KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Helder, Texel, Wlerlngen en Anna Paulowna.
No. 4031
Woensdag 27 September 1911.
39ste Jaargang.
Tweede Blad.
Bet pantserschip „Liberté" vernietigd.
't Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct., fr. p. post 75 ct., buitenland f 1.25
Pre- Zondagsblad 37$ 45 (0.75
rniënj Modeblad 55 65 f0.90
(Voor het buitenland bij vooruitbetaling.)
Advertentiën van 1 tot 5 regels 30 cent.
Elke regel meer6
Bewijs-exemplaar'2$
Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Interc-
Telefoon BO.
Vereohijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Uitgever C. DE BOER Jr. (v./h. BERKHOUT 4 Co.), Helder.
NIEUWSBERICHTEN.
HELDER 26 September.
De Zeehond" is hedenmorgen alhier
binnengekomen.
De mutatiën en bevorderingen in de
hooge en lagere rangen van het officierscorps
der landmacht kunnen, naar men ons meldt,
tegen November a.s. worden tegomoetgezien.
Door de vischsohuit Urk 61 is hedenmor
gen alhier aangebracht het lyk van den vis-
scherman C. Bakker, die verleden week in de
haven van Scheveningen is verdronken en
aldaar gisteren is opgehaald. Hy was alhier
woonachtig.
Engelsche spionnen en de Hollandsche kust.
De Berlynsche correspondent van het (Han
delsblad' seint d.d. 25 Sept.:
De (Deutsche Tageszeitung» van heden
avond bevat een hoofdartikel, getiteld: /Mis
bruik van de Nederlandsche kast door
Engelsche spionnen', van de hand van den
maritiemen medewerker, graaf Reventlow.
In dit artikel wordt betoogd, dat de beide
Britsche officieren, onlangs te Emden gear
resteerd als verdacht van spionnage, eigen
lek op vrye voeten gesteld werden, omdat
zy de notities en pliotografische opnamen van
militaire beteekenis dadelijk aan boord van
hun jacht brachten, dat in de Nederlandsche
haven Delfzijl lag.
Terwyl zy in hechtenis waren, weigerden
zy hnn vaartuig te laten komen, omdat het
materiaal, daar aanwezig, voldoende was om
hun schuld te bewyzon. Zij werden vrijge
laten uit gebrek aan bewijs, terwijl de be
wijzen in een schip wareD, dat op Neder-
landsch gebied lag, onder de oogen van de
Duitsche autoriteiten, die niet bevoegd waren
het schip to doorzoeken.
Graaf Reventlow beweert, dat het niet
langer geduld kon worden, dat de Neder
landsche kust gemaakt wordt tot een operatie
basis voor Engelsche spionnen. Het kan de
Nederlandsche regeering ook niet aangenaam
zijn en wenschelijk lijken, op die manier
gebruikt te worden als hulpmiddel om de
Engelsche pogingen bij den aanstaanden oor
log met Duitschland voor te bereiden. De
internationale toestand is voor Nederland
delicaat. Ook de consequentie van het toe
laten van deze echt Engelsche oorlogsgestie
moet onder de oogen gezien worden. Het
beste en meest voor de hand liggende zou
zijo, dat de Dnitsche regeeriDg zich dadelijk
in verbinding stelde met de Nederlandsche,
om van deze voor dergelijke gebeurtenissen
do verzekeriog te verkrijgen van het opheffen
van het gastrecht.
Het zekerste en eenvoudigste middel zou
echter zijn de toestemming van de Neder
landsche autoriteiten, dat een verdacht schip
in een Nederlandsche haven ook onderzocht
mocht worden door de Doitsche autoriteiten.
Het komt er echter minder op aan hoe het
gedaan wordt, dan dat het gedaan wordt.
Dan zou tevens de internationale toestand
van de Eems geregeld kunnen worden.
In Engelsche bladen kon men verleden
jaar lezen, dat de Eems voor de eene helft
in de lengterichting verdeeld, Duitsch, voor
de andere helft Nederlandsch was. Ingeval
van oorlog zou de Nederlandsche helft neu
traal zijn, terwijl de Duitsche helft in staat
van oorlog zou verkeeren.
De rivier is echter ééa geheel.de toegangs
weg tot het Dnitscbe land. Het gevolg is,
dat het Dnitsche ryk verplicht en gerechtigd
is, alle beschermende maatregelen te treffen,
die het noodig acht. Tot zulke maatregelen
behooren niet alleen vestingwerken en andere
oorlogBtoebereidselen, doch ook de beweging
van het water, van het geheele water, niet
alleen voor een imaginaire helft.
„De ËDgelschen beweren", zegt graaf
Reventlow verder, (dat Duitschland in Em
den het best zijn troepen kan concentreeren
voor een landiDg in Engeland. In werke
lijkheid echter wordt de monding van de
Eems met Borkum en Emden door de En
gelsche admiraliteit voor zoo belangrijk ge
houden als een steunpnnt voor de Engelsche
vloot in geval van oorlog met Duitschland.
Daarom vinden de Engelschen het onvrien
delijk, wanneer Duitschland tracht de mon
ding vaH de Eemz militair te versterken.
Dnitschland is laat hiermede begonnen en
bet is opvallend, dat do Engelschen, zoodra
zij dit bomerkten, zich weer in het bijzonder
interesseerden voor Borkum, Emden en de
Eems.
Bij de verdere versterking van de Eems
gaat het alleen om een vormon-kweatie. Do
zaak is belangrijk genoeg, dat do Daitscho
regeering zoo spoedig mogelijk vrijuit daar
over spreekt mot de Nederlandsche.
De scheepsramp op de Schelde.
Omtrent een ODgeluk op de Schelde waar
van wij reeds met enkele woorden melding
maakten, doelt ,De Nieuwe Gazet'" nader
mode
Zondag morgen te 3 uur, had op de Schelde
ter hoogte van Hemixem, een schrikkelijk
ongeluk plaats. Een dikke mist hing over den
strooT, en verscheiden schippers wierpen het
anker uit om de klaarte af te wachter).
Zulks deed o. a. de schipper Landoyt, die
voor Hemixem ten anker ging liggeD. De
schipper was met zyn knecht op het dek
van hot schip toen hun aandacht getrokken
werd door het geluid van een sleepboot.
Welhaast bemerkten zij den sleeper -"Vil-
vorde", die op het binnenschip .Flora"
voorttrok en in hun richting aankwam. Zjj
riepen nit alle macht, maar het was reeds
te laat; de .Flora* botste met een schrik
kelijk gekraak op hun vaartuig.
Op de .Flora", die mot cement geladen
was, bevonden zich de schipper Adriaenssens,
diens vrouw en twee kinderen, 4 en 2 jaar
oud. Op het oogenblik der aanvaring stond
de schipper voor op de boot, terwijl de vrouw
met haar jongste kind in den arm aan het
roer was. Daar het schip onmiddellijk begon
te zinken, riep Landuythen toe zich te redden,
en bjj hem aan boord te springen. Doch do
vrouw haar ander kind redden, dat in de
kajuit sliep. Op het oogenblik, dat zy naar
beneden ging, zonk het schip. Hnlp kon niet
batengansch de familie, man, vrouw en de
twee kinderen verdronken. Tot nu toe beeft
men nog geen der lyken gevonden.
De mast van het schip steekt eenige voeten
boven het water uit en duidt aan de talryke
menigte nieuwsgierigen, die op den oever
staan, de plaats van het ongeluk aan.
Nituwe Oonlogsgeruohten.
Italië en Tripolis.
Konstantinopel, 23 Sept. Er loopt een
gerucht, dat alle Italiaansche schepen, die
dienst doen op den Levant, de reis hebben
gestaakt en door de Italiaansche regeering
opgeëischt zouden zyn.
Een Italiaansch schip, dat heden alhier
werd verwacht, heeft in de Dardanellen
bevel ontvangen van den Italiaanschen con
sul om naar Italië terug te keeren.
Parys, 24 Sept. D« „Temps" ontving een
telegram uit Rome, waarin uit othcieele bron
gemeld wordt, dat men in Italië het oogen
blik gekomen acht om de rechten op te
eischen, die het op Tripolis meent te hebben.
Deze nationale quaestio moet, het ko9te wat
het wil, opgelost worden. De Italiaansche
regeering is van oordeel, dat de vrede voor
de toekomst verzekerd wordt, indien de Mid-
dellandsche Zee-quaestie onmiddellijk wordt
geregeld. Zy rekent er op, de medewerking
van Turkye to verkrygen voor een vriend
schappelijke oplossing, bijvoorbeeld door een
afstand van Tripolis als pachtgebied aan
Italië onder waarborgen aan Turkye. Zoo
niet, dan zal Italië zyn toevlucht nemen tot
militaire maatregelen, die reeds voorbereid
zyn. Een interventie van Italië zou ook nog
kunnen uitgelokt worden door een ernstigen
aanslag op de goederen of het leven van
Italiaansche inwoners van Tunis. Deze in
terventie zou een actie noodig maken van
alle eskaders en van een expeditiecorps van
60,0C0 man. Daar Italië te kennen heeft
gegeven, dat elke oppositie tegen zyn actie
als onvriendschappelijk zal wordon beBchouwd,
vreest het niet, dat het zoover zal komen.
Berlyn, 25 Sept. Uit de vry verwarde en
dikwyls elkaar tegensprekende berichten om
trent Tripolie, die uit Italië, Turkije en
Frankrijk geseind worden, bljjkt alleen dui
delijk, dat de Tripolis-aangelegeDheid weldra
in een beslissend stadium zal komen. Het is
nog niet zeker, of er oorlog zal komen, doch
de koortsachtige toebereidselen in Italië, het
wupenen van de oorlogsvloot en het gereed
houden van talryke transportvaartuigen doen
besluiten, dat zoo goed als besloten is tot
zenden van een expeditie naar Tripolis. Ook
Turkye maakt zich gereed, om zyn laatste
bezitting in Noord-Afrika te verdedigen, doch
lang niet op zoo groote schaal als Italië.
Blijkbaar rekent men in Turkye er op, dat
de bevolking van de bedreigde provincies
zelf zich zal verzetten tegen een ocpatie
door Italië.
Uit Milaan wordt aan de ,/Berliner Mor-
genpost" geseind, dat met koortsachtige haast
toebereidselen gemaakt worden voor een
expeditie. In alle militaire dépots wordt dag
en nacht gewerkt. De roodc-kruiskolonnes
zyn gemobiliseerd. In Genua worden alle
groote schepen van de Italiaansche reoderijen
aangehouden. 40 transportschepen zouden
door de regeering reeds gecharterd zyn. Tot
commandant van de oorlogsvloot is benoemd
admiraal Auboy. Gelijkluidende berichten
komen uit Sicilië, Brindisi en Napels.
Wat de houding der andere mogendheden
in deze aangelegenheid betreft, schijnt En
geland zich te scharen aan de zyde van
Italië en de Fransche minister van binnen-
laodsche zaken moet den heer Tittoni reeds
zyn toestemming hebben te kennen gegeven.
Hut neteligst is weer Duitschland's positie
tusschen den Turkschen vriend en den Ita
liaanschen bondgenoot. Welke houding de
Duitsche regoering zal aannemen, is nog niet
bekend.
Malta, 25 Sept. Het stoomschip „Adrea"
rapporteert, dat het in den aigeloopen nacht
zeven Italiaansche oorlogsschepen heeft ont
moet, die naar Tripolis stoomden.
Honderden dooden.
Toulon, 25 September. Aan boord van
het pantserschip .Liberté" heeft een ont
ploffing plaats gehad, die tal van slachtoffers
gemaakt heeft.
Toulon, 25 September. Ten gevolge van
brand in de munitie-kamers van het pantser-
schip «Liberté" is dit vanmorgen in de
vroegte op do roede in do lucht gevlogen.
In veertig minuten was het schip gezonken.
Er zouden vyfhonderd dooden zyn. Ongeveer
honderd man hebben zich door overboord te
springen, enkele seconden véór de ontplofflog
plaats had, weten te redden. Zy werden
door roeibootun opgenomen.
Toulon, 25 September. Een onbeschrijfe
lijke ontroering heeft zich van de bevolking
meester gemaakt, van het oogenblik der
eerste ontploffing, tegen vyf uur in den
morgen, af. Het aantal slachtoffers wordt
reeds thans hoog geschat. Niet lang na de
eerste ontplofflog volgde er een tweede, toen
een derde, die beide even hevig wareo.
De aanblik van de „Liberté" is treurig.
Menschen, die na de ramp tot dicht by het
schip kwamon, zeggen dat dit ongeluk slechts
bjj dat van de .Iena" te vergel jjken is. Het
voorschip ligt met do kiel naar boven en
rond het wrak dry ft een opeenliooping van
stukgeslagen sloepen en voorworpen van
allerlei soort.
Toulon, 25 September. Het pantserschip
(Liberté" had een bemanning van ruim
zevenhonderd man, waarvan er honderd-
Veertig met verlof waren. By de eerste ont
ploffing sprongen de honderd man, die zich
aan dek bevonden, te water. De anderen,
door het geweld der ontploffing gewekt,
wilden het voorbeeld van hun kameraden
volgeB, maar hun werd bevolen te bljjven.
Toen volgde de tweede ontploffing. Binnen
veertig minuten zonk het schip. Het aantal
dooden en gewonden moet eenige honderden
bedragen. De ontploffing was gewoldig. Om
kwart vóór vy ven was er brand uitgebroken,
die, ondanks de genomen voorzorgsmaat
regelen, om zes uur do munitiekamers aan
greep. Onder de bemanningen der roei- en
stoombooten, die tot redding opdaagden,
vielen mede slachtoffers.
Volgens een ambteljjk telegram hadden
er van vyf minuten over half zes af, met
oen minuut tusschenpoos, yier onlploffingen
plaats. Daarop volgde eea zware rookwolk.
Om zeven minuten vóór zessen nieuwe uit
barsting. Het schip zonk.
Het pantserschip République is doorweg-
geslingerde stukken van de Liberté getroffen
en heeft aan bakboord aan het achterschip
onder den geschuttoren een scheur gekregen.
Parys, 25 September. Volgens een telegram
van den maritiemen prefect van Toulon hebben
er 274 man geantwoord op het appèl. Er
worden er dus 300 tot 350 vermist.
Men telt één doode en vijftig gewonden
op de Démocratie; en op de Verité en Ré
publique, die zeer beschadigd is, zyn even
eens slachtoffers gevallen. De République ïb
naar het dok gebracht.
De Liberté stond onder bevel van den
overste Janrès.
Parys, 25 September. De ontroering over
de ontzettende ramp neemt toe met het bekend
worden van den omvang. Het publiek, dat
den couranten-venters de extra-edities uit de
handen rukt, toont een ware verslagenheid.
De opgaven van het aantal dooden wisselen
tusschen 350 en 500. Minister Caillaux is
opweg naar Parys, Delcassé zal naar Toulon
vertrekken.
[De Liberté is in het begin van 1905 van
stapel geloopen, .een nieaw schip dus. Het
mat 14 080 ton en liep 19.3 mjjlen in het
uur. Het was gewapend met vier kanonnen
van 301/a cm., tien van 19.4 cm., dertien van
61/, cm. en tien van 4.7 cm. De lengte be
droeg 134 meter, de breedte 24 meter en de
diepgang 8.4 meter. De Liberté was een
zusterschip van de Vérité, de Justice en de
Démocratie.]
Marseille, 25 Sept. De „Petit Marseillais"
meldt, dat byna alle matrozen aan boord van
de schepen, die de (Liberté" ter hulp sneldeD,
gedood of gewond zijn.
Kapitein ter zee Jaurès was niet aan boord
van zijn schip; hjj was met verlof.
Parys, 25 Sept. De Duitsche Keizer seinde
aan President Fallières: (Ik kan geen woor
den vinden, om myn innige deelneming nit
te spreken in de ramp, die Frankrjjk heeft
getroffen.
,De zoo zwaar beproefde familiën kunnen
zich troosten met de gedachte, dat de onge
lukkige bemanning van de Liberté" den dood
heeft gevonden bij de vervulling van haren
plicht jegens het vaderland."
President Fallières betuigde den Keizer
zyn dank voor dit hartelijk bewijs van sym
pathie.
Toulon, 25 Sept. De ramp heeft ook slacht
offers geëischt op de «Justice'' öu de «Foudre".
Parys, 25 Sept. De oorzaken van de vree
set jjko ramp op de tLiberte" zyn nog niet
bekend. De deskundigen golooven niet aan de
mogelykheid van kortsluiting of zelfontbran
ding van kruit.
Nadat de „Temps" eenige warme woorden
heeft gewjjd aan do dapperen, die om het
leven gekomen of gewond zyn, breDgt het
blad ook het buitengewoon groote matorieele
verlies ter sprake.
De homogeniteit van het tweede eskader
is verdwenen, na het gat, dat er in geslagen
is en het blad komt dan tot het besluit, dat
het verlies van de „Liberté"' niet in millioenen
geschat kan worden.
Toulon, 25 Sept. Van verschillende sche
pen zijn 109 slachtoffers, onder welke 14
doodeb, naar het hospitaal vervoord. Onder
de gewonden bevindt zich luitenant Besson,
zoon van den admiraal van dien naam.
Toulon, 25 Sept. Zelfontbranding van het
kruit was de oorzaak van de ramp.
Tegen de duurte.
De .Norddeutsche Allgem. Ztg.* geeft een
toelichting op de verordening, volgens welke
de vrachttarieven op de Pruisisch-Hessische
spoorwegen, tot leniging van de algemeene
schaarschte en duurte, tjjdeljjk verlaagd wor
den. Onder de verlaging vallen voedorgerst,
Turksche tarwe voor voer en branderyeD,
ander veevoeder, aardappelen, groenten, peul
vruchten, meststoffen en zeevisch. Voor voe
dergerst is de verlaging zoo groot, dat het
invoerrecht van 13 mk. de ton voor buiten»
landsche gerst veel minder gewicht in do
schaal legt. Een lading van 10 ton van Thorn
(by de Russische grens) Daar Berlyn kost in
plaats van 158 mk. voortaan maar 96 mk.
Op ander veevoeder bedraagt de vermindering
van den vraebtprjjs soms 50 pet. Zoo behoeft
voor 10 ton zemelen van Thorn naar Berlyn
maar 42 in plaats van 84 mk. betaald te
wordon.
Nu de groentende vracht van 10 ton
groene kool van Salzbergen naar Berlyn be
draagt 49 mk. (vroeger 111 mk.), van 10 ton
boonen, erwten en liezen over denzelfden
afstand 98 mk. (vroeger 214 mk.). Het uit
zonderingstarief voor zoeviach is niet van
toepassing op groene haring en oestersvoor
het overige betaalt men voor het vervoer
van 10 ton versche zeevisch van Geestemlinde
naar Berlyn maar 145 mk. in plaats van
231 mk. Gemeentebesturen en weldadige in
stellingen genieten nog oen buitengewone
korting van 20 pet. voor visch, en weldadige
instellingen alleen voor de andere straks
genoemde voortbrengselen een korting van
15 pet.
Het nieuwe vrachttarief treedt den 25sten
dezer in werking en is voorloopig tot 31
December geldig.
De Badensche staatspoor heeft besloten
dezelfde verlaging van het vrachttarief toe
te staan als op de Pruisisch-Hessische spoor
wegen verleend wordt.
Wedstrijd tusschen mailstoomers.
Zaterdag 16 September verlieten vry wel
tegelyk drie mailbooten de haven van New-
York, n.1. de „George Washington" van de
Nordd. Lloyd, de Ma j es tic" van de Whitte
Star en de ,New-York", van de American
Line. Het was nu de vraag welke der booten
het eerst zou aankomen en onder de passa
giers der schepen is hieromtrent, daar kan
mon zeker van zyn, duchtig gewed. De zege
in dezen wedatryd werd behaald door do Duit
sche boot, dio drie uren eerder dan de ,Ma-
jestic" en zeven uren eerder dan de Ameri-
kaansche boot te Plymouth arriveerde.
Heeft de vrouw fouten In haar denkwijze?
Rudolf Lothar heeft het onlangs, in een
lozing te Berlyn gehouden, beweerd de vrouw
heeft fouten in haar denkwijze. De helft der
aanwezigen de mannen namelyk was
het onmiddolyk roerend met Lothar eens.
Do andere helft de vrouwen bleek
vertoornd. En een der dames van het gezel
schap is het te bar naar de zin geworden en
zy staat nu Lothar te woord. Ziehier wat
mej. Eliza Icheuhausor zoo heet de be
doelde jonge dame in het midden brengt
dk geef volstrekt niet toe dat het een
specifieke gewoonte van het vrouwelyk ge
slacht is, om altjjd iemand verantwoordelijk
te willen stellen voor onaangename dingen
ons overkomen. Dat doen mannen evengoed.
Hot gebeurt in alle zaken, op alle kantoren
ioderen dag: Wanneer de chef in een kwade
bui is, zyn binnen een uur tjjd allen het tot
de jongste bediende toe, omdat ieder op zyn
beurt het ten onrechte ontvangen standje
aan wien beneden hem geplaatst is overgeeft.
Dan is het de zucht tot overdrijven, die,
volgens Lothar, op een deokfout by do vrouw
wijst. De heer Lothar zegt maar wat. De
zucht tot overdrijven is het gevolg van te
weinig discipline over den geest en van
geeites-discipline weten de meeste mannen
bitter weinig af. Hoeveel mannen zyn er
niet die buitengewone verhalen doen van hun
knapheid in zaken, van hun avonturen, van
hun succes bjj de vrouwen, verhalen die
geen korreltje waarheid bevatten I De zucht
tot opsnjjden openbaart zioh evengoed bij
mannen als bjj vrouwen.
Dat een geen bezigheden hebbende, van de
ernst des levens niets wetende vrouw, eerder
geneigd zal zjju te overdrijven dan een hard
werkende, ernstig strevende man, mag ver
klaarbaar heeten. Doch de niets uitvoerende,
weinig ernstige slechts voor het genot levende
man is in het fantaseeren en ophakken niets
minder sterk dan vrouwelijke collega. Lothar
geeft toe dat de vrouwen in allo beroepen
niet zoo zouden kunnen uitblinken, iadien zjj
niet, zoodra zjj zich aan ernstig werk geven,
hun verkeerde manier van denken zouden
afleggen en als man giDgen denken. Indien
Lothar nu meent dat deze manneljjk denkende
vrouwen het derdo geslacht zyn, dan zal bjj
zich vertrouwd hebben te maken met de ge-
gedachte dat dit derde geslacht hot tweede
spoedig geheel verdringen zal; immers er zyn
op het oogenblik millioenen vrouwen in
Duitschland die met succes een beroep uit
oefenen, vrouwen die dus geen fouten in hun
denk wjjze meer hebben."
De ongekuste vrouw.
Eenigen tjjd geleden hebben wjj verteld
van Mevrouw Ethel Gamber, de New-YorkBche
dame, die een oendagsvermaardheid geniet als
de „ongekuste" vrouw, omdat zjj zooals men
weet, een echtscheidingsgediDg was begonnen
op grond, dat haar man huar, naar haar zin
veel te weinig kuste.
Zjj bad bovendien 600 gulden per maand
voor schadevergoeding en levensonderhoud
geeischt.
De rechtbank heeft wel de echtscheiding
uitgesproken, maar de 600 gulden heeft Me
vrouw Gamber niet gekregen. De rechters
schaarden zich geheel en al aan de zjjde van
haar man en in het vonnis is op Btrenge wjjze
do staf gebroken over de lichtzinnigheid, waar
mee sommige vrouwen uit (betere" kringen
tot een toch zoo gewichtigen stap als het
huweljjk overgaan.
De verloving van den heer en mevrouw
Gamber was op een tameljjk eigenaardige
wjjze tot stand gekomen.
Gamber, bankier en vrjjgezel in zjjn beste
jaren (hjj was 47) had de schoone Ëlhel, een
meisje uit het Zuiden met bruine haren en
blauwe oogen, lief gekregen en haar hart en
hand aangeboden, maar zjj had eerst voor de
eer bedankt.
Maar na eenige bedenken gaf zjj hem ten
slotte toch het ja-woord, door hem met een
blauw potlood op de borst van zjjn overhemd
te sohrjjven: ik hou van je.
En toen was dus het zaakje gezond.
Kimmell-White.
Do Ontslagen gevangene Andrew J. White,
«lie beweert de bankier Kimmell to zjjo, welke
in 1898 spoorloos verdwenen was, is Dins
dagavond aangekomen in Niles (Michigan)
waar hij de gast is van do familie Fox, en
waar de bankier geboren was en zjjn jeugd
bad doorgebracht. Mevr. Fox is een nicht
van den bankier. Tal van oude vrienden en
kennissen van Kimmell waren ten buize van
Fox bijeengekomen om den ontslagen ge
vangene te ontvangen. Allen horkeudo White
als den voormaügen bankier Kimmell. Alleen
de moeder van dezen laatste, de 70-jarige
mevr. Kimmell, blijft volhouden dat White
een bedrieger is. Zij wil dan ook haareisch
tegen de New York Life Insurance Compary,
om uitbetaling van het bedrag, waarvoor het
leven van haar zoon verzekerd was, niet laten
varen.
Het protest der lakenfabrikanten.
Er zjjn mannen mannen aan wier goeden
smaak niet te twjjfelen valt die de nauwe
damesrok elegant vinden, elegant, sierlijk.
Doch er zjjn ook mannen aan wier goe
den smaak evenmin te twjjfelen valt die
de nanwe rok verachten, of neen, het is te
zwak gezegd: haar een uitvinding van den
duivel noemen. Het zjjn de Fransche laken
fabrikanten. Zjj hebben aan de Kamers van
Koophandel een rondschrijven gezonden en
daarin hun zieleleed uitgestort in bewoor
dingen, die zelfs de meest hartelooze zullen
moeten treffen.
(Begrjjpt gjj wat hot zeggen wil" aldus
ongeveer de somber-gestemde lakenfabrikanten
(dat de dames vroeger voor een kostuum
10 12 meter stof noodig hadden, terwjjl zjj
het nu met 4 hoogstens 5 meter afkunnen.
Wjj bljjven met stapels stoffen zitten, zjjn
niet langer in staat onzen arbeiders voldoende
loon uit te keeren. Alleen die daartoe in de
gelegenheid zjjn moeten trachten de dames
te bewegon, deze dwaze kleederdracht zoo
spoedig mogeljjk af te schaffen".
Intusschen meenen wjj, dat de dames hun
grillen wel volgen en er zich allerminBt druk
over zullen maken of de lakenkooplieden meer
of minder geld verdienen.
Wel zullen allicht naaistersrekeningen-
betalende huisvaders tot deoken gebracht
wordenwant eigenaardig genoeg schjjnt het
zeer verminderde lakengobruik niet den
goringsten invloed op de costuumpryzen te
hebben. Nü 4 meter, vroeger 10, een verschil
van maar liefst 6 meter en de rekening:
precies hetzelfde.
Een nieuw geval van „Sati".
Sati is do naam voor het aloude gebruik
der weduwen-verbranding in Britsoh-Indië.
Aan dat gebruik werd officieel in 1839 een
einde gemaakt, toen lord William Bentinck
daartegen een verbod uitvaardigde.
Zoo nu en dan komt het echter nog voor,
dat weduwen zich vrjjwillig aan dat gebruik
on terwerpen, gelijk nog onlangs geschiedde.
To Calcutta heeft de vrouw van een Ben-
galees, toen deze op sterven lag, na zich in
haar beste kleederen to hebben gehuld die
zelve in brand gestoken, om zoo den vuurdood
te ondergaan.
Hoezeer het oude gruwelijke gebruik nog
steods bjj de Hindoes in eere wordt gehouden
bljjkt wel daaruit dat het huis, waarin het
jjselyk' tooneel werd afgespeeld, nu een bede
vaartplaats is geworden voor vrouwen uit
alle standen der inlandsohe maatschappij, die
zich gelukkig achten, indien zjj iets van den
asch der martelares kunnon bemachtigen.
Hoe men milllonnair wordt.
Een man van rypen leeftjjd en een jong-
mensch zaten op zekeren avond bjj het hoekje
van den haard te keuvelen.
Zonder eenige inleiding vroeg de jongste
eenklaps
Zegt u mjj eens, hoe wordt men million-
nair
Door duizend-en-een middelen 1
Maar dat getal is zoo groot; wat is
het zekerste middel
Dat is er niet bjj, want alle zjjn even
goed. Door werken, door intriges, toeval,
Bpel. 't Is ook dikwjjls een goed middel, wèl
te doen.
Op dit gezegde begon het jongmonsoh te
glimlachen met een uitdrukking van onge-
loovigheid.
Ja, hernam de ander, men kan rjjk
worden, door 't goede te doen, zonder drukte,
zelfs aan een hond.
Weer dezelfde glimlach, wat scherper dan
den eersten keer.
Zelfs aan een hond, ik zeg het nog
eens. En hjj voegde er bjjWilt ge, dat ik
u een geschiedenis vertel tot bevestiging,
van hetgeen ik u zei Ik vraag uw geduld
slechts voor tien minuten.
Spreek, ik luister, zei de scepticus.
Nu das, vjjf-en-twintig jaar geleden
deed Paul Cernoy zjjn arts-examen. Het
weinige fortuin, dat hjj had gehad, was aan
zjjn studiën besteed. Toen hjj zjjn diploma
ontving, was hij zoo arm, als een man, die
niets heeft om te leven dan wat kennis en
zjjn zes-en-twintig jaren.
Een oude collega gaf hem den raad, zieh
in de provincie te vestigen maar Paul trok
een leeljjk gezicht, want hjj hield van Parjjs
en zjjn vrooljjk leven.
Ik begrjjp wel,- dat de raad, dien ik
je geef, niet in je smaak valt, zei de nestor.
Ik had het moeten begrypen. Alle jongelui
zjjn eenderParijs trekt hen aan. Bljjf er
dan, maar bereid je voor, dat je minstens
twintig jaar te ljjden hebt, vóór je slaagt.
Wat zegt u, twintig jaar?
Er gaat niets al, jongen I In dit heer
lijke land verdienen de mode-dokters geld
bjj hoopen, maar op twee drie uitzonde
ringen na hebben ze Diets te eten dan be
drieglijke hoopl Hoevelen komen er tot het
succes, vóór zjj witte haren hebben. Je ge
looft me niet Als je weet, dat alleen in
het departement van de Seine tienduizend
van onze collega's martelares zjjn. Maar
probeer het I
Paul Cernoy luisterde niet naar deze ver
standige woorden en bleef in Parys.
Na verloop van zes maanden had hjj drie
patiënten, die evenwel allen te arm waren,
om hem te betalen.
Daar hjj evenwel Parjjs volstrekt niet
wilde verlaten, vestigde hjj zich als apo
theker.
Met veel geduld verdiende hjj nu zooveel,
dat bjj kou leven.
Op zekeren avond thuiskomend, zag lijj
iemand of iets voor zjjn deur, dat hem dou
weg versperde; bjj nader onderzoek bleek
het een poedel te zijn, die akelig jankond
op den drempel zat.
Eerst wilde hjj het dier wegjagen, maar
het bleek Diet te kunnen loopen. De jonge
dokter boog zich over den hond, om te kjjken,
wat de oorzaak was van zjjn geklaag en zag
toen, dat zjjn poot gebroken was.
Paul Cernoy kon het niet over zich krjj-
gon, hot dier zonder hulp te laten, legde
een verband en hield het bjj zich, totdat de
poot genezen was.
Na drie maanden liep het dier weer uit
stekend en had volstrekt geen pjjn meer.
Toen opende de apotheker de deur, zeg
gend
Nu je beter bent, kan je terugkeereo,
vanwaar je gekomen bent.
De hond keek Paul dankbaar aan en ging
weg. Paul zag hem niet terug.
Ongeveer een maand later hoorde de apo
theker op zekeren avond hard aan zjjn deur
krabben. Hjj luisterde en hoorde een loid
geblafhet was of de vierbeenige besoeker
riep, om open te doen.
Nieuwsgierig naar den klant, die toegang
verzocht, opende Cernoy de deur en dadeljjk
kwam de poedel binnenachter hem aan
hinkte een hazewind, welks rechterpoot treu
rig neerhing.
Ondertusschen liep de poedel van den
apotheker naar den hazowind en omgekeerd,
alsof hjj hulp wilde vragen. Zeker had de
verstandige poedel den gewonden vriend ont
moet en kwam nu PauVs hulp inroepen.
Op sijn aanbeveling ontving de arts lief
derijk den zieke, die ook spoedig genas.
Maar waar bljjft het millioen? riep het
jongemensch.
Een beetje gednld, vriendje, we komen
er wel!
Is er dus een vervolg?
Natuurljjk. Enkele dagen na dezo tweede
genezing kreeg Paul Cernoy bezoek van 'u
deftige dame. Het rjjtuig met twee paarden,
waaruit ze gestapt was, stond voor de deur.
Zonder omwegen vertelde zjj, welke zaak
haar hier bracht.
Mjjnheer, ik kom om u te bedanken
▼oor den dienst, dien u me bewezen hem.
Welken dienst bedoelt u, mevrouw?
Een hazewind, die een verbrijzelden poot
had en die den goeden inval had, by u to
komen, en dien u volmaakt gonezen hebt.
Deze hond is van mjj, mjjnheer.
De gravin vertelde verder, dot zjj het geval
vernomen had van één harer bedienden, die,
na de twee honden in de verte te hebben
gadegeslagen, spoedig het geheele avontuur
had begrepen.
Ik heb toen verder naar u laten infor-
meeren dat u, ondanks al uw pogingen,
moeiljjk uw weg kunt maken. Ik zal u nu
een middel aaa de hand doen, dat zeer eervol
is en waardoor ge Bpoedig rjjk zult zjjn.
Rjjk? Hoe bedoelt u dat, mevrouw?
Op de eenvoudigste, manier. Men heeft
in Parjjs maar heel weioig bjjzondero inrich
tingen voor dieren. U heeft bewezen, dat u
er veel slag van hebt, ze t« genezen. Waarom
wilt u niet de geneesheor worden van de
vrienden van den mensch? Om kort te gaan,
ik zal te uwer beschikking een som gelds
stellen, waarmee u een dierenhospitaal kunt
stichten, en ik weet zeker, dat u na vyf jaar
de beste resultaten znlt sien.
De goede vrouw bedroog zich niet, ging
de verhaler voort. Wat zjj voorstelde, werd
aangenomen. Paul Cernoy organiseerde een
gasthuis voor honden, katten, apen, eek
hoorntjes, marmotjes, enz. Na vijf-on-twintig
jaar had hjj, het geluk hebbende ïd den smaak
te vallen, 25,000 gulden rente verdiend, dio
hjj du nog geniet ten aansohouwe van geheel
Parjjs.
Een millioen verdiend met het verplegen
van dieren? herhaalde het jongemensch. Is
dat geen sprookje van Moeder do Gans? Is
het werkeljjk gebeurd?
Of het werkeljjk gebeurd is? Jongelief,
niemand beter dan ik kan het je bewjjzen,
omdat ik zelf Paul Cernoy ben. Ik heb een
anderen naam gekozen, om aan myn verhaal
wat meer geloofwaa
ifwaardigheid to geven.
Kijkjes uit mijn venster.
Arme menschen.
Wat een ellende, wat een gebrek in dat
figuurtje t
In haar vaal-swarte japonnetje de glu<i-
weggestreken haren onder 't donkere mutsje
de smalle schoudertjes, waar een dun
wollig doekje om spande de handen ge
vouwen tusschen de knieën het magere,
witte gezichtje, met de glurende glinsler-
oogjes in don pezigen hals leek zo zóó
nietig, zóó spookachtig op hot stoeltje in den
hoek van 't vertrek, waar ze doodmoo was
neergevallen. Als haar man, ook al buiten
adem, het hoofd snffend-schuingezakt, schuw
opziende au en dan, mot treurige strm had
megedeeld een kort verslag van hun bezoek
aan de Kerkgracht, waar het Burgorljjk
Armbestuur verklaarde, dat er geen plaats
meer was in de Tuinstraat als hjj, de zilver
witte stoppelsnor, weer vertrokken was, mot
het stnkje papier in de woelende vingers er
op uit, een briefje, geldig tot 80 September,
dat de heeren alléén nog maar haddon kunnen
geren en waarmee ze onderdak moesten zien
te krjjgen bezon het oudje, eerst hortend
en stootend, dan langzamerhand bedaard,
vrjjmoedig te prateneen heel lang, droef
relaas.
('k Kan niet meer bon op totaal op
ach, Heertje, wat motte we toch beginne
wat motte we in vredesnaam beginne
'k weet 't niet 'k weet 't niet o, o
en dan met zoo'n zwak, boroerd lichaam,
waar niks in komt dan wat schoon water
lieve tjjd, 'k ben zoo flauw, zoo wee maar
moei moei! dat vele loope, zie je, «'kt
doet het 'm nou van vemorrege acht uur
zjjn we al in de weer 't bloed zit me in
de sloffe al maar slontero langs do straat
sondor doel van 't kassie naar de muur
precies schurftige honde en hoe laat
is 't nou, meneer? half vjjf half vyf
alweer dank u 'k ben geen mensch
meer om 'n heele dag zoo te drave foei,
zeven-en*zestig jaar dan soo'n naar
gestel altijd vol pjjn ja, u hebt geljjk
'k most noodig in 't gasthuis, bjj de zusters,
die zoo goed voor je zjjn maar de dokter
wil me er niet in hebbe hjj zeit moedertje,
je bont gezond van hart die kwaal van
je, die leeljjke kwaal, je kan er oud mee
worro, stok-oud -die hei-je al jaren onder
de leeje, mensch je moet zoo'n boetje
opknappe door goed voedsel versterkendo
middelen biefstuk, eieren, melk, soep, pap,
visch jawel, jawel, zulke lui kanne 't wel
aardig zegge maar wat geeft dèt? je
kan er immers niet ankomrae 'n sneetje
brood met 'n schraap margarien en 'n bakkie
leut, da's al wat ons soort er in krjjgt
't Zal denk 'k niet veel gsve, dat brievie
▼au de gemeente. Ze wille ons nergens hebbe
nergens. Vrijdagavond moeste we van de
Spoorgracht. Goeie, hartelijke menBche anders,
'k Mag er niet over klage. Zoolang wc er
zyn geweest, hebben we het er best gehad.
Maar de lui konaen ons niet langer houwe.