan.
Reeds langen tjjd had hjj gehoopt op deze
ontmoeting met de geliefde, maar hjj had
nooit vermoed, dat zjj voor hem zou terug-
wjjken, nooit, dat zjj hem haar hand zou
weigeren.
Vaarwel dan, Elisabeth, zeide hjj. Nu
ge mjj hebt afgewezen, zal ik mjjn ontslag
uit de marine vragen en dienst nemen bjj een
andere natie.
Hjj keerde zich om en ging heen.
In de aangrenzende kamer kwam Carmela
hem plotseling tegemoet.
Versmaad! riep hjj uit, terwjjl hjj haar
hand greep.
En met een bittere grimlach voegde hjj
er bij.:
Ik heb geen geluk bjj de vrouwen. Ik
kan weer naar zee gaan, niets bindt mjj
hier.
Carmela was doodsbleek, maar zjj versper
de hem den weg en hield zjjn hand stjjf vast.
Doe nog eens een poging, zeide zjj zacht.
Zjj bemint u, maar zjj is nog zoo zwak, ge
hebt haar doen schrikken.
Edgar stond besluiteloos, maar toen hjj
omkeek en zag, hoe Eiisabeth daar lag met
de handen voor het gelaat, ging hg snel op
haar toe en noemde haar naam.
Zjj sloeg met een vriendeljjken glimlach
de oogen op. In die oogen lag dezelfde smee-
kende uitdrukking als bjj hun laatste gesprek
achter in den tuin.
Elisabeth, in twee jaren tjjds heeft Laura
mjj niet een enkele maal tot droefheid kun
nen stemmen, omdat zjj mjj onverschillig was.
Maar gjj zjjt mjj niet onverschillig en daar
door bezit ge de macht om mjj ongelukkig te
Wees niet boos op me, baron Edgar,
smeekte zjj. Ik kan er niets aan doen. Ik
schrik zoo licht en ge kwaamt zoo onver
wacht.
Mjjn arme kleine Elisabeth, zeide hjj,
terwjjl hjj voorzichtig haar witte hand inde
zjjne nam. Heb ik u doen schrikken? Zie
eens hoe zacht rust uw hand in de mjjne 1
Zoo zacht zal ook de band zjjn, die u aan
mjj verbindt. WeeB niet bevreesd voor mjjn
onstuimige liefde! Ik wil niets anders dan
dat gjj rast en vrede bjj mjj vindt.
Hjj sprak innig en met warmte, maar toch
zacht en zonder drang, zooals een vader tot
zjjn kind. Langzaam aan sloeg hg zjjn arm
verder om haar heen, tot ze eindoljjk stil en
gelukkig aan zjjn borst rustte.
Toen de jonge dames 'a avonds ter ruste
gingen en Carmela haar vriendin kuste, Bprak
Elisabeth
O Carmela, je hebt geljjk I Het was een
verschrikkeljjke zonde van mjj, dat ik naar
mjjn dood verlaagde.
De Italiaansohe bracht bet gesprek nn in
den schertsenden toon en liet haar in den
■pi«gOl zien, dat een der knoopen van Edgar
haar wang licht geschramd had. Lachend
voegde zjj er bjj:
Nn, het wordt tjjd, dat een meisje met
zoo'n teere huid niet meer Elisabeth Möller
heet; ze moet barones Lindenskjold heeten.
Hierop knikte zjj haar «Goeden nacht" toe
en ging naar haar kamer.
De gelukkige Elisabeth sliep weldra een
gerusten slaap, maar bjj Carmela brandde de
lamp den halven nacht en bewoog haar scha
duw zich dikwjjls op de witte gordjjnen.
XH.
De oude professor, die gedurende eenige
dagen niet te Vedbak geweest was, kwam
op een mooien Zondagmorgen weer eens naar
zjjn patiënt kjjken.
Hoe gaat het met de kleine? was na
een korte begroeting zjjn eerste vraag. Zeker
wel te bed? Nu, zoo tegen den middag mag
ze er wel eens uit.
Carmela zei niets, maar voerde hem naar
het venster. De tuin zag er niet zomerachtig
meer uit. De dennen hieven trotsch hun
slanke stammen omhoog, hun altjjd groene
naalden maakten een goed figuur tusschen
de kale takken der andere hoornen. Aan den
horizon smolten zee en lucht ineen en vorm
den een lichten achtergrond voor het herfst
landschap.
Op een bank onder een groep sorbeboomen
zat Elisabeth. De«o pl.k had Edgar juist ge
kozen, omdat daar de zon zoo heerljjk scheen.
Zorgvuldig had hjj een reisdeken half over
de bank en over het vochtige gras uitgespreid
om Elisabeth voor kou-vatten te behoeden.
Ze zaten hand in hand en voerden natuurljjk
een druk gesprek.
Kjjk eens dokter, daar is uw patiente,
zei Carmela. Ik dacht dat ze onder mjja han
den xoa sterven en toen waagde ik een stout
middel.