KLEINE COURANT
'f Vliegend Blaadje
voor Heldor, Texel, Wierlngen en Anna Paulowna
No. 8671.
Woensdag 22 April 1908
88ste Jaargang
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BESSHOUT Co., te HELDEE.
Bureaux: Spoorstraat en Koningstraat,
Nieuwsberichten.
DOROTHEA.
tz
8ureau: Spoorstraat.
Telef. 59.
Bursan: Konlngstr. 29.
Intors.-Tolef. 50.
Abonnement
Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct., fr. p. post 75 et., Buitenl. f 1.25
Zondagsblad37' 45 0.75
Modeblad 55 80 0.90
Mimk.Bloemlezing» >»60>>>>85> 0.90
Voor 't Bnitenland bjj voorn iik betaling.
Advertentlön
vao 1 tot 4 regela25
Slke regel meer6
Bewjjs-exempUuur21/,
Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Cent.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
Helder, 21 April
De Rijksmiddelen.
De vreugde over don vooruitgang, dien de
opbrengst der rijksmiddelen over Februari,
na sooveel maanden van lagere ontvangsten,
te rien gaf, is niet van langen dunr geweest.
De thans in de Staatsconrant opgenomen
opgaaf over Maart toont aan, dat het voor-
deelig verschil tegenover verleden jaar' niet
alleen verdwenen is, maar zelfs voor een niet
onaanzienljjke vermindering heeft plaats ge
maakt. De ontvangsten zjjn in Maart f 1,087,864
lager geweest dan in de overeenkomstige
maand van het vorige jaar, en wanneer men
de opbrengst van de verschillende middelen
afsonderljjk nagaat, dan bljjkt, dat bijna alle
bronnen van inkomsten tot die vermindering
hebben bijgedragen. Bjj een vergelijking met
het vorige jaar dient men nog Sn aanmerking
te nemen, dat toen het Paaschfeest voor het
grootste gedeelte de laatste dagen van de
stille week er nat nar lijk onder begrepen
in Maart viel. De invloed, welken die dagen
op het handelsverkeer oefenen, alsook op de
bronnen van inkomsten die met dat verkeer
verband houden, heeft zich dns ditmaal niet
doen gevoelen, en in dst opzicht was der
halve Maart 1908 in het voordeel. Toch wa
ren ditmaal de invoerrechten f82,114 lager
dan in Maart 1907, toen zij met f 24,203 bij
het voorafgaande jaar ten aobter bleven, en
verminderde de opbrengst der loodsgelden
met f 10,800 (ongeveer 4 pCt.). Tegenover
die verminderingen aou men eenigszins als
tegenwicht kunnen stellen een vermeerdering
van £26,448 (21/i pCt.) in de opbrengst der
posterijen, maar dan dient tegelijkertijd gemeld,
dat de ontvangsten uit de telegrafen met
f 17,546 ten achter blevon. Bij de groep der
indirecte belastingen vinden wü een achter
uitgang van niet minder dan f 530,245. Wel
is waar werd deze vermindering voor verre
weg het grootste gedeelte veroorzaakt door
de lagere ontvangsten uit de successierechten
(f880,612), doch teleurstellend blijft het, dat
de zegelrechten, die naar verwacht werd, de
in Februari waargenomen stijging verder
souden voortzetten, een vermindering van
f 111,681 (281/! pCt.) te zien geven. Daarbij
voegde zich een 185,348 kleinere opbrengst
der registratierechten een vermindering van
f2604 van de hypotheekrechten. Bjj de directe
belastingen bedraagt het totaalcijfer van den
achterstand f 141,053. Tegenover vermeer
dering van f 10,642 bjj personeel en f 20,067
bjj de bedrijfsbelasting, stond een verminde
ring van £167,480 (161/» pCt.) in de ont
vangsten uit de vermogensbelasting, welke
vermindering ten deele verklaard wordt door
het wegvallen van de 10 opcenten die nog
voor het vorige dienstjaar golden. De grond-
waarvan de opbrengst in de beide
kanden des jaars een veelbelovende
«tigiog to zien gaf, vertoont voor Maart,
waarin het cijfer van de opbrengst van heel
wat meer beteekenis is, oenigen achteruitgang.
Het recht op de mjjnen deed, evenmin als
verleden jaar, nn reeds eenige bate in de
schatkist vloeien.
Met de accijnzen is het al niet beter ge
steld dan met de overige bronnen van inkom
sten. Zjj leverden f341,382 (7 pCt.) minder
op. Bjj den suikeracojjns was de vermindering
het grootst, ook naar verhouding; zjj bedroeg
i 205,494. Daarna volgden de accijns op ge
distilleerd met £80,232, de acojjns op geslacht
met f 28,591, die op wjjn met precies f 25,000
tn die op bier en azjjnen met f3275. De
eenige vooruitgang valt waar te nemen bjj de
soutaccjjns (f 1210). Na al de verminderingen,
die hierboven genoemd werden, komt er nu
nog een vermeerdering, nl. van f 67,025, voor
de loterjj, waarvan de opbrengst trouweDS de
vorige maanden jpmerkeljjk ten achter was
gebleven. Goed geteld zijn er dus slechtB vjjf
middelen die een gezamenljjken vooruitgang
toonen van f 125,892, waartegenover er zeven
tien anderen staan met een gezamenlijke ver
mindering van f2,213,256.
De weinig bemoedigende uitkomsten over
Maart waren de oorsaak, dat de vermeerde
ring van f391,860 in de totaalopbrengst der
Rijksmiddelen, welke in de eerste twee maan
den bereikt was, thans heeft plaats gemaakt
voor een vermindering van f 696,000. Het
meest droegen daartoe bjj de accijnzen, die
f 471,604 minder opleverden, terwjjl de in-
voorreohten met f138,150 ten achter raakten.
Een Vechtpartij.
Amsterdam 17 April. Vrjjdagavond tegen
10 uur, jniat tegen het aluitingsnnr, geraak
ten voor den goudsmidswinkel van den
heer S. Spijer aan de Kalverstiaat 222,
twee bootwerkers aan het kloppen. Ze
sloegen zoo wild om zich heen, dat een
der kastjes, voor de étalages van den heer
S. geplaatst het moest ontgelden. De ruiten
werden ingedrukt, en de zilveren voorwer
pen in het kastje geplaatst, beschadigd.
De heer S. deed aangifte bjj de politie,
doch zal waarschijnlijk wel zelf de schade
moeten dragen. De vechterebazen werden
naar het politiebureau gebracht.
Dezer dagen deed zich te Ouderkerk
aan den Ametel het zeker zeldzame gevel
voor, dat een lid der commissie tot wering
van schoolverzuim (tevens gemeenteraadslid)
voor deze commissie werd geroepen, om
zich te verantwoorden over het ongeoorloofde
schcolverznim van een zjjner kinderen.
Inbraak.
Wederom is te Rotterdam ingebroken,
thans in het kantoor van de firma H. P.
vac Schaaik, houthandelaars Rechter Rofc-
tekade 43—45. Bljjkbaar zjjn de inbrekers
door eeu aangrenzend groenten pakhuis op
een binnenplaats gekomen. Ze zjjn toen,
gebruik makende van een daar aanwezig
zjjnde ladder, over den scheidingsmuur
geklommen, en kwamen zoo op de binnen
plaats der firma Van Schaaik. Op de gewone
wjjze werd de brandkast aan de achterzijde
geopend en daaruit ruim f 400 gestolen.
Door de politie en justitie is ter plaatse
een onderzoek ingesteld, maar van de dieven
geen spoor.
Verdachte omstandigheden.
Te hoog verzekerd.
Enkele weken geleden meldden wjj het
vergaan van de Eng. bark «Gunford", welke
13 Oct. van Hamborg naar Santa Rosalia
vertrok en 10 Dec. nabij Kaap St. Roque,
een onherbergzaam gedeelte van de Braxili-
aansche kust, sohipbreuk leed. De 26 opva
renden hadden veel te ljjden en werden bijna
allen door koorts aangetast. Voor zij na veel
wederwaardigheden Pernambuco bereikten,
waren reeds 2 man gestorven, in het hospi
taal aldaar stierven er nog 8, de 16 overle
venden keerden met het stoomschip rAragu-
aya4 naar Engeland terng.
To Westminster heeft het officieele Board
of Trude-onderzoek naar de oorzaken van
deze sohipbrenk plaats gehad, wat niet minder
dan vjjf volie zittingen in beslag nam en door
de merkwaardige feiten, die daarbij aan hot
licht kwamen, buitengewone belangstelling
wekte.
De (Gunford*, het eigendom der Gunford
Ship Cc. Lim., was een stalen bark van 2108
tons, werd in 1892 gebouwd, kostte tóen
20.750 p. st., had in de laatste zeven jaren
geen winst opgeleverd en was bezwaard met
een schuldenlast van 11.000 p. st.
Het schip had nu een waarde van 9000 p.
st. en de romp was tegen alle risico verze
kerd voor 19.000 p. st.
De vracht, die voor deze reis een risico
gaf van 240 p. st., was verzekerd voor 5500
pond sterling.
Voorts waren er nog verzekeringen geslo
ten op soogenaamd disbursements (verschot)
tot een bedrag van meer dan 11.000 p. st.
en 6500 p. st. daarvan waren persoonlijke
verzekeringen van den directeur der Gunford
Ship Company, den heer Briggs.
Kapitein Sember, gezagvoerder van de
»Gunford«, had zijn persoonlijke bezittingen
verzekerd voor 200 p. st.
Het totaal verzekerde bedrag was 35.800
p. st., de waarde van schip en vracht 11.400
pond sterling.
Kapitein Sember was de laatste 22 jaren
niet Daar zee geweest. In 1865 had het schip
«Pertshiro*, waarop bjj gezagvoerder was,
schipbreuk geleden en bet hof van onderzoek
had hem toen zjjn kapiteinscertiflcaat voor
den tjjd van zes maanden ontnomen. Sedert
had hy het varen er aan gegeven, doch was
nu als kapitein op de Gunford* saoge»t6Jd,
door den hoer Briggs, niettegenstaande dezo
door assuradeuren was ingelicht omtrent een
en ander.
Bjj het onderzoek kwam voorts aan het
licht, dat de navigatie van de rGunford4 jam
merlijk was geweest. Ofschoon oen voorzich
tig ntivi.'atour moest wezen, dat het gevaar
lijk is den equator ten westen van 39 gr.
W. L. te pastoeren, bracht kapitein Sember
zijn schip driemaal in gevaar, door het te veel
westwaarts te sturen. Op 24 Nov. raakte het
schip voor de eerste maal vast, doch kwam
vlot zonder schade. Van dit geval werd niets
in het logboek vermeld. Op 27 Nov. raakte
het schip wederom vast, doordat kapitein Sem
ber te lang een Z.-W. koers stuurde in de
nabijheid van bekende gevaren. Ditmaal schjjnt
het schip schade bekomen te hebben, want
bet maakte kort nadat het vlot gekomen was
water en men moest de pompen ia werking
De bemanning verzocht den kapitein
een noodhaven op te zoeken. Dit gebeurde
op 10 Dec. en het schip bevond zich toen
ongeveer 170 mijlen van Ceara, terwjjl wind
en stroom gunstig waren om die plaats te
bereiken.
De gezagvoerder stuurde echter sjjn schip
naar land toe, voorgevende den volgenden
dag zjjn positie te willen vaststellen door
middel van landmerken, doch eer de volgende
morgen was aangebroken, zat het echip voor
de derde maal vaBt, kon niet meer vlot ge
bracht worden en werd totaal wrak.
De bladen van het logboek, waarop de
bijzondorheden der schipbreuk waren ver
meld, waren verdwenen en nóch kapitein
Sember, nóch de stuurman, wisten mede te
doelen boe dit gekomen was.
De assuradeur Scrutton. voor een groep
assuradeuren optredend, wees op al de ver
dachte omstandigheden bij deze sohipbreuk,
verklaarde dat do aandeelhouders en vooral
de ^directeur Briggs groot financieel belang
hadden bij het verongelukken van de (Gun
ford" en drong er op aan dat het hof zou
verklaren, dat het schip moedwillig naar den
ondergang was gevoerd.
Het hof was echter van een ander gevoelen,
vooral omdat uit niets was gebleken, dat
kapitein Sember er persoonlijk voordeel bjj
had, het schip moedwillig prijs te geven.
Hot noemdo de navigatie verregaand zor
geloos, verklaarde dat er veel te hooge ver
zekeringen op het schip waren gesloten, dat
de verdwijning van de bladen uit het logboek
niet voldoende was opgehelderd en ontnam
kapitein Sember zijn gezagvoerder-certificaat
voor den tjjd van twaalf maanden, terwijl
het weigerde hem gedurende dien tijd een
certificaat als le stuurman te verstrekken.
De autoriteiten van de Bostonsche
voorstad Chelsea zitten met een fameuze
moeilijkheid. Tg den e en onmiddellijk na
den brand werden door de redders een
groot aantal zeer jong6 kinderen, wo. tal
vau zuigelingen, in veiligheid gebracht.
Dat was, natuurlek, voortreffelijk. Maar
nu zijn er 193 kleintjes, van wie de ouders
öf niet zijn komen opdagen om hun kin
deren te haleu, óf wel hun kinderen niet
hebben kannen herkennen, onder de 193.
Het is een hopelooze verwarringen de
zaak wordt nog verergerd doordat waar
schijnlijk niet weinigen onder dese ouders
zich met opzet van den domme honden.
Een Deensche stoomboot, de »Uni-
ted States", dis met 600 passagiers aan
boord van New York naar Europa vertrok
is Donderdag nog in de haven in
aanvaring geweest met de stoomboot
>Monterey". De zünitsd States" kreeg
averij onder de waterlijn en moest op de
kust worden gezet om zinken te voorkomen.
Ook de »Montery" had zware 6chade en
moest ijlings op het droge worden ge
bracht Op beide schepen speelden zich
vreeslijke paniek-tooneelen af.
In de haven van Gotenborg is het
atoomschip Göta-Elf', waarschijnlijk door
dat het schip een groote deklast had,
omgeslagen, waarbij 36 man den dood in
de golven vonden. Door duikers zjjn reeds
vjjf lijken geborgen.
Tegenzin In eieren.
Het komt voor, dat menschen het een
of ander voedings- of genotmiddel niet
verdragen karren, en, zooals het dan heet,
een idiosynera^e tegen hebben. Een en
kele maai is dat ook gezien ten opzichte
van eiereo, en dat was dan bjjzonder las
tig, omdat men het gebruik daarvan haast
niet kan vermijden. Zulk een geval is r.u
onlangs waargenomen door een Engelsch
geneesheer. Het gold een jongen van 13
jaar, die bjj de minste poging om een ei
te eten, of zelfs maar iets, dat met eieren
was klaargemaakt, een zeer hevige natel-
roos kreeg en buitendien groote benauwd
heden. Eens, na hst gebruik van een klein
taaltje, vond men hem bijna gestikt. Hst
gebrek werd op den duur zóó lastig, dat
geneeskundige hulp werd gezocht. Men
slaagde er in genezing tot stand te breu-
gen door zeer voorzichtige en methodi
sche gewenning aan het voedingsmiddel.
Er werden pillen gemaakt, die ieder niet
meer dan het tienduizendste deel van ei
bevatten, en daarvan kreeg de jongen er
eerst één per dag. Toen dat goed ging,
kreeg hg er meer, en na een maand kon
hg al een duizendste ei per dag verdragen.
Na een paar maanden had hg het op een
honderdste ei gebracht, en in de zevende
maand had hg, over de heele maand ver
deeld, al vier eieren in zjjn voedsel kunnen
gebruiken. Toen werd hef gauw een ei
per dag, en eindelgk had hg zgn lastig
en gevaarlijk gebrek geheel overwonnen.
0e slaven der eubeotlek.
Gefingeerd gesprek, zooala het nog een
maal werkeljjk gehouden zal worden.
Keesj», ben je gevaccineerd
»Ja, juffrouw."
Ia je bliude darm weggenomen
»Ja, juffrouw."
Is je twaalfuurtje gepakt in eeu antisep
tisch zakje
»Ja, juffrouw."
Heb je een eigen gezondheidszakdoek en
een gedesinfecteerd drinkbekertje
»Ja, juffrouw."
Draag je een kamferzakje om den hals
en een met lucht gevulden reddingögordöl
en geïsoleerde gattapercha-hielön voor het
oversteken van den electrischen tramweg
»Ja, juffrouw, dat heb ik allemaal."
Heb je een levensverzekeringspolis tegen
ongelukken en ouderdom
>Ja, juffrouw."
Dan moogt ge uw pet hangen aan dien
geïsoleerden haak en beginnen met het
leeren van je les iu het 34e deel der
Gezondheidsleer voor de Jeugd".
Deze knaap is spoedig daarop overleden.
Oorzaakover gezondheid.
Voor liefhebbers van bloemen en
planten, gewassen, enz. zullen wjj af en toe
een artikeltje in ons blad opnemen, en
maken wjj met de plaatsing van het volgende
slakje een aanvang.
In den Tuin.
't Is een mooie dag, de zon schjjnt, de
lucht is zool, na gaan we met deu zandzak
naar buiten, in den bof, in ons tuintje, om
een en ander te zaaien. De grond ligt reeds
omgespit, zon en wind hebben de aardo wat
doon opdrogen en de eerste heeft met baar
koesterende stralen de bedden en bedjes
verwarmd. Waar deze reeds weder ineen
zjjn geslagen of zjjn dichtgeslibd, daar dieDen
we den bovengrond eerst met de hark of de
achoflel los te maken en daarna geljjk te
harken. Vooral wanneer we fijn zaad willen
uitzaaien, moet de aarde goed verkruimeld
zjjnbevat de grond veel grint, dan neme
men de moeite de groote steentjes althans te
vorwjjderenwaar een steen ligt, kan gocn
zaadkorrel ontkiemen.
Het zaaien is een kunst, nu niet eene, die
niet door ieder met oen beetje goeden wil
geleerd kan worden, maar tochaangeleerd
moet sjj worden en velen sjjn er, die na jaren
nog steeds over geheele of gedeelteljjke
mislukking van hun-zaaisel hebbon te klageD,
omdat sjj niet mot oordcel zaaien. Bjj bet
zaaien moet men rekening houdon met het
zaad, de grootte dir korrels het weer
en den bodem. Wie zjjn zaden to diep weg
stopt, te te diep onderbarkt, doet ze ver
stikken in plaats van ontkiemen, en o, da',
geschiedt nog zoo vaak. Hoe kleiner dr
zaadkorrel des te minder bedekking behoeft
zein 't algemeen mag als regel gelden dal
het laagje aarde tweemaal zoo dik moet zjjn
als het zaad. Hoevelen harken er maar flink
op los, onverschillig welke zaden ze hebben
uitgestrooid. Zoo moet het dikwjjls verkeerd
loopen. Om behoorljjk te ontkiemen, hebben
de zaden vocht, lucht en warmte noodig.
Men zaaie of pote dus zoo diep, dat de korre!
voldoende vocht vinde, maar tevens van dc
indringende dampkringslucht en de zonestralen
den invloed ondervinde. 't Spreekt van zelf,
dat op hoogon, drogen grond wat dieper
gezaaid en gepoot moet worden, dan op lage
en vochtige. En ie in 't midden van den
zomer do aarde uitgedroogd soms zoo
droog als asch dan houde men ook hiermoe
rekening, niet door het zaad dnn zoo diep
mogeljjk weg te stoppen, wat geljjk sou staan
met begraven, maar door te gieten en wel
vóór men zaait, en door daarna het bed te
beschaduwen, door er iets over te leggeD,
nog beter door er een scherm of eenige
takken aan de zonzjjde voor te plaatsen.
Dat gieten geschiede ook met oordeelNiet
zoo overvloedig dus, dat de aarde tot slik
wordt en het zaad niet behoorljjk kan worden
ondergeharkt.
Vreest men voor uitdroging, dat doet men
goed de aarde na het zaaien aan te drukken,
waardoor men het afsnjjdea der groenten later
ook vergemakkeljjkt. Dit aandrukken kan
men doon door met den platten kant der
schop de aarde plat te slaan. Wil men het
bed er netjes hebben ui'zion, dun gebruikt
men daarvoor een vierkant plankje met
handvat. In sommige streken heeft men
speoiaal daarvoor vervaardigde tuinklompen.
Men onderscheidt bjj hot zaaien drie
manieren: het breedwerpig of uit do vollo
hand zaaienhet op rjjon-zfMiien, en het
zaaien in putjes of pootguten, ook poten
genoemd. Het eerste is niet zoo gemakkeijjk
vooral niet als men met weinig zaad een
tameljjk groot bed moet bezaaien. Men neme
dan telkens kleine hoeveelheden tegeljjk in
de hand, anders zon men licht zaad te kort
komen. Wie sich in deze niet vertrouwt en
gaarne regelmatig wil zaaien, vermeDge het
zaad met wat zandhjj hoeft dan grootero
hoeveelheid en kan tevens zien, in hoeverre
het bed bezaaid is.
Zaait men direot ter plaatse, zoodat men
niet bphoeft te verplanten, dan verdient het
voor de meeBte groenten aanbeveling in rjjon
te zaaien. Niet alleen, dut men hierbjj
gemakkelyker geljjkmatig het zaad kau
verdeden, maar men kan het bed latar ook
betor van onkruid zuiveren, uitdunnen, enz.
Een eerste eisch is natnnrljjk goed zaad
te gebruikenmen gebruike dus geen te oud
zaad en koope bjj een' vertrouwd handelaar.
Vertrouwt met het zaad niet, dan onderzoek*
men te voren de kiemkracht Op oeu bord
met zand of een stnk vloeipapier, dat men
vochtig maakt en houdt, zaait men 100
korrels nit en wacht dan af, hoeveel er van
ontkiemen naar den uitslag kan men de te
gebruiken hoeveelheid zaaisaad regelen.
C B.
De gevleugelde bewoners op en
bij bet Marsdiep.
Wanneer we mededeelen, dat ook Pelika
an op het Marsdiep voorkomen, zal men er
misschien geen geloof aan hechten. Denzulken
worden evenwel verzocht, een onderzoek in
nature te willen doen, en 'tzal bljjken, dat
de bewering juist is. 't Zijn evenwel niet de
eigenlijke Pelikanen, maar een paar soorten
uit de familie der Pelecanicae, behoorende
tot de orde der Steganopodes of Roeipooti-
gen, zjj het dan ook, dat een er van slechts
nu en dan voorkomt.
Wat zwempooten zjjn. weten we: de drie
naar voren gerichte teenen zijn dan door
twee vliezen verbonden. Zjjn al de vier tee
nen door zwemvliezen verbonden, dan spreekt
men van roeipooten, en de achterteen wordt
dan ook terzijde getrokken. Zulke pooten
hebben de Jan van Gent (Sula bassana.i en
de Aalscholver iPhaiacrocorax carbo), de
beide vogels, die we bedoelen.
De volwassen Jan van Gent is een groote
.ogol van ruim 85 cM. lengte met een ste-
vigen, loodblauw geklenrden snavel, waarom
heen de aangezichtshuid kaal en zwartac tig
is. Ook de pooten zijn zwart, doch op eiken
•■een loopt een groenachtige streep. Het
vederkleed van den ouden vogel is voorliet
grootste deel wit, alleen de slagpennen zijn
zwart. De dieren, die nog geen jaar oud zijn,
hebben een zwartbruin vederpak, doch dit
is op de bovendeelen als met witte pnntjes
bezaaid.
De jonge voorwerpen van Sula bassana
komen eiken winter bij ons voor, zij het dan
ook nimmer veelvuldig, maar het volkomen
kleed ziet men slechts zeldzaam. Alleen na
zware stormen wordt enkele malen een levend
exemplaar gezien, en dan is het gewoonljjk
een uitgehongerd dier. Verondersteld mag
dan ook worden, dat de Jan Gent liever niet,
dan wel, bjj ons woont, en dat het alleen
verdwaalde dieren zjjn, die hier voorkomen.
De broedplaatsen toch zjjn niet ver van hier,
daar ze gevonden worden op de rotsen van
Schotland en Ierland. Daar broedt de Jan
van Gent zeer gezellig, waarom ze ook
rotspelikanen" wo den genoemd. De nesten
zjjn gemaakt van rottend zeegras en wier,
en de broedende vogels z:;n zoo weinig
scbnw, dat ze bljjven zitten, wanneer men
tusscben hunne n sten doorwandelt. Zelfs
kan men ze over den rag streelen, waarbij
ze een knorrend geluid laten hooren. Slechts
enkele schuwere exemplaren verlaten bij
nadering hnn nest en doen dat zoo lomp,
dat ze bjj de beweging meermalen hun groot
wit ei breken. Komt men op eene plaats,
waar reeds vele jongen zijn uitgebroed, dan
vindt men er vele vischresten, die een on-
aangenamen geur verspreiden.
De Aalscholver is ook bekend onder de
namen Botkol, Schollevaar en Waterraaf, en
hjj is geen goede vriend van onze visschers
daar hy heel wat visch naar binnen weet te
werken. Dezen rogel kan men het geheele
jaar door bij ons vinden en gedurig ziet men
hem in kleine troepjeB laag over het water
vliegen. Zijn vederkleed is bjjpa zwart met
rosachtig bruin op de mantel- en vleugel-
dekvederen, terwjjl de overige deelen een
groenachtig njetaalglanzend blauw vertoonen.
De bek is zwart en naar den wortel rood
achtig; ook de naakte huid en het oog zijn
zwart en de keelzak is geel gekleurd, ter
wjjl de wangen wit zjjn.
De Aalscholvers maken hnnne takken nes
ten in de boomen, en ze broeden gezellig.
Meermalen beproefden eenige exemplaren in
de zuidelijke eendenkooien op Texel broed-
kolonies te vormen, maar ze werden gedurig
vervolgd en verjaagd, zoodat in de laatste
j.ren de pogingen niet werden herhaald. Ook
elders worden de nesten stak gemaakt, zelfs
dan, wanneer ze eieren of jongen bevatten,
terwjjl de oude dieren dood worden gescho
ten. Geen wonder, dat op deze wijze het
aantal Aalscholvers in ons land sterk af
neemt.
In andere landen weet men wel partij te
trekken van deze echte vischvangers, door
ze af te richten. Men plaatst ze daartoe op
vooruitstekende takken, die boven het water
hangen, of wel op latten, die van een scheepje
horizontaal uitsteken. Op vischrijke plaatsen
kan zulks goede resultaten geven.
Heel zelden komt bjj ons voor de Gekuifde
Aalscholver (Phalacrocorax graculus), aldus
aangeduid naar een vederkuifje, dat hij aldoor
draagt. De snavel dezer soort is meelachtig,
naar voren brnin. Om het aangezicht en aan
FBUILLBTOIV
M)
»Dan heeft hjj mg 1" zei Doortje op ern-
•tigen vasten toon. «Al veroordeelt ook ieder
een hem, mjjne vriendschap bljjft hem bij
ik sal voor hem zorgen, dat hjj niet geheel
ten onder gaat".
De oude vrouw knikte, hare ademhaling
werd steeds moeiljjker, haar blik strakker.
•Hagen wil hem ook helpen", ging Doortje
voort, (hjj heeft het meermalen gezegd. Mocht
hjj later dit niet knnneD, omdat hjj zelf arm
is geworden, dan zal hjj het mjj niet ten
kwade duiden, als ik het doe. Ik zal sparen
en als Kasper terugkomt, dan sal hjj zoo
veel vinden, dat hjj naar Amerika kan gaan".
Een sachte druk van de hand was het
teeken, dat de stervende haar had verstaan
Doortje boog zich over haar heen; uit de
brekende oogen trof haar nog eenmaal een
liefdevolle blik. -
Buiten liet zich de barsohe stem van den
molenaar hooren. Hjj was ait de stad terug
gekeerd. Hjj gromde tegen de oude meid,
dat *jj te langzaam liep; den hond, die tegen
hem op wilde springen gaf hjj een schop,
daarna riep hjj den knecht, om het paard in
den stal te brengen en te voederen.
Het duurde lang, eer Roode Hendrik te
voorschjjn kwam. Het was de eerste maal
sedert den trouwdag, dat Hagen hem ieti
beval, Nn noemde hjj hem een Iniaard en een dag
dief, die het brood dat hjj at, niet waard was
Vervolgens ging de molenaar in huis. In
de woonkamer wierp hjj hoed en zweep op
tafel. Met over elkander geslagen armen be
gon bjj driftig op en neer te loopen.
Dorothea kwam bionen. Hjj bleef staan
en keek haar aan. Toen hjj de tranen be
merkte op haar bleeke wangen, fronste hjj
de wenkbrauwen.
Moeder is dood, Peter", sprak zjj, ik heb
haar zooeven de oogen toegedrukt".
Hagen haalde met een minachtend gelaat
de schouders op.
«Goed voor haar en goed voor ona 1" ant
woordde hjj. «Wat gaat hot mjj aan? De
onde vronw heeft voor mjj nooit bestaan,
voor mjjn part had sg een jaar geleden al
kannen sterven".
«Zjj was mjjne moeder, en ik heb baar
innig liefgehad. Gjj moet liever niet zoo on-
harteljjk spreken".
•Ik zal spreken, sooals ik wil 1" barstte
Hagen nit. Als mjjne woorden n niet aan
staan, dan dwing ik n niet ze aan te hooren".
Dorothea ging op een stoei zitten en be
dekte het gelaat met de handen. Die ruw
heid deed haar pjjn, ze ontnam haar de laatsio
hoop, dat het ongeluk haar nader sou brengen
tot haar man en haar treurig leven drageljjk
maken.
De molenaar liep nog een poosje de kamer
op en neder. Eindelijk bleef hjj tegenover
zjjne vrouw staan. Zjjne oogen flikkerden, er
lag een boosaardige trek over sjjn gelaat.
(Houd nn maar op", zei hjj op rnwen
toon»wjj zullen de oude vrouw begraven,
en daarmede is het nit 1 Het is hier ook
een prettig hnishonden, waar geen ogernimd
gezicht te zien, geen vrooljjk lachtje te hooren
is! De onde Brigitta kruipt door het huis als
eene slak. Roode Hendrik sluipt overal rond
als de duivel in persoon, en gjj set altjjd
eeu gezicht alB eene kat, die bang is voor
het onweder. Dat moet anders worden, of ik
laat alles in den steekIk heb buitenshuis
ergernis en zorgen genoegals ik thuis kom,
wil ik een opgeruimd gezicht zien".
Dorothea liet de handen zakkensjj sloeg
de oogeu niet neder voor zjjn dreigenden
blikernstig keek sjj hem aan.
(Wiens schuld is het dan, dat gjj hier
geen opgeruimd gezicht ziet?" vroeg zjj op
kalmen toon.
Wel zeker, ik ben de verstoorder van den
huiseljjken vrede!"
Dat zeg ik niet, en waar geen vrede is,
kan hjj ook niet verstoord worden. Over nwe
lippen komt nooit een vriendeljjk woordwat
zeggen hebt, nit ge met brommen en
3. Hoe kont gjj dan van ons een vroo-
schelden.
ljjk gelaat verwachten?"
•Ik heb veel verdriet en zorgen".
Die haalt gjj n zei ven op den hals, Peter,
het sjjn onnoodige zorgen".
,Wat weet gjj daarvan riep Hagen boos.
Al heb ik geld verloren, toch ben ik een
man, die wat beteekent. Denkt gjj misschien,
dat ik al een bedelaar ben. Ik heb nog ge
noeg om het verloren in te halen en al haal
ik het niet iD, dan
Hjj hield op, sloeg met de vuist op de
tafel en wierp zjjne vrouw een woedenden
blik toe, alsof sjj alleen de schuld waq van
sjjn verlies.
Dan wil ik toch een vrooljjk gezicht zien",
ging hjj voort. »Maar met nw zuur gezicht
drjjft gjj mjj de deur nit en als ik mjj over
u geërgerd heb, dan kan ik mjjne gedachten
niet goed bjj elkander honden. Daardoor is
het gekomen, dat ik tegenBpood heb gehad!
't Is alleen nwe schuld!"
Een diepe ontsteltenis spiegelde sich af op
het bleeko gelaat der jonge vrouw. De woor
den van haar man verrieden haar dat ar
moede en gebrek reeds voor de denr stonden.
Wel had sjj verwacht, dat dit einde komen
zon, maar zjj meende toch, dat dit nog in de j
toekomst lag.
Gjj hebt te veel gewaagd", sprak zjj, #gjj
hebt ganw rjjk willen worden en gjj sloegt
geen goeden weg in. Ik heb n gewaarschuwd
en u gezegd, dat het geene oerljjke zaak was,
maar gjj hebt er om gelachen en gemeend,
dat ik er geen verstand van had. En dan
hadt gjj
«Zwgg!" riep Hagen.
•Neen, ik zal sprekengjj dwingt mjj er
toe nn gjj mjj verwjjtingen doet, welke ik niet
verdiend heb. Het zon beter geweest zjjn. in
dien wjj vóór do bruiloft ieder onzen eigenen
weg waren gegaan, maar nn wjj eenmaal ge
trouwd zjjn, hadt gjj mjj ook uw vertrouwen
moeten schenken".
•Ja, als gjj mjj tegemoet waart gekomen."
Dat zon ik zeker gedaan hebben, als gjj
vriendeljjk tegen mjj waart geweest. Maar
als gjj hier waart, spraakt gjj nooit een woord
tegen mjj. Na is het te laat
•To laat wie zegt dat
•Ik zie het aan nw gelaat" zei Dorothea
verschrikt door den dreigenden toon van
zjjne stem, *gjj hebt alles gewaagd en alles
verloren".
(En als dat zoo was
Laten wjj dan dit hnis verlaten en in
het hnisje mjjner moeder gaan wonen. Wjj
znllen beiden werken en op eene eerljjke
wjjze ons brood verdienen".
De molenaar barstte nit in gelaoh. Het
was een luide, onaangename lach, de lach
van een warihopige.
Werken?" spotte hjj. «Ja, dit ontbreekt
er nog slechts aan, dat de boeren den gek
met mjj gaan steken, dat ik hen om werk
zon vragen I Bah, zoovelen hebben verliezen
geleden en zjjn toch geëindigd met rjjk te
zjjn. Maar ik zeg n, dat ik nw zuur gezicht
niet laDger zien wil. Als ik knorrig ben,
moet gjj juist opgernimd wezen, om mjj de
grillen to verdrjjven. Zoo verkies ik het cn
als het niet geschiedt, dan gebeurt er een
ongeluk 1'
Zuchtend schudde de arme vrouw het hoofd.
Ik geloof, dat er in hnis al ongelnk ge
noeg is", sprak zjj; «een grooter ongelnk dan
tweedracht kan ik mjj niet denken".
Waar geene liefde is daar is ook geen
eensgezindheid", riep Hagen heftig, «Gjj hebt
geene liefde in hnis gebracht, gjj hebt mjj
slechts genomen om een rjjken man te hebben".
Na vlamden ook Dorothea's oogen.
Dat is schandelijk!" riep zjj verontwaar
digd.
«Ik heb u niet begeerd, gjj hebt mjj ge
dwongen het woord to breken, dat ik een
ander gegeven had".
•En aan dien ander denkt gjj meer dan
aan mjj", zei Hagen tandenknarsend.
(Ja, ik denk dikwjjls aan hem met innig
medeljjden en ik kan .niet nalaten dan ook
altjjd te bepeinzen wie hem soo ongelukkig
heeft gemaakt".
(Zwjjg, riep Hagen woedend, Waag het
niet dat nog eens te seggen 1"
Hjj had de zweep van de tafel genomen
en stond nu den arm dreigend opgeheven en
met fonkelende oogen, voor hsar.
«Dat zou Met eindo wezen 1" aeide Doortje,
hem vastberaden aanziende. Als gjj mjj slaat,
scheidt de eerste slag ons voor altjjd 1"
Op dat oogenblik werd de denr geopend,
Roode Hendrik verscheen op den drempel.
»Wat kan dat schelen?" riep de molenaar
die don knecht niet bemerkte. Wjj zjjn toch
al gescheiden en ik zal u niet missen".
i M' ..L-L-l-LLULU.
(Raak haar niet aan?" riep Hendrik drei
gend en in 't volgende oogenblik stond hij
tasschen de beide eohtgenooten, «Hef nwe
j hand niet tegen haar op, of het is uw on
geluk 1"
Hagen's gelaat werd vaalbleek bjj liet den
arm zinkenmaar zjjne vronw, die srel de
kamer verliet, wierp hjj een wraakgierigen
blik na.
Bemoei u met nwe eigene zaken", zei bjj
norsch, «wat ik met mjjne vrouw heb, gaat
u volstrekt niet aan".
vOp den dag van nw hnweljjk heb ik mjj
voorgenomen, uwe vrouw te beschermen,
want ik voorzag wel, dat het gaan zou, zoo
als het nu gaat", antwoordde de knecht, voor
wiens dringenden blik de molenaar de oogen
nedersloeg. «Vergeet niet, dat ik u in het
verderf kan storten I
•Gjj zjjfc gsk! Ik lach wat om uwe drei
gementen, niets kunt gjj mjj doen, want mjjn
woord heeft meer gewicht dan het nwe, gjj
denkt veel te weten, en gjj weet niets. Maar
als gjj weer waagt u tusschen mjj en mjjne
vronw te stellen, dan wjjeik u de deui. Ik
ben u geluier toch al lang moede".
Waarom hebt gjj mjj dan niet wegge
stuurd?" vroeg de knecht met een spotlach.
Ik zal het n zeggen, omdat gjj bang voor
mjj sjjt, omdat gjj zeer goed weet, dat mjj
meer bekend is dan u lief kan wezen. Toen
maals had ik niet moeten .wilgen toch deed
ik het, omdat ik meende dat gjj dankbaar
zondt zjjn. Maar nu ga ik mjjne voorwaarden
stellen, en neemt gjj die niet aan, dan spreek
ik".
^tUge» leunde tegen de tafel, hjj trachtte
zjjn gelaat eene uitdrukking van minachting
te geven; maar het gelukte niet, zjjn angst
was dnïdeljjk te bemerken.
•Ik weet, hoe het hier geschapen is", ging