KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje voor Helder, Texel, WIerIngen en Anne Paulowna ONTKOMEN No 3929 Zaterdag 8 Ootober 1910. 88ste Jaargang. 't Vliegend Blaadje p. 3 m.50ct., fr. p post 75 ctbuitenland 11.25 Pre- Zondagiblml i 37* 45 (0.75 miën Modeblad 55 65 (0.90 (Voor het buitenland bij vooruitbetaling.) Advertentiën van 1 tot 5 regels 30 cent. Elke regel meer6 Bewijs-exmnpl&ar-i Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Interc.- Telefoon BO. Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Uitgever C. DE BOER Jr. (v./h. BERKHOUT t Co.), Helder. Eerste Blad. UIT HET BUITENLAND. Er zijn twee antwoorden gekomen op de klachten der «bekakte" journalisten, zoo meldt Reuters agentschap uit Berlyn. 't Eene is van den politic-president en niet zeer wel willend. By gebrek aan een byzonder recht voor berichtgevers, zoo zegt hy, moeten deze oploopen en samenscholingen ook principieëel vermyden. By de voorvallen in Moabit konden alle berichtgevers een plaats krygen bij de politie, zoodat deze hen kon beschermen. En dan vervolgt hy: «Ik zelf hecht er groote waarde aan dat berichtgevers eene goede plaats krygen, want objectieve berichten, op grond vun eigen aanschouwing, zyn het beate ver meermiddel tegen onjuiste berichten, die stel selmatig telkens na een kras optrede'! der politie van belanghebbende zijde worden v er- spreid". Daar schiet men niet veel mee opl Het andere antwoord is meer bevredigend De onderstaatssecretaris zond nameDS den ryks- kanselier aan de buitenlandsche persvereoni- ging een zchry ven, waarin wordt meegedeeld, dat de rijkskanselier hetgeen den vier heeren is overkomen betreurt, dat naar het gebeurde door don minister van binnenlandsche zaken een onderzoek zal worden ingesteld, en verder, dat byzoodore maatregelen tot bescherming der pers op 't oogenblik in bespreking zyn. Ook te Keulen had een botsing plaats lus- •cben politie en stakende aardwerkers. De politie, die werkwilligen huiswaarts geleidde, werd Dinsdagavond door stakers aangevallen en met straatsteenen gebombardeerd. De Koning en Koningin van België brengen een bezoek aan Weenen en worden daar met groote hartelijkheid ontvangen. In België bespreekt men thans de vraag of koning Albert by den aanvang der zitting van bet parlement een troontrede zal uitspreken. De ministerraad zal binnenkort de questie behandelen. De «XXe Sèeole" meldt dat zeer waarschynlyk eene troonrede zal worden ge- boaden. De .Inddpendance" juicht bet toe dat de regeerende vorst op die manier in recht- etrecksche verbinding zal treden met de volks vertegenwoordiging. 't Is een ongezochte ge legenheid om de plannen van 't kabinet ecnB uit een te zetten en in het debat, by de be handeling van de memorie van antwoord, kan dan gevoegelyk van gedachten gewisseld wor den over de algemeene politiek. Het zoo juist verschenen officieele rapport over den algemeenen toestand in de Congo- kolonie is zeer gunstig. De Independance' wijst op de bereikte resultaten met de onver mijdelijk geachte hervormingen in het beheer. Geleidelijk wordt in de gewenscbe richting voortgcarbeid, daar een plotselinge omme keer in het bestaande stelsel geljjk zou staan met den ondergang van de geheeie onderne ming. Uit het rapport blykt, dat de onrust barende geruchten over bet toenemende vreemdelingental in Katanga sterk overdre ven zyn. De politie aldaar is op een sterkte van 1900 man gebracht; bet Belgische gezag doet zich voldoende gelden om den indruk te ves tigen van een daadwerkelijke bezetting. Krachtig worden de pogingen tot kolonisa tie voortgezet; toch is de Belgische immi gratie nog niet voldoende voor België's over wicht in Katanga. Zondag werden in geheel Spanje betoo gingen gehouden als protest tegen de anti- clericale politiek der regeering. De telegrammen schynen wel onder censnur te staan maar er blykt toch duidelyk uit, dat de oppositie een machtig leger vormt. Orde verstoringen kwa men niet voor. Alleen in enkele plaatsen hadden schermutselingen plaats met tegen- betoogers, die te hardhandig en te luidruchtig optraden. In Portugal's hoofdstad Lissabon is eene revolutie uitgebroken. Alle communicatie met de stad is verbroken, maar draadlooze tele grammen uit de omgeving brachten het be richt dat het koninklijk paleis door oorlogs schepen wordt gebombardeerd. Nadere berichten meldden daarop, dat het paleis omsingeld is en dat in de straten hevige vechtpartijen plaats hebben. Een deel van het leger, de artillerie en geheel de Marine heeft zich by de revolutie aange sloten. De party van het Hof heeft meer malen het bewys gegeven laks te zyn en (hans zal zy geen weerstand kunnen bieden aan den opstand. Na de laatste verkiezingen bleek doidelyk, dat de Portngeesche monarchie op zeer losse schroeven stond en dat de overgang van de monarchie tot de republiek zeker te wachten FEHJIX.X.EIT o rsf. De sterren verspreidden genoeg licht om den weg te onderscheiden, maar ik geloot, dat ik niet verdwaald zou zyn, zelfs al ware de naoht pikdonker geweest. Toen ik de rotsen naderde, hoorde ik het eentonige golvengeklots en nu zag ik een kreupelbosch, waardoor ik lichten zag flikkeren. Door eene kleine opening kwam ik onder de boomen, en hier leidde een kiezelpad my naar een groot, aanzienlijk huis. De gangdeur stond open, en by het licht van binnen herkende ik den dokter in zynen groven kiel en het kapje, zooals ik hem den eersten keer in het laboratorium gezien had. Zoo, zyt ge daar eindelyk, ik heb u ver wacht, zeide bqj, my zyno hand toestekende. Ik vatte haar en in een oogwenk beving my een eigenaardig gevoel van verlichting. By de aanraking van zijne hand, by den klank zyner stem, schenen rust en veiligheid by my terug te keeren. Hy nam mijne reistasch over, geleidde my naar binnen, cn terwyl ik in de rid verlichtte kamer met hem praatte, dacht spoedig niet meer aan de bittere, brandende vragen, die ik hem wilde stellen. Zoodra ik den drempel overschreden had, verdween myne angst en gejaagdheid, het was mij te was. De republikeinsche leider, Alfonso Costa, blijkt goed gezien te hebben toen hy na de verkiezingen verklaarde dat deze verkiezingen wel de laatste zouden zyn in de Portugeesche monarchie gehouden, tenware de koning on middellijk het parlement ontbond. Dit echter zou de republikeinsche meerderheid vast nog doen aangroeien. De Times" bevat reeds verschillende mede- deelingen De koning, zoo zegt het Engelsche blad, werd zeer scherp veroordeeld, wyl hy sedert zijn komst aan de regeering een volslagen gemis toonde aan belangstelling voor do politieke quaeBties, wyl hy door zyn particulier leven de achting moest verliezen van hen, op wier aanhankelijkheid hy had kunnen rekenen, en door de goedkeuring van de anti-clericale maatregelen der regeering den steun verloor van alle goede katholieken, die trouw wilden blyven aan hun kerk. Daarom meent de Times", dat niet alleen de officieren van leger en vloot, doch zelfs conservatieven en katholieken de hand hebben gehad in de voorbereiding van den opstand. Dat de opstand door velen was voorzien blykt ook daaruit dat verschillende Portu geesche families reeds te voren hun geldolyke bezittingen naar het buitenland over brachten. (Zie vervolg in ons 2e blad). NIEUWSBERICHTEN. HELDER, 7 October. Helders Belang Woensdagavond hield deze vereeniging een algemeene vergadering in «TivoliDe opkomst der leden was niet groot. De heer Biersteker, als waarnemend voorzitter, opent de byeenkomst met een woord van welkom, zegt dat wellicht velen, zooal niet met verlangen, dan toch wel met eenig ongeduld naar eeD algemeene vergadering zullen hebben uitge zien; dat 't bestuur echter van meening was niet eer een algemeene vergadering te moeten uitschryven, voor en aleer het met een vol ledig verslag omtrent de financiëele toestand by de vergadering kon komen. Die toestand heeft 't bestuur, tengevolge van «de groote zaak", de Helderscho feesten, veel zorg, veel rompslomp, ook veel onaangenaamheden be zorgd, doch het is thans zoo gelukkig met eon volledig overzicht on wat meer zegt, met een definitieve oplossing ter vergadering te kannen komen. Gelnkkig kan er, wat 't werken der ver eeniging betreft, ook nog op andere dingen gewezen worden, die door de vereeniging zyn ter hand genomen. Daartoe wijst hij alleen maar hierop, dat er, door de reclame zuilen een einde is gekomen aan de vroegere, ellendige aanpl&kkery. Behalve, dat 't thanB op een aierlykor wyze geschiedt, is 't ook uit een financieel oogpunt niet onvoordeelig en kan 't binnen korten tyd een zaak zyu, die baten voor de vereeniging kan afwerpen. Daarna leest de secretaris, de heer J. J. M.Smit, de notulen der laatstgehouden algem. vergadering, nl. die van Woensdag 24 Febr. 1909, welke onveranderd worden goedge keurd. 't Volgende punt van de agenda luidt: rekening en verantwoording van den pen ningmeester. De voorzitter herinnert er aan, •lat deze rekening en verantwoording door een commissie uit 't bestuur, bestaande uit de H.H. Möller en Buhse is nagezien en het verslag van haar goede bevinding aan het overige bestuur heeft uitgebracht. Het is thans de bedoeling, na kennisneming van dit verslag, de goedkeuring ervan te erlangen van de algemeene vergadering. Dit financiëel verslag over 1909 luidt als volgt: Batig saldo 1908 f 73,56 Ontvangsten 1909283,65* Totaal Uitgaven (hieronder begrepen de uitgaven voor de gidsen Helder). Nadeeiig saldo f 357,21* 563,99 f 206,77* Balans Feesten. Ontvangsten f 9783,73 Uitgaven 10990.18 Nadeeiig saldo. f 1206.45 Totaal nadeeiigf 1413.22* Renteloos voorschot1400.00 Thans nog nadeeiigf 18,22* Ter opheldering van dit verslag der finan ciën werd door den voorzitter nog meegedeeld, dat' het le nadeeiig salde voornamelijk moet worden toegeschreven aan het geheel afbetalen van de post .gidsen van den Helder», van welke gidsen echter nog een kleine 3000 onverkocht zyn, en van welker verkoop zeker nog nog wel revenuen zyn te verwachten. Wat het renteloos voorschot van f 1400 betreft, 't bestuur meende geen betere af moede als een veroordeelden misdadiger, wien plotseling genade wordt aangekondigd. Dokter Waldstein behandelde my als oen volkomen gast. Hoe weldadig was de gemoedsrust, die zyn vriendelyk wezen my bezorgde, na het door^bstane leed 1 Ik zou m\j zelfs tegen myn geweten verzet hebben, zoo het my een woord van waarschuwing had willen toefluisteren. Nadat hij my myne kamer gewezen had ver zocht hy my, deel te nemen aan een avond maal, dat gereed stond, daar ik dit, niettegen staande het late uur, wel noodig zon hebben, na de vermoeienissen van de reis. Ik nam dit gaarne aan. Hy verwijderde zich, om van kleeding te verwisselen, maar keerde spoedig terug, waarop ik hem in de eetkamer volgde. Arglistige duivel! Ik meende weder in zyn gezicht het grynzende, hatelyke lachje te zien, maar legde toch mynen arm in den zynen on ging vertrouwend en geloovig met hem mede. Listige, doortrapte booswicht. Wanneer hy nog een dag wachtte, dan was het misschien te laat. Zoo ik toen zyn duivelsche slimheid had geweten, dan sou ik hem verworgd hebben, niettegenstaande hy een ond man was. Wy gingen naar beneden door een gang, waar aan hot einde de bediende in het zwart met het onheilspellend gezicht ons eene deur ontsloot. Ik was toen niet in eene stemming om veel op te letten, maar toch viel my het voorkomen van de kamer ia het oog, waar wy nu binnenkwamen. De muren waren met donkergroene tapy ten behangen, op welke eene teekening met goud, kabalistische figuren scheen voor te stellen. Op den grond lag een zacht purperrood tapyt, en het eene einde lossing te kunnen vinden om uit de «débacle* te geraken, vooral ook om de vereeniging door een drukkende schuldenlast niet vleugel lam te slaan, dan door dit tekort door een renteloos voorschot te dekken. Later, wan neer de vereeniging er financieel weer wat beter voorstaat: wanneer verschillende bron nen, door 't bestuur op te sporen, wat beter gaan vloeien wanneor we ons by ons werken wat meer laag by den grond houden en geen utopistische plannen moer zullen gaan najagen, zal dat renteloos voorschot naar de moening van het bestuur, binnen afzienbaren tyd wel kunnen worden ingelost Na nog medegedeeld to hebben, dat deze rekening en verantwi ording acht dagen ter inzage heeft gelegen voor de leden, van welke gelegenheid echter door geen der leden van de vereeniging is gebruik gemaakt, vraagt de voorzitter, wie naar aanleiding van dit verslag van den penningmeester het woord verlangt. De heer van der Bilt acht deze oplossing, om *t te kort te dekken door een renteloos voorschot, waarvan de lasten geheel zullen gedragen worden door de leden van het be stuur niet de beste. Hy vindt 't wel heel mooi van 't bestuur en zeker verdient 't daarvoor een woord van dank van de ver eeniging, maar hy vindt 't niet de juiste weg voor een koninklyk goedgekeurde vereeniging, om de schulden, door de veroeniging gemaakt, op de hals van 't bestuur te schuiven. Zoo doende zal men in 't vervolg heel moeielyk nieuwe bestuurders voor z'n vereeniging kunnen krygen. Hij vraagt of er geen andere manier is, om uit deze impasse te geraken, b.v. door aandeelen van f 50, waarvan dan jaarlyks één of meer zouden kannen worden uitgeloot. Nog vraagt deze spreker naar den financieelen uitslag van de «Kunstavonden' welker opbrengst hij dezen avond met nihil heeft hooren noomen. De Voorzitter antwoord, dat de voorge stelde regeling 't bestuur de beste voorkwam, en wat de «Kunstavonden" betreft, de com missie, die hiervoor bestond, heeft unaniem ontslag genomen en het bestuur stelt zich voor, deze zaak alsnog zoo te reorganiseer en, dat ook daarvan betere finuuciëele uitkomsten zyn te verwachten. Wat de .Gidsen van den Helder betreft, waarvan de heer v. d. Bilt nog gevraagd had, of ze niet wat goed- kooper konden worden verkocht, om ook daarvan nog een goede bate te kunnen ver wachten, zegt de Voorzitter toe, dat dit ook reeds een punt van overweging bij 't bestuur heeft uitgemaakt om deze .gidsen" beter aan den man te brengen. Zoo zyn er nog wel meer zaken aan te wyzen, waardoor de ver eeniging er financiëel beter voor zal komen te staan. En dit is ook noodig. Er valt nog veel in 't belang van onze gemeente on du- ook voor ons te doen. Maar daarvoor is noodig, dat we voel meer steun zullen moeten hebben uit de burgery. We moeten bedacht zyn op uitbreiding van 't ledental en een plan is in overweging om een permanente com missie te benoemen, die zich enkel ten taak stelt 't aanwerven van nieuwe leden. Tot een vereeniging als de onze moesten eigen- lyk alle burgers van den Helder toetreden. In andere plaatsen is dat zoo, zoo moet 't ook in den Helder gaan. Nadat de commissie uit 't bestunr nog mededeeling hoeft gedaan, dat ze alle de be scheiden van den penningmeester in goede orde heeft bevonden en eon woord van dank heeft gebracht aan dezen laatste voor zyn accuraat beheer, stelt de voorzitter aan do vergadering voor den penningmeester te dechargeeren. Ook de voorzitter richt oen woord van warmen dank aan den penning meester voor hetgeen hy in het afgeloopen jaar voor de vereeniging heeft gedaan. Als er één lichtzijde is in de donkere dagen, die wij achter ons hebben, zoo zegt de voor zitter, dan is het wel de keurige en accurate administratie van den thesaurier, die hy too- wenscht nog lang voor de voreoniging werk zaam te mogen zyn. Op de vraag, of men het nog noodig acht, dat een commissie uit den boezem der vergadering nogmaals de rekening en verantwoording na zal zien, ant woordt men ontkennend, zoodat de penning meester onder dankzegging voor zyn richtig beheer wordt gedechargeerd. t Volgende punt van de agenda is de ver kiezing van een voorzitter. Hiertoe over gaande, verkrygt de heer Biersteker 14 van de 17 uitgebrachte stemmen. Op den heer Oortgysen waren twee, op den heer van der Bilt één stem uitgebracht. De heer Biersteker laat zich de benoeming welgevallen onder dankzegging voor 't in hem gestelde ver trouwen en een beroep doende op den steun van heel de vereeniging. Bij punt 5 van de agenda: verkiezing van 3 bestuursleden, wegens periodieke aftreding van de heeren H. Buhse en W. A. Möller van de kamer was verborgen door een groen fluweelen gordyn. In het midden van de kamer stond eene tafel mot uitgezochte spyzen. De kamer werd Blechts verlicht door eene, van du zoldering afhangende lamp, welke eon helder, gelijkmatig licht verspreidde. Dat vele groen en goud, want zolfs het kristal en porse lein op tafel was van deze kleur, en de kaba listische figuren maakten eerst een onaange- namen indruk op mij, maar toen myn gastheer zich nederzette en mij verzocht plaats te nemen, verdween spoedig elk ander gevoel dan dat van kalmte en welbehagen. Dien geheelon dag had ik geen eetlust gehad, nu echter was ik hongerig en liet mij de voorgezette spyzen dus goed smaken. De bediende vertoonde zich alleen maar om de borden en schotels weg te nemen, terwyl de dokter slechts weioig sprak, om my niet in myne bezigheden tu storen. Eindelyk had ik my genoeg verkwikt en de bediende nam alles weg, behalve den wyu. Hiervan stonden verschillende soorten klaar met kelken van ouderwetschen vorm. Ik zag ook een kleine gouden flacon van schoon, gedreven work, de hals sloot met een deksel, waarin een groote smaragd was gezet. Deze flacon stond ter rechterzyde van den dokter, en was niet geopend. Het gesprek van Waldstein was voor my belanglijker en boeiender dan ooit, en ik hoorde met een half droomerig genoegen naar zyne woorden. De invloed van de vreemde gouden letters aan den muur brachten my, om zoo te zeggen, in eene bedaarde opgewondenheid, welke ik wel verlangd had dat altyd had mogen voortduren. Het fluweelen gordijn, dat en wegens hel vertrek van den heer L H. Feenders, worden de eerstgenoemde twee heeren herkozen met 16 en 15 steramen en tot dorde bestunrslid wordt gekozen de heer G. A. C. Kroeb, die, evenals de bovenge- noemden, de verkiesing aanneemt. Zij worden door den voorzitter met hun benoeming gelukgewenscht; deze zegt blyde te zyn, dut 't bestuur thans weer voltallig iB en hoopt dat 't mot nieuwer, moed en nieu wen luBt aan don arbeid zal gaan, tot meer deren bloei van onze gemeente. Speciaal richt by hier 't oog op Huisduinen; de bloei, de opkomst van Huisduinen is ook voor den Helder van groot belang en onze vereeni ging kan en moet voorzeker hieraan haar aandacht wijden en alle medewerking ver- leenen. Reeds heeft een lid van 't bestuur deze zaak aanhangig gemaakt in den Raad onzer gemeente en het bestunr van .Heldors Bolang" heelt een platte grond van Huis duinen in zyn bezit met alle gegevens, die noodig zyn, om in 't belang van Huisduinen werkzaam te kunnen zyn. Ten bewyxe dat 't begluur ook in deze niet stilzit, deelt hij aan do vergadering nog mee, dat 't bestunr reeds ten vorige jare plannen had beraamd tot 't stichten van een naamlooze vennoot schap tot exploitatie van eon groot pension op Huisduinen, om zoodoende te trachten Huisduinen als badplaats wat meer aantrek kelijk te maken. Bij 't laatste punt, de rondvraag en slui ting, komen nog verschillendo punten aan de orde, zaken, welkor behartiging aan 't bestuur worden opgedragen en die allen zullen en kunnen strekken om 't doel der vereeniging .Verfraaiing en bevordering van den bloei dor gemeente Helder* nader te verwezenlijken. Van de moeste punten blijkt 't, dat 't bestunr ze bereids op 't werkprogram had staan; van de andere wordt dankbaar noti tie genomen. Nadat door de voorzitter nog op verschillende zaken was gewezen, waarin de vereeniging met succes was werkzaam geweest, en hy een woord van dank had gebracht aan al degeneu, die tydens de fees ten van hun goeden wil hadden blyk gege ven, bovenal aan de pers, werd de verga- doring onder dankzegging aan de opgekomen leden gesloten. Scheepsbouw. Op '8 Ryksweri to Amsterdam is deze week de kiel gelegd van een der beide mynenleggers, waarvan de bouw by de begrooting voor het dienstjaar 1910 is toegestaan. De schipbreuk van de „Jantina Agatha". Aan het reisverhaal van den matroos Vo gelzang in het .N. v. h. N." zyn de vol gende bijzonderheden ontleend: Het was voor de schipbreukelingen van de «Jantina Agatha" in Blacklead natuurlijk om dood te ^;aan van verveling. Bijna den heelen dag in het halfdonker bij elkander te zitten en niets te doen te hebben, dat is haast niet uit te houden, en waar ook het leven in de Eskimo-kolonie zonder veel af wisseling was, daar by bon ook al de eene dag net was als de andere, daar is het te begrijpen, dat Vogelzang al dagen lang van te voren genoot, evonals zyne makkers, van het vooruitzicht, dat zy, zoo gauw er open water te zien zou zyn, met de booten er op uit zouden gaan om voorraad te halen. Zalm en eieren en wat er al zoo meer in Baffin- land voor het menu te krygen zon zijn. De expeditie, die door de Eskimo's was voorbereid en nitgernst, stond onder leiding van een Eskimo en bestond nit twee booten, elk bemand met 8 man en bovendien nog bevattende twee sleden en 16 trekhonden. Men vertrok don lsten Juni. Het was zoo vertelt de schrijver mooi weer, maar wy hadden geen goeden wind om te zeilen en moesten dus eerst eenige uren roeien voor we zeil konden opzetten. Pas waren de zeilen gehescben of een der mannen riep a white Whatel, een witte walvisch. On middellijk werd ur op geschoten, maar het dier verdween in de diepte zonder dat we het weder zagen. De reis ging naar Kaketou, waar de boo ten werden vastgelegd en eenige jagers aan land gingen om te zien of er niet wat van hun gading was. 't Viel niet mee. Wel za gen ze sporen van beren, maar de dieren zelf niet en alles wat er geschoten werd, waren wat zeehonden, aan welks vleesch wy ons te goed deden. Daarna gingen we slapen. Nadat we weer wakker waren, vertrokken wo weer. We moesten ons eerst met veel moeite een weg bannen door het ijs, dat meer samengedreven was en toen we in open water waren gekomen, kregen we ge legenheid om een betjoek te schieten, die geslacht werd en waarvan alleen het vel het andere einde der kamer verborg, was achter my, en myn gezicht was naar den ouden man gekeerd, wiens fantastische be schouwingen ik een aandachtig oor leende. Ik geloofde volkomen veilig te zyn en ver schrikte dus niet, geen mijner spieren bewoog zich, toen ik meende dat de goheimzinuige geur zich weder in de kamer verspreidde. Mijne oogen zochten het aangezicht van den dokter, en nu bemerkte ik dat hy, terwyl hy my aankeek, zyne hand uitstrekte naar de flacon met smaragden deksel. Hy opende baar werktnigelyk, cn schoof haar over de tafel naar my toe, terwyl hy my te gelyker tyd beduidde, dat ik haar aan moest nemen. Ik deed dit en, de richting van zijne oogon volgende, zag ik achter my om. Het groene gordyn was in het midden ge scheiden, en Mina Waldstein stond in de oponing. Zy had een sneeuwwit kleed aan, dat in bevallige plooien om haarlichaam golfde. Het Bchoono blonde haar was los, en hing van hare schouders tot op den grond neder, terwyl zij met nitgestrekton arm vreesachtig en angstig naar haren vader zag. Zij wbb doodsbleek, bewoog zich slechts langzaam en aarzelend naar voren, en geen trek verried, dat zy van myne tegenwoordigheid bewnst was. Toen zy op twee schreden afstands van mynen stoel genaderd was, zag ik in hare hand een beker van goud, met smaragden in gelegd, welke behoorde by de flesch, die ik in myne hand hield. Eene doodsche stilte volgde. Ik zag naar den dokter. Hij stond op, en gaf my door een teeken te kt ik den beker, welke zyne dochter vi werd meegenomen. De rest Beten we op een ysschol liggen omdat we de booten niet wilden overladen met dit minderwaardig vleesch. Nadat we eenige dagen gezeild hadden, kwamen we op de hoogte, waar we de «Jantina Agatha" verloren hadden. Op de kust daartegenover werden de booten aan land getrokken en gingen we met z'n allen op de berenjacht. We hadden wel succes, want er werden een paar ijsberen geschoten, waarvan het vleesch ons zoo heorlyk smaakte, dat één van het gezelschap er zich ziek aan at. Den anderen dag gingen we in de booten de golf over en schoten wo in twee dagen twaalt herten (rendieren) waarvan het vleesch en de buiden in de booten werden geladen. Daar de booten nu hun vracht hadden, ste venden we weer huiswaarts, maar onderweg zagen we nog een paar walrossen, waarvan één geharpoeneerd en naar een ijsblok ge trokken werd. Daar zoo'n walrus nog al 'n groot beest is, duurde het villen een heele tyd; van het vleesch werd maar weinig meegenomen. Even later werd nog een wal visch, een zoogenaamde noordkaper gescho ten. Met alle 16 man en 16 honden gelukte het om het dier op eon jjsschol te trekken, waarna de Eskimo's mot groote handigheid het dier uit elkaar snedon on er de zenuwen uit haalden, die als garen voor het aaneun- naaion der kleederen gebruikt worden. Do mannen en de honden aten nog eens hun bnikje vol en de rest bleef liggen. De heele expeditie had 14 dapen geduurd. Een week later ging het weder zeewaarts en onze matroos was weer van de party. Veel omslag scbynt er by het afscheidnemcn van de Eskimo's en hun familie grwoonljjk niet te worden gemaakt, maar toen hy zag, •Ut oeu der Eskimo's zyn vrouw vaarwel kuste, schoot hem het gemoed toch vol en was hy een heelen tyd mot zyn gedachten by zijn betrekkingen in Europa. Geen won der! Het was nu al eenige weken open water cn er werd steeds getrouw uitgezien naar de zee, maar nog steeds was er geen schip te zien en de teleurstelling werd met den dag grooter. Nog niet lang had ditmaal de tocht ge duurd of mon zag eenige zeemeeuwen dio landwaarts vlogen. Daar moesten dns eieren zyn en zoo werd in dio richting koers gezet en kwam men by een steile kust, waarboven op men eieren verwachtte. In die verwach ting werd men niet beschaamd. En het was ook hier eerst een smulpartij op de plaats zelf, voordat men er aan dacht ook wat naar de boot te brengen. We zullen het dagboek niet verder vol gen. We haalden er slechts enkele fragmen ten nit aan, om to doon zien, hoe vol ont beringen de overwinteringen onze Gronin gers daar in die ouherbergzame oorden van Noordoost Canada is geweest. Ze kunnen er van navertellen, dat is zeker, maar naar een herhaling verlangen zy niet. De eento nigheid van het bestaan daar, het doellooze, het lange waohten, het totale gebrek aan afwisseling, dit alles maakte dat hun ver langen naar Nederland op het laatst hnn te machtig werd. Ze waren gelnkkig nog onder dak by eon beschaafd man, een zendeling, die hun in zyn woning naar verhouding veel gemakken kon aanbieden, zoodat hun leven nog niet geheel ondragelijk was, maar toch onzegbaar groot moet de bljjdachap zyn ge weest, waarmee zy de eerste zeilen van eon zeeschip weer hebben begroet. Want Let beteekende voor hen: redding, de terugkeer naar hun familie, naar de beschaafde wereld. De rivier ramp te New York. Omtrent het rivier-ongeluk op de Hudson by Now-York waarover wy in ons vorig nummer reeds een bericht hebben opgenomen bevatten de Londensche bladen nog uit voeriger modedeelingen. Vooreerst heeft schont-by-nacht Vreeland op de meest besliste wyze laten tegenspreken, dat de gezonken sloop to veel menschen aan boord zou hebben gehad. Er waren 90 personen op de boot toon dio zonk en van 61 weet men het lot. Als oorzaak van het ongeluk wordt opge geven, dut de volle sloep, die door een klein sioomv&artuig naar het voor anker liggende slagschip .New Hampshire'' werd gesleept, daarbij in de deining was geraakt van een groote passagiersboot. De sloep was toen om gekanteld. Bet wus al donker toen het on geluk gebeurde daarby was het water erg onstuimig en ging er een zware getystroom. Zelfs voor uitstekende zwemmers w&a het een mueilyke taak, zich te redden. By hot reddingswerk zyn verschillende kranige stukjes verricht. De adelborst Chevalier, die het bevel voerde over de sloep, die de volle boot met Jantjes naar het oorlogsschip sleepte, ging onmiddellijk te water on redde niet uit de flacon vullen zon. Zijne oogen fonkelden vnrig onder de witte wenkbrauwen, en ik was gedwongen dit bevel op te volgen. Ik trad naar Mina toe en goot den inhoud van de flacon in den beker. De vloeistof was kleurloos en helder als water, maar toen ik haar inschonk, voelde ik dat de geur in de lucht elk oogenblik sterker en drukkender werd. Ik zag dat zy den drank aan hare lippen bracht, en toen ontmoetten hare oogen een oogenblik de myne. Eensklaps scheen de geheeie kamer rond tny heen te dansen, een vreemde, tooverachtige muziek klonk in myne ooren, myn hoofd klopte onstuimig en ik zonk bewusteloos voor hare voeten neder. Het was klaar dag, toen ik nit myne be zwijming ontwaakte. Ik lag op eene groote canapé of rustbed, in eensierlyk gemeubileerde kamer, met twee groote oponslaande Franscho ramen, die het uitzicht hadden op een schoonen tuin. Voor eene der vensters stond een schrijf lessenaar, waarop dichtgekurkte flesschen. Hut was een heerlyko dag, geen wolkje dreof aan het heldere azuur van den hemel, en in de verte zag ik de zee, waarop zich hier en daar een wit zeil vertoonde, terwyl het stille golfgeklots zachtkens tot mijn gehoor doordrong. Voor het huis schenen rozen en jssmyn naar boven te groeien, want ik kon de acharlakenroode knoppen van de eerste cn de witte sterren van de laatste te voorschijn zien komen. Dit alles maakte echter geen indruk op my, want het was mij onverschillig waar ik mij bevond, of hoe ik er gekomen was. Ik voelde door myne leden een loomheid eu uitputting, alsof ik maanden lang er aan minder dan 10 matrozen. Toen moest hy zelf, ten doode toe uitgeput, uit het water worden gehaald. Een matroos, Painter, redde vier kameraden, maar verdronk toon zelf. Admiraal Vreeland geeft voor het aantal dooden 29 op, voor het aantal vermisten 12. Scheepsramp. Zondagmiddag is het onverhoeds op de kusten van Engeland gaan stormen. Een ge lukkig zeldzaam ongeluk overkwam in «le Noordzee de stoomboot .Wolholmo" uit Grimsby. Ze kanteldo. De bemanning kon zich nog net in een reddingsboot bergen, behalve de tweede-machinist, die onderin was en mee de d.ieptn inging. Uit een advertentie in «De Zeenwsche Koerier" Een tweede gediplomeerde Tandarts is uan hel cabinet gehucht." Welk Vlaamsch in Nederlandsch overge zet zynde beduidtis aan de kliniek verbonden. Kijkjes uit mijn Venster. Kleinigheden. 5 October. De groote grauwo stoenen van den hoo- gen steiger worden door een zacht en vrion- •lelijk zonlicht beschenen. Daar, bjjna op het uiterste puntje, slentert ccn mooie, jongo vrouw heen en weer. Zon-1 derlinge spullen klungelen om haar lyf. Kleeren, die dwingen tot opmerken. Alles groen. Ze sleept een rood-bruinen, dikken dog aan een koord met zich. Is al vyf, zes maal stil blyven staan. Buigend bver het ijzeren hek. Om beter nog te kunnen ade men in de vochtige zeelucht cn de geur van 't aangestormde wier. Maar vlak in d'r omgeving zit haar echt vriend. Pioen-kleurig, glud-gcschoren snuitje. Lorgnet op den arendsneus. Haardos laug en sluik. Auto-pet met insigne. Bombazijnen of fluweelen jasje, waarover een ruime man tel van dambord-blokken-geel. Hy maakt krabbeltjes. Minstous een dozyn kinderen om hem beun. ,J6, ga nou wat op zy, de man kun zoo niks zien." «Baas, teeken my 'r is uilI" «Jy komt er ook op." Nietes." Welles." «Gossie, da's zonde, ik ben pas g?po- tretteerd." •is dat nou Rcmbrandt?' Weet ik het!' ,Een verver souder werk." Wat doet-ie dat gauw." «En fyn." Hoever is-ie nou al?" Een zedig meisje, dat lang en zwygend heeft toegezien, riep plots onbeschroomd «Hy teekent de haven, de schepen, de kazernes, de forten." «Zoo? Welja. Zie maar. Hier hei-je de Hars- sens, het wachtschip, de mariniers «Kott im Hiramell... Wenn jy nicht dadelick Halo I Pin jelui hier toof Ich hab wol dreimal De vreemde snoeshsuin is nydig. Op zyn papier ligt een druppel pruimensap en in de rugholte had-ie een stomp gevoeld. Oogenblikkelyk wenkt hjj de gras-groene dame. «Was?" Zachtkens wordt gefluisterd. 't Is alsof de dog dat alleen verstaat. Het monster-dier gromt en bromt. Allerakeligst. Wat echter verrassend helpt, want onder de hinderlijke omstanders komt de schrik er in. Sol noen kann ich..." Aan den overkant, op don respectabelen buitenhuid van de .Harssens" kuiert melan choliek een geuniformde patriot. Verlangend en aandachtig tuurt hy soms naar zyn con frater aan deze syde. Op de hooge battcry. Diens kin rust op de handen, gevouwen over den loop van zyn gewoer. Hy heeft wat men noemt 'n lauw leventje. Het is zeer aardig om to zien. Doch 't geeft volop stof tot nadenken. Nietwaar, als in DuiUchland, in Engeland, in Frankrijk, of waar ook, iemand sich zou verstouten, om, zoo maar in 't gezicht van Jan-en-alleman, nota bone, onder 't oog van een paar sohildwaohten, sohetjes te maken van zeehavens en nog wat, waaronder altjjd wol wat defensie-aangelegenheden, die dan dikwjjls voor hondordon van de hand gedaan worden door bemiddeling van den oen of anderen spionnagedionst, hij ging secuur achter slot en grendel. de koorts had gelegen en deze my nu eerst verlaten had. Lichamelijk gevoelde ik my zoo zwak, dat ik geen vinger bewegen kon, waarom ik geheel werkeloos in do kamer en door het venster rond zag. Ik was alleen. Toen kwam my eensklaps als een electrische schok de herinnering aan den avond van mijne aan komst in Prolldu voor den geest. Myn vroeger geloof, myn bünd vertrouwen in dokter Wald stein, verdwenen om plaats te maken voor bitteren haat en afschnw tegen den ouden man. Maar myne lichaamszwakte verjjdelde myn voornemen om op te slaan, en toen liet my eindelyk gelakte my op den eenen arm op te richten, voelde ik my zoo uitgeput, dat ik bedwelmd en machteloos weder op de canapé nederzonk. Negen uren ligt hij daar reeds bewusteloos, wanneer dat nog vyf aren langer duurt, dan weet ik dat myne plannen gelukken zullen. Dood en leven leven en dood hoe won- derlyk zyt gy aan elkander verbondenDeze woorden werden op een zachton, maar vasten toon uitgesproken. Hoewel ik geen teeken van leven gaf, had ik de stem van dokter Waldstein herkend. Ik hield myne oogen dicht en lnisterde. Denkelyk was hij alleen, want er volgde geen antwoord, ik kon ook door het krassen van zyne psn begrijpen, dat hy drnk schreef aan zynen lessenaar. Vroeger sprak ik van myne erge zwakte, maar tot myne groote vreugde begon ik te bomerken, dat, terwyl ik mut gealotene oogen nederlag, myn geest gedurig sterker werd. (Wordt vervolgd). i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1910 | | pagina 1