KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje voor Ho!derP Texel, Wieringon en Anna Paulowna Woensdag 29 Mei 1912. Met de haringtrekkers op het water, No. 4101. 40ste Jaargang. 't Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct, fr. p. post 75 ct., buitenland f 1.25 Pre- Zondagsblad37* 45 (0.75 miën J Modeblad i 65 75 (0.90 (Voor het buitenland bij vooruitbetaling.) Advertentiën van 1 tot 5 regels (by vooruitbetaling) 30 cent. Elke regel meer. 6 Be wijs-exemplaar2$ i Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Intero.- Talafoon BO. UitgeverC. DE BOER Jr. (v./h. BERKHOUT 4 Co.), Halder. Bvreauxi Spoorstraat an Koningstraat. Agenda. Dagelijks Bioscoop-Voorstellingen. K a n a a 1 w e g. 31 Mei. Kerkconcert, ten voordeele van de Diaconie derNed.Herv.Gemeente. Nieuwe Kerk, 8 uur. UIT HET BUITEHLAHD. Van een tneBchenkomat in den oorlog tns- schen (Italië en Turkse, die toch al lang genoeg gedunrd beeft, zal naar de jongste berichten nu weer niet veel komen. Assim Bey, de TurkBche minister van bnitenland- Bclie zaken stond onlanga aan den corres pondent van een Duitsch blad een onderhoud toe, en verklaarde daarin dat hy zich uit alle macht zal verzetten togen een eventueele Europeesche conferentie, daar hy overtuigd is, dat dozo conferentie zou uitloopen op eene verdeeling van Turkye. De man kan gelijk hebbenTurkye heeft al leergeld be taald. Misschien zou men ook kunnen zeg gen 't maakt het er naar. Beuter soinde uit Saloniki dat daar be richten ontvangen waren dat eene algcmeene oproeping is verspreid onder de Albaneezen, om voor de eiachen te stryden die in het memorandum der leiders vervat zyn. Men doet echter wel, dergelijke berichten onder voorbehoud te aanvaarden. De bladen te Konstantinopel publiceeren een telegrafisch rapport van don (Turkschen) minister van binnenlandsche zaken, waarin gezegd wordt dat de geheele beweging zich beperkt tot enkele plaatselijke incidenten, die niet in de verste verte in staat zijn om de trouw der Albaneezen aan het wankelen te brengen, 'n Goed vertrouwen is ook wat waard, zouden we zeggenmaar toch ook uit 'n geheel anderen hoek klinkt ook zoo'n klank. Oos tenrijk zond graaf Berchtold naar Berlijn 'n diplomatieke zending natuurlijk. En de Berlijnsche correspondent van do „Neue Freie Pre6Be moldt nu aan zijn blad dat het voornaamste onderwerp van do con ferentie van graaf Berchtold met de Duitsche staatslieden, de oorlog geweest is. Helaas bestaat er weinig kans op toenadering, daar Italië voorbarig de souvereiniteil over Tripolis geproclameerd heeft. Vau een Tripolis con ferentio is tusschen de regeeringeu nog geeu sprake. Graaf Berchtold ziet het nut van oen dergelijke conferentie niet in. Er behoeft niet gevreesd te worden op het oogenblik, dat de oorlog zich op den Balkan zal uit breiden. Van oen entente tusschen Rusland en Italië was Berchtold niets bekend. Turkije gaat door met zyn uitzetting der ItaiianoD. De Porto deed den ambassades een nota toekomen, waarin medegedeeld wordt, dat de regeering besloot tot uitwijzing der Itali anen, die in Turkije gevestigd zijn, met uit zondering der geestelijken en weduwen, en der werklieden en ondernemers vau de spoor- wegwerken. Is het bericht waar dat de (National Ztng." verspreidt, dan gaat Italië 't nog eens op 'n andere manier probeeren. Hot wil de Dardanelleu uit de lucht bombardeeren of, 't klinkt wat vreemd, 't zal trachten ze van uit de lucht in de lucht te doen springen. Het luchtschip ,L 1" wordt in Braccanio klaargemaakt en zal dezer dagen vertrekken. De bezetting vau het eiland Chios staat te wachten. Van Rhodes werden tot biertoe 1289 gevangen naar Italië gebracht. Zeer ernstige ongeregeldheden braken uit te Buda-Pest. Er werden fabrieken in brand gestoken, tramrails opgebroken en barricades gebouwd. Slechts met de uiterste kracht inspanning en lang nog niet overal bleef de politio en de aanzienlijke troepen macht het terrein moester. In de Kamer die juist vergaderde deden enkele afgevaardigden pogingen om de zittiDg te doen verdagen. De president liet doorgaan. «Wij laten ons niet intimideeren" zei hy", „al werden hier ook 50 afgevaardigden neergeschoten". De rust is thans hersteld. Er werden volgens de politio 236 menschen gewond en zeer velen gearre steerd. Van de laatste zullen er 67 vervolgd worden. Er vielen verscheideae dooden. De oorzaak tot die revolutie We geveD de oflicieele verklaring die minister Lukacz in antwoord op de interpellaties over de al gemeens werkstaking in en voor de kamer aflegde. Het voorwendsel voor deze staking was een weigering om een manifestatie inzake kiesrecht te mogon organiseeren voor het parlement. De politie gaf toestemming tot hot houden van vele openbare vergaderingen in gesloten lokalen, doch achtte 't ontoelaat baar, dat een samenscholing van 50.000 op gewonden menschen een preasie zou uitoefenen op do volksvertegenwoordigers. De minister verklaarde, dat hy niet kan gedoogen, dat do meening verspr .-id wordt als zou de werk staking het govolg zyn van de houding, door de regeering aangenomen, tegenover de kies wethervorming. Onlangs heeft hy nog ver klaard, dat het kabinet besloten had deze quaestie zoo spoedig mogelyk op te lossen, natuurlyk op den grondslag van zyn over tuiging. Het schynt echter, dat de socialistische leiders de krachten van hun party eens op de proof wilden stellen, ton einde weer eens wat glans aan hun getaand prestige te geven. De minister weet niet of hun dit gelukt is, doch waarvan hy wel overtuigd is, is, dat do vooruitgang van het land niet gebaat is door deze onlusten, daar geen vriend van den vooruitgang en van de democratische ont wikkeling zich zal aansluiten by mannen die hnn principes verkondigen door diefstallen, moorden en brandstichtingen. Het schynt absoluut noodzakelyk om de verantwoordelijkheid te doen neerkomen op die factoren zooder mandaat, die een onbe perkte macht uitoefenen over duizenden mannen, die de consequentie ondergaan van het machtsmisbruik dezer volksmenners. Do Kamer nam acte van'«mii isters verklaringen' en juichte den minister lang eo geestdriftig toe. In Londen is een staking uitgebroken onder de transportarbeiders aan de haven. Wy deelon elders in dit blad daaromtrent een en ander Tot voorzitter der Fracsche Kamer is ge kozen Paul Deschanel, die voor zoo'n baantje geknipt is naar men zegt. En dat beteekont iets, ook in Frankryk. Van 18971901 bekleedde hy aleer het ambt. Hy werd verdrongen door den radicalen Bourgeois. Hy is de candidaat der democra tische linkerzyde. NIEUWSBERICHTEN. HELDER, 28 Mei. Aardbeien. De tuinder is maar middelmatig tevreden over den stand der aardbeien. Wel staan de oude bedden er prachtig by en beloven zonder byzondere tegenspoeden een cver- vloodigen oogst, doch de nieuwe, die welke verleden jaar zyn aangelegd, vallen tegen. Zeer waarscbynlyk door de droogte van don vorigen zomer zyn de jonge planten niet behoorlyk aangeslagen en bloeien maar matig. De allervroegste hebben even geleden van nachtvorsten, de latere echter niet meer. Goed afgeloopen. Een der vele by Urk werkzaam zynde ansjovis-visschers, schipper R. Meester uit Bunsohoten, is Vrydag overboord gevallen, terwyl de knechts by het uitvieren der netton vrij ver van hun schip verwyderd geraakt wareD. Het gelukte den man met n hand een dol van deD bolder te grypen, waaraan hy moest blyven hangen, tot Urker visschors met hun vlet kwamen aanroeien om hem uit zyn benarde positie te redden. Toen bemerkte MeeBter dat zyn geld 270 gulden aan bankpapier, geborgen in een sigarenkoker wog was, vermoedelijk in zee gevallen. Intusschen was de bottor wat verdreven, doch met, de beide vletten g men den omtrek ijverig door zoeken, werkelijk werd de goed voorziene sigaren koker na wat heen en weer roeien gevonden. Uit de trein gevallen. Naby het station Rozendaal is Zaterdag avond uit een oaar Rotterdam vertrekkeoden trein een kindje gevallen van een Russische landverhuizerstamilie. De moeder sprong het in haar angst na en werd zeer ernstig inwendig gekneusd. Ook het kindje is verwond. Beiden zijn per brancard naar het gasthuis te Rozendaal overgebracht. Wolkenkrabbers. De correspondent van de //N. R. Crt." te New-York meldt d.d. 15 dezer aan dat blad: Te New-York verschoen onlangs het eerste nummor van //The Sky s craper" een door een Duitsch-Amerikaan, Bernhard Rioberg, geredigeerd maandschrift, gewyd aan het wolken-krabber leven. Wy ontloenen aan dit eerste nummer de volgende bijzonder heden De hoogste wolkenkrabber belooft de thans in aanbouw zynde Woolworth-toren te worden. Dit ruim 50 verdiepingen tellende kantoorhuis zal een hoogte van 750 Eng. voet boven den beganen grond bereiken; de Metropolitau Life-torcn is 700 voet hoog, de Singer-toren 612 voet, de hoogte van het thans voltooid wordende stadhuis is 500 voet, die van het zoo juist io gebruik genomen kantoorgebouw dor Bankers Trust Co. 589 voet, het gebouw der City Iuvestment Co. is 486 voet hoogen dat der New-York Timers 419 voet. Ter vergelijking dieno dat de Eiffel-toren 984 voet hoog is en de toren van den dom van Keulen 500 voet. Het gebouw der Bankers Trust Co., waarvan recdB sprake was, is ruim 30 verdiepingen hoog; het staat op den hoek van Wall- en Nassau- stroet, tegenover Broad-street. De top (van toren kan men niet sprekeD, want feitelijk zyn het torens op torens) heeft don vorm een afgeknotte piramide, waaruit de cen traio verwarming en electrisohe centrale haar stoom afvoeren, hetgeen het gebouw hoog inde lucht immer van een sierlijke pluim van witten stoom voorziet. De hoogste verdieping in dit huis is voor den heer J. Pierpont Morgan gereserveerd, die van plan is daar, waar hy de geheele benedenstad en de prachtige New-YorkBche haven kan overzien, voor zichzelf en zyn intiemste zakenvrienden oon soort van //retraite" in te richtoo. Huurprijs 20.000 dollar per jaar. Een stuk gronds op den hoek van Exchange Place en Broad Street werd in 1822 voor 11.050 dollars ver kocht, in 1847 werd het voor 80.000 dollars verkocht, in 1899 voor 850.000 en in Juni 1900, te samen met enkele aangrenzende perceelen, voor 4.000.000 dollars. Op deze plaats word tegen een kostprijs van ten minste even zooveel de twintig verdieping hooge skyscraper, de Broad Exchange Building, opgetrokken. Men kan zich van zoo'n ge bouw •enig. denkbeeld vormen als men ver neemt dat in dit Broad Exchange Building 38 beursfirma's, 57 bankon, makelaars e. d., 93 advokaten en 14 accountants hun kantoren hebben. Er zyn in dat gebouw ongeveer 1400 tot 1500 telefonen in gebruik cn het aantal dageljjksche aansluitingen is 30.000. Er worden eiken dag in dit Broad Exchange gebouw ongeveer 20.000 brieven en post stukken afgegeven. Liften schieten er om hoog en omlaag; sommige zyn sneltrein-liften, welke alleen de verdiepingen boven den 10de bedienen, de andere zyn bommel-liften, wolke de eerste tien verdiepingen bedienen. Op de bovensto verdieping van het Broad Exchange gebouw (alsmede van andere wolken-krabbers) is een lunch-club, en een speciale lift brengt de leden, zonder oponthoud onderweg, direct naar de plaats van bestemming. In sommige gebouwen gaan de liften tot onder den grond, om passagiers voor den ondergrondschen spoorweg uit te laten. De loop der liften wordt door een of meerdere starters" ge regeld, die het sein tot vertrek geven. Wan neer een lift te lang //in de lucht blyft" kan de starter den liftbediende per telefoon een standje maken. In het Singer-gebouw is een bord aangobracht waarop men den loop van elke lift kun volgen; voor elke verdieping welke de lift passeert ontgloeit n.1. een electrisch lichtje op dat bord. De wyzen waarop de loop van de liften kan worden nagagaan, zoowol op don bega nen grond als op de verschillende verdie pingen zyn zeer verschillend, en meestal hoogst vernuftig uitgedacht. Het spreekt vanzelf dat in deze rouzengebouwen tal van winkels zyn gevestigd^ de benedenhal van sommige gelykt veel op een winkelgalerij. Enkele dezer zaken brengen een huurprys van 2000 pd. st. 's inaands op. Do .Sky scraper" vertelt: Als regel zya deze winkels als volgt verdeeldIn den //kelder" zyn een café, een barbiers-zaak en een manicuur- talon; in de hal is een sigarenwinkel, een banketbakkerswinkel en de onvermijdelijke soda- en roomys-,toonbank", voorts vindt gy er een boekverkooper, een fruithandelaar, een of meer telegraaf- en kabelkantoren, telefooncelion, schoenpoets-gelegenheden, ook wel bloemen-, heerenartikelen- oo bontzaken. Over de verschillende verdiepingen vindt gy schoenmakers, kleermakers, Turksche bad inrichtingen, tandartsen, dokters, stenografen en typewriters verspreid. In de kelders der skycrapers bevinden zich soms reusachtige veilighcidskluizen sommige dezer beschikken over 60U0 ik 8000 loketien. Dut de brand- vryheid dezer inrichtingen niets te wenschen iaat, is by de verwoesting van het gebouw dor Equitable gebleken. Een dezer beneden stad-kluizen is de bewaarster van Rocke- feller's effectenbezit. Omstreeks het begin van elke maand wordt in een aan die kluis grenzende kamer een groepje kantoorbedien den opgesloten, dat gedurende enkele dagen achtereen zich met het knippen van John D.'s couponnetjes onledig houdt. Wanneer men deze by zonder heden leest of zich dag aan dag te midden van dat be weeg in de New-Yorksche benedenstad be vindt, kan men het moeilyk gelooven dat een 100 jaren geleden de straten daar aan een Hollandsch buitendorp herinnerden. Men kan zich het bijou niet voorstellen, dat, nog niet zoo heel veel jaren geleden, op de plaats waar thans een reuzenhuis de lucht in torent, een Hollandsche kerk (inmiddels woliswaar lot postkantoor ingericht) stond. Toch is het zoo, terwyl het eveneens een historisch feit is, de .Suyacraper' brengt de afbeeldingen als overtuigend bewys, dat do drukke groote stadsleven rumoerende Broad Street, eens een stil grachtje is geweest. Het blad vertelt al.: The Dutch called Broad street the «Heeren- Gracht". Chineesche staart i indruk Boorabaia verkeerde nog onder van do Chineezeurelleljcs. Op den broeden Aloon-Aloon, waar in h,et middaguur meestal geon kussang voor- by hotst en geen menschen te zien zyn, is het nu druk. Links en rechts van don weg zitten groepen Javanen, gehurkt by hun eetkraampjesmet smakkende geluiden tus schen twee hapjes ketan of kwee-kwee door, bespreken ze de laatste gebeurtenissen m het Chineesohe kamp, de brutaliteit Van die Oraug Tjina. Een enkele inlandsche politieagent loopt heen en weer, nu en dan wantrouwig glurend naar een paar staartlooze Macaoërs, «lie met de Javaantjes prateu. Aan het eind van den Aloon-Aloon by den overweg komt een keurig spannetje aan, kittigesoendaneeschepaardjeser voor; brutaal aandachtvragend klinken zy met hun nydige hoeven tegen het astalf. De Macaoërs kyken. De paardjes, gemend door een gewonen Javaanschen koetsier, trekken een bekend rytuigje voort, keurig gelakt victoria'tje van een ryken Chinees, een conservatieven baba met een extra langen staart. Baba lennt lui achterover, kykt met achtelooze goedkeuring naar de oraug oppas, pryat in zich zelf het Europeesch gouvernement dat de orde weet te handhaven Maar ineenB maken drie personen zich los uit de groepen aan den kant, drie vooruit strevende zouen uit het land der Ryzende Zon, drie die huu staarten reeds offerden s eerste teeken van vryzinnigheid. De man in bet rytnig kykt angstig; zyn koetsier houdt onwillekeurig in. Een Macaoër grijpt de paarden beet, die plotseling stil Btaan, nerveus trappelend over dit ongewone; de twee andoren spreken den baba aan. Die schndt zya hoofd, langzaam en beslist; de anderen betuigen, gebaren met nadruk. De dikke Chinees blykt onverzettelijk. Hy ant woordt met meer, kykt onbewogen voor zich uit met een air van „Praat maar toe." Dan plotseling flikkert een scherp voorwerp in de hand van ern der Macaoërs, hy buigt zich achter den b»ba om, een scherpe klik en met oon buiging biedt hy den te conser vatieven landgenoot zyn afgeknipte staart aan. De Macaoërs treden terug, roepen „Madjoe koessir". Voort gaat het weer. Baba kykt versuft naar zyn staart, die hy in de hand houdt. Hoe dat zoo ineens kon Zoo ineens bekeerd De oppassers komen daar aan, beduiden de Macaoërs, dat ze nu liever weg moestee gaan. Maar inwendig hebben ze pret. C. G. Ver van het volk af. »Het Huisgezin" schryft: ,Iq de Zweedsche Eerste en Tweede Kamer is de overleden schrijver Strindberg gehul digd door de voorzitters der beide lichamen. Stel u eens voor men kan het zich voorstellen, maar het gebeurt toch niet dat in ons parlement aaD overleden kunste naars en geleerden openlyk hnlde werd ge bracht. Denk n eens, dat by het overlijden van Israëls de voorzitter onzer Tweede Kamer dezon grootmeester met waardeering had herdacht. Zou niet de opper-bode verbaasd deooren gespitst en gedacht hebben: Wat'n nieuwe modes. Ik kin dien meneer niet: hy is geen minister geweest en heeft zelfs nooit in de Eerste of Tweede Kamer gezeten 1" Zonden niet de klerken aan de departe menten de achtbare hoof den hebben geschud I Eq zou niet al wat officieel of quasi- officieel ia, gemeend hebben, dat een gewoon „burger" zoo groote eer niet toekwam I Wat staat er by ons te lande al wat regeering of aan de regeering annex is ver van het volk en van het beste wat in het volk leeft af. Het is natuurlyk pryselyk, dat een Kamer lid dat overlydt of tot een anderen staat des levens overgaat, in het parlement kameraad schappelijke waardeering wordt gebracht, maar de volksvertegenwoordiging son er toch niet minder om wordeD, indien groote gebeurtenissen builen haar engen kring, maar die toch feitelijk niet buiten haar kring liggen, in haar boezem weerklank DE WEEK. 25 Mei. Er zyn, in de jongste dagen, zuchten ont vloden (durf ik wedden) aan teedere dames boezems. Vrouwen, moeders, zusters, nichten, vriendinnen (natuurlyk slechts iu den rein- platooischen zin des woords), tantes, van Kamerleden zullen diep en innig medolijden hebben gevoeld met hun veelbeproefde, veel geplaagde verwanten, vrienden, daarginds, op het Haagsche Binnenhofeilacy, welk een vooruitzichtwe zyn nu lm wnnderschönen Monat Mai Alt alle knospen springen De lucht is vol zoete geuren. In onze aderen stroomt het bloed met verdubbelde vaart. Er zyn reeds-bed&agde levenslustigen, die er over peinaeD, de komende woelige Pinksterdrukte te ontwijken door een slip pertje naar Paryschen of Brusselschen boule vard. De plannen voor «omeruitstapjos zijn reeds uitgebroed; liggen kant en klaar. In gewone omstandigheden begint het Parlement eens op z'n gemak uit te rekenen, hoe 'tnu op de snelste en meest-practische manier schóón-schip zal kunnen maken, zoodat de lijst van „volbrachte werkzaamheden", door den Premier op zekeren Zaterdagmiddag in September voor te lezen, er niet al •te-schamel zal uitzien maar thans 1 De ziekte-verzekering met haar twee-hon derd en in-de-dertig amendementen, duurt tot in Juli, allicht Augustus. Wy hebben e zomervacantie op te offeren, riep de r Duys nit, teneinde Rechts aan mate riaal te helpen voor zyn propaganda in 1918! Gansche lieve, zwoele, drukkende, mooie, stralende zomerdagen, doorgebraoht met het kalifateren, verhakstukken, verfomfaaien, vau de lex-Talma, van welke zelfs hare trouwste redders en „principieele vrienden" zeggen, dat 't een wangedrocht, een misbak sel van gemis aan beleid, aan ervaring, aan verstandig inzicht op legislatief terrein moet heeten. In de lieve, zwoele zomermaanden: wel, de hoeren zullen ze allergenoegelykst beste den aan keuvelarjj over gezellige, opfris- schende, geest en lichaam verkwikkende ooderwerpen als de militaire rechtspleging „Arme Klaas 1" zuchte een dame; vriendin of verwante van eon Kamerlid, en zy pinkte een traan weg. „Arme Klaas! Dat hondt-je niet voll Daar bezwijk-jo vader 1... jy, die toch-al zoo slecht tegen de warmte kunt. Waarom niet naar goeie raad geluisterd en voor het mandaat bedankt Ije krygt, na al je sloven en wroeten en werken, toch maar stvoor dankl't kost je nog je .gezondheid, man!" En zy schreef een ver troostend epistel naar den slaaf van plicht en zware taak in den dienst van het „salus publicum" Onderwyl se telkens haar neosdoekje bracht naar de van „kassian" schreiende oogen. Ik heb, van mijn kant, óók papier en vul pen opgevat. De teerder-schreiende het na volgend epistel doen toekomen: „Lieve mevronw l My kwam ter oore dat gij u zoo ernstig ongerust maakte over hetgeen nw waarden en hooggeachten neef, het Kamerlid voor te wachten staat in de eerstkomende weken; zeggen we: tot misschien 20 of 27 Juli toe, met het oog op den berg van werk zaamheden, waar de heeren (in het vooruit zicht van den tegen 1913 in te halen oogst) doorheen moeten zien te komen een tnn- nel borend door de massa, tóórdat zy nog een luttel brokje zomervacautie kunnen ge nieten. ,Lieve mevrouw, ik acht het mjjn plicht om u even gerust te stellen. Geloof my, ik mag zeggen de heeren van het Binnen hof, hunne „zeden en gewoonten", tamelijk goed te kennen, geloof my, mevrouwtje, er is geen aanleiding om u zoo doodeiyk, zoo buitonsporig beaogst te makeD. Wellicht beschouwt u myoe geruststelling als uitvloeisel van zucht tot troosten en kal- iren; iosteè van als vrucht van rijpe ervaring. Daarom zal ik een tikje oplichten van den sluier der geheimenis, over de zaken des Parlements hangend. Zie, mevrouw, op de tafel van den voorzitter der Tweede Kamer ligt, vlak by oen der commiezen-griffier, een stnk papier, een lysthet is de presentielijst. Ieder lid, de Kamer binnentredend, behoort zyn naam, z'n signatuur, op de ljjst te plaatsen. Van dat oogenblik af wordt hy geacht present te zyo. Begrypt u me goed, mevrouwtje?... ook al flaneert Z.H.K.G. aan het Scheve- ningsche strand. Ook al savoureert hy een „poesje"; ik bedoel natuurlyk, om elk mis verstand te ontwijken, een kleintje koffie met marasquin, of zoo, in de „Witte" of waar ook al wandelt hy door bet be koorlijk dartele zomer-Haagje de man, dé gedeputeerde, de. machtige volgens de Grond wet steeds het gansche Nederlandscho volk vertegenwoordigend, wordt al-maar geacht in de taal der Tweede Kamer present te wezen. Te luisteren, in gespannen aandacht, naar hetgeen daar over ziekte-ontwerp, spoor wegbedrijf, militaire rechtspleging, auteurs wet, u kunt vryelyk uit de agenda keos nemen I wordt verhandeld, bespiegeld, bepraat. Als het Kamerlid 's ochtends elf uor toekent de wonderlyst, het prachtige, het niet genoeg te prijzen tooverpapier, dan is hy present; vóór en na de pauze; vóór eu gedurende de avondzitting. Al dunrt die ook totjuist: tot kinkslag twaalf uur. Dkn rukt Kamer-bewaarder Van Bylevelt blaadjes van de scheurkalenders. Dan is er een nieuwe Kamer-dag geboren dka dient meneer uw neef even de zaal binnen te tip pelen. De kersversche presentielijst te toe- kenen. En hij kan tot den volgenden avond- spookuurdus volle vier-eu-twintig uren wandelen, fietsen, autotaxen, baden, zwem men, in zomer-hangmat luieren vult u zelve maar in, mevrouw. H(j wordt ge acht present te wezen. Toen prof. Treub in de afgoloopen week twee avonden vulde met zyn spoorweg-inter pellatie, waren er tien, vervolgens twaalf of ryftien heeren present. Never mind! Ze had den geteekend. Waren tóch aanwezig Is dat niet mooi? Is dat niet makkelijk? De naarstige, landelijke abonné der „Hande lingen' tiet by elke zitting, zyn afge vaardigde onder hen, die al bytondor-vroeg de wonderlyst, u genoemd, teekenden. „Dht is een kraan van 'n kerel!" roept by nit. „Slaat geen zitting overl" Mevrouwtjelief, ik bezweer u, de pure, onopgesmukte waarheid heb ik u onthuld. Of dat zaakje nu niet gevaarlijk kan wor den? Onder geen omstandigheid? Ziet-u, als erdfct is de „keerzijde van do modaille" als er gestemd moet worden tjk, dan be gint 't er leelyker nit te zien. Zooals op dien rampzaligen December-avond, na bet budget debat, waardoor ds. Roessingh den bijnaam van „Nickerie" verkreeg tja, zulke „strop pen" kan men krjjgen Maar, lieve mevronw, gelooft u me, 't zyn zeer hooge uitzonderingen. In den regel loopt alleB af zonder dat iemand zich er den neus aan stoot. De brave menschen op de tribunes snappen er „hot fijne" Diet van. En teerhartige nichten, vrien dinnen gelyk gy, o mevrouwtje 1 stor ten dan tranen van deernis met den afge- benlden vriend. Ik hoop er iets toe te hebben bijgedragen om uw gemoed te breDgen in de vereischto, zonnig-vroolyke en feestelijke Pinkster-stem ming en verblijf, als steeds, nw gehoorzame, Ma. Antonio. door P. N. v. R. (Slot.) In een smal, zwart-donker dwatssteegje, een diepe gang, die gaapte als de tunnel in een mijn in een oud en vervallen huisje, met twee tegen elkaar gedrongen venstors, in kleine ruitjes verdeeld, elk met halve gordijntjes, met hooge en wilde, maar weelderig bloeiende geraniums ervoor, kon ik mijn geleende uitrusting weer af geven. „Leg hier je boeltje maar neer, ik zal wel zorrege dat de eigenaar het in hande krygt." Albert ging my toen voor door een laag gelegen portaaltje naar zijn ruime woon kamer. Daar was het werkelijk netjes en zindelijk ingericht. Een groot, zelfgetim- merd barkschip met vol tuig, een opge zette aap en een gedroogde zaagvisch, aan de zoldering opgehangen, waren de merk waardigheden in het vertrek. Tusschen een zware spiegel en eenige fraaie oleo- graphieön hingen verscheidene portretten en by een paar begon Albert te verklaren. „Dat 's nou m'n wyf geweest, 'n Flink vrouwmensch, hè? Jammer dat ze dood is, 'k mis haar nog elke dag. Och ja, zoo gaat het in de wereld, onze lieve Heer neemt de beste schapen het eorst in zijn hemelrijk, maar d'r zal wel aangeschrevo staan hiernamaals dat ze puik goed voor d'r man was. En hier zie je m'n dochters, meissies als melk on bloed, de een is ge trouwd met 'n stoker en heeft al een stuk of negen lieve kindertjes, en de ander is zoo'n soort hoofd of eerste naaister van een fijne zaak in Amsterdam, wel een beetje boven m'n stand, maar afyn! Als ze overkomt op feestdagen, dan kyke m'n bure scheel van verbazing, want 't is zoo'n forme mooie meid en ze kan d'r eige zoo allemachtig netjes kleeden. Hm, hm! Maar ze verdient ook rijkelijk brood, vat je? En goed! Ze stuurt vader nog wel ereis wat en als ze bij mij logeert, waar 't na tuurlijk altijd geen vetpot is, dan heeft ze zelf genoeg over om met daden te toonen hoe ze het gewend is. Ja! Ja! dat is een effectief degelijk meissie en - m'n woord is m'n zegel maar zóó loope er weinig in 't NieuwediepKijknou mot je eerst eens een warme hap gebruike, anders val je nog om, maat. Je mot eeu gegeve paard niet in z'n bek zien, maar hot is toch een lekker kliekie. Zie je, het eten kook ik altoos zeivers, daar slaat geen ander 'n hand an. Proof voor de aardigheid eens zoo'n koud klontje toe maar, sjeneer je niet 'tis in zuivere melk zondereen spat water, hoor jel Kan ik je aanstonds diene?" Albert hield een schotel gort onder m'n neus en terwijl zyn vriendelijke stem was als van 'n buitenman, bij wien je 'a avons aan komt pijpen in zijn afgelegen woning, ver op de hei - liep hy zachtjes naar de kachel, die op eeu turfje teerde, pookte mot veel geraas op, deed er een paar houtjes in en. zette een aarden pan met gort en stroop in hot gat van de platte pijp. De zeelucht had honger gegeven en daar om werd de eenvoudige, doch voedzame kost, met een dik gebakken viscltfe toe, smakelijk verorberd. Toen ik het bedompte slobje weer uit was en op de ruime gracht onder de frissche, blauwe lucht ademde, voelde ik een benauwenis van mij wegwaaien, nu de harde, stijve spullen, klam-broeiig, vol muffe wasem van toer en traan, voor goed van je lichaam waren. De zon scheen vroolyk, met gouden glans en in het heldere, mooie weer hooren we plots het geroep van een venter, die met Oostersch vuur zijn haring aan den man tracht te brengen. „Bakken - bakken bakken! Nou kan je ze bakken- Bakken 1 - bakken - Dat 's IIelder3che waar - koop ze maar hier bij myn moet je zijn - alles puik en fijn - prijzen klein man en vrouw neem ze nou o, wat 'n pret er zyn nog duizenden in de vlet!" Hy is er een van 't echte ras. Met wyde armzwaaien, met al zijn temperament, met een roode, blonde kop, het gelaat scheef getrokken door tabak en inspanning, brulde hij onophoudelijk: „Bakken - bakken - bakken! - Nou kan je ze bakken 1- Bakkon bakken Twintig voor 'n dubbeltje! - Kom nou! bak nou 11" Het smalle gezicht van een vrouw gluurde •ren schuchter naar de volgeladen kar, bibberend op luchtige veeren, en byna gelijktijdig gingen nog andere deuren open en kwamen meerdere nieuwsgierigen buiten om te zien wat er aan 't handje was. Ze bloven even zwijgend turen naar den langen levenmaker, die met opgestroopte boeze- roonmouweu en groote, nattig beschubde handen op de heupen klaar stond om te bedienen. En als er nog geen publiek ge noog naar zyn zin is komen opdagen, dan hoor je weer zyn vervaarlijke 9tem, zóó luidruchtig, dat het waarlijk een menigte kijkers lokte. „Bakken bakken bakken!" 't Werd eon oogenblik druk en levendig in de volksbuurt. Terwyl groepen belang stellenden van uit de portalen hem bab belend en grinnikend gadeslaan, terwijl schertsende woorden, spotnamen en uit roepen om zijn ooren spatten, zie je de koopsters vlug toeloopen met mandjes, met emmortjes, totdat het een kring is van saamgeklitte menschen, die elkaar zoo'n beetjo hardhandig verdringen om vooraan te wezen, dim is de venter in zijn knollentuin en begint de talrijke omstanders door de kracht van het woord nog eens flink to bewerken. „Drie, zes, negen, twaalf en vijf is zeven en drie asjeblieft. Niet douwe, men schel Julle krygen immers allemaal 'u beurt? Drie, zes, negen, twaalf hou je gemak en je mond, want je maakt me maar in de war met dat gesnater en vier is twintig. - Meen niet, dat ik hier ben voor m'n pleizier. O, nee! 'tIs jelui eigen belang. Waarachtig wol! Wie onzer kan zich tegenwoordig de weelde van vleesch veroorloven? Wie?? Ja, hoogstens 'n keertje in de week, op Zondag. En haal eens een pond spek bij de slager: je bent een hoop geld kwyt. De aardappelen zijn slecht en een lik groenten moet je duur betalen. Bij mij kan je vandaag voor 'n futje eten eu wit jo dan in 't lijf krygt ls goed. Allo! allo! twintig voor 'n dubbeltje! Nou kan je ze bakken, bakken met stijve rijst I Wat zegje? Heb jij je portie niet? Tel maar nal Daar, nog eentje erbij, omdat je een vaste klant bent. - En jij? Twee tekort? Ben je bedonderd? Loop naar de Franschen met je smoessiel Denk je soms, dat ik suf? Hier, nog één, maar nou heb je meer dan genoeg. Vooruit, schiet op! Wat wou jij, zus? - Laat die kleine meid eventjes door. Vier, acht, twaalf, zestien, twintig. Ziedaar, kind, jy kan vanmiddag smullen, want ze zijn bijzonder vet: kyk er is, hoe lekker dik! Bakken, bakkenI Gaan van die kruk, jongen, anders dompt de heele affaire. En u, moeder? Kristenzielen, moeten jullie die ouwe sturaperd nou plat drukken? Als je stoeien wil, ga dan verderop 1 Aanstonds, broer, eerst dit wijfje. Hoe heb ik het nou met uwe? Ik roep toch van t-w-i-n-t-i-g en géén dertig 1 God bewaar me voor slechtigheid, 'k Maak geen onder scheid, niet waar, iedereen krijgt er twintig." En de venter, vroolyk on opgeruimd, optimist van het zuiverste water, begaafd met geestigheid en gevatheid, een opmerker die door naïvoteit den spijker dikwijls op den kop sloeg de venter schreeuwdo tot overtuiging met de stem van een ijsbeer: „Twintig voor 'n dubbeltje! Bakken, bakken1 - Nou moet jullie bakken, alle maal bakken, bakken 1T-w-i-n-t-i-g. twintig voor 'n dubbeltje 11" Dien morgen zond de vischmarkt naar links en rechts haar afgezanten met haring, en terwijl hun kreten in verschillende wijken hoorbaar waren, ben ik naar den landweg getrokken om een kijkje te nemen in het vischbedryf van den heer Kraan. Wie overdag buiten de gemeente langs het oude „schapenhok" komt, zal niet direct vermoeden, dat hier heel wat omgaat wie zoo in bet voorbijgaan soms een nevel van rook ontdekt, grijze wolken, die, als stoom uit de veiligheidsklep, door de spleet van een hoogen, solieden muur ontanappen weet nog niet wat daar binnen alzoo gaande is. Ik scharrelde het mime eif op en drong door naar een lange rij stoenon bakken gegolfd, gegalvanisoord ijzer. Daar klonk een zachtaardig geknetter van een bran dende massa krullen en daar zwierde en cirkelde de benauwde rook, een schemer donker, waarin de knechts gansch onver schillig zwermden, met bruin verweerde handen bezig om zes-en-dertig-honderd ha ringen, ineens gerookt, uit die koolzwarte ovens te halen. En toen al deze glimmend vette, diepbruine bokkings weer vervangen moesten worden op 't moment dat ze klaar waren, ontstond een zeker paniek. Meteen vaartje werd eon zelfde reuzen-getal aan gedragen, rechtstreeks van do lattengele- doren, waar nog een enorme voorraad hing te drogen. Als geitebokken zoo vlug renden ze heen en weer. En met stomme verbazing zag ik naar degenen, die inden wolksluier jakkerden met haringen aan houten speten geregen, om ze te hangen boven de gaten, met rookzwarte wanden, waartusschen nu en dan dansonde licht vegen gloeiden, een rossig, plots oplaaiend vlainmenschijnsel, dat dan onmiddellijk met zaagsel werd gobluscht door individuen, die van allo kanten in den onheilspollenden stikdamp toeschoten en moedig tot het uiterste stand hielden, maar na afloop dan ook glimmend van transpiratie te voor schijn kwamen. In een plekje helder blauw daglicht waren anderen aan het inpakken van bok- kings, zorgzaam gevuld in kistjes voor de I verzending naar allo oorden des lauds. En inmiddels kwam een paard en wagen aan, in stêvigen draf zoo van 't Hoofd, met j manden versche haring, die terstond in I groote vaton vordwonen en geiyktydig werd gepekeld uit een kuip, waarin oen vloed van frisch leidingwater het zout oploste, een noodzakelyke behandeling vóór het opsteken, het drogen on het rooken, dat in dezen tyd van 't jaar inderdaad handenvol werk geeft op een afgelegen plaats, waar men een product weet te maken, dat een goeden naam geniet en dat hier een niet onbelangrijke uitvoerhandel vormt. iihde.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1912 | | pagina 1