KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor HelderTexelWieringen en Anne Paulownam
Woensdag 5 Juni 1912.
Ho. 4108.
40ste Jaargang.
t Vliegend Blaadje p. 3 m50 ct, fr. p. poet 75 ct., buitenland 11.25
Pre- 1 Zondagsblad i i 37} i i i 45 a t 0.75
miën J Modeblad 65 i 75 f0.90
(Voor het buitenland bij vooruitbetaling.)
Advertentiën van 1 tot 5 regela (bij vooruitbetaling) 30 cent.
Elke regel meer6
Bewijs-exemplaar"2}
Vignetten en groote letten worden naar plaatsruimte berekend.
Intero.-
Telefoon SO.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
UitgeverC. DE BOER ir. (y./h, BERKHOUT 4 Co.), Helder.
Bnrea
NIEUWSBERICHTEN.
HELDER, 4 Juni.
Tractementsregellng voordo onderofficieren
en minderen bij de Marine.
De Minister van Oorlog ad interim Minister
van Marine,
overwegende dat het wenschelyk is om te
onderzoeken of de tegenwoordige tractoments-
regeling voor de onderofficieren en minderen
der Zeemacht nog geacht kan worden aan
billijke eischen te voldoen;
Overwegende voorts dat het wenschelyk is
de verschillende ingediende verzoeken om
positie- en lotsverbetering nauwgezet te doen
overwegen
benoemt in Commissie:
kapt.-luit. t/s. J. J. Oudemans, als lid en voorz.,
kapt. d. Mar. A. H. Bakker,
luit.t/z. lekl. A. F. Gooszen, t
offlc. v. adm. H. B. van Dam,
idem. J. J. G. Jas, t en seor.,
opp.-scbipp. L. Vedder,
sergt.-siekv. J. H. Cordes, r
sergt.-stoker T.H.J.Veldman,
korpl. d. Mar. C. G. Bicker,
met de opdracht:
a. na te gaan of en zoo ja welke wijzigingen
in de bestaande tractementsregeling der
onderofficieren en minderen zouden zijn aan
te brengen, om deze te doen beantwoorden
aan billijke eischen;
b. te adviseeren omtrent de verzoeken,
neergelegd in verschillende aan den Minister
van Marine toegezonden en aan de Commissie
overgelegde requosten;
noodigt de Commissie uit om het rapport
van Hare overwegingen aan den Minister
van Marine te zenden vergezeld van voor
stellen ter zake, zoomede van eene berekeniog
der flnantieele gevolgen aan de verwezenlijking
van die voorstellen verbonden c.q. van de
nota's welke mochten syn ingediend door
de leden, die eene van het rapport of de
voorstellen afwijkende meening zijn toegedaan
machtigt de Commissie om desgewenscht
schepelingen voor zich te doen verschijnen
tot het gevon van inlichtingenzullende deze
schepelingen moeten worden opgeroepen
door tusschenkomst van den betrokken Direc
teur en Commandant der Marine
bepaalt dat de Commissie zitting zal houden
te 's Gravenhage in een lokaal van het Depar
tement van Marine of te Willomsoord indien
de voorzitter daartoe aanleiding aanwezig acht
en geeft van deze beschikking afschrift
aan ieder der leden voornoemd ter informatie.
Staatscommissie vlootverdediglng.
Naar aan de «N. Ct." uit Batavia wordt
gemeld, is de kapitein ter zee W. Naudin
ten Cate, commandant van het Ned.-Ind.
eskader, telegrafisch naar Den Haag ontboden.
Het blad voegt aan dit bericht toe, dat
deze hoofdofficier zal deel uitmaken van de
Staatscommissie voor de vlootverdedigiDg,
met welker samenstelling de regeering bin
nenkort denkt gereed te zyn.
Door den trein gegrepen.
Vrydagmiddag omstreeks half v(jf wilde
de 60-jarige schaalmeester Glotze, werkzaam
op het station te Alkmaar, een geleidebrief
wegbrengen. Hy moest daartoe de rails over
steken en werd door den juist naar Hoorn
vertrekkenden trein gegrepen. De ongeluk
kige, wien beide voeten verbryzeld werden,,
is in deerniswaardigen toestand naar het
ziekenhuis vervoerd.
Liefdesdrama.
Zaterdagnacht, omstreeks half één, heeft
aan den Zuidwal te 's-Gravenhage een lief
desdrama plaats gehad, met treurigen afloop,
meisje en een jongan uit den burgerstand
iid, met het gevolg dat het
oneenighsi
>je eensklaps te
sprong. De jonge-
sprong haar dadelijk na. Met dreggen
na eenige oogen blikken op
t droge gebracht. Het meisje bleek echter
reeds te zijn overleden. De jongeman werd
ter verpleging opgenomen in het Gemeente-
Ziekenhuis.
Uit den trein gevallen.
De land verhuizers vrouw die onlangs te
Bosendaal uit een trein is gevallen, is in
het ziekenhuis te Bosendaal aan de bekomen
verwondingen overleden.
Een onderzoek.
Een der controleurs ter O.-kust van Suma-
tra heeft onlangs een zaak te behandelen,
waarbij contractvrouwen zich hadden beklaagd
over de wyze waarop een assistent een
ondersoek had ingesteld. Eén van de 50
vrouwen, die met hun arbeid bezig waren,
miste nl. een kain, dat vermoedelyk gestolen
was. Ze beklaagde zich b(j den assistent, die
een onderzoek instelde.
Alle 50 vrouwen moesten in een droog
schuur samenkomen en kaintjea en badjoes
afleggen om te toonen, dat se niet gestolen
hadden. En 't gebeurde ook, naar ons ver
zekerd wordt. Vyftig schoonen op een rij.
Ze waren er maloe van en beklaagden
sioh. (»Deli Ct.")
Kijkjes uit mijn venstar.
Moeilijkheden.
In de vestibule van ons Spoorwegstation
is het bijna voL Vele menschen stroomen er
samen, posteeren zich voor de loketten en
wachten daar met een dubbelen trek van
verveling om den mond. Dadelijk nadat een
paar verschoten kaarten het sein van
«gesloten" worden weggehaald, pro
beert iedereen tqsschen de hekjes naar voren
te komen, om het eerst geholpen te worden,
om het begeerde kaartje in ontvangst te
nemen. En terwijl de jachtende menschjes
uitzwermen naar beide wachtkamers, komt
buiten nog meer publiek aanzetten. Een oud,
zwak moedertje, dat met een schreeuwend
kleintje op baar arm bijna van uitputting
ineenzinkt, strompelt langs de brievenbus en
wil by het eerste, by het tweede deurraam,
naar binnen, 't Gaat niet. Totdat een stok-
kert, met kruk en negotiekist, ook hier aan
het wurmen, zich verder sleept. Voor beiden
gevonden. Even later nadert een dikke
die hier weer onmetelijk groote oogen opzet
en bovendien boos wordt als eenige
der schepping haar heelemaal op zy dringen
en zonder een stom woord te zeggen, gebaren
diiar moet je wezen, 't Marcheert een paar
minuten uitstekend. Maar dan is het alweer
mis. Een zwaargebouwde juffrouw uit de
binnenlanden van Nederland, met een jongetje
van een jaar of vyf bU zich, loopt regelrecht
naar het tweede raamdeur, sputtert en prut
telt, gebruikt handen en ellebogen, staat hoog
te halsreiken en bevit het heele gebouw,
waarvan je den ingang moet zoeken. Drie
meisjes, buitensporig geschminkt en ongemeen
geurend Daar exotischen parfum, brengen
haar in 't voorbijgaan terecht. Er volgen
onmiddellijk twee reizigers met onverschillige
gewoonte gezichten, een blond bakvischje, een
bedaard, gemoedelyk manneke met witte lok
ken, ringbaard en trouwe oogen en nog een
familie burgervrouwen en burgermannon, op
wier klamme voorhoofden zweetdruppels pare
len. Dan klapt de deur dicht en met den
toeloop is het gedaan.
Nee, toch niet. Twee bejaarde dames komen
van rechts over het trottoir, 't Is op het
nippertje, want de klok boven ons geeft nog
enkele minuten tyd. Zy tasten met onzekere
gryphanden op de verkeerde plaats, mummelen
duistere zinsneden, varen nydig uit tegen
een gewaand slot dat weigert, beraadslagen
luid, zenuwachtig onder den» indruk van
mogelijke, komende rampen en vinden eindelijk
moe en wanhopig, huilerig en verslagen de
eigenlyke deur, doch te laat te laat, want
onderwyl gilt de plomp-ronde locomotief op
het perron en oogenblikkelyk daarna raast
de trein sauivend en puffend naar buiten.
Je staat verstelt van zulke tooneeltjes.
't Is om te rillen, meneer I Moet, mag en
kan dat zóó blijven Ik bsgryp eenvoudig
niet waarom do H. IJ. S. M. in deze goen
verandering brengt. Want waarlyk het ge
beurt Dogal eens, dat men hier in de war is
met de sprekende gelijkenis van al die deur
ramen, waarvan er maar één open kan.
Het bezoek van de Koningin
en den Prins aan Parijs.
H. M. de Koningin en Z. K. H. Prins
Hendrik zyn Zaterdagmorgen te 6 u. 32 miD.
por trein van het paleis-perron het Loo
naar Parijs vertrokken.
Aan de Belgische grens werd het Echt
paar uit naam van koning Albert begroet
door generaal Heimburger en door den<
gouverneur van de provincie Luik, Delvaux.
Over de ontvangst aan de Fransche grens
schrijft de correspondent der «N. R. Ct.":
Twaalf uur. Jeumont, een klein, primitief,
gemoedelyk, echt Fransch grensstationnetje.
Onmiddellyk als men er aankomt, gevoelt
men, dat de vorstelyke ontvangst hier ook
zeker een vriendelijk, gemoedelyk karakter
zal dragen. Het zal werkelijk een bekoorlijke
afwisseling zyn, dit bywonen van dezo een
voudige ontvangst van een vorstin aan de
grens, vergeleken by de plechtige, deftige,
altyd hetzeHde zijnde, vooruit al in onder-
deelen bekende officieele ontvangst aan het
Boschstation te Parys.
De hoofdcommissaris van politie schudt
hier gemoedelyk op het perron den journalist
de hand en zegt my: U zal wel geen
anarchist zjjn!" Op het perronnetje, dat
bescheiden met een menigte vlaggen is ver
sierd, is het trouwens heel aangenaam. Een
igelmors van hooge heeren en eenvoudige
en, gendarmen, de prefect, de onderchef
van hot protocol in groot ornaat, een foto
graaf, agenten van den veiligheidsdienst, een
gezant, een generaal, spoorwegbeambten.
Men is in uniform, in rok en gekleede jas,
in kort jasje.
Om 12 u. 20 verandert het tafereel. Een
bataljon infanterie komt met muziek en
vaandel. De soldaten stellen zich langs het
perron in het gelid op.
De menigte schaart zich achter de soldaten.
Men laat journalisten en fotografen zeer
beminnelijk toe bjj de officieele personen,
'er wie de gezant De Stuers, een generaal,
admiraal, de prefect, de gemeenteraads
leden enz.
De gala-uniformen met veel goud van
diplomaten, officieren en de met zilver be-
treste uniformen van burgerlijke ambtenaren
bieden een vroolyk schouwspel op het perron
van dit provinciale stationnetje. Admiraal
Jorquières ziet er met zyn glad, op zyn
Eogelsch geschoren gezicht zeer deftig en
voornaam uit.
Om 12.25 precies komt do koninklyke
trein het station bioneD. Koningin Wilhel-
mina stapt uit. Zy ziet er uitstekend en
opgewekt uit en heeft een glimlach op het
Zy draagt een lichtgrijze japon, een licht-
gryzen hoed met een mooie, gryze pluim en
een roomkleurigen mantel, die wat lichter
van toon is dan de japon. Het roode groot
kruis van het eere-legioen steekt heel aardig
tegen het grys der japon af. Op de borst
een broche met een kostelijke parel; aan
den hals een snoer groote paarlen.
De Prins is in generaals-uniform. Bidder
De Stuers kust de hand der Koningin en
stelt Haar den prefect voor. De weinige
menschen, die dichtby zyn gekomen, kunnen
het gesprek goed volgeD. De Koningin zegt
in zeer goed en vloeiend Fransch, byna
zonder tongval, dat zy blyde is, in Frankryk
te komen en herinnert aan het vroegere
bezoek met Haar Moeder.
Door een defect aan de remmen had de
trein oponthoud en vertrok eerst om kwart
voor één.
Omtrent den intocht te Parys wordt gemeld
Een groot en schitterend militair vertoon
is aan den vorstelyken intocht verbonden. Het
grootste gedeelte van de te Parys beschik
bare troepen nemen er aan deel. Ook ditmaal
gaat aUes op groofsche schaal toe. Het
station by het Bosch van Boulogne heeft zijn
feest-versiering der groote dagen. Een luifel,
ryk van goud en rood fluweelde vestibule
is in een ontvangsthal herschapen, met rood
zijden damast als fond, twee groote prachtige
gobelins, een schat van planten en groen,
een kristallen kroon in het midden. Tusschen
rood-syden damast door komt men by de trap,
die naar het laagliggend perron voert. Op
het perron een roode looper, planten, bloemen.
Een gansch regiment van het schitterend
wapen der kurassiers met vaandel zal den
vorstelyken stoet begeleiden over den klas
sieken schoonsten eg van Parys, waarlangs
al de troepen, die onder bevelen van gene
raal Manosrj, den gouverneur van Parys
staan, opgesteld zullen zyn. Een bataljon van
het 24ste infanterie, met de hoofdofficieren
van het regiment te paard, zullen in de
buurt van het station, voor den ingang van
het bosch zya opgesteld. Langs de avenue
du Bois de Boulogne, avenue des Cbamps
Elysées, pont de la Concorde en Quai
d'Orsay zullen infanterie, genie en sappours
staaD, met op tal van plaatsen muziekkorpsen.
Op de Place de 1'Etoile, met zyn machtige
Are de Triomphe, zal de artiUerie zich be
vinden met de grauwe kanonnen en de
artilleriemuziek. Op de schitterende Place
de la Concorde hoort cavalerieop het
wondere plein passen niet anders dan de
stralende kurassiers en de sierlyke lanciers.
In den tuin van het ministerie van buiten-
landsche zaken zal weder een bataljon in
fanterie syn met de hoofdofficieren te paard,
met een muziekcorps.
Verschillende openbare gebouwen zyn vor-
versierd.
Overigens leent het stadsgedeelte, waar
door de intocht plaats heeft, zich niet tot
opsmuk. Het is zoo verrukkelijk schoon in
zyn natuurlijken staat, dat masten of welkomst-
bogen een ware schennis van dit hoog
artistiek stedenschoon zouden zyn.
In andere gedeelten van de stad zyn het
particuliere versieringen, die de aandacht
trekkental van winkels en magazijnen,
en vrywel alle Nederlandsche zakenhuizen
hebben een vlagversiering van Nederlandsche
en oraDje-kleuren. En op verscheidene plaat
sen van de stad zult ói. door rustige straten
gaande, ver van het gewoel af en waar de
Koningin in het geheel niet laDgs zal komen,
een Nederlandsche vlag met een oranjewim
pel, of een vriendelyke oranje-balkonver-
siering kuonen zien. Dan weet ge, dat daar
een warm HoUandsch hart klopt, dat daar
een Nederlander woont, die het als een
plicht des harten gevoeld heeft, deze bescheiden
versiering te doen maken, die te treffender
is, daar de Koningin er niets van zien en
weten zal en de buren er vreemd van zuUen
kijken en het niet zuUen begrijpen.
Te 4.14 kwam de Koninklyke trein
Parys binnen. Het weder was vry goed.
Op de Champs Elysées aan weerszy een
onafgebroken dichte rD van menschen. Overal
worden staanplaatsen op planken verhuurd.
De kinderen hebben hun spel gestaakt en staan
onder het toezicht der bonnes reeds op aUe
mogelyke stellages geheschen. De boomen op
deze beroemde avenue zyn in vollen, ryken
bloei. Nooit verdiende zy beter haar naam.
De Place de 1'Etoile-Imposant, mot zijn
reusachtige Are de Triomphe en zyn artillerie,
is ook rondom zwart van menschen. En de
avenue du Bois de Boulogne? Iserschooner
groen, ryker, voornamer stadsgedeelte denk
baar Hot is alsof alle joDge meisjeskostscholen
van Parys en omstreken op de avenue du
Bois de Boulogne uitgestroomd zyn. Welk een
byna onafgebroken ry van jonge meisjes, in
lichte toiletten, vroolyk ongeduldig den intocht
van de Koningin afwachtend. Wy zien er met
Oranje-linten, waarscbynlyk de Hollandiche
meisjes van een Fransche kostschool; het zyn
twee aardige blonde meisjes met frissche
Hollandsche gezichtenze staan onbeweeglijk,
vast besloten, stevig op haar plaats vooraan.
Men ziet het, ze willen een «apart groetje"
van de Koningin zien te krygen. Zy weten
niet, dat het Konioklyk rytuig met een vry
dichten trappelenden stoet van kurassiors
omringd zal zyn en dat ze al haar best zullen
moeten doen om de Koningin goed toonder-
scheiden.
By het kleine boschstation is het schouw
spel, het militaire en het natuurschonwspel,
schoon en levendig en schilderachtig. Het is
over vieren gewordende officieren te paard,
de kurassiers van den stoet, waarmee preai-
t en mevrouw Faillières gekomen zyn,
m over de porte Dauphine opgesteld en
deze stralende militairen tegen den bosch
achtergrond bieden een verrukkelijk schouw
spel. Fotografen, kinema-menschen, journa
listen, agenten, soldaten, aUes heeft zich op
gesteld. Op de balkons der naby gelegen
huizen verdringen zich tal van dames in lichte
toiletten.
Onder een gryzen hemel, maar met goed
weer, is Koningin Wilbelmina te Parys aan
gekomen. Precies om kwart over vieren kon
digt het eerste kanonschot de aankomst van
den koninklyken trein in het prachtig ver
sierde station van het Bois do Boulogne aan.
Een compagnie republikeinsche garde met
vaandel en muziek bewyst de militaire eer.
Op het perron bevinden zich de heer en
mevrouw Ffcllières met de leden der regeering,
de prefect van het departement der Seine,
Lépine, de prefect van politie, de secretaris-
sen-goneraal der beide prefecturen, de onder
voorzitter van den gemeenteraad, de voorzitter
van den algemeenen raad der Seine, generaal
Fiorentin, spoorweg-autoriteiten, e. a.
Wanneer de koninklyke trein binnenrijdt
staat de Koningin met Prins Hendrik voor
het portier, dat onmiddelyk geopend wordt.
President Fallières, diep buigend, kust de
hand der Koningin en schudt Prins Hendrik
hartelyk de hand. De muziek heeft het Ne
derlandsche volkslied ingezet. De President
en de Koningin stellen elkaar hun gevolg
voor en vervolgens gaat de Vorstin aan den
arm van FaUières, voorafgegaan door MoUard,
den directeur van het protocol, en Lépine en
gevolgd door Prins Hendrik, die zyn arm aan
mevrouw FaUières biedt.
Wanneer de vorstelyke gasten op de Place
Dauphine verschijnen, presenteeren de man
schappen van het 25ste regiment infanterie
de geweren, de muziek speelt het Wilhelmus
en het geschut laat honderd-en-een saluut
schoten daveren.
De dichte menigte, die door een haag politie
agenten teruggehouden wordt, jaicht Koningin
en Prins toe. Generaal Manoury, de militaire
gouverneur van Parys, gevolgd door
schitterenden staf, komt naar voren en groet
Koningin Wilhelmina en Prins Hendrik mot
den degen. De Koningin schijnt zeer getrof
fen door de ontvangst, die de bevolking van
Parys Haar en don Prins bereidt. Zy dankt
nijgend, de Prins brengt het militair saluut.
Inmiddels heeft zich de stoet gevormd. Ko
ningin Wilhelmina neemt met President
Faillières en «ice-admiraal De Jonquières
plaats in een la Danmont bespannen rijtuig,
voorafgegaan door den voorryder Troute.
Prins Hendrik, mevrouw Faillières en de
ordonnans Ramodon volgen in het tweede
rytuig. Dan komt het gevolg, minister Poincaré,
Fransche gezant in den Haag, PeUet, enz.
Door de Avenue du Bois de Boulogne gaat
het dan naar het ministerie van buitenland-
sche zaken.
Langs don geheelen weg brengt de menigte
een warme ovatie aan Koningin Wilhelmioa,
die blyde verrast lykt door deze ontvangst
van do Paryzenaars.
Toespraak van President Fallières.
Aan het gala-diner op het Elysée, dat do
heer en mevrouw FailHères den hoogen be
zoekers aanboden, sprak de president het
volgende
Met byzonder genoegen heet ik hedenavond
Uwe Majesteit welkom uit naam van Frankryk
en van de regeering der Republiek. In Juli
van het afgeloopen jaar heeft Uwe Majesteit
myn aanwezigheid in Haar hoofdstad wel willen
beschouwen als een bewys voor de uitsteken
de betrekkingen, die op zoo gelukkige wyze
onze beide landen verbinden. Ik ben er van
overtuigd dat Uwer Majesteits verblyf onder
ons die hartelijke betrekkingen nog verster
ken zal. Door de ontvangst, die er aan Uwe
Majesteit bereid is, heeft Zy zich rokenschap
kunnen geven van den aard der gevoelens,
die het Fransche volk haar toedraagt. Uit
die eerbiedige gevoelens jegens de bemin
nelijke Souvereine, die ons heden met Haar
koninklijk bezoek vereert, treden op den voor
grond de eerbiedige sympathie voor de door
luchtige persoon van Uwe Majesteit en oon
nobel gevoel voor het schoone en edele
Nederland. Parys, dat niet zya gasten ver
geet, die by een verblyf binnen zyn muren zich
ingenomen toonden met de stad, is gelukkig
Uwe Majesteit te kunnen danken voor het
bezoek, dat Zy vóór Haar kroning aan
Frankryk's hoofdstad gebracht heeft. Frankryk
begroet gaarne Nederland, dat zoo terecht op
eigen onafhankelijkheid en op de bewonde
renswaardige vlucht zyner economische ont
wikkeling nayverig is, als een vadorland van
de dingen der gedachte, wetenschap en kunst.
President Fallières zeide ten slotte te hopen,
dat de Koningin een aangename en blyvende
herinnering zal bewaren aan de in Frankryk
doorgebrachte uren en drinkt op de gezond
heid van de Koningin, de Koningin-Moeder,
Prins Hendrik en Prinses Juliana en op den
em en de welvaart van Nederland.
Antwoord van Koningin
Wilhelmina.
H. M. de Koningin, den President voor
zyn woorden dankend, zeide gelukkig te zyn,
dat zy den President het bezoek terug kon
brengen, dat deze verleden jaar aan Neder
land gebracht heeft en waaraan Zy en Haar
landgenooten zulk oen byzonder aangename
herinnering bewaardeD. De uitstekende be
trekkingen, zoo sprak de Koningin, die op
zoo gelukkige wyze onze beide landen, hun
verwantschap, smaken en belangen vereeoi-
gen, zyn M\j een waarborg, dat deze vriend
schapsbanden in de toekomst meer en meer
bevestigd kunnen worden. Deze betrekkingen
zyn reeds heel oud, want reeds in de middel
eeuwen vond de Franscho beschaving een
gunstige bodem in Nederland. De Fransche
letteren, de Fransche kunst vonden en vinden
er steeds vurige bewonderaars. Wy koesteren
een diepe bewondering voor het genie, de
vurige werkkracht, de kloekmoedigheid van
uwe edele natie. De Koningin zeide voorts,
dat het Haar persoonlyk aangenaam was te
Parys teruggekeerd te syn. Zij is er trotsch
op Fransch bloed in Hare aderen te hebben
dat de naam van Haar ras aan Frankryk
verbonden is. Na nog gezegd te hebben hoeveel
genoegen de hartelyke ontvangst Haar deed,
dronk H. M. op de gezondheid van den
President cn mevrouw Fallières en op den
roem en de welvaart van Frankryk.
De muziek deed het Nederlandsch volkslied
i de Marseillaise hooren.
Na het diner, dat te 9 uur geëindigd was,
reed het koninklijk echtpaar naar de groote
opera, waar gala-voorstelling was.
Als de Koningin de koninklyke loge binnen
komt klinkt het Wilhelmus, de gansche,
reusachtige zaal staat op, de aanblik is
onvergelykelyk schoon en schitterend, en
ik geloof zelfs schitterender dan ooit, want
nooit was binnen in de groote zaal van de
opera zulk een ryke bloemenversiering aange
bracht en deze bloemenschoonbeid bij do
ryke vrouwenschaar in groot avondtoilet
geeft een betooverend effect.
Alle bladen bespreken het bezoek van
Koningin Wilhelmina en heeten Hare Maje
steit en Z. K. H. den Prins der Neder
landen welkom in vriendelijke artikelen. Zij
brengen het sympathieke onthaal in herin
nering, dat president Fallières verleden jaar
in Nederland te beurt gevallen is en spreken
den wensch uit, dat de Koningin aange
name herinneringen aan haar bezoek aan
Parys zal medenemen.
Tal van bladen maken foto's van Koningin
i Prins openbaar en bevatten hartelyke
welkomst-artikelen.
TWEEDE KAMER.
Vrijdagmorgen was de heer Troelstra aan
het woord. De soc.-dem. hechten, in zeker
opzicht, weinig gewicht aan den rechtsgrond.
Wy staan, zoo zei spr., tegenover bet kapi
talistisch stelsel en dat stelsel heeft geen
rechtsgrond. Wy erkennen dat het kapita
listisch stelsel historisch en economisch ge
worden is, doch dit is nog geen rechtsgrond.
Dit stelsel vloekt met eiken rechtsgrond en
het is bezig zich meer en meer onmogelyk
te maken. Het stelsel zelf zal de arbeidende
klasse helpen er aan te ontkomen.
Spr. zet dit nader uiteen.
Wat nu den rechtsgrond dezer ontwerpen
aangaat, is het zeer moeilijk den rechtsgrond
der Regeering te defioieeren. Veel duidelijker
is do definitie van den heer Aalberse. De
Minister zegthet belang dor gehoele m
schappy by de arbeidsvoorwaarden der arbei
ders in loondienst rechtvaardigt moer speciaal
dit optreden van den Staat, maar de heer
Aalberse heeft zyn rechtsgrond meer concreet
geformuleerd. Hy zegtde sociale verzekering
is een vraagstuk van rechtsbescherming door
wettelijke verzekering van een gedeelte van
het loon.
Het standpunt van den Minister is breeder
brengt meer de schuld van de maatschappij
op den voorgrond. Ea wat de rede van den
r Kuyper aangaat, spr. heeft dezen wel
s beter gehoord, doch er was toch zekere
architectuur en bouw in. Hy eischt handha
ving van het menschelyke in den mensch, zorg
voor den vooruitgang in het cultuurproces en
ontwikkeling van de organen der volkseen
heid. Alzoo een nog veel breeder standpunt,
dat zoowat alle Staatszorg kan omvatten. De
heer Treub noemde ook de maatschappelijke
inrichting een grond voor hot optreden van
den Staat. De heer Tydeman achtte Staats
zorg gemotiveerd door het algemeen belang,
echter niet de verplichte verzekering. De hoer
Lohman ontkent het postulaat van den heer
Aalberse.
Merkwaardig is dat de meeste principieele
stry'd over den rechtsgrond tusschen twee
don der rechterzyde heeft plaatsgevonden.
Na eene uitvoerige uiteenzetting en criti-
seering van de houding der rechterzyde,
komt spr. tot deze conclusieNiemand van
ons sociaal-democraten weet nog hoe hjj
ten slotte over dit ontwerp zal stemmen. Im
mers van de vele grieven die tegen dit ont
werp geopperd zyn in de resolutie van het
congres te Utrecht, zyn er vyf waarin men
getracht heeft ons tegemoet te komen.
Wy wachten af het lot van onze amende-
ienteo en zullen ten slotte vry van alle
politieke overwegingen stemmen, alleen let
tende op het belang der arbeidersklasse.
Daarna wenschte de heer Troelstra *ljn
rede aftebroken tot na de pauze, hetgeen
den Voorzittor tegenviel, die gewenscht had
de algemeene beraadslagingen dien middag
te doen afioopen.
Aan de orde zyn eenige conclusies.
De heer Ankerman io.-h.) brengt rapport
uit over een aantal verzoekschriften van
den Bond van onderofficieren bij de marine
en mariniers, den Bond van Rykswerlieden,
enz., om verhooging van soldy en tractement.
De conclusie van de commissie strekt om
'er te gaan tot de orde van den dag.
Tegen deze conclusie protesteert de heer
Hugenholtz (s. d. a. p.). Zy raakt kant noch
wal en maakt z. i. inbreuk op het grond
wettelijk recht van petitie van deze lieden,
die door het verwerpen van den duurte-toeslag
zwaar getroffen zyn. Spr. stelt voor de adres
sen te verzenden naar den betrokken Minister
verzoek om inlichtingen opdat wij in
die inlichtingen een grondslag kannen vinden
voor onze bespreking by de behandeling der
begrooting.
Ook de heer Ketelaar (v. d.) protesteert.
Wy moeten inlichtingen hebben van den
Minister en niet van een byzonder gevol
machtigde, die zyn geloofsbrief niet by zich
heeft, zoo zei deze afgevaardigde. En de
heer de Klerk (u. 1.), en de heer Teenstra
(v. d.) lid van de Commissie, echter op de
Commissie-vergadering, waarin deze conclusie
vastgesteld, niet aanwezig, protesteeren
insgelijks: het gaat niet aan zóo te handelen,
't lykt naar niets.
De beslissing over het voorstel-Hugenholtz
wordt tot Dinsdagmiddag verdaagd.
Na de pauze ging de heer Troelstra voort.
Na een paar woorden over de betaling der
gelden voor de sociale verzekering, vraagt
spr. hoe de Minister nog kan aankomen met een
regeling, waarby de laagste loonklassen nog
ten mede betalen? Hoe kan hij daarmee
vrede hebben Dat acht spr. onethisch en
ongeoorloofd. By de ouderdoms- en invalidi
teitsverzekering heeft de Minister voor den
premiedwang een motief aangevoerd, waar
tegen spr. speciaal opkomt: rDeze regeling
is ontsproten uit de solidariteit der arbeiders
klasse". Dit is echter ten aanzien der ouder-
domspensionnoering beslist onjuist en de
arbeiders passen voor een dergelijk inhalen
van het beginsel der solidariteit. Het gaat
ook niet aan zu'k een zwaren last aan de
arbeiders op t. logge», zonder dal dezen er
over zyn gehoord, zonder dat slgemeen kies
recht bestaat, over bet hoofd der arbeiders
heen, ja tegen den uitgesproken wensch van
een groot deel der arbeiders in gaat men
hun dezen last opleggendat is staatsvoogdy
in den slechtsten vorm. Bovendien worden
de vrouwen ook niet gehoord over deze
regeling, die een deel der zuurverdiende
penningen van den arbeider ontneemt aan
het gezin. En wat zal nu de vrucht wezen
van deze nieuwe aera van sociale politiek
De voordeelen van deze Ziektewet, voor-
zoover zy er zyn, kunnen alle zyn van
financieelen aard en dat geldt van de ouder-
domsverzekering evenzeer. Wat krygt nu de
arbeidende klasse door dit heele stelsel?
beantwoordt die vraag door na te gaan
wat de materieele vruchten voor de arbei
ders zyn van het Duitsche stelsel. Op ver
schillende andere punten critiseert spr. nog
het ontwerp, om aldus te eindigen:
Dit Wetsontwerp laat het gemis aan zelf
standigheid van een groot deel van ons volk
bestaan, geeft het slechts een paar centen
en voorziet niet in zyn groote cultuurbelangen.
Wie werkelyk de sociale verzorging van ons
volk wil ter barte nemen, moet zich over
zulk een Ontwerp schamen.
De heer van Karneboek (v.-l.) brengt den
Minister hulde, doch heeft ook ernstige be
denkingen. Het stelsel deugt niet.-
In zyn repliek betoogt de heer de Kanter
(u.-l.) dat 's Minister's antwoord zijne
\'s heeren de K.'s) bezwaren niet heeft op
geheven. Hy trekt dan ook zya motie niet in.
En ook de heer de Savornin Lohman
repliceert. Deze spr. vond dat de soc.-dem.
theorie niet gebaseerd is op de realiteit.
Voor een motie als die van den heer de
Kanter achtte hy den tyd voorby.
Dinsdagmorgen voortzetting. Daarvan in
ons volgend nummer.
DE WEEK.
1 Jun
De wijze, waarop de vyf-en-seventig-jarige
geboortedag van den heer De Savornin Loh
man, den leider der chr.-historischen in ons
Lagerhuis, gevierd is, mag wel opmerkelijk
worden genoemd. D.w.z., er werd ongeveer
geen notitie van genomen, voor zoover „de
buitenwacht" 't kon nagaan. Natuurlijk zijn
in enger kring door bloemen, telegrammen,
brieven, handdrukken vele „blyken van sym
pathie cn belangstelling" gegeven. Maar dat
is, begrypt men, niet wat 'k bier bedoel. De
heer Lohman behoort tot de portonen, die
vele jaren de gemeenschap met ongewoon
talent en onvermoeiden yver in verschillende
belangrijke ambten gediend hebben. Als
sulk-een op hoogbejaarden leeftyd,een lustrum
reeds na de testamentischo grens van zeven
tig 1nog krachtig en friscb, strijdvaardig
en van-zessen-klaar op de bres staat, dan
behoort dat tot de „ongewone dingen". De
beer Lohman is nooit vriend geweest van
„parade", vertoon, klinkklank van woordqn,
feestgedruisch en bazuingeschal, wierook en
verheerlijking. Natuurlijk komt dit op do
debetxljde in syn lang en door studie, arbeid,
en inspanning gevuld leven. De houding dor
Kamer tegenover den grysaard was niettemin
opmerkelyk koel. Zy harmoniëerdo merk
waardig met de loom-apathische kille onver
schilligheid, waarmee men het verloop der
Algemeene Beschouwingen over de Ziekte
wet bejegentzoodat tot twee ochtenden
achtereen de „hooge vergadering" moest ver
daagd worden door onvoltalligheid. Niet eon-
en-vyftig van de honderd met vermaningen,
getelefoneer, geschel, gedreig met extra zit
tingen, gepruttel in de bevriende bladen bij
een te harken 1... onmogelijk om do „won-
derlyst", waarover ik 't in myn vorige week-
bespiogoling had, eventjes te laten toekenen,
zoodat „de schyn" althans gered is. 't Leven,
de „fut", ze zyn eruit. Nn geen onnoosele
wettekens voor de vogels of plaatselijke be
langetjes, waarbij die-of-die meneer bezig is,
al redevoerend, zyn zeteltje voor de komerfde
verkiezingen te „consolideeren". Neen, 'n
groote, henschelljk-gewichtigc, belangryko
sociale wet. Een, waarmee Rechts straks by
de vrienden en broeders zal „geuren". Aan
schouwt het, mannen, broeders 1om dkt
te bereiken heeft uw afgevaardigde syn
kostelyke heerlyke zomer-vacantie opgeofferd!
Waardeert zoo'n blyk van zelfverloochening.
Toont, dat ge waardig zyt, door zulk-een
vertegenwoordigd te worden!"
Waarheid is, dat de hoeren, konden zy
„naar hun gemoed" tewerk gaan, liet liefst
zouden stemmen, direct. Voor 1 Voor
Voorlegioenen amendementen in de pan
gehakt. Een Bartholomaeus-nacht van amen
dementen 1klaar is Kees. En dan gauw
gauw de zomerpakjes aan, de luchtige pana
ma's op, wat reisgeld op sak. De grenzen
overdesnoods „voor zaken", of bij wijze
van „studie-tocht".
Maar dat kan nu eenmaal niet. Er moet
zwaar en lang bespiegeld worden over den
„rechtsgrond" van het ontwerp en andere
zwaarwichtigheden. Deze en gene staat met
een zeer strak-deftig gezicht te luisteren.
Toen de Kamer zich aan de Ziekte-ver-
zekering zette, verklaarde een veteraan, die
het Parlement al sinds jaar en dag door-en
door kent, ook de Kamer-up to date „in zyn
zak" heeft, dat 't niet zoo lang duren sou.
„Er zijn, geloof me toch, te weinig, die er
iets van weten!", zei de ervaren man, „de
kamp zal gauw eindigen b{j gebrek aan
vechtersbasen"
Ik vreesde al dadelijk dat hy te optimis
tisch was. En de praktijk der dingen stolt
me, helaas, in het gelijk. Vyf of zes, wel-
ondorlegde theoretici vallen allicht evenveel
dagen en uren als eene vergadering, waar
van de meerderheid „au courant" is. En ik
voor mij, geloof zelft dat men met zulk col-
nog harder, vlugger opschiet, dan met
eene Kamer, voor tuchtig of negentig per-
"«"t beslaande uit „leeken" I
Tusschen dit Lagerhuis en den leider der
chr.-historischen is gaandeweg ontstaan dat
„verschil van zienswyze en gevoelen", het
welk in het Fransche B. W. wordt genoemd
„incomptabilité d'humenr et de caractère"
dat, als zoodanig tot de redenen voor
echtscheiding wordt gerekend.
Op *ljn post, in z'n bankje, precies op tyd
present, is de thaus 75 jarige De Savornin
Lobman meestal. In zoover een beschamend
voorbeeld, speciaal voor de ouderen en jon
geren van Reohts, waar het absenteïsme,
het „spijbelen", buitengewoon welig tiert.
ir by dezen senex doet zich het merk
waardig verschijnsel voor dat hy, by het
stygen der jaren, tegenover bondgenoot èn
tegenstander al-maar „stekeliger" wordt, 't
i best zijn, dat straks, in 1913, Kuype-
riaan en Lohmaniaan weer tezamen vreed-
n en veréend uit hetzelfde voedorbakje
i, als poes en poedel, die plukhaarden,
krabden en beten dat de haren erby vlogen
de bloeddroppels spatten, nog geen
uur geleden. Edoch, daar kwam „do baas",
met dikken, dreigenden stok!koest daarl
en gauw wat! of ik zal jelui... De baas is
hier: do kiezer. De stok: het gemeenschap
pelijk gevaar, zegge de ondergang der coalitie
of wel de vijandige kleuren op het Torentje
in top
De heer Lohman, als zyn vurig-cholerisch
temperament geprikkeld wordt, denkt aan al
deze dingen niet. Hjj stuift op; bitst nijdige,
toornige monden. Is syne verontwaardiging
niet meester. Bevalt hem in den naasten
coalitie-genoot 't een of ander niet, zyn
scherpe, puntige pen krast over het papier
Soms slaat hy wonden, die minder snel ge
nezen dan hy allioht vermoedt. Als paladyn
voor het decorum van de tucht in de wet
gevende vergadering vergeet hy wel eens
dat nieuwe tijden en zeden ook andere strijd
wijze gewenscht hebben gemaakt.
Toen er, in den Raad van State, onlangs
een hooge vacature kwam, voelde hij, Loh
man, zich te hoog van jaren om op dien
zetel plaats te nemen. Maar deze-zelfdo emi
nente grysaard vergat dat voor de taak van
partijleider in het Parlement-np to date jeug
diger kracht gevergd wordt; forscher zelf
bedwang door sterker zenuwen, dan in de
rustige atmosfeer van den Staatsraad ooit
noodig zou zijn. De strijd, het volhouden;
innig geloof ook, dut hy, als voorvechter en
beschermer van meergenoemd „decorum", en
wat daarmee verband houdt, nog onmisbaar
is, ze deden hem blijven. Mannen als
Lohman zjjn sieraad voor de vergadering,
waarvan zy deel uitmaken.
Toch is op de besten onder ons gelyk op
alle anderen van toepassing de waarheid van
het weemoedwekkende, doch onomstootelyke
„Er is een tyd van komen; er is een tyd
van gaan"
En als een der verdienstelijks ten die waar
heid voorbijziet en het „liedje van verlangen"
blyft zingen, dan kan 't voor den onpar-
tydigen buitenstaander schouwspel zyndat
ook weemoedasmart in syn hart doet schrijnen.
Mb. Aktohio,