KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje Ons Zondagsblad. voor HoldonToxol, Wioringon on Anno Paulownam No. 3945. Zaterdag 8 December 1910. 38ste Jaargang. Eerste Blad. rsiriLLBTOig". Plicht en Liefde. 't Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct, (r. p. post 75 ct., buitenland 11.25 Pre-Zondagsblad i 37J 45 f0.75 miën j Modeblad >i>55>>>>&5> f 0.90 (Voor het buitenland bij vooruitbetaling.) Advertenti5n vaa 1 tot 5 regels 80 cent Elke regel meer6 Bewjjs-eieraplaar Vignetten en greote letters «orden naar plaatsruimte berekend. Intero.- Telefoon BO. Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Uitgeven C. OE BOER Jr. h. BERKHOUT 4 Co.), Helder. Bureauxi Spoorstraat en Koningstraat. No. 52, einde van den jaargang van het Geïllustreerd Zondagsblad, zal op 2 Dec. aan de geabonneerden worden gezonden. De kwitantie, groot 371/» cent, ter voldoening van de nummers 40-52, zal 6 December worden aangeboden. 11 December begint de nieuwe Jaar gang met No. 1 en bestaat nu de gelegen heid om op dit fraaie GEILL. ZONDAGS BLAD in te teekenen, hetwelk nog geen 3 cent per nummer kost en dat als premie aan onze abonné's wordt aan geboden. De 13 Nos. kosten slechts 377s ct., fr. p. post 45 ct. DE UITGEVER. NIEUWSBERICHTEN. HELDER, 2 December. Volkshuisvesting. By K. B. van 21 Nov. is aan de gem* Harlingen verleend een voorschot nit 's Rijks kas van ten hoogste f 59,400, ten einde haar in staat te stellen een voorschot van geljjk be drag te verleenen aan de Bouwvereeniging ..Harlingen", ten behoeve van den bonw van 46 woningen. Onteigening Damplannen. De gemeente Amsterdam heeft aangekocht ten behoeve van de uitvoering der Dam plannen de percoelen 10, 21 en 28 op den Vygendam en de psrceelen 19b en 194 in de Warmoesstraat. Met den eigenaar van een vijftal andere perceelen is zy nog in onder handeling. Panharing 1 Vroeger dan andere jaren wordt thans langs de Groninger Wadden veel panharing van klein soort gevangen. Voor de arbeiders is dit een ware uilkomst. De vischje» worden by de deuren goedkoop verkocht, maar door de groote vraag voor het bnitenland, ge- souten in vaten, vooral naar Antwerpen verzonden. Noodlottig spoorwegongeluk. Dinsdagmorgen hall vier is een goederen trein komende van Tilburg nabij Breda go- loopen op een rangeerenden trein. Er is groote materieele schade, terwijl de wissel wachter Van Steen en een remmer wiens identiteit nog niet vastgesteld is kunnen worden, onmiddellijk gedood waren. Het vermoeden bestaat dat de maohinist van den goederentrein door het signaal on veilig zou zjjn gereden. Het verkeer is ge stremd. Van andere zjjde wordt gemeld, dat de gedoode arbeider remmer Zandee heet. Beide verongelukten zjjn afkomstig van Rot terdam. De materieele schade is zeer belangrijk. Eenige sporen zjjn versperd. Een later bericht meldde De goederentrein, waarmede het ongeval S'.aats had, kwam van Venlo en komt te reda aan te 8.80u. voormiddags. De arbeider remmer Zandee, die zich in den bagagewagen bevond, en de wisselwaohter-rangeerder Van der Steen werden op slag gedood. Verder kwamen geen persoonlijke ongevallen voor. De beide sporen in de richting Tilburg werden versperd. Drie ploegen werkvolk zyn aan het werk gezet om het verbrijzeld of zwaar beschadigd materiaal op te roimen. Het verkeer is Woensdagnacht in orde gebraoht, zoodat de treinenloop weer gewoon is. De materieele schade is zeer groot. Ver nield of zwaar beschadigd zyn twee petro- leumtanks, vjjf goederenwagens en een loco motief. De Papendrecht8che strafzaak. Het gerechtshof te Arnhem heeft Dinsdag beklaagde Hendrik Garsthagen ontslagen van rechtsvervolging. Het hof verklaarde hem wel is waar schuldig aan het ten laste gelegde, doch ontsloeg hem van rechtsvervolging op grond, dat bekl., toen hij het feit pleegde, voor zich zelf over tuigd had te handelen in het algemeen belang. De Giftmenger van Hoorn. De terechtstelling te Alkmaar op Dinadag 29 Nov. 1910. Wjj beginnen met evon te herinneren aan het destyds zoo geruchtmakend en afschuw wekkend feit, dat de echtgenoote van den marktmeester en gemeentebode Markus te Hoorn en diens 14-jarig dienstmeisje den 298ten September na het gebruik van een stuk taart zoo hevig ongesteld zyn geworden, dat de vrouw 's nachts om 3 uur overleed en aan het meisje de Heilige sacramenten der Stervenden moesten worden toegediend. De taart was gezonden uit Amsterdam en een begeleidend schrijven van dezen inhoud was er by gevoegd: «Nu oude, smul daar maar lekker van «met je familie en wensch je in gezond heid weer met de kermis aan te treffen. Een oude kermisklant.'' Geen wonder, dat hier onmiddellijk aan een laffe wraakneming van een kermisreiziger werd gedacht, van iemand bijv. die niet tovreden was geweest met de plaats, hem op de kermis door den heer Markns aange wezen. JuBtitie on politie stelden onmiddellijk een onderzoek in, vonden in den aanvang even wol niets, dat hen den dader op het spoor deed brengen. Toen dan ook de zoo diep getroffen echtgenoot op het Hoornsche kerk hof het laatBte afscheid van de doode nam en Hoorns bargemecster namens de geheele bevolking woorden sprak van troost on mede lijden, was or nog niets naders bekend en groeide de vrees, dat er in Nederland wéér oen afschuwelijke misdaad ongeboet zou blij ven. Maar ziedaar spoedig daarop werd mot de meeste stelligheid gemeld, dat mon den dader had gevonden in een inwoner van Hoorn, die zelfs van nabjj de droevige ter aardebestelling had bijgewoond. Evenzeer als men zich er in den lande over verheugde dat het meisje in beterschap toenam, even zeer schonk het bevrediging, dat de dader was gevangen genomen. Nadere bijzonder heden schetsten in nog somberder kleuren de laagheid van de daad. Zy zeiden, dat het hier gold een in koelen bloede opgevat en uitgesponnen plan om den heer Markus er aan te doen gelooven, om een ouden wrok te koelen en de daardoor ontstane maat schappelijke betrekking zelf in te nemen, dat de dader by de nitvoering van zyn helsch plan zelfs wel had gedacht aan de mogelijk heid, dat anderen mede den dood zoudeD kunnen vinden. Laaghartiger daad iB haast niet denkbaar dan deze, waardoor de dader twee families zoo ontzettend heeft getroffen. Twee immers naaBt deernis voor de fami lie Markus moot men diep medelyden gevoe len met de waarlyk niet minder zwaar ge troffen familie Beek, die zoovele achtens waardige leden telt. Moge de wetenschap, dat ook met hen medegevoeld wordt hen tot troost strekken by de ramp, die over hen gekomen is 1 Voor den dader zien we helaas geen enkel lichtpunt. Misschien dat de openbare terecht zitting, die zoo aanstonds beginnen gaat het is nu nog civiele zitting bijzonder heden geeft die op hem en zyn daad een eenigszins minder ongunstig licht werpen, misschien dat de ambtenaar van het Open baar Ministerie, die onlangs verklaarde, dat het by het nemen van een requisitoir steeds zyn gewoonte was, ook aan te voeren wat in het voordeel van den beklaagde is, mis schien. dat het den door de wet daartoe ver plichten verdediger zal gelukken eenige vonk jes van sympathie op te rakelen, enkele vleugjes van clementie aan te blazen Na afloop van de civiele zitting, worden de deuren voor het publiek geopend. In anderhalve minuut is de beschikbare ruimte volgedrongen en volgepropt, worden de deu ren weer gesloten, en wordt het publiek lot orde en stilte aangemaand. De beklaagde. Om vyf minuten voor half elf wordt de beklaagde binnengeleid, klein, oud kereltje, dubbel-klein lykend tusschen de beide veld wachters, hoornen van kerels. Hij zegt kan toorbediende te zyn, 63 jaar oud, geboren en wonende te Hoorn. Stumperig staat hjj toot den president, mr. van Tienhoven, wien hy met duideljjke stem antwoord op de vragen geeft. De voor lezing van het vonnis hoort hy met gebogen hoofd aan on zooals hy daar zit op het bankje, Ijjkt hy een klein, ineengeschrompeld man netje, dat men niet in staat zou achten tot de vreeselyko misdaad, welke hem ton lasto gelegd wordt. Voorgelezen wordt het hierboven weerge geven briefje. Dan leest mr. Van Hees o.m. voor hot visum repertum der deskundigen, waarvan de bijzonderheden den armen heer Markus op de getuigenbank doen schreien was het wel noodig hem al die sectie zaken, de blootlegging van het lijk van zyn eigen vrouw te doen aanhooren De beklaagde bekent hetgeen hem ton lasto gelegd wordt. Tot 1907 is hij geweest marktmeester in Hoorn met Markus. Hy herinnert zich dat de laatste ziek is geweost en hy de functie hoeft waargenomen. Hy heeft toen gelden in ontvangst genomen voor staangeld on dit niet dadel jjk afgedragen. Markus had hom beloofd er niet over te zullen spreken, toen de fraude werd ontdekt, maar dit toch gedaan, zoodat boklaagde zjjn betrekking verloor. Later had hy hem beloofd in April als afslager af te treden, en bekl. dan te helpen om zjjn opvolger te worden, maar dit niet gedaan. Dus gedeeltelijk uit wraak, gedeeltelijk met het oog op de vrij komende betrekking had hy zjjn daad bedre ven. Drie weken voor de daad had hy het plan opgevat om Markus van kant te makon. Den 28sten September is hy naar Amster dam gegaan, niet van uit Hoorn, maar van uit het station Scharwoude-Avenhorn, waar heen hy geloopen was. Waarom deodt u dit?" vraagt de pre sident. ,Dat weet ik niet." «Zoo. Hadt u rattekruid by n?" «Ja." «Hoe kwam u daaraan ,Dat had ik om ratten te dooden van m'n zwager gekregen. Maar had ik het maar weggegooid Ja, hadt u dat toch maarl Maar als u rattekruid expres meegenomen hadt, dan wist u ook wel waarom u niet in Hoorn op den trein gegaan is. Was het om te voorkomen, dat men uw spoor gemakkelijk vond?" De beklaagde geeft op alle "vragen van den president een toestemmend antwoord, waarin zjjn volledige bekenteniz van den daad ligt opgesloten. Op de vraag, of hy wel gedacht had, aan het gevaar dat do vrouw van Markus zou loopen door het ook gebruiken van de taart, antwoordde hy«Ik heb gedacht, dat Markns nogal egoïstisch was en de taart wel alleen zoo opeten". De president: .Dat antwoord is onmogelijk en absurd. Zeg de waarheid, martel u zelf niet langer. U is aan het onzalig idee ge komen door het lezon van slechte romanne tjes en daarin zjjn in kleuren en fleuren de gevolgen van een vergiftigiug geschetst. Las u nooit een, waarin ook andere personen dan de bedoelde vergiftigd werden ,Neen". Dat is zeer onwaarschijnlijk. Was het eon flesch met jenever, een zak met tabak, welke u vergiftigd hadt, dan hadt U kunnen zeggep: ik kon verwachten, dat die vrouw er niet van gebrniken zou. Maar uw antwoord is in dit geval absoluut onaannemelijk De beklaagde mag ten slotte gaan zitteD. Zijn verboor heoft een uur geduurd. Na het hooren van een zestal getuigen wordt voorlezing gedaan van de bekentenissen van beklaagde voor den rechter-commissaris. Hieruit bljjkt, dat volgenB boklaagdes be wering Markus hem indertjjd twee dagen heeft gegeven, om het verduisterde geld aan te zuiveren en beloofd heeft er geen gewag van te maken. Beklaagde zeide verder, hoewel hjj Markus wilde treffen, niets gedaan te hebben om te voorkomen dat anderen het slachtoffer werden van zjjn daad. Van een taart, die verleden jaar aan Markus zou zjja gezonden, zeide beklaagdo niets te weten, hjj had haar niet gestuurd. Hjj gaf toe, dat onafhankelijk van zjjn wil de heer Markus niet is gestorven. De 84-jarige Willem Markus moet daarna getuigen. De pres.Herinnert ge U dat 29 Septem ber om rnim een uur by U thuis een pakje werd gebracht, waarin een koek, een taart zat,, met een briefje Ja, mynheer de president dat weet ik, en dit briefje en dat doosje zyn hetzelfde en de taart was als deze edelachtbare, 's Avonds tusschen half zeven en zeven uur heb ik de taart aangesneden, mijn vrouw en de meid en ik zelf kregen een stuk, maar ik heb er niet van gegoten, want ik hou niet veol van zoetigheid. De vrouw en het dagmeisje aten er van. Grietje werd tegen zevenen al on gesteld en mjjo vrouw klaagde over pjjn in het ljjf, werd misselyk, kreeg veol diarrhée en het werd hoe langer hoe erger. Ze werd heel ziek, ze overleed. Haar laatste woorden waren «ik bon vergeven". Is Beek marktmeester geweest Ja. Drie jaar geleden heeft hjj geld ver duisterd van de gemeente. Ik heb het aan gegeven en toen is hjj ontslagen." Hadt U hem beloofd als afslager af te treden .Neen, beloofd heb ik het niet. Ik ken hem niet. Ik ben ook niet afgetreden, omdat ze me gevraagd hebben te blijven". De verdediger vraagt bijzonderheden over de malversatie. GetuigeHy heeft van mjj geld verduisterd en ik heb hem boloofd daar niets van te zoggen. Maar over het geld van de stad heb ik niet gesproken". Vordediger: «is het waar dat getuige ge zegd heeft dat hjj zjjn voorspraak zon zijn bij de betrekking?" Getuige: Neen, dat heeft hy by zich zelf gedacht. Beklaagde: Hy heeft gezegd Beek doe je best, ik zal zien jou erin te krjjgen. Vervolgens worden nog een tiental ge tuigen verhoord, die alle de bekende bijzon derheden omtrent het koopen en verzenden van de taart bevestigen. Daarna neemt de Officier van Justitie bet woord en zegt het volgende: Indrukken vervagen snel, zeide spreker, en onzen tjjd kost het moeite ze terug te vinden. Maar op dezen regel zyn uitzonde ringen, er zyn indrukken, die men nimmer vergeet. Een dergeljjken indruk ontving de stille stad Hoorn op 80 September, toen het be kend werd, dat een algemeen geachte vrouw was overleden en een klein meisje zwaar ziek was geworden, tengevolge van een misdaad als gelnkkig zelden voorkomt. Was het wonder, dat de onsteltenis in Hoorn, in dit arrondissement, in den lande zoo verbij sterend groot was De misdadiger had het spoor trachten uit te wisschen, maar hy is per slot van reke ning gevonden en den 4 October werd hjj aangehouden en naar hier overgebracht. Hoe groot de verontwaardiging was, bleek nit de vox populi, die zoo vaak de vox dei is, immers in Hoorn riep men: geef hem maar aan ons over, wjj zullen hem wel straffen» en uit het woord dat spreker hier van een eenvoudig man hoorde: «geef hem de rest van de taart.' Met het oog op de ernst van het feit, wil spreker schilderen hoe de beklaagde zich voor en in don loop van de misdaad heeft voorgedaan. Hy wijst er op, dal deze man een wrok heeft opgevat tegen Markus. Hy heeft thans zelf gezegd, dat hy drie weken mot zyn zwart plan heeft rondge- loopen. Spreker ziet hem voor zich, onder het mom van vriendschap en hartelijkheid den brief schrjj vend met de linkerhand, waarin hy de hoop uitspreekt hem het volgend jaar weer te zien. Is dat niet cynisch? Hy gaat op reis, zyn voeten droegen hem naar Avenhorn, vandaar spoorde by Daar Amsterdam .en Haarlem, waar hy de taart bestelde en in een café iets gebruikte en in den tuin daarvan later onbespied zijn boos aardig plan ging volvoeren. Spreker ziet hem daar zitten in den tuin, met milde hand strooiend het doodelijk vergif. Hy pakt de taart in een blanken doos en haalt uit zyn zak het pakpapier, dat hy dék uit Hoorn heeft meegenomen. Dan verlaat hy Haarlem on geeft het af ia Amsterdam. 's Avonds is de beklaagde teruggekeerd. Behoeft het zwarte feit, een sluipmoord uit de middeleeuwen, nog illustratie? Is het wonder, dat ik zeg, dat er voor dezen bo klaagde geen genade kan zyn? Nu 't ten laste gelegde. De poging tot moord op Markus staat vast. Dat zij niet geslaagd is, is buiten de schuld van dozen beklaagde. Maar uren zouden we kunnen spreken over den moord op de vrouw en de poging daartoe op het kind. Beklaagde heeit voor de rechtercommissaris verklaard rekening te hebben gehouden met de omstandigheid, dat anderen het slacht offer zouden kunnen zyn geworden. Hy heeft dit heden wel ontkend, maar aan de eerste verklaring hecht ik meer waarde. Hy heeft, hoewel hy er aan dacht, niet getracht de ge volgen ongedaan te maken. Daarom moet hjj de verantwoordelijkheid volkomen dragen. De feiten zjjn bewezen en ze zijn strafbaar gesteld. Ik zou kunnen eindigen, ware het niet dat ik een woord van sympathie wilde wjjdon, niet aan don beklaagde, want ik heb mots uit zyn leven kunnen vinden dat een licht punt is, maar aan do brave kinderen van den beklaagde, die allen hun plicht doen en met opgeheven hoofde door den lande gaan. Ik wensch hun van harte de kracht toe het leed te dragen. Ten slotte oen woord tot u beklaagde. Ik vind, dat er voor u geen plaats meer is in de maatschappij. Toch wil ik u niet met dit woord laten weggaan. Teruggekeerd in uw cel hoop ik, dat in de cel het berouw zyn intrede zal doen in uw ziel, over uw daad jegens de onschuldigen, uw gezin, d» maat schappij. Ik hoop, dat gjj dit berouw voedsel zult geven, opdat gy eens, wanneer ge voor den Hoogen Rechter zult staan, voor wien we allon moeten verschijnen, vergiffenis zult krygen Ik heb de eer Edelachtbare Hoeren te requireeren, dat beklaagdo zal worden schul dig verklaard aan moord en poging tot moord en zal worden veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf. Aan den advocaat Mr. Dorbeck was de uiterst moeielyke taak opgelegd den beklaagde te verdedigen. In zyn pleidooi liet hy uitvoerig het licht vallen op het voor hem moeielyke geval in deze zaak, waarin hem was opgelegd alles naar voren te brengen, wat den be klaagde maar eenigszins kan verlichten. Met het oog daarop trachtte hy omtrent eenige zaken twyfel op te wekken. Zoo zeide hy Twyfelniet of al dan niot wel vast staan de feiten, waarop de vervolging van dezen beklaagde rast; die feiten staan ook voor my onomstootelyk vast. Twyfel even min aan de afgelegde getuigenverklaringen, omtrent welke hetzelfde moge gelden. Twyfel nog veel minder aan het grondig weten schappelijk en kundig rapport der in deze zaak gehoorde deskundigen, waaraan ook ik van deze plaats gaarne de welverdiende hulde gaarne breng, doch twyfel.... E.A.H. aan de juistheid van de qualificatie, welke het geëerde officie althans aan twee van de ten laste gelegde feiten wil geven. Eo, vergunt my dit punt even nader te bezien. By dagvaarding worden ten laste gelegd drie delicten, te weten: 1. Poging tot moord op den getuige Markus. 2. Moord op diens echtgenoote. 8. Poging eveneens tot moord op de dienstbode. Na een verdere juridische uiteensetting, eindigt pleiter zyn pleidooi aldusIk voel eindelyk behoefte even stil te staan by dezen beklaagde. Ziet hier voor u een 68-jarig man, een man, aan den avond van zyn leven, die volgens de tot ons komende geruchten, niet sympathiek is, maar wiens leven toch buiten justitie on politie is verloopen. Met afschuw en ontzetting heeft ook mjj zyn daad vervult. Ik stel my voor, dat hy, ter zake van welk delict dan ook, langen tjjd aan de maatschappij zal worden onttrokken, voor indien onverhoopt het requistoir van het O.M. by nwen rechtbank ingang zon vinden. Ik ga verder dan het geachte officie. Wenschte deze hem toe, dat binnen de een zaamheid van de nauwe celmuren wroeging en berouw zal komen, ik hoop, dat w&oneer dat berouw cr is, het dezen beklaagde ge geven moge zjjo, zelf buiten de gevangenis vergiffenis te vragen aan zjjn eigen vrouw, wier leven hy heeft verwoest en aan Markus, wiens vrouw hy vermoord heeft. Het vonnis is in uwe handen en ik hoop, dat wanneer ge tenslotte in de raadkamer zjjt, en de zaak zult beraadslagen langs de wegen, waarin ik de zaak heb geredresseerd, dat dan het woord clementio u niet vreemd zal zyn. Beklaagde heeft niets ter zjjner verdedi ging aan te voeren. (Alkm. Ct.) Gevecht tusschen een dierentemmer en een leeuwin. In een klein beestenspel in het Noorden van Berlyn heeft zich Zondag een verwoed gevecht tusschen een dierentemmer en een leeuwin afgespeeld. De temmer Karl Maier, een vermetel en sterk man, had al herhaal- delyk de leeuwin onnoodig gesard. Zaterdag had zy hem dan ook reeds met haren klauw een lichten slag in het gezicht gegeven. De leeuwin, een prachtig dier, is vyf jaar ge leden in Dnitschland geboren en met de flesch opgebracht. Zondag scheen zy hare. gewone kalmte herkregen te hebben. Maar nauwelyks was Maier 's avonds de kooi bin nengekomen, of het dier blies opgewonden naar hem en van zelf ontstond or een worste ling tusschen beiden. Maier bleef, dank zy zjjne Herculische kracht en xyne_ grooto handigheid, overwinnaar, maar liet zich door hot verdwaasde handgeklap van het publiok verleiden, don strjjd onnoodig te rekkeo. Eindelijk liet hy de leeuwin los, ging voor haar staan en maakte eenige malen een bui ging voor het publiek. Het nog altjjd grom mende beest scheen op het oogenblik gewacht te hebben, dat Maiers's aandacht afgeleid was. De leeuwin sprong plotseling op hem af, sloeg hare klauwen in zijn nek en haalde er een groot stuk vleesch uit. Een dikke straal bloed spoot tot aau den wand van do kooi. En een oogenblik later had de leeuwin den hals van den gevallen temmer in haren muil. Eenige helpers van den temmer spron gen dadelyk met jjzeren staven toe, terwjjl anderen met een breckjjzer haren muil open braken. Men kon Maier, die uit tal van wonden bloedde, uit de kooi trokken, waurna oen dokter vau eon verbandpost hom hielp. In byna hopeloozen toestand is de man ton slotte naar een ziekenhuis gebracht. Stormramp in de Kaspische Zee. Astrakan, 29 November. Op de roede zyn meer dan 10 schepen gezonken, waar- ondor enkele met de bemanningen. Een aan legplaats met 800 Perzische bootwerkers is losgerukt en in zee gedreven. Er is geen hoop ben te redden. Op de reede van Koerjef zijn 2 stoombooten en 4 schuiten in het jjs ingesloten. Zeven kustplaatsen zyn over stroomd. Te Stamsa Wasnessenskaja zyn on geveer 100 huizen afgebrand 700 menschen zyn dakloos. Nader meldt men liet 8.8. gImperatriaM Alexandra" is na een stryd van drie dagen tegen den storm, dio in de Kaspische Zee heersoht, te Petrofsk aangekomen. Het schip heeft 16 schipbreu kelingen gered. Er zijn 16 schuiten gezonken. Moor dan 200 Perzische en meer dan 100 Russische bootwerkers zyn in zee wegge dreven en bevroren of verdronken. De keizer en het alcohol gebruik. Te MUrwik, by Flensburg, werd dezer dagen een marine-school geopenden de keizer, die daarbjj tegenwoordig was, hield een toespraak tot de adelborsten, waarin hy met groote beslistheid de aanstaande zeeofficieren den raad gaf zich van alcohol gebruik te onthouden; hy besloot met de uiting: In den komenden strijd zal de over winning aan de zyde vaa de natie zyn, die het minst alcohol-gebruik zal aanwyzen. Naar aanleiding dier redevoering van den keizer, schrylt dr. Johannes Leonhart, lid van den Ryksdag een artikel io het //Berl. Tageblatt", waarin hy zegt: By het lezen van zulk een toespraak is mon geneigd aaa een plotselinge opwelling, een improvisatie van den keizer te denken; maar dat is hier niet zoo. Wilhelm II heeft zich reeds lang mot het alcohol-vraagstuk bezig gehouden, en zich zelf de strengste onthouding in het gebruik van alcoholischo dranken opgelegd. Zyn redevoering moot derhalve als een uiting van een innige over tuiging worden opgevat. In Duitachland is alcohol tot dusver als een uitmuntend belasting-object beschouwd, maar in politieke kringen heeft men zich te weinig met de andere, de ethische zyde van het alcohol-vraagstuk bezig gehouden. In vele andere landen wordt eiken candidaat voor een parlement of volksvertegenwoordi ging naar zyn meening over dat vraagstuk gevraagd, In Dnitschland wordt daarovor niet gedacht. Dr. Leonhart wjjst er op, dat in de Duit- sohe marine het alcohol-gebruik sterk afneemt. Oader de matrozen vormen zich matigheids- of afschaffers-vereenigingen, en nu is het merkwaardig, dat een aantal zeeofficieren dat met leede oogen zien, en den onthouders allerlei moeilykheden in den weg leggen. Daarentegen zyn weder vele hooggeplaatste officieren, op het voetspoor van de schitte rende resultaten door de onthoudersbewegiog in de Engelsche marine verkregen, besliste voorstanders van onthouding. De Keizer heeft dezen naar het hart ge sproken. 18) fcO ja, ja", zeide de majoor, .wees zoo goed my te volgen". Laura bleef alleen, en stond, met de handen gevouwen op den vleugel geleund, in gepeins verzonken. Waar om had hy het tweede vers niet willen zingen Zy aam de muziek en las Da ging ich aucb und suchte, die Weltwohl hin und her, Ich linde, ach, doch Keine, die Dir nur ahnlich wër'. Drumm last mi oh nicht mehr suchen, und gieb mir endlich Ruh, Denn Du bist meine Einz'ge Du Reino Schone Du I Ofschoon oen hoog rood haar gelaat be dekte, huiverde xjj nochtans en weder zag zjj dien blik, dien blik I De dienstzaken waren weldra afgeloopen, en Henri kwam binnen, om van de dame des huizes afsoheid te nomen. .Wilt ge niet bljjven theedrinken vroeg de majoor op een toon, die verried, hoe de uitnoodiging alleen uit beleefdheid geschied de. De jonge officier bedankte en mevrouw Von Olefeld zeide geen woord om hem te rug te houden. De avond ging vrij ««otonig voorbij; Laura begaf zich vroeg ter ruste eu Tancred dwong zich zelf tot den arbeid. Maar zjjn gedachten dwaalden aanhoudend af en hy moest hot eindelyk opgeven. Peinzend zat hy by den haard en tuurde in de vlammen. Zyu huis Bcheen hem nog eenzamer toe dan in de treurige dagen van zyn weduwnaarsleven. Hy stond op on langzaam door de kamers gaande, kwam hy voorbjj de piano waarop nog de muziek lag. Waarom had Von Ring hot lied niet ten einde gezongen Tancred wilde de muziek opnemen, maar een angstig voorgevoel deed hem dio ongeopend weder nederleggen. Hy zette zyne wandeling voort, maar weder voorby den vleugel komende greep hy het lied en las de laatste regels van het vers. Lang bleef hy er op staren en het blad nederleggende, fluisterde hy .Denn Du bist meine Einz'ge Du Reine Schone Du 1" Dus daarom nietDaarom Met de hand voor do oogen bleef hy als vernietigd staan. Sedert lang had de adjudant zyn bezoe ken geBlaakt, Van do zittingen voor het por tret was geen sprake meer geweest; Laura en Henri hadden elkaar in een gozelschap ontmoet, maar nergens over gesproken. Het toeval had hen aan tafel naast elkaar ge plaatst en Tancred zag, hoe zy vermeden samen te praten. Laura was in een druk gesprek met haar anderen buurman en de adjudant was buitengewoon stil en afgetrok ken. Hjj zag 'er vervallen en somber uit, hy, die altjjd zoo vroolyk en opgewonden was. Dit was zelfs zoo in het oogvallend, dat men hem vroeg of hy zich ongesteld gevoel de. Hy ontkende dit en trachtte een opge wekt gesprek te beginnen, maar lang hield hy het niet vol en hy verviel weldra weder in zyu sombere afgetrokkenheid. Laura zag er beelderig uit, al was zy wat bleeker dan gewoonlyk. Het diner was afge loopen en de echtgouooteu reden zwjjgend naar huis; beiden gevoelden dat er iets tusschen hen was gekomen, maar geen van beiden durfde er over beginnen. Laura had kunnen schreien van weemoed, maar zy deed haar best een gesprek te beginnen en Tan cred, die diep medelyden met zyn jonge vrouw had, hielp haar daarin voort. Zy wisten evenwel, dat zy alleen praatten om hetgeen waarvan zy vervuld waren te ver bergen. Getrouw aan zyu voornemen, werden nu door den majoor alle uitnoodigingen aange nomen. Byna overal troffen zy Von Ring aan, die zooveel mogoljjk mevrouw Von Olefeld ontweek; deze kon in zyn tegen woordigheid haar verlegenheid byna niet ver bergen, hetgeen Tancred met steeds grooter kommer zag, maar dat hem toch met eer bied voor zyn jonge vrouw vervulde. Ook heden kwam er weder een uitnoodiging. tOch, laten wy liever bedanken", zeide Laura .ik voel me vermoeid, wy zyn dezer dagen reeds zooveel uit geweest". De majoor moedigdo haar aan om te gaan. Neen, neon, ik kan niet, wees zoo goed het te laten af zeggen". .Maar kind, waarom wil je niot gaan?" .Omdat ik te moe ben", herhaalde Laura. «Nu, goed dan", zeide de majoor mede- Ijjdend en hy schreef een briefje om voor de aitnoodigiug te bedanken; deze vrouw, die voor haar betere gevoelens stryd voerde, had iets voor hem dat hem diep trof. De veijaardag van den majoor brak aan, maar er was geen portret. Laura was seer opgewonden en verraste haar echtgenoot met allerlei geschenken, welke zy zelve had gewerkt. .Dit is je eerste verjaardag, welken wjj samen vieren", zeide zy met trillende stem. «Ik heb God gebeden dat hy een vreugde dag voor ons zou worden en dat wy dien nog vele jaren zullen beleven". Vleiend leg de zy haar hoofd tegen zyn schouder eu de tranen vloeiden langzaam over hare wangen. .Je liefde, beste Laura, is voor my het schoonste wat ge my kunt schenken. Wilt ge my altoos blyven liefhebben ,Ja, Tancred, dat wil ik", on hy voelde hoe haar slanke gestalte in zyn armen beef de, en wist welken stryd zy te strjjden had. Een vreeselyke smart doortrilde hem en hy begreep, dat hy deze vrouw nog nooit zoo vurig bemind bad als nu. Tegen den middag kwamen al de officieren van het bataljon hun chef met zyn geboortefeest geluk wen- scben. Natuurlyk bevond Von Ring zich onder hen en Laura schrikte terug voor het oogenblik dat zy hem zou ontmoeten. Zy praatte levendig met al do heeren, alleen Henri ontweek zy. Op eens begreep zy hoe dit hom moest krenken. Waarom gevoelde zy zich eigenlyk zoo bevangen tegenover hem Wat moest hy zoo wol als Tancred daarvan denken NeeD, zoo kon het niet voortgaan, zy zon trachton zich te beheerschen. .Ik moest eigenlyk boos op u zyn, mjjn- heer Von Ring, on myn man nog meer", zeide xjj zoo kalm mogelyk, .het is zoo lang geleden sedert gy by ons waart, en op onze eerste zitting voor het portret is geen tweede gevolgd". Hy verontschuldigde zich zoo goed het ging en beloofde spoedig te sullen komen, om het portret af te maken. De heeren na men afscheid en verzekerden om stryd, dien avond gaarne te sullen terugkomen. Nu kunt ge van avond eens toonen welk oen flinke huisvrouw gjj zjjt», zeide Tancred, zoodra zy alleen waren. .Dezen dag kad ik liever stil met jou al leen doorgebracht», antwoordde Laura na denkend. «Dat ging niet aan, myn best wyfje', her nam hy, haar zacht langs den wang strykeede, ,dic jonge lieden moet ik hoog noodig eens by ons aan huis ontvangen. Vindt ge het te veel voor je .Neen, neen, dat is het niet; wat gy noo dig acht is voor my nooit te veel moeite, lieve Tancred Zy beloofde haar best te sullen doen, en terwyl zy alles in orde bracht, verhelderde haar gelaat. Zy zouden gasten ontvangen en onder die gasten bevond zich Henri Von Ring. Maar hemel, was dit gevoel van vreugde niet reeds verraad tegenover Tancred Een zware zucht ontsnapte haar. Welke booxe geest gaf toch steeds aan haar gedachten, vroeger zoo onschuldig, die noodlottige rich ting I Zy herinnerde zich hoe hare moeder op haar sterfbed Tancred dankbaar had aan gezien, toen zy overtuigd was, haar eeuig kind gelukkig en verzorgd achter te laten. Zou zy nu deze verwachtingen ten schande maken Als zy eens iemand te logeeren vroeg, dan zou zy niet meer de eenige dame zyn als Henri kwam; wie weet of zyn hart dan niet... zyu hart 1 Het duizelde haar. Voor de eerste maal vroeg zjj zich ernstig af, of hy haar werkelyk beminde, tot nu toe wist zy alleen wat zy voor hem gevoelde. Dat moest hoe eerder hoe beter anders worden. «Luister eens, Tancred 1» Je nichtje Bertha was reeds lang van plan ons eens te bezoe ken. Potsdam is dicht bijals wy terstond telegrapheeren, kan xjj vóór van avond nog hier zyn». •Is het je met mjj alleen te stil vroeg Tancred treurig. .Neen, dat niet, maar Tancred zag hoe zy verbleekte, en hy be gon te vermoeden, dat zy het jonge meisje als een bescherming voor zich zelve verzooht. .Ga je gang, myn kind', zeide hy en ter stond werd een telegram naar Potsdam ver zonden. In plaats van antwoord stond juf frouw Bertha von Allen tegen den avond voor haar. «Daar ben ik, beste Laura, en nu kun je zien hoe je mo weer kwjjt raakt! Maar ik kom bepaald om me eens recht te amuseeren. Je moet me naar comedies, bals en concer ten brengenik vrees, dat je al spoedig beronw znlt krygen, my zoo lichtvaardig te hebben uitgenoodigdJe ziet me zoo onder zoekend aan. Hoe beval ik je Vindt ge my nog al knap Laura zag haar nog altyd aan eu begon oindelyk hartolyk te lachen. .Eigenlyk zat ik er over te denken, of gy de geschikte persoon zjjt, om eon dozjjn Initenants flink te woord te staan». .En tot welk besluit zjjt gy gekomen «Dat jjj er als geschapen voor bent». .Heerljjk, heerljjk, eon heel dozjjn en zelfs nog meer neem ik er voor mjjn rekening'. De dames gingen zich kleeden. Hoe meer echter het uur van Henri's komst naderde, hoe meer Laura vreesde, dat haar plan .mis lukken sou. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1910 | | pagina 1