KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje voor Helder, Texel, WieHngen en Anna Paulowna, Woensdag 29 November 19U. 89ste Jaargang. No. 4049. 't Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct., fr. p. post 75 ct., buitenland 11.25 Pre-Zondagsblad 37$» 45 fO.75 miënModeblad »»»55»»»»65» f0.90 (Voor het buitenland bij vooruitbetaling.) Advertentiën van 1 tot 5 regels 30 cent Elke regel meer6 Be wijs-exemplaar2$ Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Interc.- Telefoon 50. Var Uitgever i C. OE BOER Jr. (v./h. BERKHOUT i Co.). Helder. Bureaus Spoorstraat an Koningstraat. Derde Blad. RIEUWSBERICHTEH. HELDER, 24 November. Concert „Helders Mannenkoor". Gisteravond gaf bovengenoemd Mannen koor, Directeur de heer C. W. Rusting een concert in de zaal van .Casino". De Muziek- vereeDiging „Apollo", Directeur de heer J. M. Jansen verleende haar welwillende mede- y/erking. De zaal was tot achter toe bezet, wel een bewjjs, dat deze uitvoeringen in den smaak van het publiek vallen. En geen wonder. Steeds wordt een met zorg gekozen programma ten beste gegeven, en ook deze avond was wel in staat, de goede reputatie van fHelde/s Mannenkoor" te handhaven. Een zestal nummers waren aan het vocale gedeelte van den avond gewjjd. Vóór de pauze liederen van Abt, Kreutzer, Orth en een Ballade van Roeske; ra de pauze van Heinzo, Rijken, Zcrlet en Kwast. Ook een dubbel-mannenkwartet liet zich hooren in »Goe Nacht" van Andriessen en «Serenade" van Marschnsr. Zoowel de zang van het koor als van het dubbel-mannenkwartet klon ken heel schoon en een welgemeend applaus beloonde zangers en Directeur. We kunnen niet elk nummer apart ooemen en roemen, doch willen met een enkel woord afzonder lek gewag maken van «Het Geuzenvendel op den Thuismarsch", dat naar het ons toe- schoen, bijzonder voldeed, alsmede van «Ver luidend" en t Volgend jaar" die heel lief werden gezongen. Jrlet instrumentale gedeelte was een niet onwelkome afwisseling. Do avond werd inge zet met «lm Zigeuner Lager", marsch voor orkest en in den loop van den avond werden nog zeer verdienstelijk uitgevoerd «Grande Potpourri do 1 Opóra Faust" van Gounod en Tesoro Mio 1" van Becucci. Nog wist men het nuttige aan het aange name te verbinden, door op verzoek een collecte te houden voor het alhier te orga- niseeren Sint-Nicolaasfeest voor arme kin deren. Een genoeglijk bal besloot den welge slaagden avond. Een kleiner maximum aantal leerlingen per klas. Men schryft uit Amsterdam aan de ,N.R.Ct." Wy vernemen van verschillende zjjden dat het gemeentebestuur van Amsterdam er ernstig aan denkt om het aantal leerlingen per klasse, nu 42, lager te stellen. De hoeren KI. de Vries en Ketelaar hebben reeds langen tjjd geleden bij den raad het voorstel ingediend om het maximum-aaDtal leerlingen per klasse te verminderen tot 36. Het getal 42 is, meenen zy, te groot als men let op do hooge eischen, die tegenwoordig aan het lager onderwijs gesteld worden. Aan dit voorstel zal dus waarschijnlijk eenigszins te gemoet worden gekomen. Er dient echter vooral naar te worden gestreefd om een bezwaar weg te nemen, waarop de school-commissie herhaaldelijk in haar verslagen heeft gewezen. Deze zegt, dat het „verhoogeuvan de eene klas naar de andere herhaaldelijk moeilijkheden onder vindt. Vaak gebeurt het, dat leerlingen, die verhoogd konden worden, moeten blijven zitten, omdat er in de naast hoogere klasse geen plaatsen genoeg open zjjn en dat andere, die eigenlijk moesten .bljjven zitten" ver hoogd moeten worden om plaats te maken voor kinderen uit de lagere klasse. De hoedenspeld in de Raadzaal. De ^Nieuwe Ct." schrijft: By de behandeling van het ontwerp van een verordening op de straatpolitie in de gemeente Enschede kwam art. 26 ter sprake: Het is verboden zich op den weg bevindende een hoeden pen te bezigen, tenzij de punt zoodanig gedekt is, dat ze onschadelijk is. De tjjd der ouderwetsche keelbanden is voorby en toch moefr het bloementuilije, het vederbundeltje, of de striklintentooi op 't vrouwenhoofd in evenwicht bljjven de mode dacht de hoedenspeld uit, maar door dat de dameshoedjes reusachtige bollen met breede randen worden, nam ook de z.g. hoeden speld naar verhouding in lengte toe, de speld werd een speer en nog later een laos gelijk. Hiertegen meenden de vroede mannen in verzet te moeten komen en trad de raad meedoogenloos op. PB D"XXjXj EITOTsr. FAMILIE-EER. 18) (Vervolg van het Eerste Blad). Hjj meende op te merken hoe de andere verlicht heradomde, terwijl hjj nu een goed met goudstukken gevulde portemonnaie uit zjjn zak nam en met eenige markstukken de rekening vereffende. Ja maar gjj moogt slechts onder één voor waarde mijn gelag betalen," zeide Loder, terwijl hjj de handon op zjjn arm legde. «De eene dienst is den andere waard, en daarom moet gjj my beloveD, dat go morgenavond met ons naar do opera gaat. Neem me niet kwaljjk, maar gjj bevalt my bjjzonder goed ofschoon we elkaar nog geen uur kennen." Deze uitnoodiging kwam Hurner merk baar onverwacht en maakte hem wel wat verlegen. Weer keek hjj het lieve meisje met koenen blik aan. Hoe moeilijk het Elsa ook viel, zy beant woordde zjjn blik op aanmoedigende wjjze. „Gy kunt het gerust aannemen", zeide zy mot een ccquet lachje, «zulk een uitnoodiging doet vader niet aan den eerste den beste." „Afgesproken," zeide Loder, «ik neem do plaatsen en zend een kaart, Maar hahaha daar bedenk ik iets, wjj zjjn nog niet aan elkander voorgesteld hahaha rentenier Schulzer met zjjn dochter Elsa, uit Regen- walde, tegenwoordig CentraalhoteL 12 en 13." Uit de discussie in den Raad De heer Tjhof wil dat de speld slechts 2 c.M. buiten den hoed zal steken. De heer Monko wenscht niet, dat de agenten van politie met een duimstok rond gaan om te meten hoe ver de speld buiten den hoed steekt. De heer Tyhof herinnert zich nog hoe by de behandeling der marktverordening de heer Menko verklaarde, met den maatstok te zjjn rondgegaan om de rnimte voor de boeren deerns af te passen, die met boter en eieren in hun korfje ter markt kwamen. De heer dr. v. d. Horst getuigt dat zjjn collega, de oog-specialiteit te dezer stede, reeds enkele malen een geval heeft behandeld, waarbjj de nijdige punt der hoedenspeld bij een ander een wond in 't oog hoeft ver oorzaakt en wjjst er daarom met eenige voldoening op, dat er vernuftig uitgedachte beveiligers voor de scherpe punt der speld zjjn te verkrijgen. Dit voorwerp van beveiliging vindt der mate genade in de oogen dor raadsleden, dat met 19 tegen 8 stemmen hot voorstel des heeren Tyhof, dat de speld slechts 2 c.M. buiten den hoedwand uit mag steken, wordt verworpen. Zoodra dus de politie-verordeDing van kracht zal xjjo, dragen alle dames te Enschede hoedenspeld-beveiligers. Ongeregeldheden te Lissabon. Lissabon, 26 November. Zondagnamiddag is er een vergadering gehouden om te pro testeeren tegen de uitzetting van twee Chi- ueezen, die de geneeskunde uitoefenden. De menigte begaf zich. naar een der pleinen en hield er een betooging tegen de regeering. Cavalerie en republikeinsche garde poogden de menschenmacht uiteen te dryven, die antwoordde met*vijandige kreten en schoten. De cavalerie voerde charges uit en sloeg met het plat van de sabel. Er zijn enkele dooden gevallen es enkele gewonden. Tal van aan houdingen zjjn er gedaan en de orde werd hersteld. Op het Dom Pedro-plein is een bom ont ploft, waarbjj verschillende menschen gewond werden. De cavalerie en de republikeinsche garde joegen de menigte uiteen, waarbjj scho ten vielen. De betoogers stormden naar het San JoBé-hospitaal om de geneesheeren te beletten hulp te verleenen aan de gewonden. De gewapende macht moest komen om de omgeving van het ziekenhuis schoon to vegen. Troepen bewaken het paleis van den presi dent der republiek en de gebouwen van som mige dagbladen. De electrische stoel. In de SiDg-Sing gevangenis in New York zijn Maandag drie personen terechtgesteld. Zjj stierven in den electrischen stoel. Deze drievoudige executie duurde slechtB 23 minu ten. Het is de eerBte maal, sinds in den staat New York wordt geëleotrocuteerd, dat er drie personen samen terechtgesteld werden. Het waren Pietro Faletto, Frank Schermerhoru en Bert Brown. Het einde van het zijden koord. Een van de gezegendste gevolgen van de Chineeschn revolutie is de afachaffiug van het zjjden koord, dat iemand als een aange name verrassing kon thuisgestuurd worden. Iedere Chinees van invloed en aanzien moest er dagelijks op bedacht zjjn, dat van het paleis van de keizerlijke famillie een bediende met het lieftalligste en zoetsappigste gezicht een zjjden snoer kwam brengen, het vreese- ljjke wapen van de Mantsjoe-dynastie. Want dat zjjden koord was een stille wenk voor den ontvanger, of hij deze aarde maar wilde ver laten om vrjjwillig naar betere gewesten te gaaD. Zoo'n verrassing overtreft nog elke denkbare Sint Nicolaas-surpriBe, alleen jam mer, dat de uitverkorene er weinig heugenis van heeft. Het zjjden koord was een vreeseljjk sym bool, dat ontzetting bracht in het hnis, dat er mede gezegend werd. Plotseling, zonder opgave van redenen, zonder mededeeling van hot doel, dat maar al te goed bekend was, werd het snoertje gebracht, met de groeten van zjjn Keizerlijke Majesteit. En dit waren de laatste groeten, die de Keizer zond aan hem, dien hjj gelukkig maakte met het eindje koord. Den volgenden dag kwam dezelfde bediende terug, om met een stil lachje te vragen naar mjjnheers «welstand", waarop hjj dan het antwoord behoorde te ontvangen, dat mjjnheer naar 's Keizers wil geleefd heeft helaas, met sterken nadruk op «heeft". Een uitgebreide spionnendienst gaat na of Herman Harner, ingenieur uit Chicago," stelde de ander zich voor. .Zeer vereerd,"' zeide Loder met gemaakte beleefdheid, «en zullen wij de eer hebben..." „Wanneer mejuffrouw het toestaat," zeide de Amerikaan met een smachtenden blik op Elsa. „Het zal een genotvolle avond worden," zeide deze met een vriendelijk lachje tegen den haar zoo terngstootenden man. Loder keek Elsa vol bewondering aan. Hjj was vast in de overtuiging, dat er een uit muntend politieman aan haar verloren was .Maar zjj kunnen uw entréekaart toch niet naar Chicago zenden," ging het meisje met een schalksch lachje voort. „Als n dus aan vader uw adres wilt opgeven Daarby had zij, als toevallig, haar fijne handje gelegd op den arm van Harner, die nu vlak naast haar zat. De commissaris nam een vluchtig beven van den man waar, hetgeen hem des te vaster aan diens schuld deed gelooven en tegeljjk was hjj verrukt over den goeden inval van het meisje. «Bakkerstraat 7, boven," stamelde Harner. «Maar gjj xyt immers vrjjgezel, beste mijnbeer," zeide Elsa weder met dat schalk- sche lachje. «Zou het niet beter zjjn, vadertje „Mjjnheer Harner komt zjjn entréekaart morgen in het hotel by ons afhalen," viel de commissaris haar snel in de rede, „dan ontbjjten wjj tegeljjk met elkaar." «Maar wat wordt er morgen gegeven «Ik geloof nLohengrin," zeide het meisje op goed geluk af. «Neen, dat is vanavond hé, kellnerin riep do commissaris, «wat wordt er morgen in de opera gegeven de feiten zich werkelijk hebben afgespeeld, zooals' verteld is, en of inderdaad het Chi- noesche rjjk een burger minder telt. Wee hem, die het koordje als een laatste geschenk van zjjn Keizer wil bewaren en het leven daarby. Want zjjn hnis wordt bestormd, hjj zelf opgespoord, ter dood gebracht en zjjn goederen verbeurd verklaard. Soms ook, maar 't is een hooge onderschei- diog, neemt een opiumpil de plaats in van het zjjden koord. Het is bekend, dat eenige dagen voor haar dood de Keizerin-weduwe Tsusji zoo'n present schonk aan den jongen Keizer Kwaugsu, die zioh dan ook door zelf moord van het leven beroofde. Men vertelt, dat de tegenwoordige redder van China Joeansjikai kort voor sjjn vertrek het zjjden koord ontving. Hjj had echter den moed den machtigen heer in het keizer- lijk paleis te weerstaan en hem het eindje koord terug te sturen, met de mededeeling, dat hjj niet wist, wat hjj er mee doen moest. Hjj zon verder gezegd hebben, dat hjj nog een Hink zwaard had, waarmee hjj zulke koordjes wel zou kunnen doorsnijden. Zjjn aanhangers waren toen reeds zoo talrjjk, dat de regc-ering, die voor het eerst zoo flink aaügevallen was, geen maatregelen tegen hem durfde nemen, het koord beixield en hem beval voer zjjn gezondheid ontslag te nemen. Joeansjikai heeft woord gehonden en zjjn goed zwaard heeft inderdaad het zjjden koord vernietigd. De zwaarste juffer ter wereld. Amerika is het land der onbegrensde mogelijkheden; in ieder geval op elk gebied moet man in de Nieuwe Wereld den super latief zoeken en dus komt het ook in aanmerking om onder zjjn lieftallige, vrouwe lijke eexe de zwaarste juffer ter wereld te mogen tellen. En dat is een lid van het zwakke geslacht, dat heel wat gewicht in de Behaal legt. Miss Gertrnde Burk, in Alton (Illinois;, die bjj haar geboorte een mollige baby van 15 pond was, hoeft het in twee-en- twintig jaar tot 825 zegge achthonderd vjjf en twintig pond gebracht. Me dunkt een recordje voor een varken om jaloersch te worden. Wie kan zich op achtjarigen leef- ijjd de weelde van 25U pond gewicht veroor loven? En dan te durven beweren dat alle Amerikaansche vrouwtjes spichtig, slauk en rank zjjn! Waar Miss Gertrude plaats neemt, moet er op haar gerekend worden met een extra- stoel, want één is voor baar gezellige dikte niet voldoendeook het moderne huis met zjjn nauwe deuren levert haar groote bezwaren op, want ze kan slechts overdwars er door gaan en dan ook nog maar net. Van verschillende zjjden heeft men dit gezellige dikkertje al gevraagd ten huwe lijk mis 1 maar om op te treden. Aange zien ze niet onbemiddeld is, heeft se tot na toe voor die aanbiedingen bedankt. Gestrand. Op de knst van Minnecoy, een klein eiland op de Zuidweskust van Voor-Indië, is ge strand het stoomschip Beacby met het konink lijke paardeluig, de kleedjj van vele dames, nieuwe uniformen en 400 kisten vuurwerk aan boord, alles voor den durbar te Delhi. Er schjjnt weinig kans te zjjn, dat deze zaken tjjdig zullen aankomen, zoodat, aldus meldt eeu telegram uit Calcutta, de betrokken per- sonen zeer in verlegenheid zitten. Langs de straat. Leo in de «Telegraaf" schrjjft: Vjjf uur in den morgen. Het regent. De leege, holle straten be luisteren zwjjgend 't kille neertikkelen der druppels, 't Asfalt vlakt in de verte als een duister meer. Dichtbjj schichtigen er de licht- krinkela van 't electrisch licht over. Op den Dam staan zes, zeven menschen te wachten, hui ver-kil, zwijgzaam, met genepen vuisten in broekzakken en snuffelneuzen. Arbeiders, typo's, een verbijsterd nachtredac teur, de hersens nazoemend van 't pers- zwatelen en 't peuteren aan waanzinnig-ver warde Reuters. Heel ver op 'tRokin komt 'n schitterend puntje aaDzwevon. De trein-tram van lyn 11. In de wattige, klamme stilte schrjjnen de wielen, jammeren de rails, spint de motor. Dan giert de tram aan, een heel vreemd, hellicht kamertje op den duisteren Dam. De wagen wisselt van spoor, komt weer terug, schokt stil. De stille gedaanten beklauteren de tram. De conducteur heft een loomen arm naar den den belriem pik weet het niet," antwoordde het meisje, „voor in het lokaal hangen de schouwburg- bilj •tten." „Nu, dan ga ik eens kjjken," zeide Loder, die al lang naar een gelegenheid zocht om zich ongemerkt te verwjjderen. „Gjj wilt wel eens de galante ridder zjjn, waarde vriend Harner was geheel vuur en vlam, terwjjl de commmissaris met langzame schreden naar het voorgedeelte van de zaal ging, waar hjj buiten het gezicht was van hen, die aan de tafel achterbleven. IX. Yoor het lokaal naast den ingang hingen de aanplakbiljetten der verschillende schouw burgen van Berljjn eendrachtelijk bjj elkaar. De commissaris bleef er voor staan, zette een knjjpbril op en begon de aankondigingen oplettend te bestudeeren. Een oogenblik later kwam zjjn portefeuille weer te voorschijn, waarin zich tevens een uotitieboekje bevond. Na eerst aan zjjn potlood gelikt te hebben, begon hjj de tooneelvoorstellingen voor den volgenden dag op te schrjjveD. Dit mochten voor het minst de omstanders denken, iu waarheid had de commissaris de gelegenheid to baat genomen, om het nummer na te zien van het zooeven verwisseld bankbiljet. ^8648, las hjj, terwjjl een zogevierend lachje zjjn lippen plooide. Het was een van de nnmmers die aan de bank door den konder van den wissel waren ontvangen, daarmee was dus de identiteit van Harner als zoodanig vrjjwel bewezen. Dat noem ik gelnk," mompelde Loder, terwjjl hjj de portefeuille weer in de borst- Maar uit de Damstraat komt, vriendelijke woorden tot zichzelf zeggend, een dronken boer. Een boer uit een operette, met polka haar en een rond vilthoodje en een wjjde broek en ringetjes in de ooren en een roode doek om den hals. Hjj zwenkt pompens om 't vrooljjk-lichte kamertje op wielen, bestaart het, peinzend en verwonderd, en vraagt den ongeduldigen conducteur: «Wa's datte?" Wat, boer?" «Den denze dinges?" •Een tram, boer. Moet je mee of moet je niet mee Tjao wa za 'k donn 'k weit neit za 'k mitgoan za 'k niet mitgoan Gauw, want wjj rjjen op den trein 1" Wi-je weten, wa 'k donn zol?'kGoa mit. Hu sakkerdrie, da's 'n stap, watte (tot de stille arbeiders) g'n aovend soamen 1" «Marrege!" repliekt schorrig ééa uit 't binnenste van den wagen. Weg tram. Meteen schiet ze, zachtjes veorend langs 't Rokin, knarsend de wielen en gillen de rails bjj 't krommen der bochten. Ineens geeft de boer een schreenw. «Lao me d'r unt. patroon! 'k He daor 'n harrebarg gezieD. Hnila sakkerdrie hou stil 1" «By de naaste halte stopt de tram."| De boer: „'k Bin te wied. Je mö me terug rie-en alloh. 'k Md noar de harrebarg 1" De conducteur schokschoudert. De arbeiders grinniken. De nacht-redacteur zoekt, bloed dorstig, naar een wapen. Eindeljjk laat de boer zich met kinderach tige lichaamsgebaren op de vette keien zakkeD. Do tram stuift vooruit, en iu de verte, heel alleen, staat 't zwarte, armzwaaiende figuurtje van den dronken boer, en zjjn zelfbeklagende stem misbaart luidruchtig in de natte stijte Peterolie-eende. (Uit de dagen van de „Turbo.") Een stinkende petroleumlucht hing over het Nieuwediep en over het geheele eiland Texel, zelfs al liep je aan den anderen kant van Hoogeberg, dan nog kon je den stank waarnemen. Wat of dat kon zjjnl? Den volgenden morgen, bjj aankomst van de eerste boot vernam men reeds, dat er in de Haaksgronden, op den Razenden Bol, en petroleum-tankboot was vergaan. Het sohip was in tweeën gebroken en de petro leum vloeide iu groote hoeveelheid er uit, het zee-oppervlak bedekkende met een laag van die vloeistof. Het was het Engelsche stoomschip «Turbo", dat het noodlot had getroffen. Doris Rykers in de wandeling onder alle zeevarenden in den omtrek bekend als «opa" had, zooals altjjd, een zeer werk zaam aandeel gehad in de redding der be manning. Dat was het Dieuws, dat als oen loopend vuurtje over het eiland ging en het raadsel van waar toch die stank kwam was opgelet. Niet werd betreurdhet vergaan van het schip; alleen, dat de lading niet in vaten was geborgen geweest, vond men «begröö- teljjkwant dan toch was er wat te jutten geweest. De wind was zoo prachtig op de kust, jonge, waat waas de koaans mooi geweeBt, en wie het er nou woat aan die peterolie? niemand; 't is jammer 1 Toch scheen er nog wel iets aan te win nen te zjjn. Massa's vogels dreven er rond in de petro- leumvloeistof. De olie had de vogels over vallen en, terwjjl ze daarin ronddreven, was dat goedje in de vedren gedrongen, hetgeen de vogelB verhinderde op te vliegen. Zoo vonden zjj hun dood in grooten getale. De visschers pikten ze op en namen ze mee naar de haven. Dirk, die van alles en nog wat opkocht, meende ook hieruit wel een slaatje te kun nen slaan. Hjj kocht er een honderdtal, tegen een cent of wat per stuk, op, en trok er mee naar den poelier. «Mooi kööpie vor je, Hoannrs! Vetoas spek en vor niet te venl!" Hoannes berook de vogels, trok een be denkelijk gezicht en zeide: «Oas je nou zei voanvet oas peterolie, doan woas je dich ter bee de waarheid. Gooi se maar in 't vier l;, ouwe moan, doan hei der nog woarmte voan, oal stinkt 't 'n beetje." „Geef je der niks vor?" «Geen cent." 1) Vuur. zak van zjjn jas liet gljjden en terugkeerde. Daarby viel zjjn oog op een troepje heeren, die aan een der tafeltjes zaten kaart to spelen. Terstond helderde het gelaat van den commissaris op en hjj ging met vlugge sohre- den naar de spelers, die met den mg naar hem gekeerd zaten. Een daarvan sloeg hjj vrooljjk op den schouder. Holdert, ouwe jongen, wat zie ik, zjjt gjj ook ons eerbaar Rrgenw&lde ontloopen om hier naar het moderne Babel te komen riep hjj met stentorstem. Eenige der gasten keken verwonderd om. Lodor schoof een stoel naast zjjn kennis, dien hjj hier schijnbaar aantrof en wien hjj harteljjk de hand drukte. Voor iemand die veraf stond, moest het scbynen, alsof die twee oen onschuldig gesprek voerden nie mand vermoedde of kon uit hun vergenoegde gezichten opmaken, wat zjj elkaar eigenljjk te zeggen hadden. •Ga met vier mannen terstond naar de Bakkerstraat 7, boven," zeide de commissa ris, voortdurend met een glimlach om den mond, alsof hjj een grap vertelde. «Gjj laat de denr openmaken en doet een hniszoekiDg... of nog beter," viel hjj zich zelf in de rede, terwjjl hjj een teugje uit het glas van den ander nam, «neem eerst informatiën en kom mjj dan onder oen geloofswaardig voorwendsel uit het wjjnlokaal van Röreman halen. Ik wil de huiszoeking zelf leiden. Zorg er echter voor dat onze man niet gewaarschuwd wordt, begrepen «Zooals ge beveelt," zeido de ander, die eveens onafgebroken gelachen had. De commissaris stond nu op en dreigde deu pseudo-Holdert met den vinger. Dirk trok een zuur gezicht, maar om zoo de beesten weg to gooien, dat was toch al te erg; dat zou een groote schadepost voor hem zjjn. Hjj nam de mand met vogels op, tilde die op den rag en ging naar hnis, onderweg overdenkende, wat er mee aan te vangen. „Ziezöó, Griet, hier hen 'k nou 'n kööpie meebrocht. 'k Gaf 'r 'n schjjntje vor." «'t Zei woat weze, woat moet je mit die rommel?" Rommel I Ik zei ze plokke en doan gaan 'k ze boe denze en goene verkööpe." „Och moan, je krigt 'r gien duit vor; denk je doat ze die stinkende dinge kóópe? .Stinkende dinge; je zelt 'rs zien, oas de veere der oaf ben, ben ze zöö goed oas verschel" «Non, gaan je gang, oas je maar niet te veul herrie maakt.* Dirk gaat druk aan den arbeid. Vlak bjj het kacheltje zet hij zjjn mand neer, pakt er een beet, en jawel, het „plokke* gaat heel gemakkelijk. In betrekkeljjk korten ;tjjd heeft hjj de mand eenden leeg gemaakt. De ge plukte werden afxonderlyk op den grond gelegd en de veören in de mand geborgen. „Die hewe ok nog wel waarde,* dacht Dirk. Zooals bekend, zjjn de geplukte vogels altjjd nog voorzien van ruiee overschotjes der veereD. Deze worden altjjd afgebrand of afge schroeid, om de huid zoo effen mogelijk te doen mBken. Ook Dirk zal dat doen. Het kacheltje staat lekker rood het is zoo'n vinnig klein kolom-kacheltje, dat snort en trekt, alsof het altjjd njjdig is, dat het moet branden, en maar steeds zoo snel moge- lijk den brandvoorraad tracht om te zetten in rook en asch, in de hoop, dat des te spoediger de voorraad zal zjjn uitgeput edocls, een ijverige hand stopt telkens nieuw voedsel in den wjjd-opengezetten muil. Nu echter werd de muil voor een ander doel opengezet. Het geplaagde kacheltje braakte een felle vlam uit. .Lekker', mompelde Dirk; net goed vor 't skroeie.* Een eend werd opgenomen en met beide handen hield Dirk die vast, klaar om het beest in de vlam om en om te draaien, doch nauweljjks had hjj het cadaver in de lekkende vlam gehouden, of deze verspreidde zich over de geheele eend, die spoedig brandde, dat het een lust was. Dirk trachtte, door spoedig terugtrekken en geweldig blazen, de vlam nog te dooven, doch vergeefB. Zjjn handen werden aange tast en in z'n schrik smeet hjj de brandende eend in de mand met veeren. Woep! in een oogenblik stond de geheele mand met veeren in lichtelaaie. Door den knal van de ontvlammende petroleum vlogen de veeren links en rechts door het vertrek, overal kleine vlammetjes verspreidende. Dirk snelde naar achter, doodeljjk ver schrikt, niet direct wetende wat te znllen doen. Griet, die achter aan het wasschen was, had den knal gehoord en nog met druipende handen was ze naar de kamer geijld, zoo snel, dat zy en Dirk elkaar bjjna in de deur vastliepen. Griet was nogal corpulent, weet ge, en haar mondje had ze niet verloren. «Wel ezel voan 'n kerel I Woat voer je nou unt?" „Water! Water!" schreeuwde Dirk. „Hier, pak oan, gooi het koarrepet over de rommel, toe gouw woat, o&lle klèódjes en dinge over het vier. Toe doan, lummel, pak oan Onderwjjl was zjj al druk bezig. In eeu oogwenk had zjj den toestand overzien en begrepen hoe er gehandeld moest worden. Ze greep alles wat ze maar kon en dat go- schikt was om het vuur te dooven, onderwjjl zooveel mogeljjk de vlammende veeren met de voeten uittrappende. Dirk was tot „zien eige' gekomen en hielp nu ook druk mede. Dat ging zwjjgende, doch toen het gevaar goweken was en de geheele kamer nog met stinkenden walm waz gevuld, trok Griet van leer. .Wat bei je toch 'n nul; doat je nou niet begreep, doat 't zóó spaak lööpe most. En doan nog die eend bee de veere te gooie. Kiek non zóó n boel der's uutzieD. 't Is om te schrèhuwe. 'k Woo, doat je zelf ok ver- broand woas, ja, doat woo ik, joo ezelsvoarke." Klets I klonk een veeg ïd z'n gezicht. Dirk, zich van schold bewust, z'n schade bereke nende, z'n ontredderd kamertje beschouwende, had geen moed zich te verdedigen. Vol wroeging en zich zeer schuldig vindende, zweeg hjj als 'n mof en de klap van zjjn dierbare tweede-ik, vond hjj welverdiend en legde „Ouwe pierewaaier", zeido hjj luid, «dat moest je vrouw eens weten, dat jjj het hier iu Berljjn zoo naar je zin hebt. Hahal Nu wees maar niet bang, ik zal niet uit de school klappen". Hij ging met groote stappen naar 't achter gedeelte der zaal terng. Reeds van verre zag hjj hoe Harner opgewonden met Augusta zat te praten, en toen hjj nadorbjj kwam, bemerkte hjj de gloeiende blikken, die hjj haar onder het spreken toewierp. Ten over vloede hoorde bjj nog, hoe achter hem twee kellnerinnen elkander toefluisterden •Nu, die ouwe vogelverschrikker heeft het vandaag weer duchtig te pakken." „Och wat, dat meisjé houdt hem voor den gek 1" zei de ander. «Zy heeft echte juweelen in de ooren, zoo een geeft zich met onzen aanbidder niet ernstig af." «Ge hebt geljjk, dat zou een ander moeten zij#' sprak de eerste. De commissaris hoorde niets meerhjj was het tafeltje genaderd. „Niemand van ons heeft geljjk gehad," riep hjj midden in het gesprek van Hnruer. «Morgenavond wordt „Don Juan" gegeven. Dat is ook een mooi stuk, he?" Augusta was reeds opgestaan; terwjjl zjj het gelaat van Harner afkeerde, kwam een zucht over haar lippen. Het samenzjjn met den man, dien zjj als haar ongeluk moest beschouwen, had voor haar iets af 'schuweljjhs. Ook Harner was opgestaanmet liakzche beleefdheid reikte hy haar parasol over, waarvoor zjj hem met een bevallig laehje dankte, dat de blos hem weer naar de wangen steeg „En nu vooruit, naar Rövemann", zeide Loder. Hamer haastte zioh Augusta den arm zich er berustend bjj neer, al gelukkig, dat niet meerdere klappen werden uitgedeeld. «Ik woo, doat je ok verbroand woas", Griet raasde bet nog uit. Zjj was vol bereddering; de ramen werden opengezet, de rommel zooveel mogeljjk by elkaar genomen en buiten gebraeht. Dirk was verplicht om den vloer te dweilen, terwjjl Griet de wasch iu den steek liet om eerst den zolder af te nemen en andere gor dijnen op te hangen. Tjonge, woat 'n herrie. En doan nog zóóveel skadel" Geen wonder, dat 's avonds het echtpaar vermoeid was en niet ongaarne de legerstede opzooht om nit te rusten, en te bekomen van do «oalteraasie" van den afgeloopen dag. Griet had de gewoonte 's avonds een glas water mee naar bed te nemen, dat se dan op het beddeplankjo deponeerde, om, alz se wakker was, een teugje te nemen. Dèèr kon ze niet buute," had Dirk wel eens op de benrs verteld, en ik zeg maar: 'n mens zieu lust is 'n mens zien leve." Griet nam dus ook nu weer een glas water mee naar bed. Weldra lagen ze in diepe rust, Dirkdroo- meude van een zee vol met drjjvende vogels, die, als je maar riep, naar je toe kwameD, en, terwjjl ze vlogen, gebraden werden, en als je er dan naar greep, sloegen de vlam men er nit en meteen waren ze verdwenen. Hjj lag te woelen en rond te draaienhet dek hing half buiten boord, alias het bed. Hy lag half bloot en door de koude werd hjj wakker. Hjj gevoelde zioh huiverig, greep naar z'n hoofd hjj had een maneschjjntje en wreef daarover. Ja, het raam was ook nog open gebleven, vanwege den stank in de kamer. Geen wonder, dat de tocht op z'n bol ge voelig aandeed. In donker greep hjj naar de beddeplank. Daar lag zjjn slaapmuts. Tastende zocht hjj naar de plank. Ha, dèór hew 'k 'm te pakken, gelukkig". Hjj trok haar naar zioh toe. Maar o «gommenikkie", daar viel het glas er mee, dat Griet onvoorxichtigljjk op de slaapmuts had geset. En wat het ergste was: Griet kreeg den vollen inhoud op haar welgedaan gezicht. «O, o, helpl help!' kreet ze, „woat beurt 'r? Ik verdrink, ik verdrinkt helpl helpl* «Ja,« klonk er van Dirk's lippen, „ver zuip jee nou maar, ik most voaumiddag ver- broande, nou kei jee verzuipe." Nu was Griet klaar wakker eu begreep maar al te goed wat er was voorgevallen. Hoe het bedsermoen in het middernach telijk unr eindigde, zullen we maar niet ver halen. Dat Griet haar mondje, of mond, roerde en dat ze slag-vaardig was, nu, men raadt daar maar eens naar. Uit den Omtrek. Texel, 27 November. Nu weer de uitvoer van mosselen naar elders in vollen gang is, bljjkt 't hoe door de stormvloeden in 't begin dezer maand op de mosselbedden heel wat schade is aangericht. Naar matige berekening zjjn bijna duizend Hectoliters mosselen van de bewaarplaatsen weggestroomd en verloren gegaan. Hel beroep naar de Herv. Gem. te Oude- schild, is door ds. H. Buiskool aangeuomon. Naar verzekerd wordt, zon genoemde predi- t zich voorloopig metterwoon vestigen te Helder. Bjj het Woensdag 1.1. in den Haag ge houden examen, ter bekoming van het post- radikaal, slaagde o. a. onze voormalige plaatsgenoot, de heer D. Metz, thans klerk aan het telegraafkantoor te Amsterdam. Anna Paulowna. De nieuwe zuiggasmotor en de waterma- chioe te Kleine Sluis zal aanstaanden Woens dag of Donderdag op proef malen. Burgerlijke Sftend ven Texel, van 18 tot en met 24 Nov. 1911. GEBORENKlaasje, dochter van Leendert den Braven en Krina Knol (Eierland), Jan netje, dochter van Hendrik Kalis (Mjjdrecht) en Geertrui Kolle (Eierland). ONDERTROUWD 1 GETROUWDGeene. OVERLEDEN: aan te bieden, dien zjj met een bevallig knikje aannam zonder dat haar gewaande vader hierop aanmerking maakte; de oude heer volgde haar gedwee. „Tot weerziens, Holdert", riep bjj aan de deur zjjn goeden vriend toe, die zjjn groet beantwoordde door zjjn b:erglas op te heffen. Augnsta was met haar geleider reeds op de stoep, maar wegens dien uitroep keek zjj haar gewaauden vader vragend aan. Loder kwam juist Baast baar loopeu. „Wilt ge weten wie dat was?" vroeg hjj vrooljjk. «Het ljjkt wel of geheel Regenwalde vandaag te Berljjn is. Het was de magere Holdert, onze buurman." «O, de vleeschhonwervroeg Augusta. Dezelfde", bevestigde de commissaris. «Hjj wil voor zjjn oudsten zoon hier een zaak overnemen, en hjj is er al zoo jjo"d als klaar mee. Ik heb hem gezegd, dat wjj naar Röve mann gaan. Misschien komt bjj er ook. Dien moest gjj eens leeren kennen", wendde hjj zich tot Harner, die geen oog van Augusta afwendde. «Eeu gezellig mensch, eu een fijn kaart speler ik kan het nooit van hem winnen en toch ben ik er in thuis." Hjj wenkte eeu voorbijgaand rjjtuig. Wjj zullen rjjden, kinderen," zeide bjj. «Het is nu al vjjf uur. Als we vanavond nog hel concert in het park willen hooren bljjft ons weinig tjjd over voor een goed glas wjjn." (Wordt vervolgd),

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1911 | | pagina 5