KLEINE COURANT
'i Vliegend Blaadje
voor Ho/dor, Texel, Wleringen en Anna Paulowna.
No. 4042.
Zaterdag 4 November 1911.
39ste Jaargang.
Eerste Blad.
't Vliegend Blaadje p. 3 ra. 50 ct, fr. p. post 75 ct., buitenland 11.26
Pre- Zondagsblad 37$ 45 f0.75
miën J Modeblad 55 65 fö.90
(Voor het buitenland bij vooruitbetaling.)
Advertentie van 1 tot 5 regels 30 cent
Elke regel neerG
Beirtya-exemplaar2|
Vignetten en groote lettert worden naar plaatsruimte berekend.
Intarc.-
Telefoon 50.
Vereohijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Uitgever i 0. DE BOER Jr, k. BERKHOUT a Co.), Helder.
Bureaus i Spoorstraat en Koningstraat.
Gemeenteraad van Helder.
Zitting van 31 October 1911
Voorzitterde Heer Over de Linden,
oudste Wethouder.
Aanwezig de H. H. De Ven, De Geus,
Biersteker, Van der Ploeg, Krijnen, Van
den Berg, Verfaille, Oortgysen, Hartsinck,
Zander, Bok, Grunwald, Harjer, Verstegen,
Hartendorf, Adriaanse, Terra en Van
Breda.
Afwezig met kennisgeving de heer Van
Neck.
1 Vacature.
De Voorzitter deelt mee, dat do Burge
meester een 14-daagsch verlof heeft ver
zocht en verkregen.
Hierna opent hij de vergadering. De
notulen der vorige bijeenkomst, die ter
visie hebben gelegen, worden onveranderd
goedgekeurd.
Naar aanleiding van de mededeeling van
den Voorzitter betreffende het met verlof
gaan van den Burgemeester, vraagt de
neer Van Breda 't woord en informeert
by den Voorzitter, of 't hem bekend is,
of de Burgemeester wegens ziekte of wegens
familie-omstandigheden uitstedig is. Nadat
de Voorzitter do verzekering heeft
gegoven, dat, voor zoover hij weet, dit
niet'het geval is, spreekt de heer V a n
Breda, mede namens vele leden van den
Raad, er zijn leedwezen en afkeuring over
uit, dat de Burgemeester met verlof gaat
tijdens de behandeling van de Begrooting,
welker goede behandeling en bespreking
toch zeker in het belang van de gemeente
moet geacht worden. Spreker knoopt er
direct den wensch aan vast, welke wen
schelijkheid eveneens door een groot deel
van den Raad wordt gedeeld, dat met de
behandeling van de begrooting eerst een
begin zal worden gemaakt, wanneer de
Burgemeester van verlof terug is.
Hierna geschiedt mededeeling van de
volgende
Ingekomen stukken.
I. Missive met rapport van de Nederl.
Ver. tegen Prostitutie.
II. Missive van Mej. G. C. A. Biegel,
houdendo dankbetuiging voor hare benoe
ming al6 onderwijzeres.
III. Goedkeuring door Ged. Staten van
liet besluit tot het verstrekken van een
voorschot aan de woningver. „Licht en
Lucht."
De Voorzitter zegtIk stel voor,
deze drie stukken voor kennisgeving aan
te nemen.
De heer Verstegen informeert, of
het College er iets tegen heeft, advies uit
te brengen over het eerste stuk.
De Voorzitter antwoordt, dat het
College er niet aan denkt, dit te doen.
Adressanten vragen ook niets; alleen maar,
om bij voorkomende gelegenheid met het
hier medegedeelde rekening te willen hou
den.
Hierna voor kennisgeving aangenomen.
IV. Missive van eenige leerlingen van
de Zeevaartschool, betreffende de verwijde
ring van leerlingen uit de lessen.
De Voorzitter stelt voor, deze missive,
als zijnde ongezegeld, ter zijde te leggen.
De heer Verstegen merkt op, niet
geweten te hebben dat op ongezegelde
stukken niet mag worden gesproken. Hy
meent te weten, dat naar aanleiding van
deze missive toch een, zy het ook zeer
eenzijdig, onderzoek is ingesteld en er nog
al krasse maatregelen zyn getroffen, o. a.
dat één der leerlingen voor goed is weg
gestuurd geworden.
De Voorzitter antwoordt, dat niet
kan worden toegelaten, dat een zoo'n jon
gen een slechte geest zou teweeg brengen.
De heer Biersteker stelt voor zoo
noodig bij do rondvraag op deze zaak terug
te komen.
V. Verzoek om de gewone jaarlyksche
toelage f 100. aan de wed. J. Roosloot.
B. en W. stellen voor het verzoek in
te willigen.
Aldus besloten.
VI. Adres van de vereen, voor Voorber.
Lager Onderwijs „Jachin" houdende ver
zoek om subsidie voor 1912.
VII. Verzoek van het Bestuur der Ver.
..Het Heldersche Badhuis" om een jaar-
lijksche subsidie van f150.-.
Vin. Verzoek van de afd. Helder der
Nederl. Vereen, tot afschaffing van Alcohol
houdende dranken om subsidie.
IX. Adres van den Bond van Bouw
vakarbeiders „Door Eendracht Sterk", inzake
het betalen van minimum loon en hand
haven van maximum arbeidstijd bij het
uitvoeren van gemeente-werk.
X. Ontslagaanvrage.
Verzoek van den onderwijzer J. Hoekstra
urn ontslag uit zijn betrekking, wegens
benoeming elders, tegen 16 Nov. e. k.
Men algemeene steramen eervol verleend.
XI. Subsidie „Oefening kweekt Kennis."
B. en W. adviseeren op het adres van
de Schildersvereeniging „Oefening kweekt
Kennis", houdende verzoek om subsidie,
afwijzend te beschikken, aangezien thans
in de Ambachtsschool door de leden een
c ursus kan worden bijgewoond.
De heer Hartendorf wenscht even te
vragen, of deze cursus in de Ambacht
school misschien alleen bestemd is voor
meer jeugdige personen b.v. van 14-18
jaar. Hy meent te weten, dat de leden
van bovengenoemde vereeniging ouder zijn,
b.v. van 30 60 jaar en zouden dan aan
bovenbedoelden cursus geen deel kunnen
nemen.
De Voorzitter licht toe, dat er geen
leeftijdsgrens bepaald is, waarna het advies
van B. en W. met algemeene stemmen
wordt aangenomen.
XII. Voorstel Gratificatie.
Voorstel van B. en W. tot het verleenen
van een gratificatie h. f 150.- aan den
onderwijzer A. H. De Carpentier voor de
waarneming der betrekking van plaats
vervangend Hoofd aan School No. 3.
Over deze zaak ontspint zich een nog
al langdurige discussie, die door den heer
Oortgysen wordt ingezet en waaraan
ook door de H.H. Grunwald en Va n
den Berg wordt deelgenomen. Het loopt
over de kwestie, of de plaatsvervangende
hoofden van scholen hun hoogere bezoldi
ging a f 50 per jaar ontvangen als beloo
ning voor 't geval zij als waarnemend
hoofd der school hebben op te treden, dan
of hen daarvoor nog een aparte gratificatie
moet worden uitgekeerd. Het le stand
punt wordt door den hoer Grunwald,
het tweede door den heer'V a n d e n Berg,
door den Voorzitter, alsmede door den heer
De Ven verdedigd. In stemming gebracht
wordt de gratificatie verleend met 2 stem
men tegen, nJ. die van de HH. Grunwald
en Zander. De heer Adriaanse bleef
buiten stemming.
XIII. Subsidie Bewaarschool
Voorstel van B. en W. om aan het Be
stuur der Vereeniging tot stichting en
instandhouding van Bewaarscholen voor
1911 een subsidie toe te kennen van f 181,
aangezien gebleken is, dat aan de bepa
lingen, door de Verordening gesteld, wordt
voldaan, zoodat niets het verleenen van
subsidie in den weg staat en het aantal
kinderen dat voor de berekening der sub
sidie in aanmerking komt 131 bedraagt.
In stemming gebracht, wordt dit voorstel
aangenomen; de HH. Adriaanse en Harten
dorf stemden tegen.
XIV. Subsidie Proeftuin.
Voorgesteld wordt aan het Bestuur der
Vereeniging tot exploitatie van een proef
tuin evenals het vorig jaaT de toelage van
f 300.- te verleenen.
Met algemeene stemmen aangenomen.
XV. Bewaarscholen.
Voorstel van B. en W. ter bepaling van
het gemiddeld aantal kinderen, waarnaar
het subsidio aan bewaarscholen zal worden
verleend.
B. en W. stellen voor, art. 2 der betref
fende verordening aldus te wijzigen, dat
het voortaan worde gelezen: „Het bedrag
van het subsidie wordt bepaald op f 1.—
per kind en wordt berekend naar het getal
der kinderen, dat op den 15en dag der
maand Januari van het loopende jaar den
4-jarigen leeftijd heeft bereikt en op datum
als schoolgaande bekend staat."
Bij dit voorstel wordt door den heer
Van den Berg gewezen op don min
gunstigen datum van 15 Januari, om naar
het aantal schoolgaande kinderen op dien
dag het subsidie te berekenen. Deze datum
valt in het gure jaargetijde; gewoonlijk
zijn dan veel kinderen ziek en wijl ze
meest per week schoolgaan, zoo ook bijv.
per week schoolgeld betalen, kan het zeer
goed gebeuren, dat men door het aantal
op 15 Januari te nemen, onder het gemid
delde aantal blijft. Naar zijn meening zou
het wenscheiyker zijn, het gemiddelde aan
tal te berekenen door het gemiddelde weke-
lyksche aantal kinderen, dat ingeschreven
is als leerling, met 52 te vermenigvuldigen.
Nadat de heer Grunwald heeft toe
gelicht dat, al is een kind ziek en niet
schoolgaand op genoemden datum, zijn
vaccinebewijs toch berust aan de school
en zoolang dit niet opgevraagd is, het kind
als schoolgaande te boek staat, wordt het
voorstel van B. en W. aangenomen. Tegen
stemden de HH. Oortgysen, Biersteker,
v. d. Berg en Krijnen.
XVI. Suppletoirs begrooting dienst 1911.
Door B. en W. is opgemaakt een 1ste
suppletoire begrooting voor den dienst 1911,
waarbij enkele posten van den den dienst
1910 worden overgebracht naar dien van
1911.
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
XVII. Verlichting Bothastraat en
Polderweg.
Advies van B. en W. op het verzoek van
bewoners van de Bothastraat om verlich
ting. In dit advies merken B. en Wo.m. op:
„Betreffende de beharding van het ge
deelte van den Polderweg, deelen wij U
mede, dat die weg tot aan den watertoren
voldoende behard is; het verdere gedeelte
(eigendom van den Polder Helder en Huis
duinen) is vry goed begaanbaar, doch betere
beharding zou wel wenschelijk zyn. De
minder drukke passage langs dat gedeelte
maakt dit naar onze meening, niet bepaald
noodzakelijk, doch B. en W. zullen het
Polder béstuur op de wenschelijkheid wijzen.
Zoodra gelden beschikbaar zyn, zal voor
de verlichting worden zorg gedragen, zoo
dat wij U voorstellen, het adres in onze
banden te stellen ter afdoening."
Met algemeene stemmen aangenomen.
XVIII. Ontheffingen Bouwverordening.
Voorgesteld wordt de gevraagde onthef
fing te verleenen aan P. Slort voor het
perceel Californiestraat 4 (art. 16) en aan
T. C. Govers voor het perceel Kanaalstraat,
hoek Dijkweg (art. 18).
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
XIX. Kohieren.
Ter vaststelling worden aangeboden
het 2e suppletoir kohier belasting op de
honden, dienst 1911 ad f 182.50;
het 2e suppletoir kohier dor piaatsel. dir.
belasting op het inkomen ad. 2105.80', be
nevens drie kohieren schoolgeldheffing en
wel van de scholen 1-8 ad f819,04'; van
de herhalingsschool ad f 18. - en id. herh.
school te Koegraa ad f3.20.
Met algemeene stemmen vastgesteld.
XX. Verordeningen.
Voorstel tot vaststelling van een veror
dening tot regeling van de aanstelling en
den werkkring van schoolarts.
Op voorstel van den heer Biersteker
verzonden naar de Comm. v. Toezicht L.O.
om advies.
XXI. Voorstel tot vaststelling van een
verordening tot regeling van de samen
stelling en den werkkring der Commissie,
welke den Raad van advies zal dienen bij
geschillen, voortvloeiende uit de toepassing
van de verordening regelende de rechtspo
sitie der werklieden.
Na eenige wijzigingen hierin te hebben
aangebracht, o.a. op voorstel van den heer
Verstegen, om in deze commissie niet te
doen zitting hebben, ook niet als advisee-
rend lid, een lid yan het Dag. Bestuur,
wordt de verordening met algem. stemmen
aangenomen.
XXII. Bestraling en rioleering.
Op het adres van den heer K. F. Oort
gysen, betreffende het aanbrengen van
trottoirbestrating in de hoofdstraten der
gemeente, adviseeren B. en W. om de groote
kosten, bedragende in verband met te ver
nieuwen rioleering, alleen voor Keizerstraat,
Spoorstraat en Koningstraat f 19480. -niet
in te gaan.
De heer Oortgysen licht toe, dat het
niet in zijn bedoeling heeft gelegen, om
deze kostenberekening te zien gemaakt.
Geen haar van zijn hoofd heeft er aan go-
dacht, om thans tot bedoelde verstrating
over te gaan. Hij wenschte alleen, dat bij
vernieuwing, by herbestrating, of by het
aanleggen van nieuwe straten rekening
werd gehouden met de wenschelijkheid en
dat door een kostenberekening van beider-
leiwijzen van bestrating het verschil in
prijs mocht blijken, om naar aanleiding
daarvan een beslissing te nemen.
XXH1. Verkaveling bouwterrein.
Op het adres yan den heer J. Oortgijsen
om vergunning tot verkaveling van den
grond sectie C No. 4812, gelegen aan de
Basaingracht wordt door B. en W. voor
gesteld, gunstig te beschikken.
Over dit, schijnbaar onschuldige adres
en nog onschuldiger advies ontspint zich
een discussie, waarmee 5 kwartier ge
moeid was en waaraan, behalve van
de bestuurstafel, werd deelgenomen dooi
de heeren Biersteker, Bok, Adri
aanse, Grunwald, Krijnen |en
Hartendorf. Het terrein, hier bedodld,
ligt een eind van het bruggetje oker
de Ruijgsloot. Aan verkavelaars van bouw
terrein is indertijd door den Raad do er-
plichting opgelegd, zelf te zorgen voor^fc-
strating, rioleering enz. Echter tot nog toe
alleen vóór eigen terrein. Dit ondervond
tot nog toe geen beletsel en geen tegenstand,
wijl men in exploitatie nam gronden,
belendende aan reeds bebouwde gedeelten
der gemeente, of aan wegen (polderwegen)
welke niet aan de gemeente behoorden.
Thans, in dit onderhavige geval, deed zich
echter de kwestie voor, dat den exploitant
ook de verplichting werd opgelegd te be
straten en te rioleeren het gedeelte van
den weg, gelegen tusschen het genoemde
bruggetje en het te verkavelen stuk grond.
Aan dit gedeelte van den weg liggen de
gronden van de heeren Bakker en de Erven
Janzen en de verkavelaar, in casu de heer
J. Oortgysen zou dus moeten bestraten en
rioleeren ook dit gedeelte, dus niet gelegen
aan eigen, doch aan anderer terrein. Al
leen op deze voorwaarden stellen B. en W.
aan den Raad voor, gunstig op het ver
zoek van den heer Oortgysen te beschik
ken, terwijl men aan de bestuurstafel
tevens in de meening verkeerde, dat de
aanvrager bereids met deze voorwaarden
had genoegen genomen. Tjjdens de discus
sie werd echter te verstaan gegeven, dat
de heer Oortgijsen van meening was ver
anderd, doch zonder hiermee het Dag.
Bestuur te hebben in kennis gesteld.
De heer Biersteker nu verzette zich
met klem en kracht, om den exploitant
de verplichting op te leggen, ook te be
straten en te rioleeren voor het terrein
van den ander. Natuurlijk zou dit dan
van gemeentewege moeten geschieden, wijl
er aansluiting dient te zyn, doch hiertegen
werd gewaarschuwd van de zijde der be
stuurstafel, als zijnde de kosten voor de
gemeente dan niet te overzien. Ook werd
van deze zyde aangevoerd, dat den heer
Oortgijsen was toegezegd, schadeloosstel
ling te mogen verhalen op de eigenaren
van de tusschengelegen terreinen, zoo
spoedig deze tot bebouwing mochten over
gaan. Doch deze wissel op de toekomst
werd niet geaccepteerd. Dc heer Krijnen
weet dezen moeilijken toestand aan de ge
meente zelf, die dezen weg, als zijnde een
gemeenteweg, al veel te lang stiefmoeder
lijk heeft bedeeld; al veel te lang in ge
breke is gebleven, om dezen weg als alle
anderen, in behoorlijken toestand te bren
gen en dient, staande de vergadering, een
motie in, behelzende, dat de gemeente
zelf zorgt voor de bestrating, rioleering
enz. van eigen wegen en deze kosten niet
te verhalen op derden. Ook de heer Adri
aanse schaart zich aan deze zyde, terwijl
de heer Grunwald zegt, zich op wat objec
tiever standpunt te willen plaatsener op
wijst, dat deze grond met het oog op winst
zal worden geëxploiteerd en dat wie de
lusten wil, dan ook de lasten moet aan
vaarden.
De heer Bok prijst het in het Dag.
Bestuur, dat het de belangen van de ge
meente in het oog houdt en dat z. i. alle
redeneering ophoudt, wijl de aanvrager
heeft te kennen gegeven in te stemmen
met de gestelde voorwaarden. Toen dit
wederom ontkend werd, zei de Voorzitter,
dat hy het heele voorstel van B. en W.
introk, waarop hem door den heer Bier
steker gevraagd werd, krachtens welk
artikel dit gebeurde, waarop deze repli
ceerde, dat hij meende als Voorzitter het
recht te hebben, een voorstel van B. en
W. in te trekken. Deze houding bezorgt
hem een reprimande van den heer Harten
dorf, die er over klaagt, dat een ordelijke
discussie onmogelijk blykt; dat dit voor
een deel wel is aan te wijten aan de hee
ren ledvn van deu Raad zelf, doch yoor
het overgroote deel, aan, U, Mijnheer de
Voorzitter, wijl by U de teugels van 't
bewind niet in goede handen berusten. U
bezit niet de kracht, al deze jonge hitten in
bedwang te houden. Hy wijst er nog op,
dat 't niet aangaat, de motie Krijnen zoo
maar even te behandelen, wijl deze motie
moet losgemaakt worden van den weg aan
de Bassingracht, doch ook betrekking heeft
op alle andere wegen en bij uitvoering,
de gemeente op ontzettende koston zal
jagen.
Na meer dan 5 kwartier discussie wordt
met algemeene stemmen besloten, het
voorstel van B. en W. tot een volgende
vergadering aan te houden.
XXIV. Adres Heldersche Gemeente-
Werklieden Vereeniging.
B. en W. adviseeren om afwijzend te
beschikken op het verzoek van die Ver
eeniging om wijziging der arbeidsloonen
le. wijl het B. en W. niet wenschelijk
voorkomt, nu reeds wijziging te brengen
in de minimum en maximum loonen, zoo
als die werden vastgesteld bij besluit van
30 Mei 1911 en ten 2e. met het oog op
den zeer ongunstigen staat der gemeente-
financien.
De heer Verstegen zegt, zich met
het door B. en W. uitgebrachte advies
heelemaal niet te kunnen vereenigen. Tij
dens de behandeling van het Werklieden-
reglement is dezertyds op verhooging der
loonen aangedrongenook de heer Harten
dorf drong daarop aan. Toen werd geant
woord: daar kunnen we bij.de begrooting
op terugkomen; dan kunnen de rnenschen
met hun verzoek terugkomen.. Nu ze dit
doen, worden ze met een verwijzing naar
den ongunstigen stand der gemeentefinan-
cien afgescheept. Ik meen dat dit niet op
gaat. Bovendien rekenen B. en W. uit,
dat inwilliging van het verzoek op f 6000
zou komen te staan. Ik begrijp die reke
ning niet. Een paar maanden geleden werd
uitgerekend, dat het f 3000 zou kosten.
Die berekening was al foutief, want toen
werd bij die berekening uitgegaan van de
veronderstelling, dat alle werklieden hun
maximum zouden hebben bereikt. Dit
komt natuurlijk nooit voor. Waar nu die
f 6000 op berusten, begrijp ik heelemaal
niet. Zeker dj> twee maal het maximum.
Ik kan me dus met dat advies niet ver
eenigen. Een minimum van f 11 is toch
zeker niet te veel gevraagd. Ze leggen een
staatje over, waaruit blijkt, dat minstens
f 15,16 noodig is, dan is f 11 toch zeker
niet te veel gevraagd. De belasting is op
't oogenblik al met f 10,000 verhoogd;
laten we de belasting gerust met dit be-
noodigde bedrag ook nog verhoogen. Waar
reeds een particulier hier ter stede is voor
gegaan met een toeslag op het loon te
geven, vanwege de stijgende prijzen der
levensbehoeften, daar mag de gemeente
wel volgen, want werkelijk, de loonen zijn
hier niet schitterend.
Op voorstel van den heer Biersteker
wordt besloten, dit adres aan te houden
tot het behandelen der begrooting, tegelijk
met de andere adressen van dezen aard.
XXV. Verstrekking Cokes.
Op het adres van de Afd. Helder van de
S. D. A. P. betreffende het verstrekken van
cokes tegen verminderden prijs, adviseeren
B. en W. afwijzend te beschikken, gezien
het advies van den Directeur der Gasfabriek.
In het advies van dien Directeur wordt o. m.
opgemerkt, dat opzettelijke verkoop beneden
den marktprijs is te beschouwen als een
geschenk aan de in aanmerking komende
afnemers of als bedeeling. By een commer
cieel bestuurd bedrijf zou van een dergelijke
handeling geen sprake kunnen zyn, zoodat
daarin in elk geval het door zulk een han
deling te lijden verlies door de algemeene
kas zou moeten worden gerestitueerd. Het
verlies van de gasfabriek wordt door den
Dir. op f2000 geschat en op de begrooting
der gemeente zou du9 een post moeten
gebracht worden, waaruit deze bedeeling
zou kunnen plaats hebben.
By B. en W. zou geen bezwaar bestaan,
op het verzoek in te gaan, als hier, evenals
in Arnhem, een groot terrein beschikbaar
was, waar de cokes, in den zomer verkre
gen, gemakkelijk kon worden opgeslagen en
waardoor de zomer-cokes zonder geldelijk
verlies voor de gasfabriek des winters tegen
verlaagd tarief kon worden verkocht.
De heer Verstegen zegt: Er is op dit
adres heel weinig af te dingen. Dat bewijzen
ook de adviezen, die er door den Directeur
der Gasfabriek en door B. en W. over zyn
uitgebracht. De Directeur zegt o. a.: Ik
zou er wel voor te vinden zijn, als ik ruimte
had, om de zomercokes op te slaan. B. en W.
zijn het daar volkomen mee eens. Er is
echter m. i. mét een beetje goeden wil wel
ruimte te vinden. Verleden jaar was er ook
een berg cokes opgeslagenhet is toen voor
een bespottelijk lagen prijs van de hand
gedaan. Toen kon 't dus wel, waarom zou
het nu niet kunnen. Dat is een argument,
dat bij een goeden wil wegvalt. Een ander
argument van den Directeur is dat de gas
fabriek een commercieel bedrijf is; dat het
voor de fabriek een verlies beteekent, van
naar hy berekent, een f 2000 en dat hy er
wel voor te vinden zou zyn, indien hem
dit verlies uit de gemeentekas werd geres
titueerd. De kracht van dit argument ont
gaat mij. Zou de gasfabriek misschien
bankroet gaan, als hy die f 2000 winst
minder moest derven Wat maakt het uit,
waaruit die f 2000 gevonden moeten worden,
daar toch alle winst in de gemeentekas
wordt gestort? Principieel is er niets tegen
ingebracht, noch door den Directeur, noch
door B. en W. Het woord bedeeling is ge
noemd. Men spreekt niet van een bedeeling
als het Ryk jaarlijks f700 toelegt op de
studiekosten van de jongelui aan de Uni
versiteit; ook niet als er wordt bijgepast
voor de opleiding aan de H. B. S.waarom
wel, als er sprake is van cokes te betrekken
voor verminderden prijs door hen, die zelf
aan den opbouw van het bedrijf hebben
meegewerkt? En wat de contróle betreft,
in Arnhem werkt het systeem reeds 10 jaar
en van misbruik wordt niet gehoord.
Dat de grens, door wie er gebruik vau
zal worden gemaakt, willekeurig is, kan
ook niet toegegeven worden. Een grens
moet er natuurlijk zijn. En willekeur heerscht
er in heel de samenleving. In de bevoor
rechting van de beter bedeelden, in de
achterstelling van de minder bedeelden
daarin heerscht groote willekeur. Als hier
voorgesteld wordt, het salaris van den
Inspecteur van Politie met f100,— dat van
den Burgemeester met f500.— te verhoo
gen, dan noem ik dat willekeur. Die adviezen
beteekenen dus niets; kunnen ook niets
beteekenen, omdat er Yan rechtswege niets
tegen te zeggen is.
Nadat nog de heer De Ven 't woord
heeft gevoerd ter verdediging van het af
wyzend advies, en de hh. Grunwald en
Hartendorf ten gunste van het adres hebben
gesproken, wordt het afwyzend advies in
stemming gebracht en verworpen. De hh.
Over de Linden, De Ven, Van den Berg en
Zander stemden er voor. De Voorzitter zeide
nu too, dat hy deze beslissing ter kennisse
van het Dag. Bestuur zou brengen, waarna
een voorstel kon verwacht worden in den
geest van het adres der S.D.A.P.
XXVI. Voorstel toelage werklieden.
De heer Van der Ploeg stelt voor aan
alle vaste gehuwde beambten en werklieden
der gemeente, die een weekloon genieten
van beneden f 14.— of een jaarwedde van
beneden f700.- een toeslag van f 1.— per
week toe te kennen voor het tijdvak van
1 November 1911 tot 2 April 1912.
B. en W. adviseeren op dit voorstel niet
in te gaan en zeggen in hun afwyzend
advies o. a.„De vraag moge gedaan worden,
of de vooratelier zich voldoende rekenschap
heeft gegeven, zoowel van de noodzakelijk-
heid van het nemen van maatregelen, als
van do wijze, waarop hij maatregelen
wenscht te nemen. Bekend toch is, dat In
verschillende gemeenten ter zake een onder
zoek wordt ingesteld en alleen daaruit blijkt
reeds, dat die noodzakelijkheid allerminst
vaststaat.
Uit een rapport, uitgebracht in de
Utrechtsche Kamer van Koophandel en
Fabrieken blijkt, dat er grondige twijfel
bestaat of verscheidene der eerste levens
behoeften wel een noemenswaardige prijs-
verhooging zullen ondergaan. Met name
zijn te noemenaardappelen, brood, vet en
varkensvleesch etc.
Wat den voorgestelden maatregel zelf be
treft, raag nog gevraagd worden, waarom
alleen de genoemde categorie Yan personen
voor dien toeslag in aanmerking zullen
komen. .Ook voor hen, die een inkomen
genieten daarboven geldt de duurte der
tyden en door deze zal nu nog de verhooging
der belasting moeten betaald worden, die
van den voorgestelden maatregel het nood
zakelijk gevolg zal zijn. Bovendien bedenke
men nog, dat het de vraag zal zijn, of do
stijging der prijzen weer door een daling
zal gevolgd worden."
Do heer Van der Ploeg, zyn voorstel
verdedigende, zegt: het heeft my getroffen,
dat B. en W. in hun advies twijfelen aan
den ernst van myn voorstel. Het zal toch
zeker niet ontkend kunnen worden, dat de
noodzakelijke levensbehoeften enorm zyn
gestegen. Tegenover andere gemeenten,
die op soortgelijke verzoeken afwyzend
hebben beschikt, staan o. a. de gemeenten
Dordrecht, Alkmaar, Bussum, Bloemen daal,
Gouda, Tiel en Purmerend, die goedgunstig
hebben beschikt. Ook te Amsterdam is in
principe uitgesproken om aan de laagst
bezoldigden een toeslag op 't loon toe te
staan. Als we dan nog bedenken, dat in
tal van gemeenten ook particuliere patroons
het loon hebben verhoogd met het oog op
de dure tijden, dan komt het mij voor, dat
mijn voorstel hier zeer wol op zijn plaats
is. Terugkomende op het rapport van de
Kamer van Koophandel en Fabrieken te
Utrecht, wil het mij toeschijnen, dat dit al
heel weinig getuigt van den ernst der tyden.
Onweersprekelijk zijn de grauwe erwten,
bruine boonen, wortelen, bloemkool, roode
kool, uien, zuurkool, koffie etc. in prijs
omhoog gegaan. Wat het vleesch betreft,
de laagst bezoldigde ambtenaren en werk
lieden zyn gewoonlijk tegen hun princiep
vegetariër. Hiermede meen ik mijn voor
stel voldoende te hebben toegelicht en
vertrouw, dat myn voorstel gunstig bij myn
medeleden zal worden ontvangen.
In dit vertrouwen wordt de voorsteller
niet beschaamd. Verschillende leden voeren
ten gunste van het voorstel het woord, zy het
dan ook, dat men het min of meer gewijzigd
wenschte. Zoo wenscht de heer Van Breda
den toeslag alleen te verleenon aan bezoldig
den tot f 12 per week en niet voor den tyd
van 5 maanden, zooals de voorsteller het
wenscht, doch liever voor den tyd van 3
maanden. In tegenstelling hiermee wenscht
de heer Hartendorf de grens nog wat
uit te breiden en wel tot hen die f16 per
week verdienen. Durfde hij met het oog op
de finantiön, dan wenschte hij nog wel
verder te gaan.
De heer Biersteker juicht ook het
voorstel toe, doch wenscht er van uit te
sluiten, hen, die uithoofde van pensioen of
anderszins, nog andere baten bezitten.
De heer D e V e n waarschuwt, dat de
gemeente haar zorg zeker over nog andere
categorieën van arbeiders heeft uit te strek
ken. De gemeentewerklieden verkeeren in
betrekkelijk opzicht nog in goede condities,
hierop gelet, dat ze yast werk hebben,
pensioen, enz. Erger is het gesteld met
de losse arbeiders; die zullen de hulp van
overheidswege veel meer noodig hebben.
Dit brengt er den heer Oortgysen
toe, voor te stellen, dat de gemeente ge
durende de wintermaanden een uitkeering
van bijv. f 3 per week zal doen, terwijl
de heer Krijnen een som ineens bv. f 1500
aan B. en W. wil voteeren, om deze naar
gebleken behoefte uit te deelen.
Zooals men ziet, de heeren hadden een
gulle bui, wat den heer Van den Berg
de opmerking ontlokt, dat 't goed riemen
snijden is van een andermans leer. Ook de
heer Verstegen mengt zich nog in het
debat; noemt het pre-advles allerzuinigst
en is van meening, dat juist wijl deze
kwestie in zooveel gemeenteraden aan de
orde is gebracht, dit bewyst, dat de tijden ab
normaal zijn. De beer De Geus verzoekt,
bij de algemeene uitdeeling de winkeliers
en winkeliertjes niet te vergeten, die veelal
de dupe worden van hot ontoereikende
loon. De heeren Adriaanse en Ver
faille tappen weer uit een ander vaatje en
toen het afwijzende advies van B. en W. een
eind over middernacht in stemming werd ge
bracht, staakten de stemmen. Vóór het
afwijzende advies stemden de H.H.: Bok.
Verfaille, Oortgysen, Terra, Grunwald, Zan
der, De Ven, Over de Linden en van den
Berger tegen stemden de H.H.Harjer,
Biersteker, De Geus, Van der Ploeg, Hart
sinck, Hartendorf, Krijnen, Breda en Ver
stegen. De heer Adriaanse bleef buiten
stemming.
Benoemingen.
Voor een lid van de Commissie van Toe
zicht op het ziekenhuis, vacature Trotse»-
burg, worden voorgedragen
1. Dr. J. G. Ten Noever de Brauw,
Dirigeerend Offi. van Gezondh. 2e kl. K.M.
2. Dr. H. Kruijne, Ofll. van Gezondh.
le kl. K.M.
Eerstgenoemde heer wordt gekozou met
14 stemmen2 stemmen waren in blanco.
Voor een lid van de Commissie van
Toezicht op het L. O., vacature Korver,
worden voorgedragen
1. W. Visser, Oud-hoofd van school No. 8.
2. A. Bommel, Oud-Indisch Schoolhoofd.
Hier wordt evenzoo No. 1 gekozen met
15 stemmende heer Bommel had 1 stem,
de heer Ketr.er eveneens één twee briefjes
waren in blanco.
Voor de benoeming van twee ledeu in
de Commissie van Toezicht op het Middelb.
Onderwijs waren voorgedragen, in de vaca
ture van H. J. Albarda:
1. E. E. Dullemond, Kapitein ter zee,
commandant van het Kon. Instituut.
2. A. Pieren, Kapitein-luitenant ter zee,
commandant H.r Ms. „Emma".
Eerstgenoemde wordt met 14 stemmen
gekozen. De heer A. Pieren verkreeg drie
stemmen; twee briefjes blanco.
Vacature C. J. Blok.
1. Dr. I. G. ten Noever De Brauw.
2. E. Wessels Boer, Ontvanger van
Registratie en Domeinen.
Eerstgenoemde werd gekozen met twaalf
stemmen; No. 2 verkreeg 8 stommen.
Thans, het is half een, is men genaderd tot
de behandeling van de begroot in g. De heer
Van Breda herinnert aan het door hem
bij den aanvang der zitting gesprokene en
dient een motie in van den volgenden
inhoud: „De vergadering, overtuigd van
de wenschelijkheid, dat de behandeling der
begrooting door den Burgemeester worde
geleid, gaat over tot de orde van den dag."
Nadat hierover nog even is gediscussieerd
en de Voorzitter tevergeefs poogt,
ietwat bedekt, dc motie van de dagorde
af te voeren, dringt men er op a3n, deze
motie in stemming te brengen, waarna ze
aangenomen wordt met de stemmen van
de HH. De Ven, Over de Linden, Adriaanse
en Hartendorf tegen.
Nogmaals noodigt de Voorzitter de
heeren uit morgenavond (dat is dus Woens
dagavond) ter vergadering te komon, ter
behandeling der begrooting, doch hem wordt
beduid, dat al wordt de vergadering op
dien datum uitgeschreven, de voorstemmers
niet aanwezig zullen zijn, tenzij de Burge
meester aanwezig is.
In arrenmoede stelt thans de V o o r-
z i 11 e r de
Rondvraag
aan de orde. D« beer Verfaille brengt
de bestrating van de Dykstraat ter sprake
hij verkeerde in de meening, dat ook nog
bezigheden aan dezen weg moesten ver
richt worden vanwege de Gasfabriek en
had het dan rationeeler gevonden als dit
eerder was geschied.
De heer Van der Ploeg dringt er
op aan, dat voortaan bekend worde ge
maakt, dat de winterdienst voor de ge
meente reiniging is in werking gesteld, en
dat wol met het oog op niet nader aan
te duiden eventualiteiten.
De heer Biersteker brengt de rooiing
der booinen aan den Kanaalweg ter sprake,
waaromtrent hij tot zyn bevreemding een
advertentie in een der plaatselijke bladen
heeft gezien, en de heer Verstegen
zal niet het oog op het late uur niet zeggen
wat hij anders zeggen zou aangaande eenlg
minder gewenschten toestand aan de Zee
vaartschool, doch behoudt zich de vrijheid
voor, hierop terug te komen.
Nadat de 3 eerste sprekers van do be
stuurstafel zyn beantwoord en ingelicht,
sluit de Voorzitter de vergadering.
Luohtvaarft.
Doodcnlijit.
Met den te Reims uit de luobt geploli.n
vlieger Deaparmet ia het eerate honderdtal
slachtoffers der vliegknnat vol. Dat wil seggen
aedert de vliegtuigen door motoren bewogen
worden; voorloopera als Lilienthal (9 Aug.
1896) z(jn in deze hekatombe niet begreper,
evenmin natuurlijk sjj die met luchtschepen
omgekomen zyn.
De rjj opent met Init. Seliridge te Forl-
Mjjers op 18 8ept. 1908 en wgat op 27 Oct.
1911 het cyfer 100 aan. Intusachen waa op
eeratgenoemden datnm de nieuwe knnat nog
maar in haar aanvangstijd (toen waren er
nog geen 1500 vliegers, zooals nu) en be
gint de ljjst op 7 Sept. 1909 eerst ernstig
te worden; wy zyn dan aan no. 2 Lefèvre
te Juvisy. Dus 99 dooden in 25 maanden;
4 per maand sedert dien tyd of ongeveer
een per week. Het ia angstwekkend, maar
geeft ons tevens een hooge gedachte van den
onverschrokken moed van het menscheiijk
geslacht.
Onse landgenoot van Maasdijk, het was
op 28 Aag. 1910, hoe verech ligt dit nog
in het geheugen, staat als negentiende in
de serie der gevallen helden.